Toelichting
Op dit artikel is ten opzichte van de 2e suppletoire begroting (Najaarsnota) in 2023 € 33,4 miljoen minder uitgegeven dan begroot en is voor een bedrag van € 420,4 miljoen minder aan verplichtingen aangegaan.
Verplichtingen
De lagere verplichtingen van per saldo € 420,4 miljoen doen zich voornamelijk voor op het artikelonderdeel 14.03 Bereikbaarheidsprogramma's. Dit overschot is via het saldo van 2023 naar 2024 geschoven. De verplichtingen bij de specifieke uitkering korte termijn woningbouwmiddelen zijn in 2023 niet meer nodig (- € 426,2 miljoen), doordat niet alle beschikkingen daadwerkelijk uitgekeerd konden worden in 2023 door de later (dan oorspronkelijk voorziene) inwerkingtreding van de regeling.
Uitgaven
14.03 Bereikbaarheidsprogramma’s
Op dit artikelonderdeel is € 33,4 miljoen minder gerealiseerd dan begroot bij de 2e suppletoire begroting. Dit overschot is via het saldo van 2023 naar 2024 geschoven. Er is de afgelopen maanden hard gewerkt om alle korte termijn woningbouwmiddelen te verplichten en uit te betalen aan de regio. Dit is grotendeels gelukt, echter is € 33,4 miljoen hiervan niet tot betaling gekomen doordat niet alle beschikkingen daadwerkelijk uitgekeerd konden worden in 2023 door de later (dan oorspronkelijk voorziene) inwerkingtreding van de regeling.
Ontvangsten
De mutaties zijn lager dan de voorgeschreven norm en worden daarom niet toegelicht (zie normering in de leeswijzer).