In de nota «beheer en toezicht» die in 1998 aan de Tweede Kamer werd voorgelegd (TK 25 860, nr. 1), is toegezegd dat het parlement bij de jaarlijkse rekening van het ministerie van Buitenlandse Zaken geïnformeerd zal worden over de bewezen gevallen van malversatie en de daarbij getroffen sancties respectievelijk de afweging die is gemaakt om geen sanctie te treffen.
Ook is toegezegd tekortkomingen zoals het niet (tijdig) ontvangen van projectrapportages ondanks herhaaldelijk rappel, het niet leveren van prestaties of het anders dan contractueel is overeengekomen besteden van beschikbaar gestelde middelen te melden wanneer er een substantieel belang gemoeid is.
Malversaties
In 2012 zijn in totaal 31 gevallen van vermoedens van malversaties gemeld. Vermoedens van malversatie worden altijd onderzocht. Eind 2012 zijn er nog 15 gevallen uit 2012 in onderzoek, 1 geval uit 2011 en 1 geval uit 2010. Hieronder worden de bewezen gevallen van malversaties genoemd (6 uit 2011 en 6 uit 2012).
General Authority rural Water Supply project (GARWSP) – Jemen
Naar aanleiding van berichtgeving in de lokale media werd een onderzoek naar de aanschaf van waterleidingen en pompen gestart. Bij een beperkte steekproef werd fraude geconstateerd bij een tender voor pijpen en bij het gebruik van constructie gerelateerde fondsen. Verder onderzoek werd bemoeilijkt door de op dat moment snel verslechterende veiligheidssituatie, het nog maar gedeeltelijk functioneren van het Ministerie van Water in Jemen en de tijdelijke sluiting van de Ambassade in Sana’a. Uiteindelijk is GARWSP geconfronteerd met alle bevindingen uit diverse rapportages van accountants en consultants en is op basis daarvan besloten een bedrag van YER 740.780.100 (EUR 2.392.720) niet goed te keuren en terug te vorderen.
SNV/Ethiopia: Support to business organisations and access to markets (BOAM) – Ethiopia
Uit het BOAM fonds worden kleinschalige organisaties gefinancierd. In een geval is de oud voorzitter verdwenen met ETB 30.170. Pogingen om deze persoon aan te klagen zijn niet succesvol geweest. In een ander geval was twijfel over de bewijsstukken voor de uitbetaling van ETB 25.724 aan trainees. Iedere uitleg hierover door betrokkene wordt geweigerd. Het totaal van ETB 55.894 (ongeveer EUR 2.500,–) op een totale committering van € 6,9 miljoen is om bovengenoemde redenen buiten onze bijdrage gebleven.
NUFFIC mbt Netherlands Fellowship Programme (NFP) en Netherlands Initiative for Capacity development in Higher Education (NICHE) – Diverse landen
De Netherlands Alumni Association Nepal (NAAN) was verantwoordelijk voor het treffen van voorbereidingen voor een cursus in Nepal. Een deel van de in rekening gebrachte kosten bleek gebaseerd op valse facturen. Het te veel in rekening gebrachte bedrag EUR 17.000,– is terugbetaald en de organisatie is uitgesloten van toekomstige samenwerking. Nuffic is erop gewezen dat naast compensatie van de geleden schade in geval van bewezen fraude de mogelijkheden tot aangifte bij de lokale autoriteiten moeten worden onderzocht.
Een gedeelte van de subsidie aan Women’s Research and Training Centre van de Universiteit van Aden in Yemen, bedoeld voor het afstuderen van vier PhD studenten, is niet volgens de subsidievoorwaarden aangewend. Een vordering is door NUFFIC ingesteld van EUR 18.000,–.
Zambian National Aids Network (ZNAN) – Zambia
De organisatie ZNAN financiert kleine lokale NGO’s. Uit de jaarlijkse audit van 2009 en 2010 kwam naar voren dat bij drie van de door ZNAN gefinancierde NGO’s fraude werd vermoed. Hierop is lokaal aangifte gedaan door ZNAN waarna verder politieonderzoek werd opgestart. Nederland heeft namens de JFA-partners voor het bedrag ter grootte van de vermoede fraude ad EUR 98.196,– een vordering ingediend bij ZNAN, waarvan het Nederlandse aandeel hierin EUR 54.007,– is. Inning van dit bedrag stuit op problemen gezien het faillissement van de organisatie.
Forum for African Women Educationalists of Zambia (FAWEZA) – Zambia
Naar aanleiding van anonieme beschuldigingen bij het bestuur van de organisatie en de donoren werd nader onderzoek uitgevoerd naar vermoedens van machtsmisbruik en het declaratiegedrag van de directeur. Naar aanleiding van de constateringen in het rapport werd de directeur ontslagen en werd de directeur gedwongen een onterecht verkregen beurs voor de studie van haar dochter terug te betalen. Een actieplan ter voorkoming van vergelijkbare incidenten in de toekomst werd opgesteld en is in uitvoering genomen. Een onafhankelijke review zal moeten vaststellen of het actieplan naar tevredenheid is uitgevoerd. Indien dat het geval is zal NL in 2013 voor het laatst (vanwege exit OS) middelen aan FAWEZA ter beschikking stellen. Het bedrag dat door FAWEZA wordt terug gevorderd van de directeur is ZMK 31.503.405 is EUR 4.410,–.
Global Alliance for Vaccines and Immunisation (GAVI) – Ivoorkust
Uit nader onderzoek van constateringen aangetroffen bij het interne controle proces binnen GAVI blijkt dat een bedrag van USD 469.200 is misbruikt. Dit misbruikte bedrag bestaat voor een deel uit frauduleuze uitgaven maar ook uit ongerechtvaardigde en niet gedocumenteerde uitgaven. Het betreft fondsen die in het kader van het versterken van gezondheidssystemen aan het ministerie van gezondheid in Ivoorkust zijn overgemaakt. Alle misbruikte fondsen worden terugbetaald en de schuldigen zullen worden vervolgd (Kamerstuk: Kamerbrief | 12-10-2012 | BZ).
Financieel misbruik binnen lokaal SNV-kantoor – Laos
Een lokale medewerker van SNV Laos heeft gelden verduisterd. De medewerker heeft de fraude bekend en is ontslagen. SNV heeft aangifte gedaan bij de lokale autoriteiten. De schade, EUR 318.000,–, is volledig verhaald op de betrokken medewerker. (Kamerstuk: Kamerbrief | 08-06-2012 | BZ en Kamerstuk: Kamerbrief | 21-09-2012 | BZ).
Population Services International (PSI) – Togo
Uit een interne audit bleek dat voor een bedrag van EUR 12.000,– is gefraudeerd waarvan EUR 3.000,– toe te rekenen aan Nederland. PSI is in overleg met de lokale autoriteiten over mogelijke acties tegen de betrokken medewerker. PSI heeft toegezegd het bedrag gemoeid met de fraude terug te storten.
Global partners for Education (GPE) – Lesotho
GPE heeft fraude vastgesteld bij de bouw van scholen in Lesotho. Aannemers hebben geld ontvangen voor 7 niet gerealiseerde scholen. Scholen worden alsnog zonder meerkosten gebouwd. De verantwoordelijke medewerkers worden juridisch vervolgd.
Global Fund – Bangladesh
De inspecteur Generaal van het Global Fund to fight Aids, Tuberculosis and Malaria (GFATM) heeft geconstateerd dat een bedrag van omgerekend ongeveer EUR 1.260.000,– niet verantwoord kan worden. Een NGO blijkt valsheid in geschrifte te hebben gepleegd waarop GFATM de organisatie heeft gesommeerd het bedrag terug te storten (Kamerstuk: Kamerbrief | 12-10-2012 | BZ).
Scholenproject – Afghanistan
Binnen het Quality Primary Education Project (QPEP), dat voorziet in de bouw van scholen en muren in vooral Uruzgan, constateerde Save the Children onregelmatigheden bij een lokale onderaannemer (Kamerstuk: Kamerbrief | 05-07-2012 | BZ). Save the Children stelt een onderzoek in om de achtergrond van de onregelmatigheden te achterhalen. Na afronding van het onderzoek is onzekerheid ontstaan over een bedrag van in totaal USD 271.651. USD 239.477 hiervan is Nederlandse bijdrage. Save the Children heeft de Afghaanse autoriteiten op de hoogte gesteld van de mogelijke verduistering van geld. Bij bevestiging van de malversatie zal Save the Children opnieuw met de Afghaanse autoriteiten om de tafel gaan en maatregelen treffen richting de onderaannemer.
Human Sciences Research Council – Zuid Afrika
Tijdens de eindevaluatie van een activiteit kwam aan het licht dan een van de onderzoekers, die verbonden is aan het programma als «onderaannemer» van een organisatie in het consortium (EPC), zich schuldig heeft gemaakt aan plagiaat. Besloten is tot terugvordering van het volledige bedrag van deze deelactiviteit (ad ZAR 1.803.326 ongeveer EUR 152.000). De Human Sciences Research Council (de contractpartij) heeft toegezegd het teruggevorderde bedrag zo spoedig mogelijk te restitueren.
Opgelegde sancties
In totaal zijn 13 sancties opgelegd aan contractpartijen in 2012. Sancties worden opgelegd indien contractueel overeengekomen rapportages ondanks herhaaldelijk rappel niet zijn ontvangen, prestaties niet geleverd zijn of de beschikbare middelen anders zijn gebruikt dan contractueel is overeengekomen. Sancties kunnen permanent of tijdelijk van aard zijn. Tijdelijke sancties kunnen bestaan uit het aanhouden van betalingen of het tijdelijk uitsluiten van organisaties tot aan de verplichtingen is voldaan. Permanente sancties bestaan uit het terugvorderen van voorschotten en eventuele juridische stappen tegen een organisatie.
In overeenstemming met de afspraak met de Tweede Kamer (TK 31 444 V, nr 6 10) worden sancties toegelicht, indien er sprake is van één of meerdere van onderstaande punten:
-
1. uitsluiting van een organisatie;
-
2. meerdere meldingen ten aanzien van een organisatie;
-
3. vorderingen van EUR 500.000,– of meer.
Zowel aan het Ministerie van Waterzaken (Ministerio del Aqua) als aan het Ministerie van Duurzame Ontwikkeling (Ministrio desarrollo sostenible) in Bolivia zijn op twee momenten in het jaar tijdelijke sancties opgelegd. Beide organisatie bleven in gebreke bij het tijdig indienen van voortgangsrapportages en accountantsrapportages. De eerste tijdelijke sanctie kon na het alsnog verkrijgen van de contractueel afgesproken rapportages worden opgeheven. Vervolgens was wederom een betaalstop nodig voor het verkrijgen van de accountantsrapportage over 2011. Deze sanctie is voor beide ministeries nog van kracht.
Ontheffing sanctiebeleid
Indien een contractpartij niet tijdig een gevraagde rapportage inlevert is het ministerie verplicht na het versturen van 2 rappellen een sanctie op te leggen. Het kan echter voorkomen dat de organisatie met redenen omkleed aangeeft de deadline niet te kunnen halen maar aannemelijk kan maken dat binnen afzienbare termijn dit wel te kunnen. In een dergelijk geval kan tijdelijke ontheffing verleend worden voor het opleggen van een sanctie. Hiervoor is een besluit van de ambtelijke leiding van de betreffende directoraten-generaal nodig. Nadat het rapport is ontvangen kan de activiteit regulier afgewikkeld worden. Als duidelijk is dat de contractpartij toch in gebreke blijft, wordt alsnog een sanctie opgelegd.
In 2012 is in totaal 24 keer een verzoek gedaan voor tijdelijke ontheffing van het opleggen van een sanctie. In 17 gevallen heeft de departementsleiding daarmee ingestemd. Bij 2 gevallen werd de voorgestelde ontheffingstermijn door de departementsleiding bekort. Bij 1 geval werd besloten geen ontheffing te verlenen maar een sanctie op te leggen.
4 verzoeken vervielen omdat tijdens de behandeling van het verzoek de rapportages alsnog werden ontvangen of gebaseerd waren op een verkeerde technische handeling in het systeem en dus niet gebaseerd waren op het niet nakomen van de rapportageverplichtingen van de contractpartij.
Regelmatig vergt het voldoen aan de rapportageverplichtingen met betrekking tot de verdragsmiddelen het Surinaamse Ministerie van Financiën meer tijd. Gezien de bijzondere situatie rond het stopzetten van de verdragsmiddelen wordt per geval besloten of een sanctiemaatregel kan worden toegepast of tot tijdelijke ontheffing van de sanctie kan worden overgegaan. Voor een reeds afgeronde activiteit Rehabilitatie Nieuwe Haven waarbij de verantwoordingsinformatie in de vorm van een accountantsrapportage nog ontbreekt wordt onderzocht of er op alternatieve wijze de benodigde informatie verkregen kan worden.
Het Ministerie van Onderwijs, Ethiopië, is sinds 2008 in gebreke gebleven bij het indienen van de rapportages. Ondersteuning aan het Ministerie van Onderwijs, gaat via pooled funding met andere donoren. Na enkele malen uitstel te hebben verleend is vervolgens een sanctie opgelegd (organisatie mag geen activiteiten ondernemen totdat de ontbrekende rapportages zijn ingediend alsmede een betalingsstop). Ontvangen audits zijn om meerdere redenen afgekeurd. Uiteindelijk konden de herziene versies met betrekking tot 2008 en 2009 worden goedgekeurd. DFID heeft aangeboden de gevraagde externe hulp te leveren om de laatste discrepanties boven water te halen en zichtbaar te maken. Naar verwachting zal de accountant een maand nodig hebben om zijn werk af te ronden.