Ondanks de forse investeringen blijven er uitdagingen voor de toekomst. Dit kabinet investeert in een toekomst voor alle Nederlanders. Zoals hierboven geschetst, brengt dit de nodige verantwoordelijkheden met zich mee. Om naast deze investeringen de ontwikkeling van brede welvaart ook op de langere termijn te kunnen blijven garanderen zijn een efficiënt belastingstelsel en een goede verhouding tussen overheid en markt van groot belang. Met een efficiënt belastingstelsel wordt iedereen in gelijke mate naar draagkracht belast. Op deze manier draagt iedereen naar vermogen bij aan de brede welvaart. Daarnaast vergen de transities waar we voor staan een nieuwe rolverdeling tussen overheid en markt. De grote uitdagingen vragen veel van iedereen. Niet alleen de overheid maar ook bedrijven en burgers hebben hun verantwoordelijkheden, nu en in de toekomst.
De laatste jaren is de roep steeds luider geworden om in de besluitvorming meer te doen met de vermogensverdeling. Nederland kent internationaal gezien een zeer uitgekristalliseerd inkomensbeleid en bijbehorend instrumentarium.72 Vermogen van huishoudens doet er echter ook toe. Het gaat daarbij over het überhaupt hebben van vermogen, wat de samenstelling van dat vermogen is, de schulden die daar tegenover staan, het inkomen uit het vermogen, en de mate waarin vermogen is verdeeld over huishoudens. In de praktijk kan blijken dat naast inkomen ook vermogen bepalend is voor de draagkracht van huishoudens en de (kansen)gelijkheid, en dat daarbij een bepaalde mate van ongelijkheid negatieve gevolgen heeft voor de welvaart. In dat geval is het verstandig ook expliciet vermogensbeleid te overwegen, of op zijn minst jaarlijks met een brede blik te kijken naar vermogen en de verdeling daarvan. Anders gezegd: we kunnen in dat geval vermogen niet op zijn beloop laten en slechts beschouwen als uitkomst van al het andere beleid, waaronder inkomensbeleid. Tegelijkertijd mist de discussie over de vermogensverdeling momenteel een anker. Er is geen eenduidig begrip van wat we precies onder vermogensongelijkheid verstaan en welk vermogen hierbij relevant is.
Het ingrijpen in de economie tijdens de coronacrisis en transities als klimaat hebben het debat over de rol van de overheid verder aangewakkerd. Naast het effect op het herstel en de dynamiek van de economie, heeft de coronasteun ook invloed gehad op de politieke economie. Het grootschalige en succesvolle beleid om zo veel mogelijk bedrijven door de coronacrisis heen te loodsen, doet vragen opkomen of de overheid niet vaker moet ingrijpen in de economie. Hetzelfde geldt voor grote opgaven als het tegengaan van klimaatverandering en het toenemende belang van geopolitieke overwegingen, zoals het afbouwen van risicovolle strategische afhankelijkheden. Dit vraagstuk is zeker niet nieuw. Tot in de jaren tachtig woedden binnen de economische wetenschap en bestuurskunde felle discussies of de economie moest worden aangestuurd door het marktmechanisme of overheidsplanning. In de decennia erna is het besef doorgedrongen dat overheid en markt niet zonder elkaar kunnen. Een mix van beide levert de meeste welvaart voor zo veel mogelijk mensen op.73 Hoe die mix tot stand dient te komen, is een proces dat voortdurend in beweging is en onlosmakelijk samenhangt met veranderingen in de samenleving.