Algemene doelstelling
De krijgsmacht is er voor de verdediging en bescherming van de belangen van het Koninkrijk, alsmede voor de handhaving en de bevordering van de internationale rechtsorde. Tevens ondersteunt de krijgsmacht civiele autoriteiten bij rechtshandhaving, rampenbestrijding en humanitaire hulp, zowel nationaal als internationaal. Om deze taken te kunnen uitvoeren stelt Defensie militaire eenheden gereed die daarvoor kunnen worden ingezet.
Rol en verantwoordelijkheid Minister
De Minister is verantwoordelijk voor het beschikbaar stellen en daadwerkelijk inzetten van eenheden om de veiligheid van het eigen en bondgenootschappelijk grondgebied te handhaven. Verder is de Minister in samenwerking met bondgenoten verantwoordelijk voor de uitvoering van bijdragen aan missies voor conflictpreventie, crisisbeheersing en vredesopbouw, zowel in Europa als daarbuiten. Het Koninkrijk der Nederlanden draagt daarmee bij aan de handhaving en bevordering van de internationale rechtsorde. De eenheden kunnen ook worden ingezet voor nationale taken en het verlenen van (internationale) noodhulp.
Onder Beleidsartikel 1 Inzet wordt een overzicht geboden van de inzet van de krijgsmacht. Dit betreft de bijdragen van Defensie aan crisisbeheersingsoperaties, contributies aan common funded NAVO- en EU-operaties, inzet voor nationale en koninkrijkstaken en overige inzet. Het artikel is daartoe uitgebreid met een niet-financieel overzicht voor de structurele inzet voor nationale en koninkrijkstaken, bijvoorbeeld door de KMar en de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EODD). In Beleidsartikel 1 is ook de begroting opgenomen van de additionele uitgaven voor inzet onder verantwoordelijkheid van de Commandant der Strijdkrachten. In de beleidsartikelen 2 tot en met 5 wordt de taakuitvoering begroot voor zeestrijdkrachten, landstrijdkrachten, luchtstrijdkrachten, de marechaussee en de aan hen gemandateerde inzet, voor zover deze niet valt onder artikel 1.
Beleidswijzigingen
In het begrotingsjaar 2019 zullen de Nederlandse bijdragen aan de volgende missies van start gaan dan wel worden verlengd of beëindigd:
-
• Resolute Support (Afghanistan, uitbreiding en verlenging tot en met 31 december 2021);
-
• MINUSMA (Mali, beëindiging per 1 mei 2019);
-
• EFP (Enhanced Forward Presence, Litouwen, verlenging tot en met 31 december 2020);
-
• Inzet Irak incl. strijd tegen ISIS (verlenging tot en met 31 december 2019);
-
• European Union Rule of Law Mission in Kosovo (EULEX Kosovo, verlenging tot 14 juni 2020).
-
• European Union Training Mission in Mali (EUTM Mali; start per 1 november 2018 tot en met 31 december 2021);
-
• European Capacity Building Mission Sahel (EUCAP Sahel; start per 1 januari 2019 tot en met 31 december 2021).
In 2018 wordt nog een besluit voorzien over de verlenging (in 2019) van de lopende missies ATALANTA, UNMISS (na februari 2019) en een aantal kleine missies. Defensie blijft Vessel Protection Detachments (VPD’s) inzetten ter bescherming van de koopvaardij. Dit wordt begroot en verantwoord onder overige inzet.
Budgettaire gevolgen van beleid en budgetflexibiliteit
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 136.386 | 251.234 | 171.739 | 171.739 | 171.738 | 171.739 | 172.008 |
Uitgaven | 198.791 | 278.983 | 199.488 | 199.488 | 199.487 | 199.488 | 199.487 |
waarvan juridisch verplicht | 13% | ||||||
Opdracht Inzet | 198.791 | 278.983 | 199.488 | 199.488 | 199.487 | 199.488 | 199.487 |
– Crisisbeheersingsoperaties (BIV/HGIS) | 197.553 | 265.025 | 188.482 | 188.482 | 188.482 | 188.482 | 188.482 |
– Financiering nationale inzet krijgsmacht | 1.238 | 3.207 | 3.206 | 3.206 | 3.205 | 3.206 | 3.205 |
– Overige inzet | 10.751 | 7.800 | 7.800 | 7.800 | 7.800 | 7.800 | |
Ontvangsten | 20.569 | 26.707 | 6.707 | 6.707 | 6.707 | 6.707 | 6.707 |
– Crisisbeheersingsoperaties (BIV/HGIS) | 20.569 | 21.407 | 1.407 | 1.407 | 1.407 | 1.407 | 1.407 |
– Overige inzet | 0 | 5.300 | 5.300 | 5.300 | 5.300 | 5.300 | 5.300 |
Toelichting op de instrumenten
Het aandeel «juridisch verplicht» heeft betrekking op programma-uitgaven voor levering van goederen en/of diensten ten behoeve van inzet waarvoor Defensie een overeenkomst is aangegaan. Voor 2019 gaat het om 13 procent.
Binnen artikel 1 worden de defensie-uitgaven voor inzet voor internationale veiligheid verantwoord en de uitgaven voor nationale inzet begroot.
De inzet van Defensie voor internationale veiligheid wordt met ingang van 2014 gefinancierd vanuit het Budget Internationale Veiligheid (BIV). Het BIV maakt deel uit van de HGIS. In 2017 is het BIV onderwerp geweest van een beleidsdoorlichting (Kamerstukken II 2016–2017, 31 516, nr. 20). De aanbeveling om de trekkingsrechten van BZ, BH&OS en Defensie structureel te ontvlechten en over te hevelen is gestand gedaan met deze ontwerpbegroting 2019.
De zogenaamde 3D-benadering (Defence, Diplomacy and Development) is het uitgangspunt voor de handhaving en bevordering van de internationale rechtsorde. Om het geïntegreerde karakter te borgen, wordt besluitvorming over het BIV interdepartementaal voorbereid en uitgevoerd. Middelen voor hervorming van de veiligheidssector, beveiliging van diplomaten en ambassades in gebieden waar dat noodzakelijk is, rechtsstaatontwikkeling en capaciteitsopbouw zullen met ingang van deze ontwerpbegroting conform de aanbevelingen van de beleidsdoorlichting BIV structureel worden ontvlochten naar de begrotingen van de Ministeries van BH&OS (€ 30 miljoen per jaar) en BZ (€ 30 miljoen per jaar). Tevens wordt de ontvlechting van de trekkingsrechten Defensie (€ 59,5 miljoen per jaar) in dit kader bewerkstelligd en worden daarom structurele bijdragen aan de artikelen 6, 7, 8 en 10 geleverd.
Overzicht missies
Toelichting uitgaven per missie
2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | |
---|---|---|---|---|---|
Resolute support mission (RSM) | 29.000 | 24.000 | 24.000 | 10.000 | |
Strijd tegen ISIS in Irak (ATF-ME en CBMI) | 10.120 | ||||
Inzet Irak | 14.510 | ||||
United Nations Multidimensional Integrated Stabilization Mission in Mali (MINUSMA) | 48.000 | 14.000 | |||
Enhanced Forward Presence (EFP) | 22.000 | 22.000 | 22.000 | 22.000 | 22.000 |
Missies Algemeen | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 8.500 | 8.500 |
Contributies | 33.000 | 33.000 | 33.000 | 33.000 | 33.000 |
Kleinschalige bijdragen aan missies (< € 2,5 miljoen per jaar) | 4.650 | 4.275 | 4.100 | 2.900 | 2.900 |
Totaal | 170.280 | 106.275 | 92.100 | 76.400 | 66.400 |
Toelichting per missie
Resolute Support (Afghanistan)
De Nederlandse inzet wordt uitgebreid en bedraagt dan ca. 160 militairen in Kabul en de noordelijke provincie Balkh, in de omgeving van de stad Mazar-e-Sharif, waar Duitsland de leiding heeft. De Nederlandse inzet is gericht op de advisering van de Afghan National Defence and Security Forces, het trainen en begeleiden van een Afghaanse speciale politie-eenheid, het leveren van medische capaciteit evenals transport en beveiliging. Ook zijn in Mazar-e-Sharif militairen werkzaam in de nationale ondersteuning en in Kabul op het missie-hoofdkwartier. Voorts levert Nederland politie-adviseurs aan Resolute Support. Het budget van ongeveer € 10 miljoen in 2022 is nodig voor de redeployment en het weer inzetbaar maken van het materieel na terugkeer van de missies. Het huidige mandaat van de Nederlandse bijdrage aan Resolute Support loopt tot en met 31 december 2021.
Strijd tegen ISIS
De Nederlandse bijdrage aan Inzet Irak incl. de strijd tegen ISIS zal in 2019 bestaan uit trainers die in Noord-Irak de Iraakse strijdkrachten trainen, inclusief de Koerdische Peshmerga. De bijdrage met 4 F-16’s en het ondersteunend detachement voor inzet boven Irak en Oost-Syrië wordt op 31 december 2018 beëindigd, waarna redeployment plaatsvindt.
United Nations Multidimensional Integrated Stabilization Mission in Mali (MINUSMA)
De Nederlandse deelname tot 1 mei 2019 is gericht op een goede en overdraagbare inlichtingenketen. Ook na de stopzetting van de missie blijft Nederland betrokken bij de Sahelregio om dreigingen zoals terrorisme en irreguliere migratie tegen te gaan. De budgetten na 2019 zijn benodigd voor de redeployment en het weer inzetbaar maken van het materieel. Het mandaat van de Nederlandse bijdrage aan MINUSMA loopt tot 1 mei 2019.
Contributies
Nederland draagt met contributies bij aan de gemeenschappelijke uitgaven voor crisisbeheersingsoperaties van de NAVO en de EU. Deze contributies staan los van een eventuele Nederlandse deelname aan een specifieke missie van de NAVO of de EU. Onderdeel van de contributies is ook de jaarlijkse bijdrage aan de Strategic Airlift Capability (SAC) C-17, gehuisvest op Papa Air Base te Hongarije. Dit is een internationaal samenwerkingsverband van tien NAVO-lidstaten.
Kleinschalige bijdragen
In onderstaand overzicht staan de kleinschalige Nederlandse bijdragen met een financiële omvang van minder dan € 2,5 miljoen per jaar. De personele omvang van de missies varieert in tijd gedurende de missie van 0 tot de maximale omvang. Over de eventuele verlenging van de overige kleinschalige bijdragen in 2019 wordt dit najaar een besluit genomen, net zoals de verlenging van UNMISS na eind februari 2019.
Max personele omvang | |
---|---|
Combined Maritime Forces (CMF) | 2 |
United Nations Truce Supervision Organisation (UNTSO) | 12 |
Netherlands Liaison Team CENTCOM (NLTC) | 2 |
European Union Rule of Law Mission in Kosovo (EULEX Kosovo) | 5 |
United Nations Mission in the Republic of South Sudan (UNMISS) | 21 |
European Union Training Mission in Mali (EUTM Mali) | 5 |
European Capacity Building Mission Sahel (EUCAP Sahel) | 15 |
Opbouw regionale vredeshandhavingscapaciteit
Programma’s voor regionale vredeshandhavingscapaciteit worden door derden (met name door het Ministerie van Buitenlandse Zaken) gefinancierd en mede door Defensie uitgevoerd.
Africa Contingency Operations Training and Assistance (ACOTA)
Het ACOTA-samenwerkingsprogramma draagt bij aan de versterking van de capaciteit van Afrikaanse partnerlanden, zodat zij kunnen deelnemen aan multinationale operaties onder leiding van de VN of Afrikaanse Unie. Nederland zet enkele tientallen militairen in voor verschillende trainingen. Defensie neemt tot 1 oktober 2020 deel aan dit programma.
Toelichting op nationale inzet
Structurele nationale taken
Defensie voert structurele taken uit ten behoeve van civiele overheden. De financiële middelen van deze structurele taken zijn opgenomen in de verschillende begrotingsartikelen van Defensie. Deze structurele taken zijn vastgelegd in wet- of regelgeving, inclusief ministeriële besluiten, maar ook convenanten of arrangementen. Onder de structurele taken vallen de taken van de KMar, de Kustwachten in Nederland en het Caribisch gebied, luchtruimbewaking, de Bijzondere Bijstandseenheden en de Explosievenopruiming.
Militaire bijstand en steunverlening (Financiering Nationale Inzet Krijgsmacht (FNIK))
Defensie verleent militaire bijstand voor de handhaving van de openbare orde en veiligheid en voor de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde. Deze inzet wordt bekostigd vanuit dit artikel via de afspraken over de FNIK. Deze bijstand wordt zowel door de KMar geleverd als door andere eenheden van Defensie. Daarnaast wordt bijstand verleend in geval van een ramp of crisis, of de vrees voor het ontstaan daarvan.
De tabel indicatieve inzet voor 2019 geeft de geprognosticeerde nationale inzet weer. Over de hele linie genomen is er een lichte stijging zichtbaar in de aantallen.
Betreft | Aantal | Artikel | |
---|---|---|---|
Explosieven opruiming | Aantal ruimingen | 1.930 | CLAS/FNIK |
Explosieven opruiming Noordzee | Aantal ruimingen | 30 | CZSK |
Duikassistentie | Aantal aanvragen | 15 | CZSK/FNIK |
Strafrechtelijke handhaving rechtsorde | Aantal aanvragen | 10 | CZSK/FNIK |
Onderscheppingen luchtruim | Aantal onderscheppingen | 13 | CLSK |
Strafrechtelijke handhaving rechtsorde | Aantal aanvragen | 45 | KMar/CLAS/FNIK |
Handhaving openbare orde en veiligheid | Aantal aanvragen | 21 | KMar/FNIK |
Wet veiligheidsregio | Aantal aanvragen | 50 | KMar/CLAS/FNIK |
Militaire steunverlening in het openbaar belang | Aantal aanvragen | 15 | Alle krijgsmachtdelen/FNIK |
Bijstand Caribisch gebied | Aantal aanvragen | 43 | CZSK/FNIK |
Toelichting op ontvangsten
De ontvangsten hebben betrekking op de eventuele vergoedingen van de EU, NAVO en VN-partners voor de door Nederland geleverde diensten of ingezette personele en materiële middelen. Ook wordt de bijdrage van de reders voor de inzet van VPD’s hier geraamd. Er vloeien ontvangsten voort uit missies waarbij vooraf overeengekomen afspraken met partnerlanden zijn gemaakt, zoals CBMI en ATFME.