Base description which applies to whole site

Artikel 5. Integratie en maatschappelijke samenhang

A Algemene doelstelling

Het bevorderen van maatschappelijke samenhang en sociale stabiliteit door participatie en inburgering, met als doel dat iedereen met een migrantenachtergrond net als iedere andere burger zelfredzaam is en – naar vermogen – deelneemt aan de samenleving.

B Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor de visie van en samenhang binnen het integratiebeleid van het kabinet en de daarvoor benodigde kennis.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties spreekt de vakdepartementen aan op hun verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat hun generieke beleid voor alle burgers even effectief werkt.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor de uitvoering van de Remigratiewet, de Wet inburgering, de Wet inburgering buitenland en de Wet overleg minderhedenbeleid.

De mate waarin de algemene doelstelling van het integratiebeleid wordt gerealiseerd, wordt afgemeten aan de ontwikkeling van drie kengetallen. Op de langere termijn wordt gestreefd naar evenredige participatie van alle bevolkingsgroepen in Nederland op genoemde indicatoren.6

Tabel 5.1
 

2007

2008

2009

2010

2012

Percentage netto-arbeidsparticipatie van de bevolking 15–64 jaar

         

Niet-westerse migranten

53,6

56,9

55,2

52,8

 

Autochtone Nederlanders

68,7

70,0

69,9

69,4

 

Verschil

– 15,1

– 13,1

– 14,7

– 16,6

afname

Percentage met startkwalificatie van de niet schoolgaande bevolking 15–64 jaar

         

Niet-westerse migranten 2e generatie

68,1

67,1

67,4

67,2

 

Autochtone Nederlanders

70,5

71,4

72,2

72,9

 

Verschil

– 2,4

– 4,3

– 4,8

– 5,7

afname

Aantal verdachten per 1 000 van de bevolking van 12 jaar en ouder

         

Niet-westerse migranten

44

41

38

33 *

 

Autochtone Nederlanders

12

11

10

9 *

 

Verschil

32

30

28

24 *

afname

Bron: CBS kernindicatoren jaarlijkse aanlevering conform onderzoeksopdracht

*

De cijfers over 2010 zijn voorlopig

C Beleidswijzigingen

Het kabinet wil met regulier beleid de doelstellingen op het terrein van integratie realiseren. Elke burger kan met algemene faciliteiten op het gebied van arbeidsmarkt, onderwijs en wonen een zelfstandig bestaan opbouwen, eventueel ondersteund door familie of naaste omgeving. Beleid moet werken voor alle groepen in de samenleving. Waar dat niet het geval is, wordt bijgestuurd op het algemene beleid en wordt niet langer gegrepen naar specifieke instrumenten.

Het kabinet komt met voorstellen waarmee nieuwkomers zelf verantwoordelijk worden voor het bereiken van het vereiste niveau van taal en kennis om het inburgeringexamen te halen en dragen zelf de kosten. Er komt een sociaal leenstelsel als vangnet voor mensen die niet in staat zijn hun opleiding zelf te betalen.

Het kabinet zet erop in dat kennis over integratie en over de positie van verschillende groepen in de Nederlandse samenleving, effectieve interventies en succesvolle methoden, beschikbaar worden gesteld en dat het benutten ervan actief wordt bevorderd bij algemene instellingen. Waar nodig wordt bijgedragen aan de inzet van de vakdepartementen, bijvoorbeeld bij jeugdzorg, voor- en vroegschoolse educatie, aansluiting van opleidingskeuze op de arbeidsmarkt en de aanpak van overlastgevende en criminele jeugdgroepen.

Integratiesubsidies worden geleidelijk verminderd, met uitzondering van de subsidie aan Vluchtelingenwerk Nederland, die conform het regeerakkoord wordt voortgezet.

D1 Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 5 Integratie en maatschappelijke samenhang

(x € 1 000)

2012

2013

2014

2015

2016

Verplichtingen

245 233

181 837

94 506

87 988

87 904

           

Uitgaven

251 233

187 837

94 506

87 988

87 904

           

5.1 Faciliteren inburgering

197 293

134 926

36 515

40 512

40 428

           

Opdrachten

11 242

10 785

12 061

17 299

17 287

Programma inburgering

11 242

10 785

12 061

17 299

17 287

           

Bijdragen

186 051

124 141

24 454

23 213

23 141

Gemeenten uitvoering Wet Inburgering

160 005

98 300

0

0

0

Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO)*

21 956

21 751

20 364

19 123

19 051

Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA)

4 090

4 090

4 090

4 090

4 090

           

5.2 Maatschappelijke en economische zelfredzaamheid

53 940

52 911

57 991

47 476

47 476

           

Subsidies

7 032

7 032

7 032

4 272

4 272

Forum

6 000

6 000

6 000

3 240

3 240

Vluchtelingenwerk Nederland

1 032

1 032

1 032

1 032

1 032

           

Opdrachten

9 906

8 876

13 956

6 712

6 712

Programma integratie

8 206

7 176

12 256

5 012

5 012

Remigratie

1 700

1 700

1 700

1 700

1 700

           

Bijdragen

37 002

37 003

37 003

36 492

36 492

Sociale Verzekeringbank (SVB)

37 002

37 003

37 003

36 492

36 492

           

Ontvangsten

32 425

4 425

4 425

4 425

4 425

*

Inclusief het bedrag dat DUO uitkeert in het kader van het leenstelsel.

D2 Budgetflexibiliteit

Bij «Faciliteren inburgering» zijn de uitgaven nagenoeg geheel verplicht. Het betreft de bijdragen aan gemeenten en centrale kosten voor bijvoorbeeld het examenstelsel, het leenstelsel en inburgering in de opvang. Een klein deel van het budget is niet juridisch verplicht en is bestemd voor activiteiten zoals monitoring, onderzoek en voorlichting. Deze activiteiten zijn nodig voor uitvoering van de Wet Inburgering en de Wet Inburgering Buitenland.

Bij «Maatschappelijke en economische zelfredzaamheid» zijn de uitgaven eveneens voor het grootste deel verplicht. Het gaat met name om remigratie-uitkeringen. De rechten van degenen aan wie een uitkering is toegekend, kunnen niet worden aangetast.

E Toelichting op de instrumenten

5.1 Faciliteren inburgering

Opdrachten

Programma Inburgering

Een aantal inburgeringstaken wordt centraal gecoördineerd. De uitvoering verloopt via opdrachten aan diverse organisaties voor het onderhoud van de examens, monitoring van de inburgeringsresultaten en het keurmerk inburgering. De regelgeving en de aansturing van de bovengenoemde activiteiten berust bij het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Als gevolg van de Wet inburgering in het buitenland (WIB) moeten bepaalde groepen vreemdelingen die zich in Nederland willen vestigen het basisexamen inburgering afleggen op een examenlocatie in het buitenland. In dit kader worden opdrachten verleend aan diverse partijen inzake de uitvoering van de Wet inburgering in het buitenland voor het onderhoud van het examenstelsel.

Tabel 5.2 Kengetallen inburgering Nederland1

Kengetallen inburgering Nederland

20102

2011

2012

2013

2014

2015

Aantal deelnemers dat voor het inburgeringsexamen is geslaagd3

27 425

30 000

25 000

15 000

15 000

15 000

Slagingspercentage

72%

65%

70%

70%

70%

70%

1

De meetbare gegevens (tabel 5.2 en 5.3) van de onderdelen van het integratiebeleid waarvoor de minister van BZK specifiek verantwoordelijk is, zijn hier opgenomen. Voor de meetbare gegevens inzake de delen van het integratiebeleid die worden uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van bewindslieden van andere departementen zijn de betreffende bewindslieden verantwoordelijk.

2

Bron: Informatiesysteem Inburgering (ISI) van DUO, stand per ultimo 2010, peildatum 17 februari 2011.

3

De geslaagden per jaar kunnen in datzelfde jaar of in eerdere jaren zijn gestart. Bijvoorbeeld: geslaagden in 2010 zijn dus in 2010 of in eerdere jaren gestart en hebben hun traject in 2010 met succes afgerond.

Bijdragen

Gemeenten uitvoering Wet Inburgering

In 2012 stelt het Rijk nog € 196,7 mln. beschikbaar aan gemeenten om inburgeringsplichtigen een aanbod te kunnen doen. Hiervan is reeds € 36,7 mln. toegevoegd aan het Gemeentefonds voor uitvoeringskosten; het overige budget (€ 160 mln.) wordt ingebracht in het Participatiebudget.

Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO)

DUO ontvangt een bijdrage voor het afnemen van examens, het verstrekken van vergoedingen en de uitvoering van het leenstelsel. Het leenstelsel is vangnet voor mensen die niet in staat zijn hun inburgeringsopleiding zelf te betalen.

Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA)

Het COA ontvangt een bijdrage voor de voorinburgering in de centrale opvang.

5.2 Maatschappelijke en economische zelfredzaamheid

Subsidies

Forum

Forum ontvangt als onafhankelijk kennisinstituut op het terrein van multiculturele vraagstukken een subsidie voor het vergaren en beschikbaar stellen van specifieke kennis en expertise op het terrein van integratie aan gemeenten, bedrijven en organisaties en instellingen.

VluchtelingenWerk Nederland

VluchtelingenWerk Nederland ontvangt subsidie in het kader van haar steunfunctie (informatie, advies, training) voor regionale en lokale afdelingen. Vanuit deze afdelingen zetten beroepskrachten en vrijwilligers zich in voor de maatschappelijke begeleiding en integratie van asielgerechtigden.

Opdrachten

Programma integratie

  • Versterking regulier beleid: voor monitoring van het integratieproces, zoals de Jaarrapporten integratie, kennisontsluiting, methodiekontwikkeling, onderzoek en evaluatie worden opdrachten aan diverse partijen verstrekt. Gemeenten zullen worden ondersteund bij het borgen van specifieke kennis en ervaringen in het reguliere beleid. Ook verschijnt elk jaar gelijktijdig met de begroting het Jaarrapport Integratie met een feitelijk overzicht van de ontwikkelingen in de integratie.

  • Maatschappelijke binding en burgerschap: een samenleving op basis van gedeelde belangen en gedeelde verantwoordelijkheid vraagt om een grondhouding van burgerschap. De overheid schept daartoe de voorwaarden. Het kabinet zal vanuit die gedachte met een wetsvoorstel komen dat gelaatsbedekkende kleding in de openbare ruimte verbiedt. Het streven is de wet per 1 januari 2013 in werking te laten treden. Eveneens worden aan diverse organisaties opdrachten verstrekt voor het actieprogramma bestrijding discriminatie en de agenda hedendaags burgerschap.

  • Huwelijk- en gezinsmigratie: in 2012 worden opdrachten verstrekt aan diverse organisaties op het terrein van huwelijks- en gezinsmigratie.

Remigratie

BZK heeft aan het Nederlands Migratie Instituut (NMI) een meerjarige opdracht verstrekt ten behoeve van de voorlichting Remigratiewet voor de periode van 2011–2014.

Tabel 5.3 Kengetallen Aanpak rassendiscriminatie

Aanpak rassendiscriminatie

20071

20081

20092

Aantal meldingen bij een antidiscriminatievoorziening van discriminatie op grond van ras.

1 835

2 003

2 361

1

Bron: Kerncijfers 2008; landelijk overzicht van discriminatieklachten geregistreerd bij antidiscriminatiebureaus en meldpunten in Nederland opgesteld door Art. 1, de landelijke vereniging ter voorkoming en bestrijding van discriminatie in samenwerking met de Universiteit van Utrecht

2

Bron: voorlopige cijfers Art. 1, de landelijke vereniging ter voorkoming en bestrijding van discriminatie, uit de registratie van de antidiscriminatievoorzieningen in Nederland; het definitieve rapport verschijnt later dit jaar.

Bijdragen

Sociale Verzekeringsbank

Aan de Sociale Verzekeringsbank wordt een bijdrage verstrekt om de Remigratiewet uit te kunnen voeren en de uitkeringen op grond van deze wet te kunnen uitbetalen. Om tegemoet te komen aan twee moties van de Tweede Kamer zullen aanpassingen worden uitgevoerd in de wet en onderliggende regelgeving. De wetswijziging zal volgens planning in 2012 in werking kunnen treden.

Tabel 5.4 Kengetallen Facilitering remigratie

Facilitering remigratie

2010

2011

2012

2013

2014

2015

Aantal remigranten met een periodieke uitkering per einde jaar

11 386

11 730

12 030

12 300

12 550

12 780

Bron: Jaarlijkse opgave van de Sociale verzekeringsbank (SVB) van het aantal rechthebbenden en de raming daarvan.

6

Het SCP heeft een methodiek ontwikkeld die inzichtelijk maakt welke positie niet-westerse migranten zouden innemen in het integratieproces wanneer zij zouden beschikken over een aantal gelijke achtergrondkenmerken (opleidingsniveau, herkomstmilieu) als autochtone Nederlanders (de zogenaamde decompositiemethode). De uitkomsten van dit onderzoek kunnen gebruikt worden bij het formuleren van realistische beleidsdoelstellingen op het terrein van onderwijs en arbeidsmarkt. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan de motie Dijsselbloem en Van der Staaij (31 700 XVIII, nr. 30).

Licence