Uitgaven
In onderstaande tabel wordt een nadere uitsplitsing gegeven van de totstandkoming van het uitgavenbedrag van het provinciefonds. Ten opzichte van de 2e suppletoire begroting 2019 is het uitgavenbedrag van het provinciefonds met € 32,1 mln. verlaagd. De in de tabel weergegeven mutaties worden onder de tabel nader verklaard.
Stand uitgavenbedrag vastgestelde begroting 2019 | 2.407.659 | |
Stand uitgavenbedrag 1e suppletoire begroting 2019 | 2.419.388 | |
Stand uitgavenbedrag 2e suppletoire begroting 2019 | 2.499.141 | |
Voorgestelde mutaties bij slotwet 2019 | ||
1) Kosten Financiële-verhoudingswet | ‒ 1 | |
2) Wijziging betalingsverloop Algemene Uitkering 2019 | ‒ 26.344 | |
3) Wijziging betalingsverloop Decentralisatie-Uitkering 2019 | ‒ 5.740 | |
Totaal mutaties bij slotwet | ‒ 32.085 | |
Stand uitgavenbedrag slotwet 2019 | 2.467.056 | |
Waarvan uitgavenbedrag Kosten Financiële-verhoudingswet | 42 | |
Waarvan uitgavenbedrag Algemene uitkeringen | 2.119.824 | |
Waarvan uitgavenbedrag Integratie-uitkeringen | 0 | |
Waarvan uitgavenbedrag Decentralisatie-uitkeringen | 347.190 |
De wijziging van het uitgavenbedrag is het saldo van een aantal mutaties:
1) Realisatie Kosten Financiële-verhoudingwet
Het gerealiseerde bedrag komt totaal € 1.000 lager uit dan bij 2e suppletoire begroting 2019 werd geraamd. Het budget voor 2019 is daarmee niet volledig tot besteding gekomen.
2) Wijziging betalingsverloop algemene uitkering
De uitbetalingen aan provincies in 2019 blijken lager te zijn dan het beschikbare uitgavenbudget bij 2e suppletoire begroting 2019. Het gaat hierbij om een verschil van € 26,3 mln. De oorzaak is gelegen in het opschorten van een deel van de bevoorschotting aan de provincie Utrecht wegens het niet tijdig opleveren van een goedgekeurde jaarrekening over 2018. Het uitgavenbudget voor de algemene uitkering zal bij Voorjaarsnota 2020 met dit bedrag opwaarts worden bijgesteld, zodat de betalingen alsnog plaats kunnen vinden.
3) Wijziging betalingsverloop decentralisatie-uitkeringen
De uitbetalingen aan provincies in 2019 blijken lager te zijn dan het beschikbare uitgavenbudget bij 2e suppletoire begroting 2019. Het gaat hierbij om een verschil van € 5,7 mln. De oorzaak is gelegen in het opschorten van een deel van de bevoorschotting aan de provincie Utrecht wegens het niet tijdig opleveren van een goedgekeurde jaarrekening over 2018. Het uitgavenbudget voor de decentralisatie-uitkeringen zal bij Voorjaarsnota 2020 met dit bedrag opwaarts worden bijgesteld, zodat de betalingen alsnog plaats kunnen vinden.
Verplichtingen
In de volgende tabel wordt ter toelichting een nadere uitsplitsing gegeven van de totstandkoming van het verplichtingenbedrag van het provinciefonds. Ten opzichte van de 2e suppletoire begroting 2019 is het verplichtingenbedrag met € 1.000 verlaagd.
Stand verplichtingenbedrag vastgestelde begroting 2019 | 2.407.659 | |
Stand verplichtingenbedrag 1e suppletoire begroting 2019 | 2.419.345 | |
Stand verplichtingenbedrag 2e suppletoire begroting 2019 | 2.499.098 | |
Voorgestelde mutaties bij slotwet 2019 | ||
1) Kosten Financiële-verhoudingswet | ‒ 1 | |
Totaal mutaties bij slotwet | ‒ 1 | |
Stand verplichtingenbedrag slotwet 2019 | 2.499.097 | |
Waarvan verplichtingenbedrag Kosten Financiële-verhoudingswet | 42 | |
Waarvan verplichtingenbedrag Algemene uitkeringen | 2.146.168 | |
Waarvan verplichtingenbedrag Integratie-uitkeringen | 0 | |
Waarvan verplichtingenbedrag Decentralisatie-uitkeringen | 352.887 |
De wijziging van het verplichtingenbedrag is het saldo van een aantal mutaties. Voor de verklaring van de in de tabel weergegeven mutaties wordt verwezen naar de verklaringen bij de overeenkomende mutaties in de uitgaven.
Ontvangsten
Sinds de invoering van de Financiële-verhoudingswet zijn de uitgaven en de inkomsten op grond van artikel 4 van die wet over ieder uitkeringsjaar aan elkaar gelijk. Ten opzichte van de 2e suppletoire begrotig 2019 worden de ontvangsten met € 32,1 mln. verlaagd.