Base description which applies to whole site

7. Saldibalans

Tabel 5 Saldibalans per 31 december 2023 van het gemeentefonds (B) (bedragen x € 1.000)

Activa

31-12-2023

31-12-2022

 

Passiva

31-12-2023

31-12-2022

       

Intra-comptabele posten

      

1) Uitgaven ten laste van de begroting

42.204.703

39.981.438

 

2) Ontvangsten ten gunste van de begroting

42.204.703

39.981.438

3) Liquide middelen

0

0

    

4) Rekening-courant RHB1

0

0

 

4a) Rekening-courant RHB

0

0

5) Rekening-courant RHB Begrotingsreserve

0

0

 

5a) Begrotingsreserves

0

0

6) Vorderingen buiten begrotingsverband

0

0

 

7) Schulden buiten begrotingsverband

0

0

8) Kas-transverschillen

0

0

    

Subtotaal intra-comptabel

42.204.703

39.981.438

 

Subtotaal intra-comptabel

42.204.703

39.981.438

       

Extra-comptabele posten

      

9) Openstaande rechten

0

0

 

9a) Tegenrekening openstaande rechten

0

0

10) Vorderingen

0

0

 

10a) Tegenrekening vorderingen

0

0

11a) Tegenrekening schulden

0

0

 

110 Schulden

0

0

12) Voorschotten

150.548.282

133.460.876

 

12a) Tegenrekening voorschotten

150.548.282

133.460.876

13a) Tegenrekening garantieverplichtingen

0

0

 

13) Garantieverplichtingen

0

0

14a) Tegenrekening andere verplichtingen

‒ 136.981

657.194

 

14) Andere verplichtingen

‒ 136.981

657.194

15) Deelnemingen

0

0

 

15a) Tegenrekening deelnemingen

0

0

Subtotaal extra-comptabel

150.411.301

134.118.070

 

Subtotaal extra-comptabel

150.411.301

134.118.070

       

Totaal

192.616.004

174.099.508

 

Totaal

192.616.004

174.099.508

1

Rijkshoofdboekhouding

Toelichting behorende bij de saldibalans per 31 december 2023 van het gemeentefonds

Hierna worden de saldibalansposten toegelicht. De nummering van de toelichting komt overeen met die van de saldibalansposten.

Ad 1. Uitgaven ten laste van de begroting en Ad 2. Ontvangsten ten gunste van de begroting

Bij de begrotingsuitgaven en -ontvangsten voor 2023 zijn de gerealiseerde uitgaven en ontvangsten opgenomen met betrekking tot het jaar 2023 waarvoor de Rijksrekening nog niet door de Tweede Kamer is goedgekeurd.

Ad 12. Voorschotten

Hieronder zijn de betaalde voorschotten opgenomen voor nog niet definitief vastgestelde uitkeringen aan gemeenten. De gemeenten ontvangen, als gevolg van de wet, voorschotten tot het bedrag waar ze vermoedelijk recht op hebben. Uitkeringen aan de gemeenten worden enkele jaren na afloop van het uitkeringsjaar via beschikkingen en een algemene maatregel van bestuur definitief vastgesteld. Het totaalbedrag van de betaalde voorschotten bestaat met name uit voorschotten aan gemeenten op de algemene uitkering, de integratie-uitkeringen en de decentralisatie-uitkeringen. Het bedrag is in tabel 6 gespecificeerd en daaronder nader toegelicht.

Tabel 6 Specificatie voorschotten gemeentefonds (bedragen x € 1.000)
 

31-12-2023

31-12-2022

   

Onderzoek en bijdragen organisaties

  

2021

108

108

2022

168

307

2023

112

0

subtotaal

388

415

   

Algemene uitkering

  

2019

0

25.116.618

2020

26.903.920

26.873.206

2021

29.219.022

29.237.028

2022

34.111.169

33.507.161

2023

35.724.379

0

subtotaal

125.958.490

114.734.013

   

Integratie-uitkeringen / decentralisatie-uitkeringen

  

2020

6.589.125

6.589.125

2021

5.888.789

5.888.789

2022

6.248.707

6.248.533

2023

5.862.783

0

subtotaal

24.589.404

18.726.447

   

TOTAAL

150.548.282

133.460.876

Algemene uitkering

Dit onderdeel van de tabel vergelijkt voor de algemene uitkering de voorschotten per 31 december 2023 waarvoor per uitkeringsjaar de beschikking nog niet definitief is opgemaakt met de voorschotten waarvoor geldt dat de definitieve beschikking voor het desbetreffende uitkeringsjaar per 31 december 2022 nog niet was opgemaakt.

Integratie-uitkeringen / decentralisatie-uitkeringen

De voorschotten voor de integratie- en decentralisatie-uitkeringen op de saldibalans van het gemeentefonds hebben veelal een bijzonder karakter. Bij een beperkt aantal uitkeringen staat de hoogte van de uitkering niet vooraf vast of dient over de betaling nog een afrekening plaats te vinden. Bij een groot deel van deze uitkeringen wordt echter vooraf door het beleidsdepartement precies bepaald welke bedragen aan welke begunstigden worden uitbetaald. De begunstigden hoeven geen verantwoording af te leggen over de (wijze van) besteding van de uitkering. Het gemeentefonds is hierbij slechts een loket waarlangs de verstrekkingen lopen. Desondanks worden alle betalingen uit hoofde van deze uitkeringen op de saldibalans van het gemeentefonds als voorschot verantwoord tot het moment waarop de verdeling over medeoverheden definitief wordt vastgesteld door middel van een AMvB.

Tabel 7 Mutatieoverzicht voorschotten gemeentefonds (bedragen x € 1.000)

Voorschotten per 01-01-2023

133.460.876

  

Ontstaan in 2023

42.204.164

Afgerekend in 2023

25.116.757

  

Voorschotten per 31-12-2023

150.548.282

De stand openstaande voorschotten is toegenomen ten opzichte van de stand ultimo 2022. Ten eerste zijn de voorschotten voor de verschillende uitkeringen over 2023 aan de stand voorschotten toegevoegd. Deze voorschotten zijn ontstaan in 2023 voor een bedrag van € 42,2 mld. Daar tegenover staat voor een bedrag van € 25,1 mld. aan afgerekende voorschotten. Deze afrekening hangt vooral samen met het verzenden van de beschikkingen waarmee de algemene uitkeringen 2019 van de gemeenten zijn vastgesteld.

Ad 14. Andere verplichtingen

Onder deze post zijn de openstaande betalingsverplichtingen uit hoofde van de algemene uitkering uit het gemeentefonds, openstaande betalingsverplichtingen uit hoofde van de integratie- en decentralisatie-uitkeringen, en openstaande betalingsverplichtingen uit hoofde van onderzoek en bijdragen organisaties opgenomen. Het bedrag is in tabel 8 gespecificeerd en daaronder nader toegelicht.

Tabel 8 Verloop van de openstaande verplichtingen gemeentefonds (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Openstaande verplichtingen per 1-1-2023

Aangegane verplichtingen in 2023

Tot betaling gekomen in 2023

Bijstellingen van aangegane verplichtingen uit eerdere begrotingsjaren

Openstaande verplichtingen per 31-12-2023

      

Onderzoek en bijdragen organisaties

767

987

650

‒ 1011

1.003

Algemene uitkering

655.984

35.546.854

36.341.095

0

‒ 138.256

Integratie- en decentralisatie-uitkeringen

442

5.862.788

5.862.957

0

273

      

Totaal

657.194

41.410.629

42.204.702

‒ 101

‒ 136.981

1

Betreft een technische correctie voortvloeiend uit de jaarafsluiting 2022.

De stand openstaande verplichtingen is afgenomen ten opzichte van de stand ultimo 2022. Dit heeft twee oorzaken. In januari 2023 heeft een nabetaling plaats gevonden voor de algemene uitkering 2022. In december 2023 heeft een voorschotbetaling plaats gevonden voor de algemene uitkering 2023. Deze voorschotbetaling zorgde voor een overschrijding van het kasbudget over 2023, waardoor een negatieve openstaande verplichting resteert ultimo 2023. In januari 2024 heeft op het uitbetaalde voorschot een verrekening met de gemeenten plaats gevonden. Zie ook de toelichting in bijlage 1 van dit jaarverslag en de toelichting op de mutaties van de uitgaven in de slotwet.

Bij de integratie- en decentralisatie-uitkeringen is het nog openstaande bedrag licht afgenomen. Een volledig overzicht van de nog niet tot betalingen gekomen bedragen voor de decentralisatie- en integratie-uitkeringen is opgenomen in de slotwet 2023.

Er zijn geen negatieve bijstellingen verwerkt die per saldo een omvang hebben van meer dan 10% en of meer dan € 0,1 mln. ten opzichte van de verplichtingenstand per 31-12-2022.

Licence