Base description which applies to whole site

4.7 Artikel 7 Investeren in waterkwaliteit

Maatregelen op het gebied van waterkwaliteit in het hoofdwatersysteem ten behoeve van de Europese Kaderrichtlijn Water worden verantwoord op artikelonderdeel 7.01.

Omdat de KRW-doelen nog niet gehaald dreigen te worden, is het implusprogramma KRW gestart. Door klimaatverandering en toenemend maatschappelijk gebruik staan de natuur en ecologische waterkwaliteit en daarmee de biodiversiteit van de grote wateren onder druk. Er zijn daarom aanvullende systeemingrepen en een transitie naar duurzaam beheer nodig om een duurzame verbetering te realiseren. Het Rijk wil in 2050 toekomstbestendige grote wateren met hoogwaardige natuur die goed samengaat met een krachtige economie. Via de Programmatische Aanpak Grote Wateren (PAGW) wordt invulling gegeven aan deze ambitie. Dit is verantwoord op artikel 7.02.

Met de Delta-aanpak Waterkwaliteit wordt een extra impuls gegeven aan het realiseren van de doelen van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en nieuwe uitdagingen om ons water chemisch schoon en ecologisch gezond te krijgen en te houden voor duurzaam gebruik. De prioriteiten daarbij zijn nutriënten, gewasbeschermingsmiddelen, opkomende stoffen en medicijnresten in water. Maatregelen voor de Delta-aanpak worden verantwoord op artikel 7.03.

Het artikel investeren in waterkwaliteit is gerelateerd aan beleidsartikel 11 (Integraal Waterbeleid) op de Begroting Hoofdstuk XII.

Tabel 25 Budgettaire gevolgen van de uitvoering art. 7 Investeren in waterkwaliteit (bedragen x € 1.000)
     

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

 
 

2019

2020

2021

2022

2023

2023

2023

 

Verplichtingen

30.520

116.294

65.770

79.486

69.123

130.952

‒ 61.829

1

Uitgaven

28.408

52.556

44.711

68.667

68.279

113.779

‒ 45.500

 

7.01 Ontwikkeling Kaderrichtlijn Water

19.877

19.778

29.061

49.628

42.834

58.791

‒ 15.957

2

7.01.01 Real.progr.Kaderrichtlijn Water

19.877

19.778

29.061

49.628

42.834

58.791

‒ 15.957

 

7.02 Ontwikkeling Waterkwaliteit

3.049

25.674

7.832

9.734

12.117

38.144

‒ 26.027

3

7.02.01 Aanleg waterkwaliteit

805

22.291

189

2.784

8.435

31.857

‒ 23.422

 

- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

805

22.291

0

 

1700

0

1.700

 

7.02.02 Planning waterkwaliteit

2.244

3.383

7.643

6.950

3.682

6.287

‒ 2.605

 

- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

2.244

3.383

7.643

6.950

3.630

2.304

1.326

 

7.03 Studiekosten waterkwaliteit

5.482

7.104

7.818

9.305

13.328

16.844

‒ 3.516

4

7.03.01 Studiekosten waterkwaliteit

5.482

7.104

7.818

9.305

13.328

16.844

‒ 3.516

 

- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

   

4.140

7.921

0

  

7.09 Ontvangsten investeringen in waterkwaliteit

452

389

729

630

753

0

753

 

7.09.01 Ontvangsten investeringen in waterkwaliteit

452

389

729

630

753

0

753

 

Onderstaand wordt op het niveau van artikelonderdeel, de verplichtingen en ontvangsten een toelichting gegeven op de verschillen (de mutaties) tussen de begroting en de realisatie. Zie voor de gehanteerde norm de toelichting ‘normering jaarverslag’ zoals opgenomen in de leeswijzer.

  • 1. Op artikel Investeren in waterkwaliteit is per saldo minder verplicht (€ -61,8 miljoen) als gevolg van:

    • een langere doorlooptijd van de vergunningverlening bij KRW en in verband met uitstel omgevingswet en aanpassen bouwvrijstelling (stikstof) (€ -21,4 miljoen);

    • het versneld opdracht geven van ingenieursdiensten op basis van verplichtingenruimte uit latere jaren (€ 25,4 miljoen);

    • lagere realisatie door vertraging in de procedures om op basis van minnelijke schikkingen percelen in eigendom te krijgen, deze zijn vertraagd naar 2024 (€ -40,9 miljoen);

    • het actualiseren van de planningen van de KRW-projecten. De projecten dienen conform afspraak met de EU voor eind 2027 opgeleverd te zijn (€ -16,3 miljoen);

    • lagere realisatie programma aanpak grote wateren (€ -11,8 miljoen)

    • diverse kleine mutaties van per saldo € 3,2 miljoen.

  • 8. De per saldo lagere realisatie op het realisatieprogramma Kaderrichtlijn Water (€ 16,0 miljoen) is met name het gevolg van:

    • het actualiseren van de planningen van de KRW-projecten. De projecten dienen, conform afspraak met de EU, voor eind 2027 opgeleverd te zijn. Derhalve wordt daar waar mogelijk versneld (€ 15,7 miljoen);

    • het samenwerkingsproject Salmsteke heeft restpunten waardoor eindafrekening niet afgerond kan worden en doorschuift naar 2024. De maatregel in het gebied Zwarte Water heeft vertraging opgelopen door aanpassing van het ontwerp om te voldoen aan de vergunning welstand en schuift door naar 2024. Daarnaast vertraging in reguliere werkzaamheden, wegens opnieuw berekeningen in het kader van stikstof op basis van een nieuw model Aerius en de bijbehorende ecologische beoordeling daarop. Dat was niet voorzien omdat met een volledige berekening de voortoets is ingegaan, die naar aanleiding hiervan weer opnieuw moest (€ -7,8 miljoen).

    • vertraging door het uitstel van de omgevingswet en het aanpassen van de bouwvrijstelling (stikstof). Project NOZW is na uitspraak van de Rechtbank weer herstart, gaan diverse uitgaven 2023 naar 2024. Een gedeelte van de ingenieursdiensten wordt vanuit de Kaderrichtlijn Water betaald (€ -24,7 miljoen);

    • hogere uitgaven in 2023 omdat de financiële afwikkeling bij een aantal projecten niet meer in 2022 heeft kunnen plaatsvinden, doordat de declaratie niet of niet tijdig is ontvangen. Dit heeft plaatsgevonden bij de projecten Vispassages en Zeegrasherstel (€ 5,8 miljoen);

    • toevoeging van de loon- en prijsbijstelling 2023 (€ 3,5 miljoen);

    • lagere uitgaven doordat het budget voor 2022 in de begroting vrij sober was opgenomen en bleek dat er in 2022 € 9 miljoen extra budget nodig was en uit 2023 naar 2022 is gehaald. De belangrijkste reden was dat o.a. overeenkomsten voor grondaankopen sneller geëffectueerd konden worden. Daarnaast zijn de planuitwerkingen van enkele KRW projecten sneller afgerond en konden versneld de realisatiefase in (€ -9,0 miljoen);

    • diverse kleine mutaties per saldo (€ 0,5 miljoen).

  • 16. De lagere realisatie op dit artikeonderdeel heeft met name betrekking op actualisering van de programmering van de onderliggende projecten;

    • Bijdrage regeling medicijnenresten (€ -4,4 miljoen) omdat de rwzi's meer tijd nodig hebben voor het functioneel in bedrijf nemen van de installaties (voorwaarde uitkering).

    • DAW (€ -9,0 miljoen) in verband met de onrust in de landbouwsector zijn er minder aanvragen ingediend dan was voorzien.

    • PAGW (€ -11,8 miljoen) in verband met een actuelisatie van het programma is € 11,8 miljoen naar latere jaren verschoven.

    • Diverse kleine mutaties per saldo (€ -0,8 miljoen)

  • 21. De hogere realisatie voor Studiekosten Waterkwaliteit is het gevolg van programmamiddelen voor het uitvoeren van het onderzoeksprogramma 2023 voor de water- en bodemopgaven. Dit onderzoeksprogramma wordt uitgevoerd onder de Subsidieregeling Instituten voor Toegepast Onderzoek (SITO-regeling) (€ 2,9 miljoen) en de opdracht voor de uitvoering van het programma Monitoring Onderzoek Natuurversterking Soortenbescherming (MONS) (€ 4,1 miljoen). De lagere realisatie betreft met name de actualisatie van het studieprogramma waardoor € -6,0 miljoen vanuit 2023 naar latere jaren is verschoven. Daarnaast heeft onder meer een overboeking naar hoofdstuk XII plaatsgevonden voor de onderzoeksprogrammering van RIVM (€ -2,7 miljoen) en is de onderzoeksprogrammering voor microplastics vertraagd (€ -2,0 miljoen).

    Daarnaast hebben diverse kleinere mutaties plaatsgevonden van per saldo € 0,2 miljoen.

7.01 Ontikkeling Kaderrichtlijn Water

Motivering

De rijksoverheid, waterschappen, drinkwaterbedrijven, provincies, gemeenten, kennisinstituten, landbouw, industrie en natuurorganisaties werken hard aan het verbeteren van de kwaliteit van het water. Schoon, voldoende en gezond water is het doel, de KRW geeft hier een nadere uitwerking aan. Over de voortgang van de KRW is de tweede kamer eind 2023 geïnformeerd  (Kamerstuk 27 625 Nr. 661)

Producten

Verbeterprogramma Kaderrichtlijn Water

RWS voert voor de rijkswateren KRW-maatregelen uit ter verbetering van de ecologische waterkwaliteit in drie planperioden van zes jaar. In totaal worden door RWS 550 maatregelen uitgevoerd in en langs de grote wateren. Voorbeelden van KRW-maatregelen zijn nevengeulen, natuurvriendelijke oevers en vispassages in het rivierengebied. In de derde en laatste planperiode (2022- 2027) zijn 146 resterende maatregelen opgenomen (dit is inclusief 60 maatregelen die niet zijn afgerond in de tweede planperiode 2016- 2021). De projecten richten zich op het herstel van natuurlijkere overgangen tussen land en water, zoet en zout en van verbindingen, waaronder die tussen het hoofd- en regionaal watersysteem. Dit moet bijdragen aan het bereiken van een goede ecologische en chemische toestand van de watersystemen, zoals de Kaderrichtlijn Water vraagt. Tevens draagt dit bij aan de doelen voor Natura 2000 en de Kaderrichtlijn Mariene Strategie.

Meetbare gegevens

De uitvoering van het verbeterprogramma is in een drietal tranches verdeeld. De tranches zijn zoveel mogelijk gekoppeld aan de planperiodes van de Kaderrichtlijn Water. Eind 2021 is de tweede KRW planperiode afgesloten. 60 maatregelen uit de tweede tranche, die niet volledig zijn afgerond, zijn gefaseerd naar de derde tranche en worden uitgevoerd in de periode 2022-2027.

In maart 2022 zijn de geactualiseerde Stroomgebiedbeheerplannen (SGBP’s) vastgesteld. Het maatregelpakket voor de derde tranche bestaat uit 146 maatregelen, inclusief de 60 gefaseerde maatregelen uit de tweede tranche. Veel van de resterende  KRW maatregelen zaten in 2023 in de planfase. Daarnaast is een aanvullend pakket samengesteld met 9 aanvullende maatregelen. Op 8 juni 2022 heeft de Minister besloten dat van het aanvullend pakket alleen de planuitwerking wordt gedaan.

Over de uitvoering van alle maatregelen, ook die worden uitgevoerd door de waterschappen en andere partijen, gericht op de ecologische en chemische kwaliteit van de oppervlaktewateren in de stroomgebieden van de Rijn, Maas, Schelde, Eems en de uitvoering gericht op een goede chemische en kwantitatieve toestand van de grondwateren in de vier stroomgebieden wordt de Tweede Kamer jaarlijks geïnformeerd via De Staat van ons Water (laatste publicatie: Kamerstukken II, 2022-2023, 27 625 Nr. 627 ). Omdat de Kaderrichtlijn Water werkt met planperiodes, is een volledige beschrijving van de toestand alleen om de 6 jaar mogelijk. Het Planbureau voor de Leefomgeving rapporteert jaarlijks op basis van de beschikbare gegevens over waterkwaliteit in het Compendium voor de Leefomgeving.

Projectbudget: De toename van het projectbudget (€ 33 miljoen) is het gevolg van loon- en prijsbijstelling (€ 29 miljoen) en de opdracht voor schoon en emissieloos bouwen (SEB) (€ 3 miljoen).

Tabel 26 Projectoverzicht realisatieprogramma (bedragen x € 1 miljoen)
 

Kasbudget 2023

Projectbudget

Openstelling

Toelichting

Projectomschrijving

begroting2023

realisatie

verschil

begroting2023

huidig

begroting2023

huidig

 

Projecten Nationaal

        

KRW 1e tranche

  

0

30

30

   

KRW 2e en 3e tranche

59

43

‒ 16

665

698

2027

2027

1

Programma realisatie

59

43

‒ 16

695

728

   

begroting (DF 7.01.01)

59

43

‒ 16

     

Toelichting

  • 1. De per saldo lagere realisatie op het realisatieprogramma Kaderrichtlijn Water (€ 16,0 miljoen) is met name het gevolg van:

    • het samenwerkingsproject Salmsteke heeft restpunten waardoor eindafrekening niet afgerond kan worden en doorschuift naar 2024. De maatregel in het gebied Zwarte Water heeft vertraging opgelopen door aanpassing van het ontwerp om te voldoen aan de vergunning welstand en schuift door naar 2024. Daarnaast vertraging in reguliere werkzaamheden, wegens opnieuw berekeningen stikstof op basis van een nieuw model Aerius in oktober en de bijbehorende ecologische beoordeling daarop. Dat was niet voorzien omdat we met een volledige berekening de voortoets zijn ingegaan, dienaar aanleiding hiervan weer opnieuw moest (€ -7,8 miljoen).

    • vertraging door het uitstel van de omgevingswet en het aanpassen van de bouwvrijstelling (stikstof). Project NOZW is na uitspraak van de Rechtbank weer herstart, gaan diverse uitgaven 2023 naar 2024. Een gedeelte van de ingenieursdiensten wordt vanuit de Kaderrichtlijn Water betaald (€ -24,7 miljoen);

    • hogere uitgaven in 2023 omdat de financiële afwikkeling bij een aantal projecten niet meer in 2022 heeft kunnen plaatsvinden, doordat de declaratie niet of niet tijdig is ontvangen. Dit heeft plaatsgevonden bij de projecten Vispassages; Zeegrasherstel (€ 5,8 miljoen);

    • toevoeging van de loon- en prijsbijstelling 2023 (€ 3,5 miljoen);

    • lagere uitgaven doordat het budget 2022 in de begroting vrij sober was opgenomen en bleek dat er 9 mln in 2022 extra budget nodig was en uit 2023 naar 2022 is gehaald. De belangrijkste reden was dat o.a. overeenkomsten voor grondaankopen sneller geëffectueerd konden worden. Daarnaast zijn de planuitwerkingen van enkele KRW projecten sneller afgerond en konden versneld de realisatiefase in (€ -9,0 miljoen);

    • diverse kleine mutaties per saldo (€ 16,2 miljoen).

7.02 Ontwikkeling Waterkwaliteit

Motivering

Naast het Verbeterprogramma Waterkwaliteit Rijkswateren ten behoeve van de KRW zijn hieronder de overige aanlegprojecten inzake waterkwaliteit opgenomen.

Producten

Grote wateren

In 2023 zijn de plannen van aanpak voor de projecten van de derde tranche aangeleverd.

Van de projecten uit de eerste en tweede tranche zijn de volgende mijlpalen in 2023 bereikt:

  • Het project verlengde eerste fase Markerwadden is opgeleverd en een evaluatie naar de effecten van dit project op de ecologische waterkwaliteit in het Markermeer is uitgevoerd.

  • In 2023 is het project Lauwersmeer-Vierhuizergat gestart met de realisatie.

  • Het project Meanderende Maas heeft het ontwerp projectbesluit, inclusief PAGW, gepubliceerd.

  • Voor Wieringerhoek en Oostvaardersoevers is het voorkeursalternatief vastgesteld nadat de zienswijzen op het ontwerp voorkeursalternatief waren verwerkt.

  • Voor het project Grevelingen is het rapport van de taskforce opgeleverd.

  • De preverkenningen Gelderse Poort en IJsselvechtdelta zijn opgeleverd in 2023.

  • De verkenningsfase voor de projecten Koehool-Lauwersmeer en Eemszijlen zijn afgerond.

Grondwater

Zoals in het advies van de Studiegroep Grondwater werd aangegeven, staat de beschikbaarheid van voldoende, schoon grondwater voor toekomstige generaties onder druk. De huidige situatie is niet meer volhoudbaar en een transitie is nodig om de duurzame bescherming van de grondwater te borgen.

Het is belangrijk dat water en bodem leidende principes worden, vooral ook bij ruimtelijke ontwikkelingen. Daarnaast is nu onvoldoende zicht op hoeveelheid grondwater die wordt onttrokken, waardoor het lastig is hier beter grip op te krijgen. Ook voldoende zicht op de verontreiniging van het bovenste grondwater vanaf het maaiveld ontbreekt. Grondwatermonitoring vindt over het algemeen op grotere diepte plaats, waardoor verontreinigingen te laat zichtbaar worden.  Verontreinigingen van het grondwater verplaatsen zich langzaam naar diepere lagen en vormen een bedreiging voor humane consumptie door o.a. drinkwatervoorziening uit grondwater.

Om de knelpunten aan te pakken zijn dit jaar vanuit onder andere Water en Bodem Sturend, het Nationaal Programma Landelijk Gebied, het programma Bodem, Ondergrond en Grondwater, de Kaderrichtlijn water en de Beleidsnota drinkwater, samen met de gemeenten, waterschappen en provincies, de eerste stappen gezet. Zo is er gekeken naar het mogelijk aanpassen van de regelgeving voor grondwateronttrekkingen, worden regionaal plannen opgesteld voor het National Programma Landelijk Gebied waarin grondwater integraal wordt meegenomen en wordt er een eerste schets van een mogelijk early warning meetnet opgesteld. Ook de komende jaren zal het nodig zijn om gezamenlijk de benodigde stappen te blijven zetten om te zorgen dat de transitie doorzet.

Daarnaast werkt het Rijk op dit moment aan het bepalen en begrenzen van de Nationale Grondwater Reserves (NGR). Deze diepe en schone grondwatervoorraden kunnen ingezet worden voor de drinkwatervoorziening op de langere termijn (na 2050) en tijdens extreme crisisscenario’s als calamiteitenvoorzining. Vanwege de toenemende druk op de drinkwatervoorziening, is dit van groot belang. Op basis van onderzoek en 3D kartering is nu een eerste voorzet van een begrenzing bepaald. Samen met een bijpassend beschermingsregime wordt deze begrenzing in 2024, via het Programma Bodem, Ondergrond en Grondwater vastgesteld.

Bijdrageregeling Zuivering

In 2023 is de bijdrageregeling op basis van overeenkomsten succesvol omgezet naar een subsidieregeling. Er zijn in dit jaar vier nieuwe aanvullende zuiveringen gebouwd voor de verwijdering van medicijnresten (rwzi Houten, rwzi Dinther, rwzi Oijen en rwzi Wervershoof). Bij rwzi Leiden-Noord is in 2022 al een aanvullende zuivering gebouwd. In Nederland zijn er in totaal vijf aanvullende zuiveringen voor medicijnresten in bedrijf, mede tot stand gekomen met een subsidie van het Rijk.

Deltaplan Agrarisch Waterbeheer

In het kader van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW) verder gewerkt aan het verminderen van de agrarische wateropgaven (verschil huidige situatie van het agrarisch waterbeheer en vereiste situatie). Hiermee wordt invulling gegeven aan het behalen van de doelen van de Kaderrichtlijn Water, de doelen voor nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen en het voorkomen van schade door droogte en wateroverlast. In dit kader zijn er bijdragen verstrekt aan het Kadaster en LTO voor de bemensing van het DAW programma. Medio 2023 is de Subsidieregeling stimulering uitvoering maatregelen Deltaplan Agrarisch Waterbeheer aan waterschappen ter waarde van € 21 miljoen opengesteld. Met deze bijdragen kunnen waterschappen en agrariërs verder werken aan het verminderen van de agrarische wateropgaven. In 2023 zijn enkele SPUK aanvragen door waterschappen ingediend, minder dan oorspronkelijk was voorzien. Hierdoor liep de uitputting van middelen in 2023 achter op de begroting. De rest van de subsidies zullen naar verwachting in 2024 en 2025 worden aangevraagd.

Waterkwaliteit in glastuinbouwgebieden

Om de waterkwaliteit in glastuinbouwgebieden te verbeteren is in 2023 gewerkt aan beter inzicht in lozingen vanuit kassen, o.a. door verbetering van de werking van het informatiebeheer over lozingen bij de uitvoeringsorganisatie glastuinbouw. Bovendien is onderzoek uitgevoerd naar resterende emissieroutes, zoals lekstromen en ontbrekende rioleringscapaciteit. Aan de hand hiervan zijn vervolgstappen in gang gezet, o.a. om de glastuinbouwexpertise van toezichthouders bij omgevingsdiensten en waterschappen te vergroten, zodat zij hun toezichttaak effectiever uit kunnen voeren.

Planning waterkwaliteit

Dit artikelonderdeel geeft inzicht in de stand van zaken van diverse projecten en programma’s op het gebied van zoetwatervoorziening die zich in de fasen van voorbereiding tot realisatie bevinden.

Tabel 27 Projectoverzicht realisatieprogramma (bedragen in € 1 miljoen)
 

Kasbudget 2023

Projectbudget

Openstelling

Toelichting

Projectomschrijving

begroting2023

realisatie

verschil

begroting2023

huidig

begroting2023

huidig

 

Projecten Nationaal

        

Bijdrageregeling medicijnresten

10

5

‒ 5

65

68

   

Verruiming vaargeul Westerschelde

 

0

0

26

26

   

Natuurcompensatie Perkpolder

 

2

2

 

6

  

1

DAW Projecten (subsidies aan o.a. Kadaster, LTO)

11

2

‒ 9

32

28

  

2

Grote Wateren

12

0

‒ 12

198

221

2032

2032

3

afrondingen

‒ 1

‒ 1

0

     

Programma realisatie

32

8

‒ 24

321

349

   

begroting (DF 7.02.01)

32

8

‒ 24

     

Toelichting

  • 1. Natuurcompensatie Perkpolder: Bij de aanleg van de nieuwe primaire waterkeringen bij het project Natuur Compensatie Perkpolder is Thermisch Gereinigde Grond (TGG) in de kern van de kering toegepast. Vanwege de toepassing van de TGG is het risico van bodemverontreiniging ontstaan. Op 30 juni 2022 heeft de Minister ingestemd met een aanvullende beheersmaatregel. die is opgenomen in het Plan van Aanpak dat aan de 4 bevoegde gezagen is aangeboden. Conform het zorgplichtartikel 13 van de Wet Bodembescherming is Rijkwaterstaat als toepasser verantwoordelijk voor de TGG en gaat Rijkswaterstaat uitvoering  geven aan de zorgplicht.

  • 2. DAW-projecten: De lagere realisatie wordt veroorzaakt door het later van kracht worden van deze nieuwe regeling. Verwachting was dat vanaf het moment van publicatie er breed een beroep op zou worden gedaan maar in de beginfase was sprake van een afwachtende houding bij een aantal potentiële aanvragers als gevolg van de onzekerheid in het agrarische werkveld over de impact van nieuwe gebiedsprocessen. Het projectbudget is verlaagd als gevolg van de subsidie aan het LTO dat op een ander begrotingsonderdeel wordt verantwoord.

  • 3. Grote wateren; De lagere kasrealisatie is het gevolg van een actualisatie van de projectplanning waardoor een verschuiving van het programmabudget naar latere jaren is doorgevoerd. De verhoging van het projectbudget is met name het gevolg van de toegevoegde loon- en prijsbijstelling (€ 11,7 miljoen) en een toevoeging vanuit de beleidsreservering van (€ 14 miljoen) als aanvullende financiering voor het programma 2023-2025. Daarnaast is een overheveling naar het ministerie van LNV verwerkt (€ -2,0 miljoen).

7.03 Studiekosten

Motivering

Dit betreft de studie- en onderzoekskosten voor het Deltaprogramma (MIRT-onderzoeken) en de overige studiekosten op het gebied van waterkwaliteit.

Producten

KRW

De uitvoering van de maatregelen uit de stroomgebiedbeheerplannen 2022-2027 is verder opgepakt. Begin 2023 is samen met de medeoverheden het impulsprogramma KRW opgezet, uitgewerkt en in gang gezet met 7 actielijnen. Met als kernpunten: stevig sturen op uitvoeren van de afgesproken maatregelen, gezamenlijk aanpakken van de risico’s daarbij, intensiveren maatregelen stoffen, eind 2024 de tussenevaluatie KRW gereed hebben, aanpassen regelgeving en voorbereiden op rechtzaken. Er is onder leiding van de minister een Bestuurlijk Overleg KRW ingesteld om dit stevig aan te sturen.

Microplastics

Voor de kennisopbouw over de effecten van microplastics op de gezondheid van de mens investeert IenW ca. € 1 miljoen en VWS ca. €6 miljoen t/m 2025. De kennisopbouw wordt gecoördineerd door ZonMw. Voor de eerste tranche van de onderzoeksprojecten zijn de calls reeds gesloten en worden onderzoeken uitgevoerd. Voor de tweede tranche van de onderzoeken is een call/ oproep gedaan om voorstellen in te dienen en die voostellen voor onderzoeksvoorstellen zijn beoordeeld door een brede beoordelingscommissie van een aantal universiteiten.

Voor de monitoring van microplastic is de bemonstering- en de analysemethode ontwikkeld en medio 2023 aangeboden aan de Tweede Kamer. De validering is eind 2023 afgerond.

Met verschillende gebiedsbeheerders zijn trajecten gestart om de ontwikkelde preventie maatregelen te implementeren. Met o.a. de sectoren bouw, cruiseschepen, producenten van nurdles en riviervissers worden gesprekken gevoerd over de mogelijkheden om plastic zwerfafval te voorkomen.

Bij de ontwikkeling van monitoring van macroplastic is onderzoek naar de meetmethoden voor oever en wateroppervlakte afgerond en gevalideerd. De meetmethode voor oevers is gebaseerd op de OSPAR-methode voor stranden. Het oppervlaktewater kan vanaf bruggen worden gemonitord. De meetmethoden vullen elkaar aan.

De verkenning voor een onderzoek naar macroplastic in de waterkolom is afgerond.

Licence