Begrotingsgefinancierde en premiegefinancierde regelingen
In de begrotingen en de jaarverslagen van het Ministerie van SZW wordt gerapporteerd over zowel begrotingsgefinancierde als premiegefinancierde regelingen. In de beleidsartikelen waar premiegefinancierde uitgaven en ontvangsten voorkomen zijn deze opgenomen in een afzonderlijke tabel ‘Budgettaire gevolgen van beleid’. In de paragraaf beleidsprioriteiten wordt ingegaan op de ontwikkeling van het totaal van deze uitgaven. De begrotingsgefinancierde uitgaven en ontvangsten komen een-op-een voort uit de administratie van SZW. De premiegefinancierde uitgaven en ontvangsten zijn afgeleid uit de jaarverslagen van UWV en de SVB.
Rol en verantwoordelijkheid: taakverdeling Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen
De politieke leiding van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bestaat uit de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen. De verdeling van de beleidsterreinen is vastgelegd in de portefeuilleverdeling van het kabinet Rutte IV. Waar in dit jaarverslag gesproken wordt van 'de Minister', wordt bedoeld de Minister in wier portefeuille betreffend beleidsterrein valt.
Focusonderwerp
Naar aanleiding van het verzoek van de Tweede Kamer om bij de verantwoording over het jaar 2023 aandacht te besteden aan resultaatbereik in relatie tot onderuitputting, als gevolg van bijvoorbeeld arbeidsmarktkrapte, is in de Rijksbegrotingsvoorschriften een eenmalige bijlage bij het jaarverslag voorgeschreven. Deze bijlage is opgenomen als bijlage 5 in het jaarverslag 2023 van het Ministerie van SZW.
Grondslagen voor de vastlegging en waardering
De verslaggevingsregels en waarderingsgrondslagen die van toepassing zijn op de in dit jaarverslag opgenomen financiële overzichten zijn ontleend aan de Comptabiliteitswet 2016 en de daaruit voortvloeiende regelgeving, waaronder de Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2024 en de Regeling agentschappen. Voor de departementale begrotingsadministratie wordt het verplichtingen-kasstelsel toegepast en voor de baten-lasten agentschappen het baten-lastenstelsel. Sinds 1 januari 2018 vallen onder het Ministerie van SZW geen agentschappen meer.
Motie Schouw
In juni 2011 is de motie Schouw ingediend en aangenomen. Deze motie zorgt ervoor dat de landenspecifieke aanbevelingen van de Raad op grond van de nationale hervormingsprogramma's een eigenstandige plaats krijgen in de departementale begrotingen. In de beleidsprioriteiten (paragraaf 3.1 Het beeld van 2023) wordt teruggekomen op de landenspecifieke aanbevelingen zoals verwoord in de begroting.
Gegevens oude jaren
In dit jaarverslag worden ook kerncijfers gepresenteerd over jaren vóór 2023. Hierbij wordt uitgegaan van de meest recente informatie. Dit betekent dat deze cijfers kunnen afwijken van voorlopige gegevens die in vorige jaarverslagen werden gepresenteerd.
Afwijkingen van de Rijksbegrotingsvoorschriften
Bij de budgettaire tabellen in het beleidsverslag wordt het verschil tussen de budgettaire raming uit de begroting 2023 en de realisatie voor het jaar 2023 toegelicht indien de afwijking tussen raming en realisatie groter is dan 5% van het begrotingsbedrag of groter is dan € 25 miljoen. Hiermee wordt afgeweken van model 3.22e uit de Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2024.
Groeiparagraaf
Het kabinet heeft aangekondigd te rapporteren over het vervolg op het rapport ‘Ongekend onrecht’ via de departementale jaarverslagen (Kamerstukken II 2022/23, 35 510, nr. 135). Deze rapportage is in dit jaarverslag opgenomen in onderdeel 3.1 Het beeld van 2023.
Daarnaast is op grond van de Rijksbegrotingsvoorschriften bijlage 5 (Focusonderwerp 2023, onderuitputting) aan het jaarverslag toegevoegd.