Omschrijving | (1) Vastgestelde begroting | (2) Realisatie | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | (4) Realisatie t-1 |
---|---|---|---|---|
Baten | ||||
Omzet | 83.042 | 85.950 | 2.908 | 83.134 |
Omzet moederdepartement | 55.303 | 57.918 | 2.615 | 57.766 |
Omzet overige departementen | 2.930 | 2.419 | ‒ 511 | 2.829 |
Omzet derden | 24.809 | 25.613 | 804 | 22.539 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 21 | 21 | 72 |
Bijzondere baten | 0 | ‒ 724 | ‒ 724 | 1 |
Rentebaten | 0 | 1 | 1 | 2 |
Totaal baten | 83.042 | 85.248 | 2.206 | 83.209 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | 57.969 | 62.218 | 4.250 | 57.113 |
Personele kosten | 32.141 | 35.896 | 3.755 | 34.569 |
Waarvan eigen personeel | 31.345 | 32.135 | 790 | 33.259 |
Waarvan inhuur externen | 744 | 3.611 | 2.867 | 1.237 |
Waarvan overige personele kosten | 52 | 150 | 98 | 73 |
Materiële kosten | 25.828 | 26.322 | 494 | 22.543 |
Waarvan apparaat ICT | 1.612 | 4.250 | 2.638 | 4.824 |
Waarvan bijdrage aan SSO's | 4.966 | 4.599 | ‒ 367 | 4.409 |
Waarvan overige materiële kosten | 19.250 | 17.473 | ‒ 1.777 | 13.310 |
Afschrijvingskosten | 3.438 | 2.835 | ‒ 603 | 2.812 |
Materieel | 3.038 | 2.471 | ‒ 567 | 2.510 |
Waarvan apparaat ICT | 0 | 1.995 | 1.995 | 2.010 |
Immaterieel | 400 | 364 | ‒ 36 | 302 |
Overige lasten | 21.635 | 20.928 | ‒ 707 | 23.228 |
Aardobservatie | 21.635 | 20.927 | ‒ 708 | 23.145 |
Dotaties voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 21 |
Bijzondere lasten | 0 | 1 | 1 | 62 |
Rentelasten | 0 | 19 | 19 | 7 |
Totaal lasten | 83.042 | 86.000 | 2.959 | 83.160 |
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening | 0 | ‒ 752 | ‒ 752 | 48 |
Agentschapsdeel Vpb-lasten | 0 | 26 | 26 | 27 |
Saldo van baten en lasten | 0 | ‒ 778 | ‒ 778 | 21 |
Baten
Omzet moederdepartement
De bijdrage van het moederdepartement dient ter dekking van de taken onder de Wet Meteorologie en Seismologie. Daarnaast stelt het moederdepartement aanvullende middelen beschikbaar voor het uitvoeren van aanvullende maatwerk opdrachten.
Begroot 2019 | Realisatie 2019 | Verschil | Realisatie 2018 | |
---|---|---|---|---|
Artikel 11 Integraal Waterbeleid | 422 | 1.271 | 849 | 722 |
Artikel 16 Openbaar vervoer en Spoor | 45 | 45 | 0 | 45 |
Artikel 17 Luchtvaart | 14 | 14 | 0 | 14 |
Artikel 19 Klimaat | 0 | 75 | 75 | 345 |
Artikel 20 Lucht en Geluid | 0 | 90 | 90 | 0 |
Artikel 23 Meteorologie, Seismologie en Aardobservatie | 51.546 | 54.098 | 2.552 | 50.934 |
Nog uit te voeren werkzaamheden | 0 | ‒ 735 | ‒ 735 | 2.510 |
Bijdrage RWS | 2.370 | 2.370 | 0 | 2.370 |
ANVS | 213 | 213 | 0 | 213 |
Overig IenW | 692 | 477 | ‒ 215 | 613 |
Totaal | 55.303 | 57.918 | 2.615 | 57.766 |
Waarvan programma | 21.635 | 20.927 | ‒ 708 | 23.145 |
Waarvan direct gerelateerd aan geleverde producten/diensten | 55.124 | |||
Waarvan overige ontvangsten/bijdragen van het moederdepartement | 2.794 |
Toelichting
– Artikel 11 Waterkwantiteit: De hogere baten zijn het gevolg van extra middelen voor onderzoek zeespiegelstijging (€ 0,3 miljoen) en verbetering verwachting extreme neerslag (€ 0,4 miljoen).
– Artikel 19 Klimaat: middelen voor verbeteren weer en klimaatdiensten (€ 0,1 miljoen).
– Artikel 20 Lucht en Geluid: middelen voor ontwikkelen van een verwachting voor (meteorologische) omstandigheden die kunnen leiden tot geurhinder en verhoogde concentraties van fijn stof op lokale schaal (€ 0,1 miljoen).
– Artikel 23 Meteorologie, seismologie en aardobservatie: Baten zijn hoger door I-Strategie (€ 0,8 miljoen), loon en prijsbijstelling (€ 0,5 miljoen), Space weather (€ 0,7 miljoen) en diverse kleine posten (€ 0,5 miljoen).
– De realisatie van de nog uit te voeren werkzaamheden bestaat voor -/- € 0,7 miljoen uit middelen naar de balans voor aardobservatie. Daarnaast is voor het project IT migratie € 0,6 miljoen aan de middelen van de balans gebruikt en is voor I-Strategie € 0,5 miljoen naar de vooruitontvangen bedragen geboekt voor gebruik in 2020. Daarnaast is ruim € 0,3 miljoen toegevoegd voor zeespiegelstijging. Tot slot zullen in 2020 middelen ontvangen worden voor de gemaakte kosten met betrekking tot huisvesting van het KNMI (€ 0,2 miljoen).
– De overige ontvangsten/bijdragen van het moederdepartement bestaan uit ontvangen middelen voor de verbetering en transformatie van de informatievoorziening (IT Migratie € 2,5 miljoen en I-Strategie € 0,3 miljoen).
Omzet overige departementen
De omzet overige departementen heeft betrekking op van andere departementen (dan IenW) ontvangen vergoedingen voor opdrachten die door KNMI voor die andere departementen zijn uitgevoerd.
Begroot 2019 | Realisatie 2019 | Verschil | Realisatie 2018 | |
---|---|---|---|---|
RIVM | 87 | ‒ 7 | ‒ 94 | 88 |
Ministerie van Defensie | 1.105 | 1.166 | 61 | 1.020 |
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | 1.590 | 999 | ‒ 591 | 1.696 |
Ministerie van Buitenlandse Zaken | 0 | 22 | 22 | 8 |
Overig | 148 | 239 | 91 | 17 |
Totaal | 2.930 | 2.419 | ‒ 511 | 2.829 |
Toelichting
De daling van de bijdragen van overige departementen wordt met name veroorzaakt door een overboeking van middelen van EZK naar IenW voor Space Weather (€ 0,7 miljoen) Daarnaast is een hogere opbrengst voor EZ-seismologie gerealiseerd (€ 0,1 miljoen).
Omzet Derden
De omzet derden heeft betrekking op vergoedingen voor activiteiten die door het KNMI voor derden partijen, niet zijnde ministeries, zijn uitgevoerd.
Begroot 2019 | Realisatie 2019 | Verschil | Realisatie 2018 | |
---|---|---|---|---|
Luchtvaart | 8.997 | 8.897 | ‒ 100 | 9.038 |
Projecten extern gefinancierd | 13.233 | 14.141 | 908 | 11.080 |
Dataverstrekkingen en licenties | 600 | 644 | 44 | 682 |
Overig | 1.979 | 1.931 | ‒ 48 | 1.739 |
Totaal | 24.809 | 25.613 | 804 | 22.539 |
Toelichting
In 2019 is € 0,8 miljoen meer omzet gerealiseerd dan oorspronkelijk begroot. Dit is met name als gevolg van een extra opbrengsten voor subsidieprojecten.
Overige Baten
Rentebaten
De rentebaten bestaan uit ontvangen rente over het tegoeden van Eurocontrol. Er is geen rente ontvangen over het saldo op de rekening courant (rentepercentage 0%).
Vrijval voorzieningen
De vrijval voorzieningen (€ 21.000) betreft een vrijval dubieuze debiteuren.
Bijzondere baten
Dit betreft met name een terugbetaling van ruim € 0,7 miljoen aan de EU als uitkomst van een audit over de periode 2010-2014.
Lasten
Apparaatskosten
Personele kosten
Begroot 2019 | Realisatie 2019 | Verschil | Realisatie 2018 | |
---|---|---|---|---|
Personeel | 32.141 | 35.896 | 3.755 | 34.569 |
Specificatie | ||||
Eigen Personeelskosten | 31.345 | 32.135 | 790 | 33.259 |
Waarvan loonkosten | 0 | 30.424 | 0 | 30.790 |
Waarvan overige personeelskosten | 0 | 1.711 | 0 | 2.469 |
Inhuur | 744 | 3.611 | 2.867 | 1.237 |
Overige personele kosten | 52 | 150 | 98 | 73 |
Gemiddeld aantal fte | 371,0 | 357,1 | ‒ 13,9 | 372,6 |
Mutatie fte t.o.v. voorgaand jaar | ‒ 4,2% | ‒ 2,6% | ||
Loonsom per medewerker | 78,6 | 85,2 | 82,6 | |
Mutatie salariskosten per medewerker | 8% | 3,1% | 6,3% |
Toelichting
De gemiddelde bezetting in 2019 bedraagt 357,08 fte, dit is 13,92 fte minder dan begroot in 2019. De personeelskosten zijn ondanks minder FTE toch hoger dan begroot (+€ 3,8 miljoen /12%). Een groot deel hiervan wordt verklaard door inhuur op IT-migratie (€ 1,8 miljoen) Verder wordt de stijging ten opzichte van 2018 verklaard door een stijging in het kader van de cao (+2,0%), gestegen pensioenpremie (+5,7%) en sociale lasten (+1,6%).
De inhuur bedraagt 10,1% van de totale personeelskosten. De overschrijding wordt vooral verklaard door inhuur voor verbetering informatievoorziening en modernisering van de waarneeminfrastructuur (€ 2,2 miljoen). Daarnaast is veel ingehuurd doordat het invullen van vacatures lastig was.
Van de medewerkers binnen het KNMI is 13% per 31-12-2019 in tijdelijke dienst. In 2018 was dit 15%. Het gemiddelde ziekteverzuim (3,6%) is in 2019 boven de norm (2,7% ) en hoger dan in 2018 (3,0%).
Materiële kosten
Begroot 2019 | Realisatie 2019 | Verschil | Realisatie 2018 | |
---|---|---|---|---|
Materieel | 25.828 | 26.322 | 494 | 22.543 |
Contributie Bijdragen | 2.779 | 2.693 | ||
Onderhoud en exploitatie | 3.447 | 4.087 | ||
Huur en Lease | 4.866 | 4.489 | ||
Bureau, voorlichting en huisvesting | 1.422 | 1.561 | ||
SWO | 0 | 0 | ||
Uitbesteding | 12.055 | 9.675 | ||
Overige Kosten | 1.753 | 38 |
Toelichting
Vooral de Uitbesteding is gestegen ten opzichte van 2018. Dit wordt veroorzaakt door stijgende kosten voor subsidieprojecten (€ 1,5 miljoen) en beheer en onderhoud van de ICT (€ 1,7 miljoen). Daarnaast is er een daling van de kosten voor Transformatie/IT Migratie (€ 0,8 miljoen). De stijging van de overige kosten wordt veroorzaakt door een verschuiving van de kosten voor de inbesteding van facilitaire diensteverlening RWS. Deze kosten waren in 2018 onder onderhoud en exploitatie verantwoord. Gecorrigeerd voor de verschuiving is sprake van een stijging van de kosten voor onderhoud en exploitatie van circa € 0,9 miljoen. Dat wordt vooral veroorzaakt door een stijging van de kosten voor onderhoud en exploitatie van software voor subsidieprojecten. Het totaal aan kosten is redelijk conform de begroting (onderschrijding van € 0,4 miljoen).
Afschrijvingskosten
De afschrijvingskosten zijn in 2019 lager uitgevallen dan oorspronkelijk begroot, groot aandeel hierin is de vertraging van de plaatsing van nieuwe instrumenten op Ruisdael (€ 0,7 miljoen).
Overige Lasten
Aardobservatie: EUMETSAT contributie. EUMETSAT past jaarlijks haar (meerjaren)budgetten aan op basis van de nieuwste inzichten. Het KNMI past de begroting hier indien nodig op aan. Ten opzichte van de oorspronkelijke begroting zijn een aantal projecten van EUMETSAT zijn vertraagd, waardoor er in 2019 minder kosten zijn gemaakt (€ 0,7 miljoen).
Saldo van Baten en Lasten
Het resultaat over 2019 is € 0,8 miljoen negatief als gevolg van een onvoorziene naheffing vanuit de Europese Unie op reeds afgeronde projecten. Voorgesteld wordt om het resultaat ten laste van het eigen vermogen te brengen.
Balans
31-12-2019 | 31-12-2018 | |
---|---|---|
Activa | ||
Vaste Activa | 11.584 | 13.359 |
Immateriële vaste activa | 406 | 669 |
Waarvan software licenties | 348 | 669 |
Waarvan in ontwikkeling | 58 | 0 |
Materiële vaste activa | 11.178 | 12.690 |
Waarvan grond en gebouwen | 3.491 | 3.963 |
Waarvan installaties en inventaris | 2.362 | 3.355 |
Waarvan projecten in uitvoering | 4.247 | 493 |
Waarvan overige materiële vaste activa | 1.078 | 4.879 |
Vlottende Activa | 23.565 | 21.457 |
Voorraden en Onderhanden projecten | 5.041 | 4.439 |
Debiteuren | 3.583 | 3.339 |
Overige vorderingen en overlopende activa | 829 | 567 |
Liquide middelen | 14.112 | 13.112 |
Totaal activa: | 35.149 | 34.817 |
Passiva | ||
Eigen Vermogen | ‒ 135 | 343 |
Exploitatiereserve | 643 | 322 |
Onverdeeld resultaat | ‒ 778 | 21 |
Voorzieningen | 284 | 350 |
Langlopende schulden | 7.281 | 8.072 |
Leningen bij het Ministerie van Financiën | 7.281 | 8.072 |
Kortlopende schulden | 27.719 | 26.052 |
Crediteuren | 319 | 612 |
Schulden bij het Rijk | 0 | 4.415 |
Kortlopende deel leningen bij het Ministerie van Financiën | 1.817 | 1.689 |
Overige schulden en overlopende passiva | 25.583 | 19.336 |
Totaal passiva | 35.149 | 34.817 |
Voorzieningen
Wachtgeld | Totaal | |
---|---|---|
Saldo per 1 januari 2019 | 350 | 350 |
Bij: | ||
Dotatie | 0 | 0 |
Af: | ||
Vrijval | 0 | 0 |
Mutaties | 66 | 66 |
Totaal af: | 66 | 66 |
Saldo per 31 december 2019 | 284 | 284 |
Toelichting
Voorzieningen hebben betrekking op verplichtingen die gebaseerd zijn op gebeurtenissen uit het verleden, waarvan de afwikkeling onzeker is maar redelijkerwijs kan worden geschat. Voorzieningen worden gewaardeerd op nominale waarde. De voorziening, die in 2012 is gevormd voor de wettelijke en juridische verplichting van een voormalige medewerker, voldoet niet meer aan de voorwaarden om als voorziening te worden opgenomen. De verplichting blijft echter in stand.
Vorderingen en schulden
Moederdepartement | Overige departementen en agentschappen | Overige derden | Totaal | |
---|---|---|---|---|
Debiteuren | 128 | 572 | 2.883 | 3.583 |
Nog te ontvangen bedragen | 285 | 258 | 286 | 829 |
Crediteuren en schulden bij het Ministerie van Financiën | 42 | 0 | 277 | 319 |
Kortlopende deelleningen bij het Rijk | 0 | 1.817 | 0 | 1.817 |
Nog te betalen bedragen | 4.260 | 0 | 21.323 | 25.583 |
Toelichting
Debiteuren
De post onder Overheden betreft met name RIVM voor verrekening huurkosten collectieve ruimten (€ 0,5 miljoen) en RWS (€ 0,1 miljoen). De openstaande post debiteuren derden betreffen met name voorderingen op Eurocontrol (€ 2,7 miljoen), ESA (€ 0,4 miljoen), EUMETSAT (€ 0,3 miljoen) en LVNL (€ 0,3 miljoen).
Nog te ontvangen bedragen
De bedragen bij Nog te ontvangen overheid (€ 0,54 miljoen) bestaan met name uit een bijdrage van het moederdepartement voor kosten gemaakt in het kader van renovatie van de huisvesting (€ 0,25 miljoen) en een bedrag van het NWO in het kader van de SEO regeling (€ 0,19 miljoen). De post Vooruitbetaalde kosten en nog te ontvangen derden bestaat voornamelijk uit vooruitbetaalde kosten voor doorlopende (meerjarige) contracten.
Crediteuren en schulden bij het Rijk
De positie Crediteuren per 31 december 2019 is ten opzichte van de positie per 31 december 2018 gedaald met € 4,7 miljoen. Dit wordt vooral verklaard door Overheden (RIVM), dit betreffen de facturen van Campus ICT (€ 4,4 miljoen), die eind december 2018 waren binnen gekomen.
Kortlopende deelleningen bij het Rijk
Nog te betalen Ministerie van Financiën betreft het kortlopende deel van de lening bij het ministerie van Financiën (€ 1,8 miljoen). Aflossing zal in 2020 plaatsvinden.
Nog te betalen bedragen
Te betalen vakantiedagen betreft de reservering voor niet opgenomen vakantiedagen voor eigen personeel. Te verrekenen luchtvaartmeteo bestaat uit prijs- en volumeverschillen van de tarieven van 2013 t/m 2019. Het bedrag van € 2,3 miljoen wordt in de komende periode verrekend in het tarief.
Ontwikkeling eigen vermogen
In de tabel hieronder is de ontwikkeling van het eigen vermogen weergegeven.
2014 | 2015 | 2016 | realisatie 2017 | realisatie 2018 | Begroot 2019 | realisatie 2019 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
1. Eigen vermorgen per 1/1 | 5.407 | 1.783 | 2.123 | 2.256 | 22 | 22 | 343 |
2. Saldo van Baten en Lasten | ‒ 1.250 | 340 | 133 | ‒ 2.234 | 21 | 0 | ‒ 778 |
3a. Uitkering aan moederdepartement | ‒ 2.374 | ||||||
3b. Bijdrage van moederdepartement | |||||||
3c. Overige mutaties | |||||||
3. Totaal directe mutaties in EV | 300 | 300 | 300 | ||||
4. Eigen vermogen per 31/12 | 1.783 | 2.123 | 2.256 | 22 | 343 | 322 | ‒ 135 |
% gemiddelde omzet laatste 3 jaar | 2,9% | 2,9% | 3,4% | 0,0% | 0,4% | 0,0% | ‒ 0,2% |
In onderstaande tabel is inzichtelijk gemaakt hoe het eigen vermogen eind 2019 is opgebouwd.
31-12-2019 | |
---|---|
Saldo Eigen vermogen 31/12/2018 | 322 |
Bij: Onverdeeld resultaat 2018 | 21 |
Saldo Eigen vermogen 31/12/2019 | 343 |
Bij: Eenmalige uitekering van moederdepartement | 300 |
Bij: Onverdeeld resultaat 2019 | ‒ 778 |
Saldo Eigen vermogen per 31/12/2019 | ‒ 135 |
Het KNMI heeft in 2017 een toekomstplan opgesteld. Op basis van deze plannen ontwikkelt het KNMI zich naar een Instituut met een gezonde bedrijfsvoering met een adequate technische infrastructuur om te voorzien in een dienstverlening die aansluit op de ontwikkelingen in de samenleving. Onderdeel van de gemaakte afspraken hierover is het behoedzaam opbouwen van een eigen vermogen. Hiertoe heeft in 2019 vanuit het moederdepartement een vermogensmutatie plaatsgevonden (€ 0,3 miljoen). Het KNMI heeft daarnaast in 2019 een negatief resultaat gerealiseerd van € 0,8 miljoen. Dit wordt veroorzaakt door een terugbetaling van € 0,8 miljoen) aan de EU als uitkomst van een audit over de periode 2010-2014. Dit resultaat is toegevoegd aan het eigen vermogen waarmee de stand eind december 2019 op € 0,1 miljoen negatief uitkomt.
Kasstroomoverzicht
(1) Vastgestelde begroting | (2) Realisatie | (3) = (2) - (1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | ||
---|---|---|---|---|
1. | Rekening courant RHB 1 januari 2019 | 2.830 | 13.112 | 10.282 |
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+/+) | 3.438 | 4.375 | 937 | |
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) | ‒ 1.973 | ‒ 1.951 | 22 | |
2. | Totaal operationele kasstroom | 1.465 | 2.424 | 959 |
Totaal investeringen (-/-) | ‒ 2.373 | ‒ 1.017 | ‒ 1.356 | |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | ‒ | ‒ 44 | 44 | |
3. | Totaal investeringskasstroom | ‒ 2.373 | ‒ 1.061 | 1.312 |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | ‒ | ‒ | ‒ | |
Eenmalige storting door moederdepartement (+) | 300 | 300 | 0 | |
Aflossingen op leningen (-/-) | ‒ 2.029 | ‒ 1.689 | 340 | |
Beroep op leenfaciliteit (+) | 2.373 | 1.026 | ‒ 1.347 | |
4. | Totaal financieringskasstroom | 644 | ‒ 363 | ‒ 1.007 |
5. | Rekening courant RHB 31 december 2019 (=1+2+3+4) (maximale roodstand 0,5 miljoen Euro) | 2.566 | 14.112 | 11.546 |
Toelichting
Operationele kasstroom
De ontvangsten operationele kasstroom bestaan uit afschrijvingskosten (€ 2,8 miljoen) en een toename van de schulden (€ 1,5 miljoen). De toename van de schulden wordt voornamelijk veroorzaakt door een stijging van de vooruitontvangen bedragen voor projecten (€ 2,0 miljoen) en Aardobservatie (€ 0,7 miljoen), een stijging van de af te dragen bedragen Eurocontrol/LVNL (€ 0,3 miljoen). Afname door een daling van de nog te betalen bedragen (€ 1,9 miljoen) en een daling van de nog te ontvangen facturen (€ 0,4 miljoen).
De uitgaven operationele kasstroom bestaan uit het saldo van baten en lasten (€ 0,8 miljoen), toename onderhanden projecten (€ 0,6 miljoen), afname kortlopende vorderingen (€ 0,5 miljoen), afname voorzieningen (€ 0,1 miljoen).
Financieringskasstroom
In 2019 is er voor € 1,0 miljoen een beroep op de leenfaciliteit ter financiering van de investeringen in activa. Conform de planning is er in 2019 € 1,7 miljoen afgelost.
Daarnaast is ten behoeve van het behoedzaam opbouwen van het eigen vermogen een directe vermogensmutatie gedaan vanuit het moederdepartement (€ 0,3 miljoen). Tussen eigenaar en opdrachtgever is afgesproken dat deze storting jaarlijks plaatsvindt tot het jaar 2023.
Doelmatigheidsindicatoren
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | Begroting 2019 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Kostprijs per product1 | |||||||
Percentage Overhead | 100 | 103 | 97 | 106 | 100 | 97 | |
fte's indirect | 100 | 92 | 104 | 99 | 92 | 98 | |
Tarieven/uur | 100 | 95 | 96 | 104 | 106 | 103 | |
Omzet per productgroep | |||||||
Meteorologie | 50.946 | 54.544 | 52.649 | 56.831 | 61.975 | 58.331 | |
Seismologie | 2.089 | 2.096 | 2.898 | 3.158 | 3.048 | 3.076 | |
Aardobservatie | 13.050 | 17.318 | 22.207 | 23.145 | 20.927 | 21.635 | |
FTE- per 31 december (gemiddelde) | 348 | 372 | 383 | 373 | 357 | 371 | |
Saldo van baten en lasten (%) | 1% | 0% | ‒ 3% | 0% | ‒ 1% | 0% | |
Algemene weerverwachtignen en adviezen | |||||||
afwijking min temperatuur (ºC) | 0,45 | 0,44 | 0,34 | 0,17 | 0,31 | ABS(<0,5) | |
afwijking max temperatuur (ºC) | ‒ 0,31 | ‒ 0,36 | ‒ 0,31 | ‒ 0,34 | ‒ 0,41 | ABS(<0,5) | |
gem afwijking wind snelheid (m/s) | 0 | 0,26 | ‒ 0,12 | ‒ 0,1 | 0,13 | ABS(<1,0) | |
Maritieme verwachtingen | |||||||
tijdigheid marifoonbericht (%) | 99,5 | 98,9 | 99,4 | 99,8 | 99,5 | >99 |
Toelichting
Kostprijs per product
Het percentage overhead is gedaald door een stijging van de totale kosten (8,5%) waarbij de overheadkosten nauwelijks zijn gestegen (0,8%).
De daling van het aantal fte’s indirect wordt veroorzaakt door een daling van het aantal fte’s. De totale gemiddelde bezetting is gedaald met 15,6 fte, een evenredig deel daarvan heeft betrekking op indirecte fte’s.
Tarieven/uur
De tarieven per uur zijn gestegen met 1,9%. Enerzijds is sprake van een stijging van de loonkosten per fte met 3,1%, anderzijds daalt het tarief door een toename van de productieve uren per fte (1,1%).
De stijging van de loonkosten wordt veroorzaakt door een stijging van de bruto salarissen (3%) en gestegen pensioenpremies (1,2%). Daartegenover staat een daling van de toelagen (0,8%) en een daling van de inbesteding (1,2%).
FTE per 31 december (gemiddelde)
Het aantal fte’s is gedaald omdat het moeilijk bleek om bestaand en nieuwe vacatures op te vullen.
De indicatoren ten aanzien van algemene weers- en maritieme verwachtingen geven een indruk van de tijdigheid van de berichtgeving door het KNMI en de gemiddelde afwijking van verwachte waardes voor temperatuur en windsnelheid ten opzichte van de uiteindelijk waargenomen waardes.
De indicatoren ten aanzien van algemene weers- en maritieme verwachtingen geven een indruk van de tijdigheid van de berichtgeving door het KNMI en de gemiddelde afwijking van verwachte waardes voor temperatuur en windsnelheid ten opzichte van de uiteindelijk waargenomen waardes.