Base description which applies to whole site

2.3 Niet-beleidsartikelen

Artikel 98 Apparaatuitgaven van het Kerndepartement

Op dit artikel staan alle personele en materiële uitgaven en ontvangsten van het ministerie van Infrastructuur en Milieu met uitzondering van de baten-lastendiensten RWS, KNMI, ILT en NEa. Het omvat de verplichtingen en uitgaven voor ambtelijk personeel, inhuur externen en materieel voor het kerndepartement.

Budgettaire gevolgen van beleid

Overzicht van de budgettaire gevolgen (x € 1 000)

98 Apparaat van de bestuurskern

2012

2013

2014

2015

2016

Verplichtingen

391 393

362 699

322 262

292 044

297 516

Uitgaven

398 586

363 424

323 748

302 186

295 897

Apparaatsuitgaven

398 586

363 424

323 748

302 186

295 897

waarvan gefinancierd met HGIS-middelen

2 369

2 334

2 255

2 174

2 174

waarvan bijdrage aan Rijksbrede Shared Services Organisaties

85 892

77 113

64 917

63 194

57 295

98.09. Ontvangsten

1 834

1 834

1 834

1 834

1 834

De uitgaven bevatten alle personeelsuitgaven inclusief externe inhuur en de materieeluitgaven van de ondersteunende processen van het kerndepartement. De materieeluitgaven omvatten onder andere ICT, huisvesting, opleidingen, communicatie et cetera De bijdrage aan de Rijksbrede Shared Services Organisaties betreft o.a. P-direkt en Rijksgebouwendienst. In huisvestingsbudgetten zijn de gevolgen van de taakstelling Rutte verwerkt, daarbij is de norm van 0,7 werkplek per FTE gehanteerd.

Tabel taakstellingen «Rijk, agentschappen en uitvoerende ZBO’s»

Kleinere overheid

2012

2013

2014

2015

2016

Taakstelling Rijk, Agentschappen en uitvoerende ZBO’s:

         

– Efficiencykorting personeel en materieel

 

– 23 730

– 63 273

– 87 378

– 92 370

– Aanvullende korting

 

– 39 550

– 105 455

– 145 630

– 153 951

Taakstellingen «Rijk, agentschappen en uitvoerende ZBO’s» aandeel IenM

0

– 63 280

– 168 728

– 233 008

– 246 321

Geparkeerde taakstelling bedrijfsvoering

– 4 197

– 8 990

– 15 923

– 15 923

– 15 923

Geparkeerde taakstelling arbeidsproductiviteit (1,5 procent)

– 21 724

– 25 573

– 25 573

– 25 573

– 25 573

Totale taakstelling 2012–2016

– 25 921

– 97 843

– 210 224

– 274 504

– 287 817

Binnen IenM is de taakstelling «Rijk, agentschappen en uitvoerende ZBO’s» uit het Regeerakkoord gedifferentieerd verdeeld naar verschillende onderdelen van het ministerie.

Tabel verdeling taakstelling 2012–2016
 

2012

2013

2014

2015

2016

Structureel

Bestuurskern

– 8 646

– 32 635

– 70 119

– 91 559

– 96 000

– 105 462

Handhaving

– 935

– 3 529

– 7 583

– 9 902

– 10 382

– 11 405

Uitvoering

– 16 340

– 61 679

– 132 522

– 173 043

– 181 435

– 189 168

Totale taakstelling

– 25 921

– 97 843

– 210 224

– 274 504

– 287 817

– 306 035

Ook de nog geparkeerde taakstellingen van het kabinet Balkenende IV zijn op basis van deze verdeling toebedeeld. Bij deze gedifferentieerde toedeling is rekening gehouden met de opbouw van de taakstelling in het regeerakkoord. De generieke en additionele taakstelling komt voor IenM neer op 17,5% (7,5% generiek en 10% additioneel).

De integratie van de voormalige ministeries van VROM en VenW is sinds het aantreden van dit kabinet voortvarend ter hand genomen. De combinatie van integratie en taakstelling leidt tot belangrijke veranderingen in de organisatie van IenM: het aantal beleidsdirectoraten wordt teruggebracht van vijf naar drie, de Inspectie VenW en de VROM-Inspectie worden samengevoegd, in de bedrijfsvoering en stafondersteuning worden forse integratieslagen, standaardisaties en versoberingen in de dienstverlening doorgevoerd. Hierbij wordt aangesloten op mogelijke besparingen uit het programma Compacte Rijksdienst.

Naast een aanzienlijke inhoudelijke synergiewinst zal de samenvoeging ook tot meer efficiëntie in de apparaatskosten gaan leiden. Binnen IenM is de taakstelling «Rijk, agentschappen en uitvoerende ZBO’s» uit het Regeerakkoord gedifferentieerd verdeeld naar verschillende onderdelen van het ministerie. Voor beleid en kennis is een verhoudingsgewijs hogere taakstelling gekozen omdat het regeerakkoord nadrukkelijk de reductie, afbouw en overdracht van beleidstaken noemt. Bij de inspectie geldt de generieke efficiencykorting en een klein integratie-effect. Voor bedrijfsvoering en ondersteuning wordt een fors integratie-effect verwacht en een hogere efficiency.

Naar de huidige inschattingen is de verwachte fte-reductie in de periode 2012–2018 tussen de 2 000 en 2 300 fte. De feitelijke reductie is afhankelijk van de daadwerkelijke reductie op de materiële kosten.

In onderstaande tabel is de gedifferentieerde verdeling naar de verschillende onderdelen weergegeven. De genoemde percentages zijn kortingen op het apparaatbudget.

Handhaving

– 10,0%

Uitvoering (o.a. RWS, NEa)

– 17,5%

Beleid

– 25%

Kennis en raden

– 25%

Bedrijfsvoering

– 35%

Beleids- en bestuursondersteuning

– 35%

De taakstellingen zijn financieel toegedeeld in deze begroting. De taakstelling is in mindering gebracht op de agentschapbijdrage aan de uitvoeringsorganisaties en de Inspectie. Voor de overige onderdelen is deze ingeboekt als «min-regel» op het apparaatartikel.

De concrete (financiële) invulling wordt meegenomen bij de vormgeving van de nieuwe organisatiestructuur van IenM en de inhoudelijke beleidskeuzes. De invulling per onderdeel bestaat uit combinaties van efficiencymaatregelen, takenreducties, taakversoberingen, beëindiging of decentralisatie van taken en effecten/ontdubbelingen als gevolg van de samenvoeging van voormalig VenW en delen van voormalig VROM. Dit zal zijn beslag krijgen in de begroting 2013.

Apparaatsuitgaven beleidsDG's onderverdeeld naar artikel (x € 1 000)
 

Raming apparaat

artikelen op de begroting

DG Bereikbaarheid i.o.

€ 41 570

32 t/m 36

DG Ruimte en Water i.o.

€ 33 379

31, 32, 34, 51, 52 en 60

DG Milieu en internationale coördinatie i.o.

€ 28 203

31, 33, 35, 36, 53 t/m 57 en 60

De hierboven gepresenteerde cijfers zijn indicatief.  Ten tijde van de opstelling van deze begroting moet nog besluitvorming plaatsvinden over enkele aspecten die de inrichting van IenM betreffen. Er zijn nog verschuivingen mogelijk tussen materiële budgetten van de beleids-DG’s i.o. en IenM-brede materiële budgetten. Ook de nieuwe DG-structuur is nog niet geformaliseerd, vandaar dat gesproken wordt over DG's in oprichting (i.o.).

Totaaloverzicht van de apparaatsuitgaven baten-lastendiensten en de kosten van de aan IenM gelieerde ZBO’s/RWT’s

IenM is verantwoordelijk voor vier baten-lastendiensten: Rijkswaterstaat, het KNMI, de ILT en de NEa. In de onderstaande tabel zijn de totale apparaatskosten van deze organisaties weergegeven. Deze worden verder toegelicht in de baten-lastendiensten paragraaf.

De apparaatskosten van de begrotingsgefinancierde ZBOs en RWT’s kunnen niet worden geconsolideerd met de cijfers van het moederdepartement, omdat dit kosten betreffen die niet zijn gelieerd aan de rijksbijdrage die door het departement wordt verstrekt.

Totaaloverzicht (x € 1 000)

Apparaatsuitgaven baten-lastendiensten

Verwijzing

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

Rijkswaterstaat

zie paragraaf 4

1 081 171

1 038 511

1 044 133

1 045 454

1 047 718

1 049 030

1 037 854

KNMI

zie paragraaf 4

34 326

30 503

27 318

26 503

25 461

24 577

24 514

ILT

zie paragraaf 4

0

0

146 963

131 795

126 645

120 271

119 820

NEa

zie paragraaf 4

4 503

4 542

5 147

5 147

5 147

5 147

5 147

Kosten van ZBO's en RWT's

Verwijzing

2010

2011

         

ProRail

zie bijlage 6.3

314 000

289 000

         

Kadaster

zie bijlage 6.3

2 344

2 500

         

StAB

zie bijlage 6.3

5 703

5 800

         
Artikel 99 Nominaal en onvoorzien

Dit artikel is een administratief begrotingstechnisch artikel. Dit betekent dat er geen daadwerkelijke uitgaven ten laste van artikel 99 worden gedaan. Het artikel dient hoofdzakelijk als tussenstation voor de overboeking van middelen naar de andere artikelen op de IenM begroting, zoals de loon- en prijsbijstelling. Ook taakstellingen die nog niet direct kunnen worden doorgeboekt worden op dit artikel geadministreerd.

Overzicht budgettaire gevolgen van beleid (x € 1 000)

99. Nominaal en onvoorzien

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

Verplichtingen

0

– 264

– 3 461

– 7 007

– 7 437

– 3 118

– 7 168

Uitgaven

0

– 264

– 3 461

– 7 007

– 7 437

– 3 118

– 7 168

Licence