A. Algemene beleidsdoelstelling
Een kwalitatief goed, toegankelijk en betaalbaar aanbod voor curatieve zorg.
B. Rol en verantwoordelijkheid Minister
De Minister van VWS is verantwoordelijk voor een goed werkend en samenhangend stelsel voor curatieve zorg. De Zorgverzekeringswet vormt samen met de zorgbrede wetten, zoals de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) en de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi) de wettelijke basis van dit stelsel. Vanuit deze verantwoordelijkheid vervult de Minister de volgende rollen:
Stimuleren:
-
– Het bevorderen van de kwaliteit, (patiënt)veiligheid en innovatie in de curatieve zorg.
-
– Het ondersteunen van initiatieven om de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de curatieve zorg te garanderen en/of te verbeteren. Belangrijk daarin zijn de initiatieven om te komen tot een betrouwbare en veilige informatie-uitwisseling. Het ondersteunen van initiatieven om fraude in de zorg zoveel mogelijk te voorkomen.
-
– Het bevorderen van de risicosolidariteit door het systeem van risicoverevening;
-
– Het bevorderen dat verzekerden beschikken over de juiste en begrijpelijke informatie om een keuze te kunnen maken voor een zorgverzekering en voor hun zorgaanbieder.
-
– Het stimuleren van regionale samenwerking tussen alle zorgaanbieders om antibioticaresistentie aan te pakken.
-
– Het stimuleren van de samenwerking tussen zorgaanbieders om optimale zorg te kunnen leveren door de juiste zorgverlener op de juiste plek zonder hapering.
-
– Het faciliteren en ondersteunen van gemeenten en regio’s in het realiseren van een sluitende aanpak voor personen met verward gedrag.
-
– Het opzetten van een gemeenschappelijk inkoopplatform ten behoeve van de inkoop van dure geneesmiddelen.
Financieren:
-
– Bevorderen van de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg door het financieren van de zorguitgaven voor kinderen tot 18 jaar.
-
– Het bevorderen van kwalitatief goede zorg door medefinanciering van hoogwaardig oncologisch onderzoek.
-
– Het financieren van onderzoek dat gericht is op een snellere ontwikkeling van waarde toevoegende medische producten en behandelwijzen tegen aanvaardbare prijzen.
-
– Het financieren van onderzoek dat bijdraagt aan kwalitatief goed gepast gebruik van genees- en hulpmiddelen.
-
– Het financieren van initiatieven voor het ontwikkelen van alternatieve verdienmodellen voor geneesmiddelenontwikkeling.
-
– Verbetering van de kwaliteit van de zorg door financiering van de familie- en vertrouwenspersonen in ggz-instellingen.
-
– Financieren van diverse initiatieven gericht op suïcidepreventie waaronder 24/7 beschikbaarheid van acute anonieme psychische hulp.
-
– Het (mede)financieren van het digitale communicatiesysteem voor de zwaailichtsector.
-
– Het financieren van initiatieven die bijdragen aan een zorgvuldige orgaandonorwerving in de ziekenhuizen, het onderhouden van het donorregister en het geven van publieksvoorlichting over orgaandonatie.
-
– Het financieren van bijwerkingenregistraties en onderzoek ten behoeve van het monitoren van de productveiligheid.
-
– Bevorderen van de toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg door het (deels) compenseren van de gederfde inkomsten van zorgaanbieders als gevolg van het verstrekken van zorg aan onverzekerde (verwarde) personen, illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen.
-
– Het compenseren van kostencomponenten die een gelijk speelveld verstoren (risicoverevening).
-
– Financieren van initiatieven op het gebied van ICT-infrastructuur ten behoeve van innovatieve zorgverlening en toegankelijkheid van gegevens voor patiënten.
Regisseren:
-
– Het onderhouden van wet- en regelgeving op het gebied van geneesmiddelen, medische hulpmiddelen, lichaamsmaterialen en bloedvoorziening.
-
– Het (door)ontwikkelen van productstructuren op basis waarvan onderhandelingen over bekostiging plaatsvinden.
-
– Het bepalen van de normen/criteria, waaraan de registers (bijvoorbeeld het BIG-register) die worden bijgehouden om de werking van het stelsel te bevorderen, moeten voldoen.
C. Beleidsconclusies
De in de begroting 2018 opgenomen beleidswijzigingen op het terrein van curatieve zorg zijn nagenoeg uitgevoerd volgens plan. Daarnaast hebben zich, naast de nieuwe hoofdlijnakkoorden, ook onderstaande beleidswijzigingen voor gedaan.
Betaalbaarheid van de zorg
Het kabinet wil zich de komende jaren inzetten voor het verder verbeteren van de kwaliteit, betaalbaarheid en toegankelijkheid van de zorg. Daarom zijn er voor de periode 2019–2022 hoofdlijnenakkoorden gesloten voor de medisch-specialistische zorg, geestelijke gezondheidszorg, huisartsenzorg en wijkverpleging. Met deze akkoorden hebben betrokken partijen zich gecommitteerd aan een transformatie naar de juiste zorg op de juiste plek. Doel hiervan is om de komende jaren (duurdere) zorg te voorkomen, zorg te verplaatsen, de kwaliteit en doelmatigheid te verbeteren en waar zinvol traditionele zorg te vervangen door nieuwe, meer innovatieve vormen van zorg met een gelijkwaardige of betere kwaliteit. Ook over arbeidsmarkt, contractering, regeldruk, kwaliteit en transparantie, wachttijden, e-health en innovatie en zorginfrastructuur zijn afspraken gemaakt.
Zoals op 12 november 2018 per brief aan de Tweede Kamer is gemeld (TK 35 000-XVI, nr. 91), wordt ernaar gestreefd tot bestuurlijke afspraken te komen in de paramedische zorg. Gesprekken hierover vinden momenteel plaats. Hiermee wordt ook uitvoering gegeven aan de motie Ellemeet (TK 35 000-XVI, nr. 71). Bij eventuele ontwikkelingen op dit gebied zal de Kamer geïnformeerd worden.
Hulpmiddelen
De bouw van het Landelijk Implantatenregister is gerealiseerd. Dit als gevolg van de wijziging van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) dat op 1 januari 2019 in werking is getreden, waarmee voor een grote groep hoogrisico implantaten de traceerbaarheid wordt gewaarborgd. Daarmee loopt Nederland voorop in Europa en vooruit op enkele maatregelen van de Verordening medische hulpmiddelen, welke in mei 2020 van kracht wordt. De implementatie van deze verordening is in volle gang. Vilans heeft met subsidie ondersteuning geboden aan drie platformen voor glucosemeters, continentiematerialen en stoma’s van het Bestuurlijk Overleg hulpmiddelen en het opzetten van een Kennisgemeenschap Hulpmiddelenzorg. Er zijn in 2018 twee nieuwe platformen Bestuurlijk Overleg hulpmiddelen gestart: één voor prothesen en één voor compressiehulpmiddelen. Het aantal aanvragen voor het ZonMw programma Goed gebruik hulpmiddelen overstijgt de verwachting. Dit programma stimuleert een onderzoeksinfrastructuur om doelmatigheidsonderzoek naar de (organisatie van) de hulpmiddelenzorg te bevorderen.
Onverzekerde personen met verward gedrag
In het verlengde van de aanpak personen met verward gedrag is op 1 maart 2017 de Subsidieregeling medisch noodzakelijke zorg aan onverzekerden in werking getreden. De regeling heeft ten doel financiële belemmeringen om medisch noodzakelijke zorg te verlenen weg te nemen. De subsidieregeling is per 1 maart 2018 gewijzigd, zodat voor spoedeisende zorg geen belemmeringen meer bestaan om de kosten van zorg te declareren. Eind oktober is de mogelijkheid geopend dat de regeling, met terugwerkende kracht tot 1 maart 2018, alsnog kan worden gebruikt voor declaratie van niet-spoedeisende zorg. Ondanks de verruiming van de subsidieregeling is er in 2018 beperkt gebruik gemaakt van de regeling.
Zorginstituut Nederland: Doorlichten pakket
Het Zorginstituut Nederland (ZiNL) zal jaarlijks een deel van het verzekerd pakket doorlichten (stringent pakketbeheer/systematische doorlichting pakket). Doel van dit project Zinnige Zorg is om de zorg voor de patiënt te verbeteren en onnodige kosten te vermijden. Het Zorginstituut brengt daartoe verbeterpunten in kaart (de Verbetersignalementen) en volgt de resultaten. Hiervoor is in 2018 aan het Zorginstituut aanvullend budget beschikbaar gesteld ten behoeve van de uitbreiding van personele capaciteit en onderzoek.
In 2018 zijn alle indicatiegebieden van de internationale ICD-10 lijst opgenomen in het programma Zinnige Zorg. Inmiddels zijn er zeven verbetersignalementen uitgebracht en bevinden deze zich in de implementatie- of evaluatiefase. Een voorbeeld hiervan is het verbetersignalement Perifeer arterieel vaatlijden (PAV). Een van de verbeterpunten uit dit signalement was dat professionals bij claudicatio intermittens (etalagebenen) het zogenoemde stepped care principe consequenter gaan toepassen zodat de patiënt zorg krijgt die niet zwaarder is dan nodig. Om deze stepped care benadering mogelijk te maken, is met ingang van 2017 de gesuperviseerde looptraining vanaf de eerste behandeling opgenomen in het Zvw-pakket (voorheen waren de eerste 20 behandelingen voor eigen rekening. Hiermee worden kosten voor de MSZ bespaard, oefentherapie heeft een positief effect op de gezondheidstoestand van een patiënt en het kan voorkomen dat patiënten onnodig worden blootgesteld aan operatieve ingrepen met alle risico’s van dien.
Onderstaande tabel laat zien in welke fase de verschillende onderdelen zich bevinden.
Screeningsfase Hierin wordt met de betrokken partijen gekeken welke zorg er nu wordt geleverd en voor welke onderwerpen het beter kan. | – Ziekten van botspierstelsel en bindweefsel – Bloedziekten en Immuunziekten – Gehandicaptenzorg – Infectieziekten – Ziekten van het spijsverteringsstelsel – Oor- en gehoorklachten – Ziekten van huid en onderhuid – Ziekten van het oog |
---|---|
Verdiepingsfase In deze fase wordt per onderwerp bepaald wat er echt beter kan en wordt met betrokken partijen besproken hoe ze dat gaan realiseren | Ademhalingsstelsel: – Zorgtraject astma – Zorgtraject COPD – Zorg voor mensen met OSAS (slaapapneu) – Implanteerbare Cardioverter-Defibrilatoren (ICD) Psychische aandoeningen: – PTSS – Psychose Stofwisseling en hormoonhuishouding: – Osteoperose Zenuwstelsel: – Lage rugklachten Zwangerschap, geboorte en gynaecologische aandoeningen: – Afwijkingen van de baarmoederhals – Bekkenbodemklachten |
Implementatiefase In deze fase voeren de partijen de verbeteringen door en ondersteunt het Zorginstituut hen waar nodig | Hart, Vaat en Long: – Perifeer Arterieel Vaatlijden – Pijn op de borst (verdenking stabiele angina pectoris) Kanker: – Laatste levensfase bij mensen met ongeneeslijke darmkanker of longkanker – Zinnige nacontrole bij vrouwen behandeld voor borstkanker – Nacontrole voor patiënten met niet-melanoom huidkanker en actinische keratose |
Evaluatiefase In deze laatste fase wordt gekeken of de doelen uit het verbetersignalement zijn bereikt. | Bewegingsapparaat: – Behandeling van artrose van knie en heup Kanker: – Zinnig gebruik van geneesmiddelen bij patiënten met castratierefractair prostaatcarcinoom |
D. Tabel Budgettaire gevolgen van beleid
Realisatie | Realisatie | Realisatie | Realisatie | Realisatie | Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Verschil | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2018 | 2018 | |||
Verplichtingen | 2.753.584 | 8.697.819 | 3.640.438 | 3.533.901 | 2.953.820 | 3.054.882 | – 101.062 | ||
Uitgaven | 2.722.717 | 4.614.648 | 4.236.316 | 3.735.344 | 3.449.505 | 3.523.559 | – 74.054 | ||
1. Kwaliteit en veiligheid | 114.608 | 118.505 | 128.572 | 149.906 | 173.812 | 213.790 | – 39.978 | ||
Subsidies | 105.024 | 111.162 | 120.556 | 138.424 | 162.365 | 195.300 | – 32.935 | ||
IKNL en NKI | 52.493 | 51.542 | 52.590 | 53.192 | 55.320 | 52.466 | 2.854 | ||
Zwangerschap en geboorte | 1.852 | 3.574 | 4.796 | 5.504 | 3.976 | 5.323 | – 1.347 | ||
Registratie en uitwisseling zorggegevens (PALGA) | 3.572 | 3.264 | 3.339 | 3.401 | 3.608 | 3.648 | – 40 | ||
Ontsluiten patiëntgegevens ziekenhuizen | 25.289 | 46.019 | 47.875 | – 1.856 | |||||
Stimuleren E health en versterken inzet ICT GGZ | 0 | 25.000 | – 25.000 | ||||||
Nederlandse transplantatie stichting | 3.881 | 3.705 | 176 | ||||||
Orgaandonatie en transplantatie | 12.174 | 11.446 | 10.370 | 11.047 | 6.155 | 6.781 | – 626 | ||
Expertisefunctie zintuigelijk gehandicapten | 0 | 0 | 21.967 | 22.112 | 22.710 | 21.967 | 743 | ||
Antibioticaresistentie | 0 | 0 | 0 | 3.257 | 6.482 | 10.000 | – 3.518 | ||
Basisondersteuning Research Prinses Maxima Centrum | 0 | 0 | 0 | 0 | 4.114 | 4.114 | 0 | ||
Subsidieregeling Borstvergroting transgenders | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4.200 | – 4.200 | ||
Overig | 34.933 | 41.336 | 27.494 | 14.622 | 10.100 | 10.221 | – 121 | ||
Opdrachten | 6.743 | 3.855 | 4.611 | 3.434 | 3.107 | 7.510 | – 4.403 | ||
Kwaliteitsbeleid Paramedische zorg | 0 | 0 | 0 | 0 | 312 | 1.000 | – 688 | ||
Voorwaardelijke Toelating | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 720 | – 720 | ||
Publiekscampagne orgaandonatie | 0 | 1.461 | 1.157 | 1.585 | 1.841 | 1.800 | 41 | ||
Overig | 6.743 | 2.394 | 3.454 | 1.849 | 954 | 3.990 | – 3.036 | ||
Bijdragen aan agentschappen | 2.841 | 3.488 | 3.355 | 7.705 | 6.970 | 7.284 | – 314 | ||
aCBG | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.769 | 2.700 | – 931 | ||
CIBG: Donorregister | 2.744 | 2.746 | 3.035 | 2.759 | 2.896 | 2.440 | 456 | ||
Overig | 97 | 742 | 320 | 4.946 | 2.305 | 2.144 | 161 | ||
Bijdragen aan ZBO's/RWT's | 0 | 0 | 50 | 343 | 1.370 | 3.696 | – 2.326 | ||
Beschikbaarheid Medische producten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.000 | – 2.000 | ||
Overig | 0 | 0 | 50 | 343 | 1.370 | 1.696 | – 326 | ||
2. Toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg | 2.549.096 | 4.324.964 | 3.924.276 | 3.457.367 | 3.221.536 | 3.254.455 | – 32.919 | ||
Subsidies | 12.029 | 14.224 | 22.459 | 22.493 | 30.433 | 41.448 | – 11.015 | ||
Sluitende aanpak verwarde personen | 0 | 0 | 0 | 2.206 | 4.232 | 13.524 | – 9.292 | ||
Eerstelijns gezondheidscentra in VINEX-gebieden | 1.331 | 1.314 | 1.532 | 2.063 | 1.761 | 2.000 | – 239 | ||
Kwaliteitsgelden Wijkverpleging | 0 | 0 | 2.858 | 236 | 227 | 1.400 | – 1.173 | ||
Uitvoering wet verplichte GGZ | 0 | 0 | 0 | 0 | 88 | 905 | – 817 | ||
Vertrouwenspersoon in de ggz | 6.199 | 6.204 | 6.476 | 6.528 | 6.839 | 6.541 | 298 | ||
Suïcidepreventie | 1.561 | 1.854 | 3.154 | 4.186 | 7.026 | 4.040 | 2.986 | ||
Overig | 2.938 | 4.852 | 8.439 | 7.274 | 10.260 | 13.038 | – 2.778 | ||
Bekostiging | 2.532.710 | 4.306.800 | 3.896.700 | 3.429.614 | 3.184.380 | 3.184.683 | – 303 | ||
Rijksbijdrage Zorgverzekeringsfonds voor financiering van verzekerden 18- | 2.498.500 | 2.470.800 | 2.508.700 | 2.490.500 | 2.695.900 | 2.695.900 | 0 | ||
Rijksbijdrage dempen premie ten gevolgen van HLZ | 0 | 1.804.000 | 1.353.000 | 902.000 | 451.000 | 451.000 | 0 | ||
Zorg illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen | 33.045 | 32.000 | 35.000 | 37.114 | 37.480 | 37.783 | – 303 | ||
Overig | 1.165 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Opdrachten | 3.142 | 2.670 | 3.315 | 3.544 | 2.810 | 20.725 | – 17.915 | ||
Kwaliteit, veiligheid, doelmatigheid hulpmiddelen | 0 | 0 | 0 | 194 | 308 | 3.200 | – 2.892 | ||
Tolkenvoorziening huisartsen – statushouders | 0 | 0 | 0 | 0 | 56 | 2.805 | – 2.749 | ||
Publiekscampagne Depressie | 0 | 0 | 0 | 0 | 100 | 1.000 | – 900 | ||
Pilot Inbedding Psychosociale zorg bij somatische aandoeningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4.000 | – 4.000 | ||
Overig | 3.142 | 2.670 | 3.315 | 3.278 | 2.346 | 9.720 | – 7.374 | ||
Bijdragen aan agentschappen | 1.215 | 1.270 | 1.802 | 1.716 | 3.913 | 1.569 | 2.344 | ||
CIBG: WPG/GVS/APG | 1.215 | 1.270 | 1.802 | 1.716 | 3.913 | 1.569 | 2.344 | ||
Bijdragen aan ZBO's/RWT's | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.030 | – 6.030 | ||
ZonMw: gepast gebruik genees- en hulpmiddelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.030 | – 6.030 | ||
Overig | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
3. Ondersteuning van het stelsel | 59.013 | 171.179 | 183.467 | 128.070 | 54.157 | 55.314 | – 1.157 | ||
Subsidies | 353 | 37.183 | 2.339 | 1.837 | 2.718 | 4.607 | – 1.889 | ||
Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen | 331 | 1.085 | 927 | 1.171 | 1.206 | 1.243 | – 37 | ||
Overgang integrale tarieven medisch-specialistische zorg | 0 | 35.920 | 1.120 | 80 | 120 | 2.720 | – 2.600 | ||
Overig | 22 | 178 | 292 | 586 | 1.392 | 644 | 748 | ||
Bekostiging | 4.191 | 0 | 47.750 | 3.430 | 0 | 0 | 0 | ||
Afwikkeling algemene kas ZFW | 4.191 | 0 | 47.750 | 3.430 | 0 | 0 | 0 | ||
Inkomensoverdrachten | 32.241 | 113.098 | 110.137 | 104.120 | 29.328 | 22.056 | 7.272 | ||
Overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel | 32.241 | 25.297 | 25.041 | 23.056 | 24.469 | 21.950 | 2.519 | ||
Schadevergoeding Erasmus MC | 0 | 85.000 | 85.000 | 80.968 | 4.749 | 0 | 4.749 | ||
Overig | 0 | 2.801 | 96 | 96 | 110 | 106 | 4 | ||
Opdrachten | 4.014 | 4.746 | 7.358 | 3.162 | 3.199 | 4.544 | – 1.345 | ||
Risicoverevening | 1.139 | 1.857 | 1.826 | 1.699 | 1.400 | 1.927 | – 527 | ||
Uitvoering zorgverzekeringstelsel | 313 | 361 | 548 | 263 | 524 | 508 | 16 | ||
Overig | 2.562 | 2.528 | 4.984 | 1.200 | 1.275 | 2.109 | – 834 | ||
Bijdragen aan agentschappen | 18.214 | 16.152 | 15.883 | 15.521 | 14.187 | 15.815 | – 1.628 | ||
CJIB: Onverzekerden en wanbetalers | 18.214 | 16.152 | 15.883 | 15.521 | 14.187 | 15.815 | – 1.628 | ||
Bijdragen aan ZBO's/RWT's | 0 | 0 | 0 | 0 | 4.725 | 4.075 | 650 | ||
SVB: Onverzekerden | 0 | 0 | 0 | 0 | 3.225 | 3.600 | – 375 | ||
Overig | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.500 | 475 | 1.025 | ||
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4.217 | – 4.217 | ||
JenV: Bijdrage C2000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 4.217 | – 4.217 | ||
Ontvangsten | 81.998 | 98.455 | 152.126 | 8.905 | 5.701 | 1.053 | 4.648 | ||
Wanbetalers en onverzekerden | 69.681 | 85.785 | 82.640 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Overig | 12.317 | 12.670 | 69.486 | 8.905 | 5.701 | 1.053 | 4.648 |
E. Toelichting op de instrumenten
1. Kwaliteit en veiligheid
Subsidies
Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) en Nederlands Kanker Instituut (NKI)
IKNL heeft in 2018 aanvullende subsidie ontvangen. De extra middelen zijn, in afstemming met VWS, gebruikt voor de financiering van aanvullende projecten voor palliatieve zorg en voor de ontwikkeling van een datawarehouse voor de bevolkingsonderzoeken. NKI heeft onder andere aanvullende subsidie ontvangen voor de ontwikkeling van een Biobank. De totale additionele uitgaven inclusief Overheidsbijdrage in de Arbeidskostenontwikkeling (OVA) bedragen voor 2018 € 2,9 miljoen.
Stimuleren E-health en versterken inzet ICT GGZ
Zoals vermeld in de eerste suppletoire begroting 2018 is het budget voor het Versnellingsprogramma informatie-uitwisseling patiënt en professional (VIPP) doorgeschoven naar 2020 omdat het programma later start dan voorzien. Hierdoor zijn de uitgaven € 25 miljoen lager uitgevallen dan voorzien.
Antibioticaresistentie (ABR)
Zoals vermeld in de tweede suppletoire begroting 2018 bevinden de regionale zorgnetwerken ABR zich nog in een opstartfase. De uitgaven voor antibioticaresistentie zijn mede daardoor € 3,5 miljoen lager uitgevallen dan verwacht. Naar verwachting zijn de regionale zorgnetwerken ABR vanaf 1 mei 2019 volledig operationeel.
Subsidieregeling borstprothesen transvrouwen (Subsidieregeling Borstvergroting transgenders)
Zoals vermeld in de eerste suppletoire begroting 2018 was het budget in de begroting per abuis gepresenteerd onder artikelonderdeel 1 in plaats van artikelonderdeel 2 Toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg € 4,2 miljoen. Dit is gecorrigeerd. De subsidieregeling zal later (januari 2019) in werking treden dan beoogd waardoor de kosten ook later gemaakt zullen worden. Hierdoor waren de uitgaven in 2018 (€ 4,2 miljoen) lager dan voorzien.
Opdrachten
Overig
Deze post betreft onder meer de geraamde uitgaven voor de komst naar Nederland van het Europese beoordelingsautoriteit voor de beoordeling van Geneesmiddelen (EMA) die bij de eerste suppletoire begroting zijn overgeheveld (€ 1,1 miljoen). Daarnaast zijn lagere uitgaven (€ 1,4 miljoen) gerealiseerd op opdrachten kwaliteit, transparantie en patiëntveiligheid. De rest van de onderuitputting wordt veroorzaakt door diverse kleine mutaties.
2. Toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg
Subsidies
Verwarde personen
Zoals in de tweede suppletoire begroting 2018 vermeld, is beperkt gebruik gemaakt van de subsidieregeling om medisch noodzakelijke zorg aan onverzekerde personen te verlenen. De regeling was ingezet ter ondersteuning van de aanpak van personen met verward gedrag. Het aantal aanvragen is echter achtergebleven bij de raming. Hierdoor vallen de uitgaven € 9,3 miljoen lager uit.
Suïcidepreventie
In het regeerakkoord is € 15 miljoen (2018–2021) voor suïcidepreventie opgenomen. Voor een bedrag van € 3 miljoen is in 2018 door 113Zelfmoordpreventie een plan ontwikkeld. De beoogde extra activiteiten voor 2018 zijn uitgevoerd. De totale uitgaven voor de subsidie suïcidepreventie voor 113Zelfmoordpreventie voor 2018 liggen daarmee op € 7 miljoen.
Overig
Deze post betreft een verzameling van een groot aantal uitgavenposten, met als belangrijkste een onderuitputting van € 0,3 miljoen voor het project Samen sterk zonder stigma en een onderuitputting van € 0,4 miljoen voor fair medicine. De rest van de onderuitputting wordt veroorzaakt door diverse kleine mutaties.
Bekostiging
Zorg aan illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen
De vergoeding voor zorgkosten voor onverzekerbare vreemdelingen en illegalen komt in 2018 uit op € 37,5 miljoen. Dit is € 0,3 miljoen lager dan begroot. Opvallend is dat de ziekenhuiskosten € 4,8 miljoen lager zijn dan in 2017 en dat de GGZ-kosten € 3 miljoen hoger zijn dan in 2017. Door een nieuwe contractronde in 2017 en de overheveling van de burgerregelingen naar het CAK is er veel aandacht geweest voor de regeling. Dit heeft ervoor gezorgd dat met name ziekenhuizen in 2017 achterstallige declaraties hebben ingediend. Dit effect valt weg in 2018. Bij de GGZ-instellingen is een piek te zien in de indiening van achterstallige declaraties in 2018.
Opdrachten
Kwaliteit, veiligheid en doelmatigheid hulpmiddelen
De uitgaven zijn voor het grootste deel op andere instrumenten gerealiseerd, zo is er een subsidie verstrekt aan Vilans (€ 0,5 miljoen) voor de informatievoorziening en richtlijnontwikkeling rond hulpmiddelen en is € 0,8 miljoen besteed aan het agentschap CIBG voor de herbouw van het Implantatenregister. Daarnaast krijgt het RIVM een agentschapsbijdrage van € 1,1 miljoen onder meer voor haar activiteiten rond hulpmiddelen zoals de ondersteuning van het meldpunt bijwerkingen implantaten. De uitgaven aan het RIVM worden verantwoord op beleidsartikel 4.
Tolkenvoorziening huisartsen – statushouders
Zoals gemeld in de tweede suppletoire begroting 2018 is er minder gebruik gemaakt van de regeling dan voorzien. Hierdoor zijn de uitgaven voor Tolkenvoorziening huisartsen – statushouders € 2,7 miljoen lager uitgevallen dan geraamd.
Pilot Inbedding Psychosociale zorg bij somatische aandoeningen
Het landelijk overleg psychosociale oncologische zorg heeft samen met de Minister van VWS besloten tot een tweejarige pilot voor het inrichten van zorg voor patiënten die kanker hebben gehad en als gevolg daarvan aanpassingsstoornissen krijgen die niet kunnen worden behandeld door een huisarts. De uitgaven (€ 4 miljoen) voor de Pilot Inbedding Psychosociale zorg bij somatische aandoeningen zijn overgeboekt naar artikel 4 waar deze uitgaven worden verantwoord.
Overig
Er is sprake van lagere uitgaven dan geraamd. Dit hangt met name samen met de gereserveerde gelden voor extern onderzoek op het gebied van de modernisering van het Geneesmiddelen Vergoedingen Systeem (GVS) en de uitgestelde inwerkingtreding van de wet verplichte ggz.
Het onderzoek op het gebied van de modernisering van het Geneesmiddelen Vergoedingen Systeem (GVS) wordt voornamelijk intern VWS uitgevoerd. Daarnaast komt de Europese horizonscan voor geneesmiddelen later tot stand dan gedacht. Hierdoor zijn de hiervoor gereserveerde middelen niet volledig tot uitputting gekomen (€ 3,3 miljoen).
Zoals gemeld in de tweede suppletoire begroting 2018 zijn de werkzaamheden rondom de invoering van deze wet vertraagd. Voor de uitvoering van deze werkzaamheden is daarom een bedrag van € 2,5 miljoen doorgeschoven naar 2019. Daarnaast is in 2018 een bedrag van € 2,1 miljoen overgeheveld naar artikel 4 voor de uitvoering door ZonMw van een pilot naar aanpassingsstoornissen. Daarnaast is nog een aantal kleinere mutaties verwerkt.
Bijdrage aan ZBO / RWT`s
ZonMw: gepast gebruik genees- en hulpmiddelen
De uitgaven voor ZBO’s worden op artikel 4 geraamd. Voor het programma goed gebruik genees- en hulpmiddelen en het zorginstituut zijn bedragen overgeboekt naar artikel 4 waar deze uitgaven worden verantwoord.
3. Ondersteuning van het stelsel
Subsidies
Overgang integrale tarieven medisch-specialistische zorg
Zoals in de tweede suppletoire begroting 2018 is gemeld, is er in 2018 zeer beperkt gebruik gemaakt van de subsidieregeling waarmee medisch specialisten in de periode 2017–2019 worden gefaciliteerd bij de overstap naar loondienst. Hierdoor zijn de uitgaven voor de subsidieregeling € 2,6 miljoen lager uitgevallen dan begroot.
Inkomensoverdrachten
Overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel
De uitgaven voor de overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel zijn in 2018 € 2,5 miljoen hoger uitgevallen dan begroot als gevolg van nabetalingen over 2017.
Schadevergoeding Erasmus MC
Zoals gemeld in de tweede suppletoire begroting 2018 is bij de bepaling van de omvang van de schadevergoeding die eerder aan Erasmus MC is uitbetaald, bepaald dat Erasmus MC de schade dient te beperken door aanspraak te maken op de garantieregeling kapitaallasten bij de NZa. Hiervoor is een bedrag van € 5,9 miljoen in mindering gebracht op de schadevergoeding. Uiteindelijk is het beroep dat Erasmus MC heeft kunnen doen op de garantieregeling lager uitgevallen en is het verschil van € 4,7 miljoen conform afspraak alsnog vergoed door het Ministerie van VWS.
Opdrachten
Risicoverevening
In 2018 is een onderzoeksprogramma uitgevoerd met als doel om de risicoverevening verder te verbeteren. Het programma is opgesteld in overleg met zorgverzekeraars, het Zorginstituut en onderzoekers. De onderzoeken hebben geleid tot een aantal verbeteringen van de risicoverevening. De belangrijkste zijn de actualisatie van het vereveningscriterium Farmaciekostengroepen en de aanpassing van het criterium gebruik van Verpleging en Verzorging. De nieuwe Farmaciekostengroepen zorgen ervoor dat nog beter rekening gehouden wordt met medicijngebruik van chronisch zieken. De aanpassing van het criterium gebruik van verpleging en verzorging houdt in dat het criterium rekening houdt met het gebruik van verpleging en verzorging in de afgelopen drie jaar (in plaats van het gebruik in alleen het afgelopen jaar). De verbeteringen gelden vanaf 2019.
Daarnaast heeft er in 2018 een audit plaatsgevonden bij alle onderzoeksbureaus die in de afgelopen jaren gewerkt hebben met de risicovereveningsdata. Met deze audits controleert VWS of de onderzoeksbureaus volgens de wet- en regelgeving en contractueel gemaakte afspraken omgaan met de risicovereveningsdata. Er is in totaal € 1,4 miljoen besteed aan het onderzoeksprogramma.
Bijdrage aan ZBO / RWT`s
SVB: Onverzekerden
De wetgeving die de gegevensuitwisseling en daarmee de structurele opsporing van mogelijk ten onrechte verzekerde personen mogelijk moet maken, is vertraagd. De streefdatum van de inwerkingtreding is 1 januari 2020. De uitvoeringskosten van de SVB betreffen, naast de opsporing op grond van de Wet Ovoz, ook het onderzoek naar verzekering ingevolge de Wlz. In 2018 is dit onderzoek in toenemende mate uitgevoerd.
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken
JenV: Bijdrage C2000
Zoals gemeld bij tweede suppletoire begroting zijn deze middelen overgeboekt naar het Ministerie van Justitie en Veiligheid voor de jaarlijkse VWS-bijdrage aan de exploitatiekosten C2000 (€ 4,2 miljoen).
Ontvangsten
Overig
De hogere ontvangsten in 2018 worden hoofdzakelijk veroorzaakt door afrekening van eerder verstrekte subsidievoorschotten.