Wat heb je nodig?
Dat is de vraag waar het om moet draaien in de gezondheidszorg. Wat heb je nodig om gezond te blijven? Om beter te worden? En als beter worden niet meer gaat, wat heb je dan nodig om zo zelfstandig mogelijk te kunnen blijven, met zo hoog mogelijke kwaliteit van leven.
De vraag «Wat heb je nodig?» kan het beste door mensen zelf beantwoord worden, in samenspraak met hun zorgverleners. Het antwoord is voor iedereen anders. Maar het is een cruciale vraag. Juist in een samenleving met meer ouderen, meer chronisch zieken. Juist in een samenleving waarin mensen steeds meer zelf willen bepalen hoe zij hun leven inrichten, daar zelf ook meer mogelijkheden voor hebben. Waarin mensen met één muisklik heel de wereld in huis halen.
Met de omslag in de zorg die wij de afgelopen jaren hebben gemaakt, willen wij mensen de zorg bieden die in deze tijd bij hen past.
De zorg is nu zo ingericht dat die persoonsgerichte aanpak mogelijk is: zorg thuis of dichtbij huis als het kan, verder weg als het moet. En afgestemd op ieders persoonlijke situatie, rekening houdend met wat een ieder zelf nog kan of niet kan. We zien al heel goede voorbeelden waar dit lukt (www.hetzorgverhaal.nl). Tegelijkertijd zien we ook dat ouderen en kwetsbare mensen soms de weg naar de juiste zorg niet kunnen vinden. Dat moeten we in de praktijk oplossen. Daar zetten we ons de komende jaren voor in, samen met de mensen in de zorg en samen met patiënten, cliënten en bewoners.
Hoe gezond voelt u zich?
Vanaf 1990 voelen mensen zich steeds een beetje gezonder. In 2014 gaf 84,3% van de mannen en 79,5% van de vrouwen aan een goede gezondheid te ervaren.
Die praktische en persoonsgerichte aanpak kiezen we ook bij de uitvoering van nieuwe wetten over kwaliteit en toegankelijkheid van de zorg. We houden nauwlettend de praktijk in de gaten en springen in waar nodig.
Vanzelfsprekend blijft betaalbaarheid een voorwaarde om de zorg voor iedereen toegankelijk te houden. We zijn er mede dankzij de hoofdlijnenakkoorden in geslaagd om de groei van de zorguitgaven (www.hetzorgverhaal.nl/wat-betalen-we-aan-zorg) – zoals we die tot 2012 jaar op jaar zagen – te remmen. Maar van achterover leunen kan geen sprake zijn. Omdat we steeds ouder worden en er medisch gezien steeds meer mogelijk is, blijft de druk op de gezondheidszorg groot en geeft de overheid nog steeds elk jaar meer geld uit aan zorg. Dat geldt zowel voor de langdurige zorg als voor de curatieve zorg. In 2017 is dat bijna 69 miljard euro (www.hetzorgverhaal.nl/zorguitgaven) – bijna één derde van alle uitgaven die de rijksoverheid doet.
Het is cruciaal dat we op de kosten blijven letten, vol inzetten op preventie en daadwerkelijk gebruik maken van de enorme mogelijkheden die innovaties bieden om mensen tegen lagere kosten de zorg te bieden die bij hen past en die tegemoet komt aan wat zij in hun individuele situatie nodig hebben.
Wat heb je nodig om gezond te leven en gezond op te groeien?
Steeds meer mensen beseffen dat hun manier van leven invloed heeft op hun gezondheid. Dat is een goede ontwikkeling. Want hoe goed de zorg ook is, het is altijd beter om ziekte te voorkomen. Dit is in de eerste plaats de verantwoordelijkheid van mensen zelf. De overheid zorgt voor de randvoorwaarden, maakt gezonde keuzes makkelijk en beschermt mensen die dat zelf niet kunnen.
Wie rookt er nog?
Steeds minder jongeren roken. In 2015 had 10,6% van de jongeren tot 16 jaar in de afgelopen maand gerookt. In 2011 was dat 16,9%.
Veilig opgroeien
Een veilige kindertijd is het fundament voor een gezond en gelukkig leven. Met 95% van de jongeren gaat het goed. Helaas zijn er ook nog steeds kinderen die geen veilig thuis hebben. Dat is onacceptabel. De zorg en ondersteuning van kinderen en gezinnen die het nodig hebben, moet nu in de praktijk verder worden verbeterd. De vraag «Wat heb je nodig?», moet ook hier leidend zijn, zodat we voorkomen dat er te weinig of juist te veel zorg is. De integrale verantwoordelijkheid van de gemeenten voor de jeugdhulp, biedt hiervoor grote en nieuwe mogelijkheden.
Preventie steeds belangrijker
Wie gezond wil leven, moet daarin niet gehinderd worden. De gezonde keuze moet de makkelijke keuze zijn. Bijvoorbeeld door een breder aanbod van gezonde voeding. Dat betekent minder vet, suiker en zout (www.hetzorgverhaal.nl/vet-zout-en-suiker) in de producten die je koopt in de supermarkt, in de schoolkantine, de sportkantine of het bedrijfsrestaurant. Dat willen we bereiken in samenwerking met het bedrijfsleven.
Wie wil sporten en bewegen (http://www.hetzorgverhaal.nl/sporten-in-de-wijk), moet dit makkelijk kunnen doen. Je hebt een club in de buurt nodig, een trapveldje, een sportcoach die je helpt, veilige straten om te joggen en fietspaden. Om dit voor elkaar te krijgen, werken verschillende ministeries, gemeenten, maatschappelijke organisaties en bedrijven samen in het Nationaal Programma Preventie en de brede maatschappelijke beweging Alles is Gezondheid (www.hetzorgverhaal.nl/de-buurtsportcoach).
Met voorlichtingscampagnes informeren we mensen hoe zij kunnen voorkomen dat ze ziek worden. Bijvoorbeeld door de handen te wassen en op de juiste manier eten te bereiden en te bewaren.
Antibioticaresistentie (www.hetzorgverhaal.nl/antibioticaresistentie)
Het bestrijden van antibioticaresistentie is cruciaal om gezondheidsproblemen te voorkomen. Door verkeerd en kwistig gebruik van antibiotica zijn steeds meer bacteriën ongevoelig voor de middelen die we tot onze beschikking hebben. Steeds meer infecties zijn daardoor moeilijker te behandelen. Antibioticaresistentie ontstaat niet alleen in de zorg, maar ook in de dierhouderij en in het milieu. We werken met alle sectoren samen om antibioticaresistentie terug te dringen. Dit is de zogeheten One Health-aanpak.
Gezondheidsverschillen
Ondanks veel aandacht voor preventie, zien we nog grote verschillen tussen lager- en hogeropgeleiden. Mensen die lager zijn opgeleid, leven vaak minder gezond dan mensen die hoogopgeleid zijn. Daarom proberen wij alle mensen te bereiken met onze bewustwordingscampagnes over de gevaren van roken, drinken en te veel of ongezond eten. Om het gezondheidsbeleid op wijkniveau te ondersteunen, ontwikkelt het RIVM wijkprofielen met de bij ieder profiel behorende pakketten van werkzame interventies.
Kinderen en jongeren zijn kwetsbaar omdat zij geen zeggenschap hebben over hun omgeving en makkelijker beïnvloed worden door het gedrag van anderen. De NIX18 campagne richt zich op jongeren en komend jaar speciaal op kinderen die op het VMBO zitten (www.hetzorgverhaal.nl/roken-alcohol-en-drugs). Jongeren worden ook bewust door de afschrikwekkende afbeeldingen op pakjes sigaretten en met een leeftijdsgrens voor tabaksproducten en e-sigaretten. Samen met verloskundigen, kinderartsen, jeugdartsen, gynaecologen, kraamverzorgenden, verslavingsartsen en huisartsen hebben we de Taskforce Rookvrije Start opgezet om ervoor te zorgen dat zwangere vrouwen en hun omgeving gemotiveerd en beter begeleid worden om te stoppen met roken.
Met de volgende concrete acties willen we komend jaar het verschil maken als het gaat om gezond leven en opgroeien:
-
– De meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling wordt verbeterd: het systematisch zorgen voor veiligheid van (potentiële) slachtoffers krijgt prioriteit. Gemeenten hebben in 2017 26 goed functionerende Veilig Thuis organisaties gerealiseerd, waar professionals en burgers terecht kunnen en goed worden geholpen. We versterken de samenwerking tussen zorg, onderwijs en gemeenten, gericht op een goede uitvoering.
-
– Het is van belang dat mensen goed geïnformeerd worden over de voor- en nadelen van health-checks en zelftesten en beschermd worden tegen risico’s. Dit zal onder meer worden geregeld in een wetsvoorstel dat we in 2017 aan de Tweede Kamer zullen aanbieden.
-
– Op Europees niveau is onder Nederlands voorzitterschap afgesproken dat elke lidstaat, en dus ook Nederland, uiterlijk eind 2017 een nationaal plan moet hebben om voedingsproducten te verbeteren. Zo willen we voorkomen dat mensen te veel zout, verzadigde vetten en calorieën binnen krijgen.
-
– We laten programma’s ontwikkelen om vooral ouderen, chronisch zieken en mensen met een beperking aan het sporten te krijgen. We kijken uit naar de resultaten van de effect- en evaluatiestudies van lopende sportprogramma’s die in 2017 verschijnen.
-
– Instellingen en professionals gaan in regionale netwerken samenwerken om de verspreiding van resistente bacteriën tegen te gaan en zo antibioticaresistentie aan te pakken. Per 2018 moeten er tien netwerken operationeel zijn.
Welke zorg heb je nodig?
Als mensen toch zorg nodig hebben, weten zij zelf het beste wat wel en niet bij hun situatie past. Daarom hebben wij de positie van patiënten, cliënten en bewoners versterkt, zodat zij kunnen meebeslissen over hun zorg. Thuis, in het ziekenhuis, of in het verpleeghuis.
Niet alleen is er meer informatie, mensen kunnen deze informatie ook makkelijker vinden en begrijpen. En waar vroeger de arts het type behandeling bepaalde, beslissen arts en patiënt nu samen wat de beste optie is. Welke keuzes zijn er als het gaat om onderzoek en behandeling? Wegen de voordelen op tegen de nadelen? Om die afwegingen te kunnen maken is betrouwbare en begrijpelijke informatie nodig. We kunnen daarbij nog veel meer gebruik maken van digitale mogelijkheden, zoals animatievideo’s. Goede informatie geeft patiënten een stevigere positie in het gesprek met hun artsen.
Mede door het Jaar van de Transparantie hebben patiënten meer en betere informatie gekregen over de kwaliteit van behandelingen voor dertig aandoeningen. Er is echter nog een flinke inspanning nodig om iedere patiënt tijdig van gedegen en begrijpelijke informatie te voorzien.
We willen ook de positie van patiënten en premiebetalers tegenover hun zorgverzekeraar sterker maken. Daarom komen we met een wetsvoorstel dat de medezeggenschap van een verzekerde over het beleid van de zorgverzekeraar moet versterken. Ook hebben verzekerden een stem gekregen in het instellen van een onafhankelijke geschillencommissie voor de zorg.
Zeggenschap over je eigen leven is net zo cruciaal als je een beperking hebt of te maken krijgt met de gebreken van het ouder worden. Om zo vrij en onafhankelijk als mogelijk te kunnen blijven functioneren, moet zorg dichtbij huis, of liefst thuis, geleverd kunnen worden, zodat de gang naar het ziekenhuis of verpleeghuis alleen gemaakt hoeft te worden als er geen alternatief is.
Deze omslag is hard nodig: in 2030 is bijna één op de vier Nederlanders ouder dan 65 (www.hetzorgverhaal.nl/zorg-voor-ouderen) en hebben naar schatting zeven miljoen Nederlanders één of meer chronische ziekten, zoals diabetes, hart- en vaatziekten of een longaandoening. Al sinds de jaren tachtig kiezen steeds meer ouderen ervoor zo lang mogelijk thuis te wonen. Ook chronisch zieken doen steeds vaker volop mee in de samenleving, hebben nog een baan en een druk sociaal leven. Dat kan, mede dankzij steeds betere behandelingsmethoden, betere geneesmiddelen en dankzij zorg die steeds vaker thuis of dichtbij huis kan worden geboden. Daarbij gaan we steeds meer uit van de eigen kracht en mogelijkheden die mensen hebben.
Levensverwachting
De levensverwachting bij geboorte is gestegen van 77 jaar in 1990 tot 81,5 jaar in 2015.
Dan is het wel van belang om te weten wat iemand nog wel kan, en wat niet meer. En wat mensen nodig hebben aan zorg en ondersteuning. Dit is niet te bepalen vanuit Den Haag. Dat moet dichterbij huis geregeld worden. Daarom hebben gemeenten vanaf 2015 een aantal zorgtaken overgenomen van het Rijk. Zij kennen hun inwoners en komen bij hen over de vloer. Zij kunnen in een persoonlijk gesprek met mensen bepalen wat nodig is. Dat kan verder gaan dan alleen zorg. Zijn er schulden? Is er sprake van eenzaamheid? Zijn er psychische problemen? De gemeenten hebben meer inzicht en mogelijkheden om al die zaken tegelijkertijd en in samenhang aan te pakken dan de landelijke overheid.
Eenzaamheid
40% van de volwassen bevolking voelt zich eenzaam. Eenzaamheid neemt toe met de leeftijd. Van de groep tussen 75 en 84 voelt bijna 50% zich eenzaam; van de groep 85 plus zelfs bijna 60%.
De decentralisaties zijn pas geslaagd als mensen daadwerkelijk ervaren dat ze goed worden geholpen: tijdige hulp en ondersteuning op maat, thuis of dichtbij huis. In 2017 en de jaren daarna zullen we samen met gemeenten en alle andere betrokkenen met onverminderde inzet verder werken aan deze missie (www.hetzorgverhaal.nl/wmo).
Het regelen van de nieuwe zorgtaken is voor gemeenten niet altijd eenvoudig. Daarom zien wij er op toe dat gemeenten iedereen de ondersteuning geven die nodig is. In veel gemeenten gaat dit goed. Zij kunnen als voorbeeld dienen voor anderen. Gemeenten die het niet goed doen spreken we hierop aan en we ondersteunen bij verbetering.
Wijkverpleegkundige (www.hetzorgverhaal.nl/de-wijkverpleegkundige)
Voor mensen die thuis zorg nodig hebben, is de wijkverpleegkundige enorm waardevol. Hij of zij hoort als eerste de vragen en behoeften van mensen, biedt praktische zorg en geeft de zekerheid dat zorg aan huis altijd goed geregeld is. We hebben meer geld vrijgemaakt voor de wijkverpleegkundige en geregeld dat deze zorg in de buurt vergoed wordt door de zorgverzekering. Zorg van de wijkverpleegkundige telt ook niet mee voor het eigen risico. Zoals dat ook al het geval is bij de huisarts, met wie de wijkverpleegkundige intensief samenwerkt. De volgende stap is om mogelijke belemmeringen die de wijkverpleegkundige tegenkomt (zoals overbodige en onduidelijke regels), weg te nemen. We willen dat de wijkverpleegkundige zo veel mogelijk tijd heeft voor mensen en geen tijd kwijt is aan onnodig papierwerk.
Verpleeghuis (www.hetzorgverhaal.nl/verpleeghuiszorg)
Nu mensen steeds langer thuis wonen, zijn degenen die naar een verpleeghuis gaan steeds ouder en vaak ook zieker. Om de zwaardere en ingewikkelder zorg te kunnen bieden die dan nodig is, moet de kwaliteit van de verpleeghuiszorg beter (http://www.hetzorgverhaal.nl/passende-zorg). De sleutel is een combinatie van een goede organisatie, goed management, ruimte voor professionals en betere vaardigheden van zorgmedewerkers. Om tegemoet te komen aan veranderende zorgvraag en de kwaliteit van de ouderenzorg te verbeteren, heeft het kabinet de bezuinigingen op de verpleeghuizen van 500 miljoen euro geschrapt en structureel extra geld vrijgemaakt voor kwaliteit: het gaat om 210 miljoen euro per jaar voor opleidingen en extra dagbestedingactiviteiten. Als onderdeel van het programma Waardigheid en Trots zetten we de voorlopers in het zonnetje en let de Inspectie voor de Gezondheidszorg scherp op de achterblijvers.
Veilig melden
Ruim één miljoen mensen werken elke dag met hart en ziel aan goede zorg in Nederland. Desondanks gaat er wel eens wat mis. Zorg is mensenwerk. Het is belangrijk dat professionals incidenten durven melden, om herhaling te voorkomen. Ook hebben patiënten of cliënten het recht om te weten dat het mis is gegaan. Daarover moeten zij met hun zorgverlener kunnen praten. Een klachtenfunctionaris bemiddelt hierin. Levert dat niks op, dan kan een patiënt een klacht indienen bij de zorgverlener of de zorginstelling. De Wet kwaliteit, klachten en geschillen in de zorg regelt dit.
Vermijdbare sterfte
Aandacht voor patiëntveiligheid werkt! Het aantal patiënten dat in het ziekenhuis kwam te overlijden als gevolg van onnodige fouten is gedaald tussen 2008 en 2011/2012. Van de 100 in het ziekenhuis overleden patiënten, overleden er in 2008 5,5 mede als gevolg van potentieel vermijdbare schade; in 2011/2012 waren dat er 2,6.
Kwaliteit en openheid
Openheid over de kosten en kwaliteit is essentieel als we de zorg goed willen organiseren met kwaliteit hoog in het vaandel. In Kwaliteit loont staan de maatregelen die afspraken hierover tussen zorgaanbieders en -verzekeraars stimuleren. De Inspectie voor de Gezondheidszorg houdt strenger toezicht op de toetreding van nieuwe zorgaanbieders. Instellingen bieden ook zelf openheid over hoe zij kwaliteit en veiligheid garanderen voor de patiënt, zeker in het geval van calamiteiten. De Inspectie zal hier scherp op toezien.
Om verzekeraars te prikkelen zich meer te richten op verzekerden die veel zorg nodig hebben, hebben wij de risicoverevening in 2016 verbeterd. Dat was een eerste stap. Komend jaar zullen we de verevening wederom aanpassen en verder verfijnen. Met een meerjarig onderzoeksprogramma zetten we een derde stap voor verdere verbetering van de risicoverevening.
Cultuuromslag in de geestelijke gezondheidszorg
Ook in de geestelijke gezondheidszorg willen we dat kwaliteit loont. Ook mensen met psychische klachten willen de beste behandeling, volgens de laatste stand van wetenschap en praktijk en op maat. Ook zij hebben recht op betrouwbare informatie die makkelijk te vinden is. Hoe lang duurt de behandeling? Wat mag ik verwachten en wat niet? Welke opties zijn er? Wat past bij mij?
De geestelijke gezondheidszorg heeft hiervoor een plan gemaakt, de zogeheten Toekomstagenda gaat uit van patiënten en verstevigt hun positie. De agenda is een begin. Het komt nu aan op de uitvoering in de praktijk. Professionals in de geestelijke gezondheidszorg werken aan een cultuuromslag waarin patiënten met hun zorgverleners meer inzicht krijgen en meer keuzemogelijkheden, kortom meer regie. Om de financiering dit te laten ondersteunen, werkt de sector samen met de Nederlandse Zorgautoriteit aan een nieuwe bekostiging.
Zorgen voor je naaste (www.hetzorgverhaal.nl/mantelzorg)
Mantelzorgers en vrijwilligers zijn onmisbaar in de zorg en verdienen onze steun. Zeker nu steeds meer ouderen zelfstandig thuis willen blijven wonen, wordt er veel van mantelzorgers gevraagd. Mantelzorgers krijgen steeds meer maatschappelijke erkenning en ondersteuning. Toch hebben velen het gevoel dat ze er alleen voor staan. In 2017 is het tijd voor een volgende stap, waaronder meer maatschappelijke bewustwording. Onder meer door een campagne voor een mantelzorgvriendelijke samenleving. Tegelijkertijd moeten we gezamenlijk blijven zoeken naar mogelijkheden om werk en zorgtaken beter te combineren. Ook aan mantelzorgers moeten wij de vraag stellen: Wat heb je nodig?
Aantal mantelzorgers
1 op de 3 Nederlanders van 18 jaar en ouder heeft in 2014 aangegeven – in het jaar voorafgaand aan het onderzoek – een naaste te ondersteunen.
Goede zorg is kijken naar wat mensen echt nodig hebben. Met de volgende concrete acties willen wij komend jaar het verschil maken:
-
– In het kader van het programma Waardigheid en Trots wordt de basisveiligheid van de instellingen met ingang van 2017 transparant gemaakt en wordt een nieuw kwaliteitskader in gebruik genomen. Met de meerjarige kwaliteitsagenda Samen werken aan een betere gehandicaptenzorg worden bijvoorbeeld activiteiten in gang gezet om de positie van de cliënt te versterken, professionals beter toe te rusten en innovatie en samenwerking te stimuleren. Ook wordt geïnvesteerd in professionals, bijvoorbeeld door het organiseren van een reeks leer-/werkbijeenkomsten en meer scholing voor zorgprofessionals om de dialoog met de cliënt en/of zijn omgeving te verdiepen. We starten twee grote experimenten (VVT en gehandicaptenzorg) om de langdurige zorg meer persoonsgericht te maken.
-
– De verbetering van de uitvoering van het persoonsgebonden budget heeft ook in de komende periode onze aandacht. Allereerst willen we de betalingen ook in 2017 stabiel houden. Daarnaast blijven we werken aan een klantvriendelijker en goedwerkend systeem van trekkingsrecht waarmee de budgethouder van het pgb gemakkelijk zelf zijn zaken kan regelen.
-
– Om samen beslissen meer vorm te geven, worden de drie goede vragen geïntroduceerd in de huisartsenpraktijk en met de partijen in de geestelijke gezondheidszorg is afgesproken dat er meer begrijpelijke informatie beschikbaar komt die ook eenvoudig vindbaar is voor patiënten.
-
– Door de verbetering van de risicoverevening worden per 2017 naar verwachting 200.000 extra chronisch zieken geïdentificeerd voor wie verzekeraars een passende compensatie ontvangen.
-
– Voor alle aanbieders van curatieve ggz is het vanaf 1 januari 2017 verplicht om een kwaliteitsstatuut te hebben, zodat patiënten meer informatie hebben om hun keuze voor een zorgaanbieder op te baseren.
Minder taboes, meer begrip
Dementie (www.hetzorgverhaal.nl/leven-met-dementie)
Dementie wordt volksziekte nummer 1. Mensen met dementie wonen in ons dorp, in onze buurt, in onze straat. Soms hebben ze iemand nodig die ziet wat er aan de hand is, als ze het even niet meer weten bij de kapper of zonder bestemming de bus instappen. Oog hebben voor mensen met dementie is een zaak van ons allemaal.
Depressie (www.hetzorgverhaal.nl/leven-met-depressie)
Nederland telt 800.000 mensen met een depressie. Het is de meest voorkomende reden voor een ziekmelding. De maatschappelijke en persoonlijke impact is enorm. Toch zijn depressies en andere psychische problemen vaak nog een taboeonderwerp. Depressie wordt daarbij vaak niet of laat herkend. Met een publiekscampagne willen wij dat patiënten en hun omgeving depressie sneller herkennen en weten wat ze moeten doen en hoe hiermee om te gaan. Zo hopen we voor mensen de drempel te verlagen om bijtijds hulp te zoeken.
Vrouwen met een postnatale depressie
Ongeveer 13 op elke 100 Nederlandse moeders krijgt te maken met een postnatale depressie, die tot 12 maanden na de geboorte kan ontstaan.
Met de volgende acties willen we het komend jaar meer bewustzijn creëren en kennis vergroten:
-
– Wij willen dat het aantal depressies afneemt en dat de impact van depressie kleiner wordt. Daarom besteedt VWS vanaf het najaar 2016 samen met de betrokken beroepsgroepen en kennisinstellingen aandacht aan depressie via zowel een publiekscampagne depressie als een meerjarenprogramma depressiepreventie.
-
– Er komt een online training op Samendementievriendelijk.nl, die mensen leert om de signalen van (beginnende) dementie te herkennen en beter om te gaan met patiënten. Ons streven is dat wij in 2020 310.000 «dementievrienden» hebben, voor elke dementerende ten minste één vriend. We maken 30 miljoen euro vrij voor het onderzoeksprogramma Memorabel, dat als doel heeft de diagnoses en behandelmethoden te verbeteren en mensen met dementie meer kwaliteit van leven te bieden.
Werken en vernieuwen in de zorg – wat heb je nodig?
Wetten en regels alleen maken een omslag in de zorg niet mogelijk. Het zijn de mensen die het doen. Om hen bij te staan, hebben we teams gevormd met professionals die praktische hulp en oplossingen bieden en kunnen toelichten welke mogelijkheden regels bieden. Zoals de mensen van het praktijkteam Palliatieve zorg dat bijvoorbeeld in actie kan komen wanneer iemand die in een zorginstelling woont, tóch liever thuis zou willen overlijden. Of het praktijkteam Zorg op de juiste plek, dat de weg weet wanneer iemand die uit het ziekenhuis wordt ontslagen, maar nog niet fit genoeg is om alleen thuis te zijn.
Meer ruimte voor professionals
Regels en registratie helpen om de kwaliteit en veiligheid te verbeteren en daarover openheid te geven. Maar te veel papierhandel gaat ten koste van het werkplezier en de kwaliteit van zorg en belemmeren vernieuwing. Ons doel is dan ook: minder regels, meer tijd voor zorg (www.hetzorgverhaal.nl/specialistische-zorg-in-de-buurt).
Maar het schrappen van onnodige regels is makkelijker gezegd dan gedaan. Het is daarom mooi om te zien dat zorgverleners met zorgverzekeraars, de Inspectie, de Nederlandse Zorgautoriteit en andere betrokken partijen om tafel gaan om regels tegen het licht te houden. De huisartsen hebben op die manier verschillende overbodige formulieren en registraties afgeschaft waardoor de tijd die zij kwijt waren aan administratie sterk is verminderd. In de langdurige zorg is de CQ-index geschrapt. De index mat de kwaliteit in de ouderenzorg maar werd ervaren als administratieve last. We vervangen deze door een nieuwe en slimmere – nog te ontwikkelen – manier om naar kwaliteit te kijken.
Andere zorgverleners volgen dit najaar en gaan samen om de tafel om overbodige regels tegen het licht te houden.
Overleving kanker
Ruim 85% van de vrouwen met borstkanker is vijf jaar na diagnose nog in leven. Vijfentwintig jaar geleden was dat nog 77%. De overlevingskansen stijgen jaar op jaar.
Innovatieve geneesmiddelen betaalbaar
Er komen steeds meer geneesmiddelen die op de persoon zijn toegesneden. Het gaat om veelbelovende medicijnen die de kwaliteit van leven van ernstig zieke mensen enorm kunnen verbeteren en mensen zelfs kunnen genezen. Tegelijk zijn die middelen zo duur, dat we ze op termijn mogelijk niet meer kunnen betalen. Om dat te voorkomen, hebben we begin 2016 de geneesmiddelenvisie gepubliceerd. Uitgangspunt is dat patiënten die middelen krijgen die veilig zijn en die echt werken, tegen een maatschappelijk aanvaardbare prijs.
We investeren in betere diagnostiek, zodat onnodig medicijngebruik kan worden voorkomen. Want voor medicijnen geldt: baat het niet, dan schaadt het wel. Om een betere inkooppositie te krijgen tegenover de farmaceutische industrie, organiseren we meer samenwerking tussen ziekenhuizen en zorgverzekeraars om samen geneesmiddelen in te kopen. Daarnaast blijft het cruciaal dat dure merkgeneesmiddelen alleen worden ingezet als er geen gelijkwaardig, goedkoper alternatief is. Omdat de meeste geneesmiddelen door internationaal opererende bedrijven worden geproduceerd, trekken we op met andere landen om onze inkooppositie te versterken en informatie over onder meer prijzen en over nieuwe medicijnen die eraan komen, uit te kunnen wisselen.
Gebruik maken van de mogelijkheden van technologie (www.hetzorgverhaal.nl/digitale-zorg)
Mensen maken thuis en op hun werk steeds meer gebruik van tablets, apps en games. Ook in de zorg is slimme, persoonlijke technologie sterk in opkomst. Met behulp van sensoren, slimme pleisters, smartphones, of tablets kunnen mensen tegenwoordig zorg ontvangen waar zij maar willen. Tijd en plaats zijn steeds vaker irrelevant waardoor de zorg zich kan verplaatsen van de wachtkamer naar de woonkamer. Hier liggen grote kansen om de zorg te verbeteren en kosten te besparen. Als we meer kwaliteit, maatwerk en service in de zorg willen en tegelijkertijd kosten willen besparen, moeten we de nieuwe, slimme technologie meer omarmen.
Om de basis voor innovatie op orde te krijgen, investeren we de komende drie jaar jaarlijks 35 miljoen euro in digitale informatie-uitwisseling door ziekenhuizen. De koudwatervrees die er nog is voor nieuwe technologieën moeten we wegnemen. Met een gezamenlijke agenda kijken we wat mensen en instellingen nu eigenlijk nodig hebben om innovaties daadwerkelijk te gebruiken en verder te brengen. Duidelijk is ook dat zorgverleners meer ruimte nodig hebben om maatwerk te kunnen bieden, of nieuwe concepten te ontwikkelen. Daarbij moeten zij zo min mogelijk hinder ondervinden. De nieuwe Wet marktordening gezondheidszorg die wij in 2017 hopen in te voeren, zal veel van die obstakels wegnemen.
Onze maatregelen om professionals te bieden wat zij nodig hebben:
-
– Om regeldruk merkbaar te verminderen in 2017 krijgen succesvolle trajecten zoals Het experiment regelarme instellingen en Het roer moet om navolging. Een vergelijkbare maatwerkaanpak gaan we bij tenminste vijf beroepsgroepen inzetten. Mensen in het veld bespreken de knelpunten met zorgaanbieders, zorgverzekeraars, gemeenten, toezichthouders en VWS en pakken deze aan.
-
– Om ondernemers in het midden- en kleinbedrijf te ondersteunen bij de opschaling van goede e-Healthinitiatieven, gaat in het najaar van 2016 het «Fast Track eHealth initiatief» van start. Om effectieve zorginnovaties te versnellen en te verbreden, maken we in 2017 afspraken met private partijen via minimaal drie zogenoemde Health Deals.
-
– Het doel van programma ICT in Ziekenhuizen dat in 2017 begint, is dat alle ziekenhuizen dezelfde standaarden gebruiken en hun informatie onderling, met patiënten en met andere zorgverleners kunnen delen. Ook moet ieder ziekenhuis op termijn over een basisinfrastructuur beschikken aan de hand waarvan medische app’s en e-healthinterventies kunnen worden ingezet op het moment dat zorgverlener en patiënt dit zinvol achten.
-
– Via het op te richten Platform Expertise Inkoop Geneesmiddelen gaan we in 2017 gezamenlijk inkoop van medicijnen door ziekenhuizen en verzekeraars stimuleren. Om de prijzen te verlagen, krijgt het Bureau Financiële Arrangementen Geneesmiddelen een permanente status. In de «roadmap» geneesmiddelenvisie die na de zomer naar de Tweede Kamer wordt gestuurd, staan bij alle maatregelen concrete acties genoemd met de daarbij behorende tijdlijnen.
Onze ambitie blijft ook de komende jaren om de zorg nog beter te laten aansluiten op de wensen van mensen, de kwaliteit verder te verbeteren en de kosten te beheersen. Door de omslag te maken naar het voorkomen van ziekten. Door zorg zinnig en zuinig te leveren. En door digitale mogelijkheden in de zorg veel meer te benutten. Afgelopen jaren hebben wij gezien dat mensen in de zorg keihard hebben gewerkt om de veranderingen mogelijk te maken. Komende jaar zetten we samen met hen onze schouders eronder om de praktische problemen en uitvoeringsmoeilijkheden die zich nog voordoen, op te lossen. Voor goede en betaalbare zorg, nu en in de toekomst.