Base description which applies to whole site

Artikel 36 Bewaken, waarborgen en verbeteren van de kwaliteit van de leefomgeving, gegeven de toename van mobiliteit

Algemene beleidsdoelstelling

Een schoner, zuiniger en stiller verkeer en vervoer realiseren.

Doelbereiking en maatschappelijke effecten

In 2011 zijn nationaal en internationaal tal van stappen gezet die bijdragen aan schoner, zuiniger en stiller verkeer en vervoer.

Nederland voldoet aan de nationale en internationale milieuverplichtingen op het gebied van schone lucht en klimaatbeleid en levert een bijdrage aan het tegengaan van klimaatveranderingen. In het regeerakkoord van het Kabinet Rutte is afgesproken dat het Kabinet aansluit bij de 20% reductiedoelstelling in 2020 zoals is overeengekomen in het Europese energie- en klimaatpakket. De Tweede Kamer is vanuit IenM geïnformeerd middels de brief Kabinetsaanpak klimaatbeleid op weg naar 2020152.

IenM heeft in 2011 middels onderhandelingen in EU-kader bijgedragen aan de totstandkoming van internationale maatregelen gericht op de reductie van de CO2 uitstoot. Zo is er voor bestelverkeer ook een CO2-norm tot stand gekomen zoals die ook reeds geldt voor personenauto’s.

Daarnaast zijn er via de Proeftuinen duurzame mobiliteit allerlei nationale maatregelen gerealiseerd die bijdragen aan CO2 reductie. Zo is in de OV-sector afgelopen jaar weer een 10% schoner wagenpark gerealiseerd. Er zijn meer dan 50 nieuwe vulpunten gerealiseerd van tankstations die alternatieve brandstoffen aanbieden. De bijmengverplichting vanuit de Europese Commissie heeft afgelopen jaar er voor gezorgd dat het aandeel biobrandstof in fossiele brandstof is toegenomen met 4% in de Nederlandse markt. Samen met decentrale overheden zijn er weer meer elektrische laadpunten gerealiseerd voor elektrisch vervoer (2035 in 2011). Verder is in 2011 het aantal koplopers in het programma duurzame logistiek gestegen van 43 naar 116. Dat betreft 32 verladers, 79 vervoerders en 5 gemeenten die hun logistieke proces verduurzamen.

In 2011 is voortgang geboekt in de voorbereiding van wijziging van wetgeving die een effectief beleid mogelijk maakt voor vermindering van geluidsoverlast door de transportsector op rijksinfrastructuur. Isolatiemaatregelen rond Schiphol en Maastricht-Aachen Airport hebben bijgedragen aan vermindering van geluidoverlast door de transportsector.

De duurzaamheid van de scheepvaart is verder bevorderd door bijdragen aan nieuwe internationale overeenkomsten over lozingen van huisvuil, het milieuvriendelijk slopen en de implementatie van maatregelen voor duurzame zeehavens, walstroom, en het varen op LNG door de binnenvaart.

Externe factoren

In 2011 werd in de VN/IMO een eerste stap gezet in de normstelling ten aanzien van CO2-uitstoot door zeeschepen door middel van de aanname van een aantal technische indicatoren, maar vervolgstappen zijn nodig om bij te dragen aan de reductiedoelstelling.

Nationaal werd een convenant met het maritieme bedrijfsleven gesloten – waaronder reders, verladers en scheepsbouw – dat niet betrokken was bij het sectorakkoord Duurzaamheid in Beweging.

In EU-kader zijn de uitvoeringsregels vastgesteld van het Europese CO2-emissiehandelssysteem EU ETS voor de luchtvaart per 1 januari 2012.

In ICAO-kader wordt een CO2-standaard ontwikkeld evenals een internationale leidraad voor het opstellen van «state action plans» met betrekking tot emissiereductie in de luchtvaart. Nederland en EU blijven zich inzetten voor een wereldwijd systeem van emissiehandel, zodat de Nederlandse en Europese luchtvaart en de luchthavens geen concurrentienadeel ondervinden.

De Europese Commissie overweegt ten aanzien van CO2-uitstoot bronbeleid voor vrachtauto’s.

Uit de monitoring 2011 van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL)153 blijkt dat er voor fijnstof geen knelpunten meer bestaan langs rijkswegen (op één locatie na, maar hiervoor zijn reeds bij de monitoring van 2010 maatregelen in het NSL opgenomen) en dat slechts sprake is van 0,1 km extra knelpunt voor NO2.

Overzicht van de budgettaire gevolgen van beleid (x € 1 000)

36. Bewaken, waarborgen en verbeteren van kwaliteit leefomgeving, gegeven de toename van mobiliteit

       

Realisatie

Vastgestelde begroting1

Verschil

 

Slotwetmutaties

 

2007

2008

2009

2010

2011

2011

2011

 

2011

Verplichtingen

79 802

47 234

63 782

66 551

18 807

59 612

– 40 805

2

– 64 024

Uitgaven

74 888

77 126

64 684

77 592

58 142

117 844

– 59 702

 

– 2 944

36.01 Leefomgeving hoofdwegen

25 423

22 171

25 206

24 237

15 711

44 206

– 28 495

 

– 961

36.01.01 Algemene strategie- en beleidsvorming

587

643

1 111

1 528

1 058

816

242

 

36

36.01.02 Investeringsimpuls voor innovatie

6 236

3 080

4 648

5 764

200

0

200

3

0

36.01.03 Maatregelen klimaatbeleid personenvervoer

7 121

10 372

13 308

11 764

9 751

37 858

– 28 107

4

– 140

36.01.04 Maatregelen lokale luchtkwaliteit

6 337

924

935

1 070

676

1 017

– 341

 

– 350

36.01.05 Bevorderen geluidsreducerende oploss.wegverv.

191

207

175

169

27

149

– 122

 

– 123

36.01.06 Duurzaam weggoederenvervoer

4 951

6 945

5 029

3 942

3 999

4 366

– 367

 

– 384

36.02 Leefomgeving spoorwegen

9 131

9 137

9 157

9 195

9 198

9 120

78

 

78

36.02.01 Algemene strategie- en beleidsvorming

0

0

0

0

0

0

0

 

0

36.02.02 Bev.geluidsreducerende oplossingen voor

                 

personen- en goederenvervoer per spoor

55

61

81

119

122

44

78

5

78

36.02.03 Bodemsanering NS percelen

9 076

9 076

9 076

9 076

9 076

9 076

0

 

0

36.03 Luchtvaart

38 271

43 205

27 651

41 529

31 814

63 133

– 31 319

 

– 1 911

36.03.01 Doorstorting heffingen GIS-1 aan Stichting GIS

10 047

9 615

10 708

9 878

5 387

2 264

3 123

6

– 710

36.03.02 Geluidsisolatie Schiphol fase 2 (GIS-2)

17 282

5 828

589

416

119

606

– 487

7

– 89

36.03.03 Geluidsisolatie Schiphol fase 3 (GIS-3)

2 407

4 950

7 646

14 510

14 557

38 918

– 24 361

8

– 152

36.03.04 Klachtenafhandeling Geluidsisolatie Schiphol

138

987

240

101

113

1 617

– 1 504

9

– 546

36.03.05 Woonschepen geluidszones Schiphol

178

29

0

11

0

0

0

 

– 219

36.03.06 Behandeling en uitbetaling schadeclaims Schiphol

5 287

5 123

5 065

13 453

11 131

17 891

– 6 760

10

131

36.03.07 Aankoop LIB geluidsloopzones Schiphol

576

284

1 270

802

79

1 324

– 1 245

11

– 21

36.03.08 Geluidsisolatie regionale luchthavens

338

2 356

894

567

3

0

3

12

– 90

36.03.09 Behandeling en uitbetaling schadeclaims

     

0

         

regionale luchthavens

120

5

188

1

0

0

0

 

– 39

36.03.10 Duurzame luchtvaart

1 238

11 057

449

1 790

425

513

– 88

 

– 176

36.03.11 Groenvoorziening Schiphol

117

2 403

0

0

0

0

0

 

0

36.03.12 Inspectie Verkeer en Waterstaat

543

568

602

0

0

0

0

 

0

36.04 Scheepvaart

2 063

2 613

2 670

2 631

1 419

1 385

34

 

– 150

36.04.01 Duurzame zeevaart

629

503

470

532

517

632

– 115

 

– 68

36.04.02 Duurzame zeehavens

208

293

181

962

80

114

– 34

 

– 41

36.04.03 Duurzame binnenvaart

631

1 197

1 263

1 137

822

639

183

 

– 41

36.04.04 Inspectie Verkeer en Waterstaat

595

620

756

0

0

0

0

 

0

Van de totale uitgaven:

                 

– Apparaatsuitgaven

1 604

1 801

2 024

2 352

959

1 527

– 568

 

 

– Baten-lastendiensten

1 459

1 552

2 013

766

378

1 715

– 1 337

 

 

– Restant

71 825

73 773

60 647

74 474

56 805

114 602

– 57 797

 

 

36.09 Ontvangsten

55 021

56 806

49 622

37 318

34 885

43 718

– 8 833

 

1 167

36.09.01 Ontvangsten heffingen GIS-1

10 107

10 684

9 577

9 914

4 843

2 323

2 520

13

2 520

36.09.02 Ontvangsten SGIS klachtenafhandeling GIS-1

68

147

16

0

0

0

0

 

0

36.09.03 Ontvangsten heffingen GIS-2 & 3

33 604

34 084

29 731

16 849

18 716

29 081

– 10 365

14

– 365

36.09.04 Ontvangsten wensvoorzieningen GIS-2 & 3

6

147

97

216

142

0

142

15

142

36.09.05 Ontvangsten heffingen overige Schiphol projecten

10 690

11 009

9 780

10 085

10 630

12 039

– 1 409

 

– 1 409

36.09.06 Ontvangsten heffingen regionale luchthavens

200

221

171

197

465

250

215

16

215

36.09.07 Overige ontvangsten

346

514

250

57

89

25

64

17

64

1

Inclusief stand ISB (+/–) departementale herindeling

2

De lagere verplichtingenrealisatie wordt veroorzaakt doordat budgetten voor onder andere electrisch rijden naar EL&I zijn overgeboekt. Tevens heeft in 2010 een correctie voor de Doorstorting van heffingen GIS naar Stichting GIS plaatsgevonden. De daarbij de oude (vervallen) opboeking was niet afgeboekt. Dit is in 2011 gecorrigeerd.

3

Betreft de Footprint Transumo, waarbij naast het actueel houden van een website, bijeenkomsten werden georganiseerd om bedrijven en overheden met elkaar in contact te brengen.

4

Minder uitgaven door overboeking budget voor Elektrisch rijden naar het ministerie van EL&I en door opgelegde taakstellingen.

5

De forfaitaire doorbelasting van personele uitgaven op dit begrotingsonderdelen is hoger uitgevallen.

6

Door een lagere realisatie van de vliegtuigbewegingen lopen de GIS heffingen langer door dan voorzien en is het uitgavenbudget bij Miljoenennota hierop aangepast.

7

Op het GIS2 project worden geen woningen meer geïsoleerd. Voor het GIS2 project worden nog kosten gemaakt in verband met een claim die ProGIS heeft gelegd bij een grote aannemer. Dit heeft heeft geleid tot een bodemprocedure. Hiervoor worden nog kosten gemaakt (adviseur, Landsadvocaat, arbitrage commissie).

8

Uit een nieuwe PRI-raming voor dit project is gebleken dat in 2011 minder geld benodigd was voor GIS3. Dit wordt onder meer veroorzaakt doordat minder gebouwen geïsoleerd hoefden te worden dan waar in de raming van was uitgegaan.

9

In de Progis-isolatiebesluiten is bepaald dat een eigenaar van een geïsoleerde woning voor garantie een beroep moet doen op de aannemer (afhankelijk van de aard van de voorziening is de garantieduur maximaal 10 jaar na oplevering). Indien de garantieclaim van de eigenaar door de aannemer niet afdoende wordt afgehandeld, kan de eigenaar een klacht inzake de garantie indienen bij RWS. Daarom worden de uitgaven op dit project bepaald door het aantal ingediende garantieclaims. Er zijn tot nu toe weinig garantieclaims ingediend.

10

Het aantal claims dat door het schadeschap wordt afgehandeld en de hoogte van de claims is vooraf niet in te schatten. Deze kosten bleken ten opzichte van de begroting mee te vallen.

11

De uitvoeringsverantwoordelijkheid voor het aankopen van woningen die liggen in de aankoop-geluidszone en Schiphol ligt bij de betreffende gemeenten, die de gemaakte kosten declareert bij RWS. In 2011 zijn minder woningen aangekocht.

12

De gerealiseerde uitgaven hebben betrekking op betalingen aan de landsadvocaat in relatie tot het project Maastricht–Aachen–Airport.

13

De meerontvangsten van € 3,4 mln. worden veroorzaakt door een terugbetaling van de lening Zwanenburg (€ 2,7 mln.) en de Stichting Geluidsisolatie (€ 0,7 mln.).

14

De ontvangsten uit heffingen hangen in belangrijke mate samen met de daadwerkelijke uitgaven bij het GIS-project. Doordat de uitgaven lager zijn dan geraamd, vallen de ontvangsten ook lager uit dan begroot.

15

Het gerealiseerde bedrag betreft ontvangsten voor wensvoorzieningen in 2011 en een geïnde bankgarantie vanwege het faillissement van een aannemer.

16

De ontvangsten uit heffingen hangen in belangrijke mate samen met de daadwerkelijke uitgaven bij het GIS-project. Doordat de uitgaven lager zijn dan geraamd, vallen de ontvangsten ook lager uit dan begroot.

17

De meerontvangsten worden veroorzaakt doordat er meer heffingen zijn ontvangen dan voorzien.

36.01 Leefomgeving Hoofdwegen: Uitstoot van schadelijke stoffen en van CO2 verminderen, lokale luchtkwaliteit verbeteren, te hoge geluidsbelastingen door wegvervoer zo veel mogelijk terugdringen en knelpunten door hoofdwegen in de ecologische hoofdstructuur oplossen

Operationele doelstelling

Doelbereiking

De belangrijkste prestaties in 2011 zijn geweest

Algemene strategie en beleidsvorming

In 2011 is uitvoering gegeven aan de uitvoering van het Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO) en aan diverse kleinere maatregelen. Voor het oplossen van kleinere knelpunten Spoor is opdracht gegeven voor het opstellen van een plan van aanpak. In 2011 zijn 5 knelpunten geheel opgelost, daarnaast zijn 3 herziene knelpunten opgelost.

Het gaat hierbij om de aanleg van ecoducten in Drenthe, Gelderland en Overijssel en om het treffen van kleinere maatregelen, zoals natuurlijke oevers, duikers en loopplanken.

Maatregelen klimaatbeleid personenvervoer

In 2011 heeft zowel de Tweede als de Eerste Kamer ingestemd met Swung-1 (TK 2009–2010, nr. 32 252155 en TK 2010–2011, 32 625, nr. 2)156. Dit leidt tot een betere bescherming van burgers, vereenvoudiging van regelgeving en een efficiënte uitvoering van geluidmaatregelen.

In 2011 is uitvoering gegeven aan innovatie en stimulering duurzame mobiliteit middels de proeftuinen duurzame mobiliteit. De eerste concrete resultaten uit het innovatieprogramma Proeftuinen duurzame mobiliteit zien we nu terug in de praktijk. In 2011 is het aandeel zuinige auto’s toegenomen tot 45%, de verkoop van auto’s met een A of B label blijft verder stijgen mede als gevolg van het fiscale beleid gericht op het stimuleren van de verkoop van zuinige auto’s. 70% van de OV bussen is in 2011 milieuvriendelijk (EURO V, EEV, hybride/elektrisch). Op het gebied van elektrisch vervoer zijn meer oplaadpunten gerealiseerd. Er zijn meer TAB vulpunten gerealiseerd waar schonere brandstoffen kunnen worden getankt. Verder is het op het gebied van brandstoffen, de proeftuin rijden op biogas en hogere blends van start gegaan. (daar zijn nog geen concrete resultaten van bekend) en is er een nieuwe proeftuin voor rijden op waterstof in voorbereiding.

Daarnaast is in 2011 aansluiting gezocht bij de Green Deal aanpak van EL&I waarin energiebesparing centraal staat. Twee van de proeftuinen duurzame mobiliteit zijn aangemerkt als Green Deal (elektrisch rijden en innovatieve OV bussen).

Verder wordt in de proeftuin Truck van de Toekomst157 ervaring opgedaan met innovatieve technieken voor energie en CO2 besparing. Die resultaten worden gedeeld en verspreid via een kennisloket dat in 2011 is opgezet.

Activiteiten gericht op duurzaam gedrag

In 2011 heeft het Instituut voor Duurzame Mobiliteit (IvdM158) zorg gedragen voor Het Nieuwe Rijden-programma159. Middels trainingen en kennisuitwisseling/voorlichting in de sector heeft dit bijgedragen aan een duurzamer rijgedrag bij chauffeurs. In 2011 is onderzoek uitgevoerd naar mogelijkheden om de leasemarkt verder te verduurzamen. Uitkomsten daarvan worden actief opgepakt door de branche waarin we een duidelijke toename zien van het aandeel schonere voertuigen. Tevens worden ook de leasecombinaties met auto/trein/scooter aangeboden aan klanten.

De overheid heeft als launching customer in 2011 24 elektrische voertuigen aangeschaft (RWS) en in tal van gemeenten zijn elektrische of voertuigen geschikt voor biobrandstof aangekocht.

Activiteiten gericht op duurzame voertuigen en brandstoffen

Het Platform Duurzame Mobiliteit is beëindigd en de kennisuitwisseling op het gebied van duurzame mobiliteit wordt nu uitgevoerd door het IvdM. Het bestuur van deze bestaat inmiddels uit een groot aantal branchepartijen (Bovag, RAI, KNV, TLN en de Leasebranche). De subsidie aan de stichting Higrids Hybrid Intercity Grids ten behoeve van experimenteerprogramma slimme voertuigen is in 2011 afgerond en afronding van de subsidie Mobius (subsidie ten behoeve van bevorderen duurzame mobiliteit en CO2-arme transportconcepten) is ingezet.

Uitvoering is gegeven aan het programma Truck van de Toekomst en experimentenregeling Duurzaam Openbaar Busvervoer160, waardoor ervaringen zijn opgedaan naar het vergroten van de klimaatprestatie van deze voertuigen.

De uitvoering van de subsidieregeling Tankstations Alternatieve Brandstoffen161 is voortgezet. De landelijke dekking van tankstations met alternatieve brandstoffen komt hierdoor dichterbij.

Innovatie en Energiebesparing

Innovatie heeft in 2011 vorm gekregen via Proeftuinen duurzame mobiliteit162 waarbij afgelopen jaar nauw is samengewerkt met het Green Deal163 initiatief van het ministerie EL&I. Om de doelstellingen van energiebesparing en CO2 reductie te behalen is innovatie naast bronbeleid noodzakelijk. Daarbij wordt innovatie steeds minder ondersteund middels subsidies en meer via fiscale stimulering en het wegnemen van wetgevingsbarrières164 .

Maatregelen lokale luchtkwaliteit

Met een jaarlijks geactualiseerd pakket aan maatregelen in het vigerend Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit165 (NSL) is gewaarborgd dat overal in Nederland tijdig aan de normen voor luchtkwaliteit (PM10 en NO2) wordt voldaan. Daarnaast is in 2011 in Brussel verder ingezet op een verbetering van de praktijkprestaties van de Euronormen. Dit heeft geleid tot een finaal pakket maatregelen ter verbetering van de testcyclus voor Euro VI vrachtauto’s166. Nederland heeft de versnelde introductie ervan voorbereid en een subsidieregeling hiervoor opgesteld. Naast generieke bronmaatregelen zijn locatiespecifieke maatregelen getroffen. Langs snelwegen gaat het om het plaatsen van luchtschermen. In 2011 is verder internationaal onderzoek gedaan naar een roetindicator om beter inzicht te krijgen in de gezondheidseffecten van ultra fijn stof. Nederland heeft hier in 2011 actief in geparticipeerd.

Bevorderen geluidsreducerende oplossingen wegvervoer

De wijziging van de Wet geluidhinder voor de rijksinfrastructuur door o.a. de introductie van geluidproductieplafonds (SWUNG I) (TK 2009–2010, XII 32 252 167 en TK 2010–2011, XII 32 625, nr. 2)168 is op 30 juni 2011 met algemene stemmen aangenomen in de Tweede Kamer en op 22 november 2011 aangenomen door de Eerste Kamer. Naar verwachting zal de wet, afhankelijk van in werking treding van de AMvB Besluit geluid milieubeheer, in de eerste helft van 2012 in werking treden.

  • Onderliggende regelgeving is uitgewerkt en binnen de IenM/RWS organisatie zijn voorbereidingen getroffen voor een systeem van geluidproductieplafonds;

  • Naast de voorbereiding is een start gemaakt met de uitvoering van het Meerjarenprogramma Geluidsanering (MJPG) 169;

  • Vooruitlopend op het MJPG is al gestart met de aanpak van hoge geluidbelastingen op een aantal locaties door middel van innovatieve maatregelen. Dit zijn kleinschalige projecten waarbij de leefomgeving door het aanbrengen van stille wegdekken, raildempers of geluidschermen op een aantal geluidknelpunten wordt verbeterd (zie ook artikel IF 12.03 Geluid);

  • In 2011 is gestart met het opstellen van een roadmap voor het verder ontwikkelen en toepassen van stille wegdekken;

  • Internationaal is ingezet op het aanscherpen de Europese richtlijnen van geluidsemissie eisen die aan banden en voertuigen worden gesteld.

Duurzaam weggoederenvervoer

In 2011 is verder uitvoering gegeven aan het programma Duurzame Logistiek. 170 koplopende verladers, vervoerders en gemeenten hebben zich gecommitteerd aan de doelstelling van het programma, 20% CO2 reductie binnen 5 jaar.

Meetbare gegevens

Indicator

Waarde 1990

Waarde 1995

Waarde 2000

Waarde 2005

Waarde 2006

Waarde 2007

Waarde 2008

Waarde 2009

Waarde 2010

Waarde 2011

Basiswaarde peildatum

Streefwaarde peildatum

Emissie NOx 1 , 2

                       
                         

Bron:

327

272

244

207

199

197

192

173

164

nnb

268 kton

2000

158 kton

2010–2020

CBS StatLine, Luchtverontreiniging, emissies berekend volgens NEC-protocol, gewijzigd 14-2-2012

Emissie SO2 1 , 2

                       
                         

Bron:

19

18

9

6

6

5

3

2

1

nnb

9 kton

2000

4 kton

2010–2020

CBS StatLine, Luchtverontreiniging, emissies berekend volgens NEC-protocol, gewijizigd 14-2-2012

Emissie VOS (NM) 1 , 2

                       
                         

Bron:

193

128

84

54

49

46

44

40

38

nnb

90 kton

2000

55 kton

2010–2020

CBS StatLine, Luchtverontreiniging, emissies berekend volgens NEC-protocol, gewijizigd 14-2-2012

Emissie CO2 in verkeer en vervoer

                       
                         
 

31

34

37

39

40

39

39

38

38

nnb

36,6 Mton

30–34 mton

Bron:

                       

CBS StatLine – Emissies van broeikasgassen, berekend volgens IPCC-voorschriften

Publicatiedatum 14-2-2012

                       

Lokale luchtkwaliteit NO2 3

Bron: RWS/DVS

                     

0 knelpunten langs rijkswegen

2015

Geluidsknelpunten langs hoofdwegen 4

Bron: RWS/DVS

       

12 000

12 000

12 000

12 000

7 500

7 500

12 000

0

Aantal opgeloste MJPO knelpunten gesommeerd

Bron: RWS/DVS 2010

       

17

29

41

43

55

60

0

208

http://www.mjpo.nl/downloads/110062-RWS-MJPO-Jaarverslag2010[1].pdf

1

Emissies NOx, SO2 en VOS in verkeer en vervoer berekend volgens het NEC-protocol. Bron: CBS-statline, natuur en milieu/lucht, update van 14 februari 2012. De cijfers over het jaar 2010 zijn definitieve cijfers. De voorlopige cijfers van 2011 worden rond 1 september van 2012 gepubliceerd. Bijgaand de geactualiseerde cijferreeks. Ook de voorgaande jaren zijn aangepast. Om een samenhangende en consistente tijdreeks te verkrijgen wordt ieder jaar de complete tijdreeks herberekend, zodat de laatste inzichten met name ten aanzien van de emissiefactoren in de berekeningen worden meegenomen.

De vaststelling van de NEC-plafonds voor het jaar 2020 voor de stoffen NOx, SO2 en VOS zal binnen enkele jaren plaatsvinden.

2

Betreft mobiele bronnen, totaal. Mobiele bronnen zijn transportmiddelen en mobiele werktuigen met een verbrandingsmotor, inclusief buitenlandse transportmiddelen. Exclusief zeevaart.

3

Voor lokale luchtkwaliteit geldt dat uiterlijk per 1 januari 2015 op alle locaties langs rijkswegen de grenswaarde voor NO2 gehaald moet worden. Tussenliggende waarden zijn niet vastgesteld. Voor PM10 wordt op alle locaties langs rijkswegen aan de grenswaarde voldaan die geldt vanaf 11 juni 2011.

4

Het saneringsprogramma opheffen geluidsknelpunten langs spoor- en hoofdwegen is in 2011 van start gegaan. De geluidsknelpunten langs hoofdwegen (>65 dB Lden) worden opgelost, zoals in de Nota Mobiliteit geformuleerd. Voor 10% van de woningen zal de aanpak bestaan uit gevelisolatie en zal de belasting boven de 65 dB blijven. Indien mogelijk wordt nu al meteen bij reconstructie van een (spoor)weg om andere redenen dan geluid een geluidsknelpunt aangepakt.

CO2.:

Door het schoner en zuiniger worden van voertuigen is er sinds enkele jaren sprake van een afname van de groei van CO2 emissies van het wegverkeer. Dit terwijl de voertuigkilometers zijn toegenomen. In het overzicht van meetbare gegevens blijkt dat de CO2 emissie in verkeer in vervoer licht afneemt. Dat komt voort uit een autonome groei van mobiliteit (zo is bijvoorbeeld in 2011 het aantal personenauto’s in Nederland met 1,5% gestegen (CBS), dat betreft dan veelal 2e auto’s in een huishouden). Zoals ook in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) is aangegeven blijft een groeiende mobiliteitsbehoefte, welvaart, werkgelegenheid en toename van het aantal eenpersoonshuishoudens ervoor zorgen dat de mobiliteit richting 2040 blijft groeien. Voor informatie over deze trend: zie de Mobiliteitsbalans 2011 van het Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid170 (KIM).

Luchtkwaliteit NO2..:

Voor luchtkwaliteit zijn er geen tussenliggende waarden vastgesteld, enkel dat er in 2015 nul knelpunten moeten zijn langs het rijkswegennet voor N02. Om dit te bereiken worden in het NSL naast bronmaatregelen locatiespecifieke maatregelen (luchtschermen) genomen. Voor fijn stof (PM10) geldt dat al vanaf 11 juni 2011 aan de grenswaarde moet worden voldaan. Met de in het NSL opgenomen maatregelen is hieraan in 2011 voldaan.

MJPO-knelpunten.:

Het aantal opgeloste knelpunten loopt iets achter op de gedachte voortgang. De reden hiervoor is, dat om efficiënt te werken getracht wordt werk met werk te maken. De Drentse ecoducten zijn hier een voorbeeld van: deze zijn aangelegd bij de reconstructie van de N48.

Om een knelpunt geheel op te lossen, moeten vaak meerdere maatregelen worden uitgevoerd. In 2011 zijn er aan 44 knelpunten in totaal 71 maatregelen getroffen, zonder dat ze hierdoor volledig zijn opgelost. Daarnaast zal voor een aantal maatregelen aan spoor de aanbesteding volgen; daarmee zullen veel knelpunten die nu maar gedeeltelijk gereed zijn klaar komen.

Tabel opgeloste MJPO-knelpunten in 2011

nr.

Provincie

Locatie

Voorziening

Onderdeel

Ge3

Gelderland

Kabeljauw bij A50

ecoduct

wegen

Ge5

Gelderland

Hierdense Veld bij A28 en spoorweg Amersfoort–Zwolle

ecoduct

RV (wegen, spoorwegen)

NB15

Noord-Brabant

De Baronie A58/A16

duikers, natuurlijke oevers

wegen

Ov2

Overijssel

Nijverdal, N35 en spoorweg Zwolle–Twente

Ecoduct

wegen, spoorwegen

Ze3

Zeeland

Prunje, N59

duikers, loopplanken

wegen

van de herziene lijst:

     

Ze16

Zeeland

Kreken Zeeuws Vlaanderen

kleine maatregelen

water

Dr18

Drenthe

Suthwalda, N48

ecoduct

RV (wegen)

DR19

Drenthe

Stiggeltie, N48

ecoduct

RV (wegen)

Bron: RWS/DVS

Indicator: aantal opgeloste MJPO knelpunten
 

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

Aantal opgeloste knelpunten MJPO

10

7

12

12

2

12

5

11

11

13

21

26

22

44

Totaal aantal

10

17

29

41

43

55

60

71

82

95

116

142

164

208

Bron: RWS/DVS, MJPO Jaarverslag 2011

De tabel geeft inzicht in de voortgang van de aanpak en tevens een indicatie van de planning van de MJPO-knelpunten, zoals opgenomen in het Meerjarenprogramma Ontsnippering171 (MJPO) 2004.

Extracomptabele verwijzingen

Verwijzinging naar het Infrastructuurfonds

Overzicht uitgaven op het Infrastructuurfonds (x € 1 000)

Artikel omschrijving

Realisatie 2011

12.02 Beheer en Onderhoud

323 166

12.03 Aanleg en planstudie na tracèbesluit

1 341 787

36.02 Leefomgeving Spoorwegen: te hoge geluidsbelastingen door spoorvervoer zo veel mogelijk terugdringen en knelpunten door spoorwegen in de ecologische hoofdstructuur en in de bodem op te lossen

Operationele doelstelling

Doelbereiking

De belangrijkste prestaties in 2011 zijn geweest:

Algemene strategie en beleidsvorming

In 2011 zijn in het kader van het meerjarenprogramma Ontsnippering, deel spoor, 2 ecoducten gerealiseerd, bij Hulshorst en bij Nijverdal.

Bevorderen geluidsreducerende oplossingen voor personen- en goederenvervoer per spoor:

  • De wijziging van de Wet geluidhinder. In 2011 heeft zowel de Tweede als de Eerste Kamer ingestemd met Swung-1 (TK 2009–2010, nr. 32 252155 en TK 2010–2011, 32 625, nr. 2)156.

  • ProRail heeft in 2011 voorbereidingen getroffen om na inwerkingtreding van Swung-1 te kunnen starten met het Meerjarenprogramma geluidsanering spoor (MJPG Spoor)174

  • In 2011 is het Uitvoeringsprogramma Geluid op Emplacementen (UPGE)175 zo goed als afgerond. Het voegloos maken moet nog op 1 locatie gebeuren (totaal 43 emplacementen) en het aanbrengen van spoorstaafconditioneringssystemen is op 1 locatie na ook afgerond (totaal 46 emplacementen). Op een aantal locaties moeten nog geluidschermen worden geplaatst. Deze schermen worden in de komende periode geplaatst door de staande organisatie van ProRail.

Bodemsanering NS percelen

De door de Stichting Bodemsanering NS in 2011 behaalde resultaten zijn vanaf juni 2012 op sbns.nl te vinden.

Meetbare gegevens

Algemene strategie en beleidsvorming

De meetbare gegevens voor dit product zijn hieronder bij de overige producten weergegeven. Aangezien de genoemde activiteiten gericht zijn op het bevorderen geluidsreducerende oplossingen voor personen- en goederenvervoer per spoor, zijn hiervoor geen aparte meetbare gegevens ontwikkeld.

Bevorderen geluidsreducerende oplossingen voor personen- en goederenvervoer per spoor

Indicator Leefomgeving spoorwegen
 

Basiswaarde peildatum 2004

Waarde 2006

Waarde 2007

Waarde 2008

Waarde 2009

Waarde 2010

Waarde 2011

Streefwaarde peildatum 2

Geluidknelpunten langs spoorwegen

Bron: ProRail

12 500 woningen

7 500 woningen

8 900 woningen

7 200 woningen

1

1

2

0

2020

Aantal opgeloste MJPO knelpunten

Bron: RWS/DVS

0

0

0

 

3

2

2

0

2018

http://www.mjpo.nl/downloads/100267-DWW-Jaarverslag09_LR1.pdf

 
1

De regelgeving liggend onder Swung-1 is nog niet afgerond. Zodra dit het geval is, zal de saneringsvoorraad bekend worden en kan het MJPG (meerjarenprogramma geluidsanering) formeel starten. Vanaf dat moment zal over de knelpunten uit het MJPG worden gerapporteerd.

2

De ecoducten bij Hulshorst en Nijverdal zijn gerealiseerd.f

Verwijzinging naar het Infrastructuurfonds

Extracomptabele verwijzingen

Overzicht uitgaven op het Infrastructuurfonds (x € 1 000)
 

Realisatie 2011

Artikel omschrijving

 

13.03 Ontsnippering

6 785

13.03 Geluid sanering spoorwegen

660

36.03 Duurzame luchtvaart bewerkstelligen en in stand houden

Operationele doelstelling

Doelbereiking

De belangrijkste prestaties in 2011 zijn geweest:

Doorstorting heffingen GIS-1 aan Stichting GIS

Het betreft hier het storten van een – wettelijk vastgelegd – deel van de opbrengst uit geluidheffingen in de Stichting Geluidsisolatie Schiphol. De Stichting heeft de kosten van het eerste geluidsisolatieproject rond Schiphol (GIS-1) gefinancierd. De door Stichting GIS eerder gemaakte kosten zijn in 2011 afgelost.

Geluidsisolatie Schiphol fase 2 (GIS-2)

Op grond van de PKB-Schiphol is in 1997 het project GIS-2 van start gegaan. De isolatie van GIS 2 panden is op 30 juni 2008 beëindigd. Tijdens GIS 2 zijn 8 465 panden geïsoleerd.

Geluidsisolatie Schiphol fase 3 (GIS-3)

Van alle woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen die in het isolatiegebied GIS-3 liggen, zijn er 5 213 opgenomen in het isolatieprogramma. Tot eind 2011 hebben 2 274 eigenaren aangegeven geen prijs te stellen op (verdere) deelname aan het isolatieproject. Uit onderzoek is gebleken dat 1 826 objecten geen recht hebben op aanvullende geluidwerende voorzieningen. Daarnaast zijn er 1 105 objecten geïsoleerd opgeleverd. Dit betekent dat eind 2011 5205 objecten onder GIS-3 zijn afgehandeld. Afronding wordt medio 2012 verwacht.

Klachtenafhandeling Geluidsisolatie Schiphol

In 2011 zijn circa 25 nieuwe klachten in behandeling genomen. De aard van de klachten varieert sterk. In enkele gevallen is de eigenaar verwezen naar de aannemer die de geluidwerende voorzieningen heeft geplaatst. Maar er zijn ook gevallen waarbij reparaties (bijvoorbeeld van een dak) noodzakelijk waren.

Na oplevering van een object geldt een garantieperiode van tien jaar. In deze periode zijn aannemers gehouden eventuele herstelwerkzaamheden uit te voeren. De garantietermijn voor objecten die in het kader van GIS 2 zijn gerealiseerd loopt tot uiterlijk 2018. Voor GIS-3 loopt de garantieperiode door tot 2022.

Woonschepen geluidszones Schiphol

Binnen de geluidszones worden 84 woonschepen aangekocht en is één woonschip verplaatst. Onder het voorbehoud van sloop van de aangekochte woonschepen is dit project afgerond.

Behandeling en uitbetaling schadeclaims Schiphol

Het Schadeschap luchthaven Schiphol is verantwoordelijk voor de afhandeling van schadevergoedingen die verband houden met de uitbreiding van het luchthaventerrein Schiphol en wijzigingen in de infrastructuur in de omgeving van Schiphol. Het bedrag dat IenM in 2011 heeft uitgekeerd aan het Schadeschap wordt in 2012 bekend. De kosten van de behandeling van de schadeverzoeken alsmede de toegekende uitkering worden in rekening gebracht bij het ministerie.

Aankoop LIB geluidsloopzones Schiphol

In 2011 zijn geen objecten in de geluidssloopzones aangekocht conform de Regeling Uitkeringen beperkingengebied Schiphol. Het totaal aantal aangekochte woningen blijft op 38 staan. Eigenaren kunnen als gevolg van de motie Hofstra (Kamerstuk 2001–2002, 27 603, nr. 73)180 niet worden gedwongen hun woning te verlaten. Een einddatum kan daarom niet worden vastgesteld.

Geluidsisolatie regionale luchthavens

Het geluidsisolatieproject rondom de regionale luchthaven Maastricht Aachen Airport (Fase 2) is afgerond.

Behandeling en uitbetaling schadeclaims regionale luchthavens

Het betreft hier het behandelen en uitbetalen van schadeclaims. In 2011 zijn er geen schadeclaims uitgekeerd.

Duurzame luchtvaart

  • Diverse activiteiten zijn verricht ten behoeve van de invoering van het Europese CO2-emissiehandelssysteem (EU ETS)181 voor de luchtvaart per 1 januari 2012, zoals het inbrengen van de Nederlandse zienswijze in het formuleren van een Europees standpunt en een bijdrage aan de totstandkoming van uitvoeringsregels ETS.

  • Er is actieve inzet geweest in de milieucommissie van ICAO (CAEP)182 op het gebied van CO2-standaard voor vliegtuigen, economische analyse en dataverzameling. In het kader van ICAO is ook gewerkt aan de totstandkoming van een internationale leidraad voor opstellen van «state action plans» met betrekking tot emissiereductie in de luchtvaart. Er is in 2011 ook een start gemaakt met het «state action plan» voor Nederland.

  • In 2011 is inzet geleverd op Europese samenwerking op het gebied van alternatieve brandstoffen (biokerosine) en is gewerkt aan de aanpassing van nationale wetgeving ter bevordering van de levering van biokerosine.

  • In 2011 is gestart met een onderzoek naar de effecten van de invoering van EU ETS Luchtvaart op onze eigen maatschappijen en luchthavens. Nederland blijft zich, samen met de EU, inzetten voor een wereldwijd systeem van emissiehandel, zodat de Nederlandse luchtvaart en de luchthavens zo min mogelijk concurrentienadeel ondervinden. De eerste resultaten van dit onderzoek worden in 2012 verwacht.

  • In 2011 zijn de emissies van CO 54,3, NOx 68,1, VOS 7,6 en PM10 2,2 gram/ton. Die van SO2 is 1,9 gram/ton. Alle in 2011 gerealiseerde emissies liggen onder de grenswaarde, zoals die met ingang van 2010 geldt.

Bijdrage aan de CROS

IenM heeft in 2011 financieel bijgedragen aan de Commissie Regionaal Overleg Schiphol (CROS)183. Het betrof een bijdrage voor bureaukosten, het organiseren van het regionaal overleg, de vergoeding voor commissieleden, en dergelijke.

Beleid isolatie- en leefbaarheidmaatregelen rondom luchthavens.

In 2011 heeft IenM werkzaamheden verricht om verschillende hinderbeperkende maatregelen rondom Schiphol te continueren en heeft zorg gedragen voor de uitvoering en realisatie van het geluidsisolatieproject GIS 3.

Groenvoorziening Schiphol

Het betreft hier een bijdrage aan de Stichting Mainport en Groen184 op basis van het convenant Groenvoorziening Schiphol. De laatste vond in 2008 plaats en hiermee is de bijdrage volledig voldaan.

Inspectie Leefomgeving en Transport

  • De activiteiten voor dit product zijn met ingang van de begroting 2011 ondergebracht onder operationeel doel 33.03.

Meetbare gegevens

Geluidsisolatie Schiphol fase 3 (GIS-3)

Van alle woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen in het isolatiegebied GIS-3 zijn er 5 213 opgenomen in het isolatieprogramma. Eind 2011 zijn 5 205 objecten onder GIS-3 zijn afgehandeld. Afronding wordt verwacht medio 2012.

Aankoop LIB geluidsloopzones Schiphol

Kengetal: Aantal aangekochte en aan te kopen woningen in de geluidsloopzones Schiphol
 

Tot en met 2005

2006

2007

2008

2009

2010

Streef- waarde 2011

Realisatie 2011

Streefwaarde 2012 ev

Totaal

>65 Ke

5

0

1

1

3

2

2

0

5

17

55 – 65 Ke

24

2

0

0

0

0

0

0

0

26

Totaal

29

2

1

1

3

2

2

0

5

43

Bron: Rijkswaterstaat, Voortgangsrapportage GIS nr. 14

In 2011 zijn geen objecten in de geluidssloopzones aangekocht conform de Regeling Uitkeringen beperkingengebied Schiphol. Het totaal aantal aangekochte woningen blijft op 38 staan.

Kengetal: De grenswaarde voor de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen in gram per ton Maximum take off weght (MTOW)
             

realisatie

grenswaarden

Stof

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

2005 – 2009

vanaf 2010

CO

59,3

56,6

55,1

54,1

53,4

54,1

54,3

58,1

55,0

NOx

66,3

66,8

67,4

67,1

67,6

69,7

68,1

74,6

74,6

VOS

10,1

9,0

8,6

8,2

7,9

8,0

7,6

9,9

8,4

SO2

2,0

2,0

2,0

2,0

2,0

2,0

1,9

2,1

2,1

PM10

2,2

2,2

2,3

2,3

2,3

2,4

2,2

2,5

2,5

Uit de door Schiphol aangeleverde cijfers blijkt dat de (relatieve) grenswaarden voor de uitstoot van stoffen die lokale luchtverontreiniging veroorzaken in het gebruiksjaar 2011 niet overschreden zijn.

Kengetal: Geluidsbelasting rond Schiphol

Periode

Totaal Volume Geluid

Gedurende het gehele etmaal (Lden) 1

63.46 dB(A)

Gedurende de periode van 23.00 tot 7.00 uur (Lnight)

54.44 dB(A)

Bron: Luchthavenverkeerbesluit 2004

1

Lden staat voor «Level day-evening-night». Level = niveau, day = overdag, e = avond, n = nacht. Lden is een internationale maat (om de geluidsbelasting door omgevingslawaai uit te drukken) en ook een EU-maat (richtlijn 2002/49). Deze aanduiding, en dan met name «den», vloeit voort uit het feit dat in Lden onderscheid wordt gemaakt tussen dag-avond en nacht. Gedurende de dag (07–19 uur) telt een vliegtuig voor 1 vliegtuig, gedurende de avond (19–23 uur) telt 1 vliegtuig voor 3,16 vliegtuigen, gedurende de nacht (23–07 uur) telt 1 vliegtuig voor 10 vliegtuigen. De getallen 1, «3,16» en 10 heten «etmaalweegfactoren».

In 2011 bedroeg het TVG voor het etmaal (Lden) 62,68 dB (A). Daarmee is Schiphol binnen de toegestane grenswaarde van 63.46 dB (A) gebleven.

In 2011 bedroeg het TVG voor de nacht (Lnight) 52,55 dB (A). Daarmee is Schiphol binnen de toegestane grenswaarden van 54.44 dB (A) gebleven.

36.04 Scheepvaart: Een milieuvriendelijk goederenvervoersysteem over het water bevorderen

Operationele doelstelling

Doelbereiking

De belangrijkste prestaties in 2011 zijn geweest:

Duurzame zeevaart

De internationale regelgeving ten aanzien van uitstoot naar de lucht (MARPOL Annex VI)186, 187 is aangescherpt. Met ingang van 2013 moeten nieuw te bouwen schepen wereldwijd voldoen aan een Energy Efficiency Design Index (EEDI: een «energieprestatie-norm» voor zeeschepen die van 2013 tot 2025 in 4 fases wordt aangescherpt).

Nederland heeft zich ook actief ingezet voor de herziening van MARPOL Annex V. Deze herziening is mondiaal aangenomen en zal op 1 januari 2013 van kracht worden. Hierna zijn alle lozingen van huisvuil verboden met uitzondering van voedselrestanten (dit ivm hygiëne).

De IMO (International Maritime Organization) heeft in 2011 verder richtlijnen ontwikkeld met als doel het overbrengen van schadelijke organismen door aangroeiing op de scheepshuid, biofouling, tegen te gaan. Ook is in IMO het verbod op blenden op zee goedgekeurd en is voortgang geboekt ten aanzien van een verbod van productieprocessen op zee.

De internationale richtlijnen behorend bij het Hong Kong Sloopverdrag188 zijn gecompleteerd met richtlijnen voor de ontwikkeling van een «Ship Recycling Plan» en een inventaris voor gevaarlijke stoffen. Vorderingen zijn gemaakt met richtlijnen voor veilig en milieuvriendelijk recyclen en de autorisatie van «Ship Recycling Facilities».

Voor de Saba Bank heeft Nederland een voorstel bij de IMO ingediend ter verkrijging van de status van «particularly sensitive sea area» (PSSA).

In de EU zijn de onderhandelingen gestart om het onderdeel zwavel in scheepsbrandstoffen uit de Zwavel richtlijn aan te passen aan de in 2008 in IMO overeengekomen afspraken over verminderde uitstoot van luchtverontreinigende stoffen.

Samen met de sector heeft het Ministerie van IenM een Convenant ondertekend over Energie Efficiency en CO2-reductie in de zeevaart, waarin afspraken zijn gemaakt over het stimuleren van energie-efficiency in de zeevaart.

Het Ballastwaterverdrag is geïmplementeerd in de Nederlandse wet- en regelgeving en Nederland heeft het verdrag geratificeerd. Over uniforme implementatie en handhaving in het Noordzeegebied heeft reeds overleg plaatsgevonden, maar door vertraging in de ratificatie door enkele andere Noordzeelanden kunnen afspraken niet eerder dan in 2012 worden gemaakt.

Duurzame zeehaven

In 2011 is in het kader van het Subsidieprogramma Zeehaven Innovatie Project189 voor duurzame zeehavens voor 9 projecten een subsidiebeschikking verstrekt. Alle 9 projecten zijn inmiddels van start gegaan, de meeste projecten zullen eind 2013 tot afronding komen.

Ten behoeve van de aankomende herziening van de Europese richtlijn havenontvangstvoorzieningen is richting Europese Commissie aangegeven dat Nederland voorstander is van aanscherping van deze richtlijn en van meer geharmoniseerde handhavings- en financieringssystemen. De inzet is met relevante partijen afgestemd.

Samen met de Nationale Havenraad190 heeft IenM de staatssecretaris van Financiën verzocht om namens Nederland een derogatieverzoek bij de Europese Commissie in te dienen, om de energiebelasting op walstroom tijdelijk (drie jaren) te verlagen.

Hiermee wordt een economische stimulans aan de beroepsvaart gegeven om (meer) gebruik te maken van walstroom. Daarmee wordt de uitstoot van voor het klimaat en de luchtkwaliteit schadelijke stoffen, fijnstof en geluidsoverlast in de Nederlandse havens aanzienlijk verminderd. Dit laatste is van belang om de economische groeimogelijkheden van de Nederlandse zeehavens, zeevaart en binnenvaart niet onnodig te beperken vanwege beperkingen in de milieugebruiksruimte.

Duurzame binnenvaart

Er is een Investeringsimpuls LNG-vulpunten binnenvaart gelanceerd. Dit heeft geresulteerd in de toekenning van een investeringsimpuls aan een te ontwikkelen LNG-vulpunt in Zwijndrecht, dat eind 2013 operationeel zal zijn.

Scherpere internationale emissienormen voor binnenscheepsmotoren vanaf 2016 (Stage IV) zijn nog niet definitief vastgesteld. De verwachting is dat de Europese Commissie medio 2012 met een voorstel voor deze normen komt.

Als gevolg van voortdurende onrust in de binnenvaartsector rond het onderwerp walstroom, zijn op dit dossier geen stappen gezet.

Duurzame zeevaart en binnenvaart

[[[Meetbare gegevens]]]

Uitstoot luchtverontreinigende stoffen
 

realisatie

prognose

 

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2010

2015

2020

NOx -emissies goederenvervoer (x mln. kg)

                     

Binnenvaart

27,1

25,1

24,8

24,2

24,9

24,5

21,9

23,6

23,7

22,5

21,7

Zeevaart (NL grondgebied) 1

17,3

17,8

18,0

19,1

19,4

23,3

22,0

21,9

19,4

20,2

21,1

PM10-emissies goederenvervoer (x mln. kg)

                     

Binnenvaart

1,1

1,0

1,0

1,0

1,0

0,9

0,8

0,8

0,9

0,8

0,8

Zeevaart (NL grondgebied) 1

1,1

1,1

1,1

1,2

1,1

1,3

1,2

1,0

2

2

2

VOS-emissies goederenvervoer (x mln. kg)

                     

Binnenvaart

3,6

3,3

2,3

1,4

1,4

1,4

1,2

1,3

1,3

1,1

1,0

Zeevaart (NL grondgebied) 1

0,7

0,7

0,7

0,7

0,7

0,9

0,9

0,8

0,7

0,8

0,8

SO2-emissies goederenvervoer (x mln. kg)

                     

Binnenvaart

2,0

1,9

1,8

1,8

1,8

1,1

1,0

0,5

0,9

0,0

0,0

Zeevaart (NL grondgebied) 1

10,0

10,2

10,0

10,6

9,8

9,5

9,0

5,8

5,0

0,8

1,0

CO2-emissies (x mln. kg) 3

                     

Binnenvaart

1 871

1 734

1 713

1 672

1 721

1 693

1 540

1 688

1 700

1 785

1 877

Zeevaart (NL grondgebied) 1

936

969

983

1 041

1 067

1 466

1 406

1 370

1 220

1 389

1 558

Bron cijfers 2003 t/m 2010: CBS luchtverontreiniging; emissies door mobiele bronnen, CBS StatLine (www.statline.cbs.nl/statweb/ ), 29 december 2011

Bron prognoses 2010, 2015 en 2020: PBL/ECN, 18 mei 2010

De realisatiecijfers 2011 komen in het eerste kwartaal van 2013 beschikbaar.

1

De cijfers over 2008 en latere jaren zijn met een andere, nauwkeuriger methode berekend dan in voorgaande jaren, waarbij ook de invloed van de vaarsnelheid is meegenomen; om die reden zijn de cijfers over 2008 en latere jaren niet volledig vergelijkbaar met die van voorgaande jaren. De cijfers van de SO2-emissies over 2008 en latere jaren zijn bovendien beïnvloed door een verplicht lager zwavelgehalte voor scheepsbrandstof vanaf augustus 2007 en verdere aanscherping vanaf juli 2010 (vanwege MARPOL Annex VI-regelgeving).

2

Geen prognose beschikbaar.

3

Bij de CO2 emissies is de eenheid gecorrigeerd in mln. kg. In de begroting van 2009 en 2010 staat per abuis de eenheid mld. kg vermeld.

Kengetal: Afgifte olie- en vethoudend afval door de binnenvaart
 

2001

2002

2003

2004

2005

2006

2007

2008

2009

2010

2011

Bilgewater (x miljoen kg)

48,1

46,6

26,7

21,2

21,8

20,1

20,8

21,0

19,2

18,8

21,5

Schroefassmeervet (x miljoen kg)

0,12

0,15

0,14

0,14

0,12

0,11

0,11

0,12

0,12

0,11

0,13

Vast oliehoudend afval (x miljoen kg)

0,25

0,38

0,41

0,44

0,32

0,32

0,34

0,38

0,46

0,45

0,54

Bron: Stichting Afvalstoffen en Vaardocumenten Binnenvaart (SAB), 2012

De daling in de afgifte van olie- en vethoudend scheepsbedrijfsafval in de periode 2009/2010 is voor 2011 in een stijging over gegaan. Of dit zich in de komende jaren voortzet zal moeten blijken. Wellicht hangt dit samen met de invoering van de indirecte betaling voor de afgifte van olie- en vethoudend scheepsbedrijfsafval per 1 januari 2011.

Kengetal: Afgiftecijfers scheepsafval in zeehavens
 

2005

2006

2007

2008

2009

2010

Afgegeven hoeveelheid scheepsafval (m3)

98 241

104 698

133 517

148 483

149 427

174 651

Aantal afgevende schepen

14 396

18 296

22 486

22 152

22 741

23 902

Aantal betalende schepen

34 293

38 410

39 313

39 279

36 580

37 456

Het percentage afgevende schepen van het aantal betalende schepen

42%

48%

57%

56%

62%

64%

Bron: De Nederlandse zeehavens, juni 2011

Overzicht afgeronde onderzoeken

Overzicht afgeronde onderzoeken
 

Onderzoek onderwerp

AD of OD

Start

Afgerond

Vindplaats

Beleidsdoorlichting

Leefomgeving hoofdwegen

36.01

2011

2012

 
 

Leefomgeving spoorwegen

36.02

2011

2012

 
 

GIS

36.03

2010

medio 2012

 

Effectenonderzoek expost

Meerjarenprogramma Ontsnippering (in kaart brengen effectiviteit, doelmatigheid en legitimiteit van de uitvoering van het MJPO)

36.01/36.02

A: juli 2008

B: dec. 2008

TK, 2009–2010, 29 652, nr. 3

Zie Jaarverslag XII 2009, blz. 126, 127.

         

MJPO – MJPO – Meerjarenprogramma Ontsnippering

 

Het Nieuwe Rijden (evalueren uitvoeringsprogramma Het Nieuwe Rijden en de bijdrage aan de CO2-reductie

36.01

A: jan. 1999

B: juli 2011

www.hetnieuwerijden.nl

         

Zie Jaarverslag XII 2010, blz. 124

 

Bodemsanering

36.02

2010

2010

Zie Jaarverslag XII 2010, zie blz. 124, 125.

De beleidsdoorlichtingen Leefomgeving Hoofdwegen en Leefomgeving Spoorwegen worden in 2012 definitief afgerond.

GIS

Geluidsisolatie Schiphol: de afronding van het isolatieprogramma van woningen rond Schiphol (GIS-3) is voorzien medio 2012. De beleidsevaluatie GIS naar de doeltreffendheid van het project zal conform de Rijksbegrotingsvoorschriften worden uitgevoerd op het moment dat het GIS-3-project is afgerond.

155

https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32625-1.html

156

https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-32625-2.html

164

Vanuit het Regeerakkoord-Rutte, zijn portefeuilles verdeeld en is de proeftuin Elektrisch rijden overgedragen aan het ministerie EL&I.

166

In 2012 worden de eerste Euro VI vrachtauto’s op de markt verwacht.

169

http://mirt2010.mirt-projectenboek.nl/Images/552_tcm307-261838.pdf

175

www.innovatieprogrammageluid.nl/data/files/algemeen/5%20-%20Stevens%20-%20UPGE.pdf

180

https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-27603?73.html

Licence