Base description which applies to whole site

4.2 Nog onverdeeld

Tabel 29 Budgettaire gevolgen van Nog omverdeeld artikel 99 (bedragen x € 1.000)
  

Ontwerpbegroting t (1)

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2)

Vastgestelde begroting t (3) = (1) + (2)

Mutaties 1e suppletoire begroting (4)

Stand 1e suppletoire begroting (5) = (3) + (4)

Mutatie 2026

Mutatie 2027

Mutatie 2028

Mutatie 2029

Mutatie 2030

Art.

Verplichtingen

153.567

‒ 34.332

119.235

28.157

147.392

87.276

64.113

173.028

100.188

442.233

            
 

Uitgaven

153.567

‒ 34.332

119.235

28.157

147.392

87.276

64.113

173.028

100.188

442.233

            

99.0

Nog onverdeeld

153.567

‒ 34.332

119.235

28.157

147.392

87.276

64.113

173.028

100.188

442.233

 

Nog te verdelen

153.567

‒ 34.332

119.235

28.157

147.392

87.276

64.113

173.028

100.188

442.233

 

waarvan apparaat

1.452

0

1.452

‒ 805

647

‒ 3.832

‒ 1.239

‒ 6.649

‒ 6.649

1.352

 

waarvan programma

152.115

‒ 34.332

117.783

28.962

146.745

91.108

65.352

179.677

106.837

440.881

            
 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

0

            

Toelichting

Het totaal van de mutaties 1e suppletoire begroting bedraagt € 28,2 miljoen bij de uitgaven en de verplichtingen.

Uitgaven

  • Er zijn middelen voor loon- en prijsontwikkeling (LPO) toegevoegd aan de SZW-begroting (in 2025 € 79 miljoen).

  • Er zijn diverse overboekingen naar andere departementen. De grootste vier zijn overboekingen naar het Gemeentefonds voor de rijksbijdrage sociale infrastructuur (€ 19,8 miljoen), vroegsignalering als onderdeel van het IBO problematische schulden (€ 18,7 miljoen), aanpak van jeugdwerkloosheid (€ 14,9 miljoen) en een aanvullende compensatie voor sociaal ontwikkelbedrijven voor werknemers in de Wsw voor het vervallen van het Lage-inkomensvoordeel (LIV) in 2025 (€ 8,9 miljoen). Daarnaast is er een overboeking van € 5,9 miljoen in 2025 naar het Gemeentefonds voor informatievoorziening, hulp en dienstverlening aan EU-arbeidsmigranten en kwetsbare werknemers. Er wordt in 2025 € 3,3 miljoen overgeheveld naar JenV voor verschillende maatregelen die onderdeel zijn van de aanpak van problematische schulden.

  • Daarnaast worden er middelen teruggeboekt van OCW naar SZW voor de aanpak van jeugdwerkloosheid. Dit komt omdat de middelen met een decentralisatie-uitkering worden verstrekt aan gemeenten (in plaats van via een specifieke uitkering via de begroting van OCW).

  • Er zijn verschillende herschikkingen binnen de SZW-begroting. Zo wordt er in 2025 € 7,5 miljoen toegekend aan artikel 11 voor de afwikkeling van de NOW-regelingen door het UWV. Daarnaast wordt er in 2025 € 5,1 miljoen herschikt naar artikel 2 en 11 voor de implementatiekosten van het wetsvoorstel Participatiewet in balans en is er een herschikking van € 4,8 miljoen naar artikel 2 voor de start van plateau 1 van Stroomlijning Keten voor Derdenbeslag (SKD). Ook worden er middelen voor de uitvoering van de aanbevelingen van het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten verdeeld naar artikel 1 (€ 3,6 miljoen) en artikel 96 (€ 2 miljoen). Voor de uitvoering van het opheffen van het handhavingsmoratorium door de Belastingdienst wordt in 2025 € 4,1 miljoen overgeheveld naar artikel 1.

  • Verschillende middelen worden overgeheveld vanaf de aanvullende post naar artikel 99. In totaal wordt er in 2025 € 192,6 miljoen overgeheveld van de envelop Groepen in de knel. Hiervan wordt € 145,6 miljoen doorgeschoven naar latere jaren om de uitgaven in een realistischer kasritme te plaatsen. Vervolgens wordt een groot deel van deze middelen verdeeld naar de betreffende beleidsartikelen en blijven er een aantal reserveringen op artikel 99 staan. Dit laatste geldt onder meer voor de maatregel voor het verbeteren van de werking van loonkostensubsidie bij beschut werk (€ 34,3 miljoen in 2025). Voor deze mutatie ontvangt uw Kamer voor het zomerreces de onderbouwing conform de werkwijze Beleidskeuzes uitgelegd (CW3.1) als bijlage bij de voortgangsbrief over de infrastructuur van sociaal ontwikkelbedrijven. Ook wordt een reservering getroffen voor het opzetten van een structurele Individuele Plaatsing en Steun (IPS) regeling voor de gemeentelijke doelgroep (€ 10,6 miljoen in 2027). In 2025 wordt € 3,4 miljoen herschikt naar artikel 96 voor een uitbreiding van de NLA. Daarnaast wordt er in 2025 € 8,1 miljoen overgeheveld vanaf de aanvullende post vanuit de envelop Arbeidsmarkt, armoede en schulden voor de implementatiekosten van Participatiewet in balans.

  • Ook zijn er diverse nieuwe reserveringen. Zo is er een structurele reservering van € 197 miljoen getroffen voor de opvolging van de aanbevelingen van de Onafhankelijke Commissie Toekomst Arbeidsongeschiktheidsstelsel (OCTAS). Deze reservering bouwt in 50 jaar geleidelijk op naar het structurele bedrag. Daarnaast wordt er jaarlijks € 24 miljoen gereserveerd van 2029-2038 voor nader uit te werken maatregelen die de toegankelijkheid van kinderopvang borgen en zorgen voor een soepele transitie naar het nieuwe financieringsstelsel. Voor deze mutaties ontvangt uw Kamer de onderbouwing conform de werkwijze Beleidskeuzes uitgelegd (CW3.1) voordat over het inhoudelijke beleidsvoorstel in de Kamer wordt gestemd. De middelen die vrijvallen door uitstel van het wetsvoorstel Participatiewet in balans worden gereserveerd op artikel 99 voor de implementatiekosten van dit wetsvoorstel. Dit gaat om € 23,9 miljoen in 2025. Voor deze mutatie heeft uw Kamer de onderbouwing conform de werkwijze Beleidskeuzes uitgelegd (CW3.1) ontvangen in Kamerstukken 2023-2024, 36 852 nr. 2. Vanaf 2027 worden er extra middelen voor gemeenten gereserveerd voor de uitvoering van de taaleis in de Participatiewet. In 2027 gaat het om een bedrag van € 3,7 miljoen, oplopend tot € 17,4 miljoen structureel. Ook wordt er een reservering van € 9,6 miljoen in 2025 getroffen voor het tussentijdse maatregelenbesluit handhaving.

  • Om beter aan te sluiten bij het verwachte kasritme van de uitgaven vinden er ook een aantal kasschuiven plaats. Dit geldt onder meer voor middelen voor SKD (€ 12,4 miljoen in 2025 wordt doorgeschoven naar latere 2028 en 2029). Voor de implementatiekosten van het wetsvoorstel Participatiewet in balans worden juist middelen uit 2027 en verder geschoven naar 2025 (€ 7,3 miljoen) en 2026 (€ 11,9 miljoen).

  • Tot slot vervallen er een aantal reserveringen op artikel 99. Dit geldt bijvoorbeeld voor de reservering die is gemaakt naar aanleiding van het IBO problematische schulden voor het aanpakken van schuldenproblematiek, deze vervalt vanaf 2029 (€ 99 miljoen in 2029). Ook vervalt de reservering om netto in plaats van bruto terug te vorderen vanaf 2029 (€ 31 miljoen per jaar vanaf 2029). Daarnaast vervalt de reservering van € 24,5 miljoen voor een mogelijke tegemoetkoming voor een groep arbeidsongeschikte zzp'ers en komt in 2025 € 8,8 miljoen van de middelen voor de uitvoering van de aanbevelingen van het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten niet tot besteding. Verder valt er € 4 miljoen in 2025 vrij voor de implementatie van de EU-richtlijn over loontransparantie. De reservering van € 2,3 miljoen voor uitvoeringskosten van de tijdelijke WIA-maatregel «praktisch beoordelen» valt ook vrij.

Licence