Base description which applies to whole site

3.7 Artikel 18 Scheepvaart en Havens

Tabel 15 Budgettaire gevolgen van beleid art. 18 Scheepvaart en Havens (bedragen x € 1.000)
  

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

147.983

0

147.983

‒ 40.195

107.788

93.200

‒ 26.518

‒ 14.486

‒ 7.333

51.745

            
 

Uitgaven

253.376

0

253.376

‒ 80.853

172.523

‒ 1.317

9.960

14.620

‒ 14.971

147.535

            

18.1

Scheepvaart en havens

253.376

0

253.376

‒ 80.853

172.523

‒ 1.317

9.960

14.620

‒ 14.971

147.535

 

Opdrachten

50.114

0

50.114

‒ 10.836

39.278

‒ 1.219

‒ 5.873

‒ 2.352

2.857

20.377

 

Topsector Logistiek

6.500

0

6.500

‒ 500

6.000

0

0

0

0

0

 

Caribisch Nederland

100

0

100

0

100

0

0

0

0

100

 

NGF Project - Digitale Infrastructuur Logistiek

11.950

0

11.950

243

12.193

‒ 200

200

0

0

0

 

NGF Project - Maritiem Masterplan

1.406

0

1.406

‒ 1.185

221

‒ 1.870

‒ 6.990

‒ 2.940

2.880

10.792

 

Zeehavens/ Zeevaart

2.647

0

2.647

961

3.608

‒ 315

‒ 370

‒ 430

‒ 270

3.164

 

KF - Verduurzaming Zeevaart

300

0

300

0

300

0

0

0

‒ 400

400

 

KF: Waterstof binnenvaart

800

0

800

‒ 320

480

680

660

660

660

2.226

 

Opdrachten PBNI

22.545

0

22.545

‒ 15.552

6.993

952

793

594

123

857

 

CER/NIS2

1.550

0

1.550

‒ 210

1.340

‒ 180

‒ 180

‒ 180

‒ 180

1.370

 

Overige opdrachten

2.316

0

2.316

5.727

8.043

‒ 286

14

‒ 56

44

1.468

 

Subsidies (regelingen)

192.152

0

192.152

‒ 71.621

120.531

‒ 1.095

15.552

16.728

‒ 17.817

121.855

 

Topsector Logistiek

3.500

0

3.500

0

3.500

3.550

550

0

0

0

 

Walstroom

47.695

0

47.695

‒ 1.074

46.621

‒ 600

‒ 500

0

‒ 84

308

 

Subsidie verduurzaming binnenvaartschepen

19.357

0

19.357

10.000

29.357

‒ 10.000

0

0

0

0

 

NGF Project - Zero-emissie binnenvaart batterij-elektrisch

0

0

0

7.397

7.397

3.698

0

0

0

0

 

KF - Walstroom

10.500

0

10.500

0

10.500

0

0

0

0

0

 

NGF Project - Maritiem Masterplan

67.664

0

67.664

‒ 45.838

21.826

11.025

7.920

5.530

‒ 17.785

41.290

 

KF - Waterstof Binnenvaart

41.000

0

41.000

‒ 39.750

1.250

‒ 1.530

14.550

12.050

1.630

37.750

 

KF - Verduurzaming Zeevaartschepen

0

0

0

0

0

‒ 5.500

‒ 3.900

‒ 5.250

‒ 5.116

41.907

 

Duurzame Zeevaart

2.356

0

2.356

‒ 2.356

0

‒ 1.762

‒ 3.068

4.398

3.538

600

 

Overige subsidies

80

0

80

0

80

24

0

0

0

0

 

Bijdrage aan agentschappen

6.328

0

6.328

1.355

7.683

977

261

224

‒ 31

3.949

 

Bijdrage aan agentschap RWS

2.698

0

2.698

1.308

4.006

576

105

68

68

1.382

 

NGF Project - Maritiem Masterplan RVO

200

0

200

400

600

‒ 300

‒ 200

‒ 100

‒ 210

410

 

Overige bijdragen

3.430

0

3.430

‒ 353

3.077

701

356

256

111

2.157

 

Bijdrage aan medeoverheden

3.000

0

3.000

0

3.000

0

0

0

0

0

 

Caribisch Nederland

3.000

0

3.000

0

3.000

0

0

0

0

0

 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

1.658

0

1.658

99

1.757

20

20

20

20

1.230

 

CCR/ IMO HGIS

1.155

0

1.155

97

1.252

18

18

18

18

1.173

 

Overige bijdragen

503

0

503

2

505

2

2

2

2

57

 

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

124

0

124

150

274

0

0

0

0

124

 

Overige

124

0

124

150

274

0

0

0

0

124

            
 

Ontvangsten

0

0

0

1.663

1.663

0

0

0

0

0

            

Toelichting

In aansluiting op de ontwerpbegrotingen en de Voorjaarsnota worden ook de mutaties voor het jaar t+5 opgenomen in de tabel budgettaire gevolgen van beleid van de 1ste suppletoire begrotingen. Dit betreft de extrapolatie van de begroting – het toevoegen van het jaar t+5 – en vervolgens de mutaties van t+5 die tijdens de voorjaarsbesluitvorming zijn verwerkt. In onderstaande toelichtingen wordt de extrapolatie van de begroting buiten beschouwing gelaten.

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget is in 2025 verlaagd met € 40,2 miljoen en in totaal voor 2026 t/m 2030 met € 64,8 miljoen verhoogd. Dit komt met name door de volgende mutaties:

Duurzame zeevaart: Binnen het subsidiebudget van duurzame zeevaart is er verplichtingenbudget uit 2025 (€ 2,4 miljoen), 2027 (€ 5,3 miljoen) en 2028 (€ 3,6 miljoen) naar 2026 geschoven (€ 11,2 miljoen). In 2025 is budget ontvangen vanuit de aanvullende post voor stikstof ten aanzien van 3 pilots ten behoeve van duurzame zeevaart. Na het verder uitwerken van de drie stikstofpilots is gebleken dat vooraf onderzoeken nodig zijn, waardoor de regelingen vertraging opgelopen hebben. Dit budget is verplaatst om het ontvangen budget beter aan te laten sluiten op de nieuwe planning.

Walstroom: Het verplichtingenbudget voor de subsidies van klimaatregeling Walstroom is in 2025 met € 7,7 miljoen opgehoogd. Hiervan is € 7,3 miljoen niet verplicht in 2024, dit budget wordt toegevoegd aan het budget zodat het in 2025 verplicht kan worden. Verder heeft de eerste tender van de regeling vetraging opgelopen waardoor de eerste beschikking in 2025 plaatsvindt in plaats van 2024, hierdoor wordt het verplichtingenbudget met € 4,7 miljoen verhoogd. Ook wordt het innovatiebudget in het juiste ritme gezet waardoor er € 3,9 miljoen naar achter verschuift en er € 4,3 miljoen in 2026 landt.

Maritiem Masterplan (MMP): Vanwege de herijking van de regelingen die onder Uitgaven besproken wordt, is er ook verplichtenbudget verplaatst. Er is € 6,9 miljoen uit 2025, € 15,0 miljoen uit 2027, € 8,6 miljoen uit 2028 en € 10,7 miljoen uit 2029, naar 2026 (€ 33,2 miljoen) en 2030 (€ 8,0 miljoen) geschoven. Verder is het budget wat in 2024 niet verplicht is via de eindejaarsmarge (€ 2,1 miljoen) toegevoegd aan het budget van 2025.

Waterstof binnenvaartschepen: Vanwege de vertraging die uitgelegd wordt onder Uitgaven, is er € 48,0 miljoen verplichtingenbudget van 2025 naar 2026 geschoven.

Het resterende bedrag wordt verklaard door de hieronoder toegelichte mutaties onder Uitgaven.

Uitgaven

1 Scheepvaart en Havens

Opdrachten Scheepvaart en Havens

Het opdrachtenbudget is in 2025 met € 10,8 miljoen verlaagd en in totaal voor 2026 t/m 2030 met € 5,7 miljoen verhoogd. Dit komt met name door de volgende mutaties:

Programma Bescherming Noordzee Infrastructuur (PBNI): Het programmabudget van PBNI is in 2025 verlaagd met € 15,5 miljoen. In de jaren 2026 t/m 2030 is het budget met € 3,3 miljoen verhoogd. Dit komt met name door de volgene twee mutaties:

  • Er is € 10,0 miljoen overgeboekt naar het Ministerie van Defensie voor de financiering van een patrouille vaartuig. IenW heeft als coördinerend departement de middelen voor het PBNI op de begroting staan.

  • Voor het uitvoeren van de regelingen voor Umbrella Netwerk is er budget van 2025 (€ 3,3 miljoen) naar 2026 t/m 2030 geschoven. De middelen voor het PBNI staan in 2025. De tijdelijke kosten voor het Umbrella Netwerk zijn verspreid over de jaren 2025 t/m 2030. Daar wordt de kasreeks op aangepast.

Maritiem Masterplan (MMP): In 2024 is intensief aandacht besteed aan de juiste wijze waarop de regelingen voor het MMP opgezet moeten worden en de opdracht- en subsidieverstrekking moeten plaatsvinden. Er was ook aanvullend onderzoek nodig vanwege staatssteunregelgeving. Dit heeft geleid tot vertragingen waardoor er middelen binnen het opdrachtenbudget uit 2025 t/m 2028 (€ 13,0 miljoen) naar 2029 (€ 2,9 miljoen) en 2030 (€ 10,1 miljoen) zijn geschoven.

Overige opdrachten: De mutaties van overige opdrachten hebben met name betrekking op de uitvoering van de Digitale Transport Strategie (DTS). Het opdrachtenbudget voor DTS is opgehoogd met € 4,3 miljoen, dit budget is overgeboekt vanuit de reservering van DTS op het mobiliteitsfonds.

Subsidies Scheepvaart en Havens

Het subsidiebudget is in 2025 verlaagd met € 71,6 miljoen en in totaal voor 2026 t/m 2030 met € 85,9 miljoen verhoogd. Dit komt met name door de volgende mutaties:

Verduurzaming binnenvaartschepen: Binnen het subsidiebudget verduurzaming binnenvaartschepen is € 10,0 miljoen van 2026 naar 2025 geschoven. De reden hiervoor is dat er na openstelling van de regeling ten behoeve van motorvervanging meer aanvragen binnengekomen zijn dan er budget beschikbaar is.

Zero Emissie binnenvaart batterij elektrisch: De overige subsidies hebben met name betrekking op Zero Emissie Services elektrisch varen (ZES). Het subsidiebudget voor het NGF-project ZES is met € 11,1 miljoen verhoogd. Dit zijn de middelen die in 2024 niet tot besteding zijn gekomen, o.a. door overlapping met een andere tijdelijke subsidieregeling. Deze middelen zijn via de NGF-eindejaarsmarge aan het budget van 2025 toegevoegd. Het betreft een veerkrachtplandoelstelling waardoor de regeling in 2025 en 2026 opnieuw opengesteld wordt. Gelet op het tijdsbestek van de 1e suppletoire begroting is het niet aannemlijk dat het volledige budget in 2025 wordt gerealiseerd. Hierdoor schuift € 3,7 miljoen naar 2026.

Maritiem Masterplan (MMP): Zoals hierboven onder Uitgaven omschreven is, is er een herijking geweest van de invulling van de subsidieverstrekking bij het MMP en zijn er vertragingen opgetreden. Hierdoor zijn middelen uit 2025 (€ 48,0 miljoen) en 2029 (€ 17,8 miljoen) naar 2026 t/m 2028 (€ 24,5 miljoen) en 2030 (€ 41,3 miljoen) geschoven.

Waterstof binnenvaartschepen: Binnen het subsidiebudget waterstof binnenvaartschepen zijn er middelen uit 2025 (€ 39,0 miljoen) en 2026 (€ 1,1 miljoen) naar 2027 t/m 2030 geschoven. De reden hiervoor is dat in de uitwerking van de regeling voor de onrendabele top van investeringen van emissieloze of klimaatneutrale aandrijflijnen gebleken is dat er eerst een aparte regeling nodig is gericht op motorontwikkeling.

Verduurzaming zeevaartschepen: Vanaf het jaar 2026 is budget ontvangen vanuit het klimaatfonds voor verduurzaming van zeevaartschepen. Nu de regeling in concept klaar staat en met RVO is besproken is duidelijk geworden dat er een andere bevoorschotting nodig is dan voorheen was voorzien. Hierdoor zijn er middelen van 2026 t/m 2029 naar 2030 (€ 19,8 miljoen) geschoven.

Ontvangsten

De ontvangstenmutaties in de 1e suppletoire begroting 2025 zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet toegelicht (zie leeswijzer).

Licence