Inleiding
De Huurcommissie is een zelfstandig bestuursorgaan. Dit zelfstandig bestuursorgaan wordt ambtelijk ondersteund door de Dienst van de Huurcommissie (DHC), die de status van baten-lastenagentschap heeft. Jaarlijks verstrekt het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) een opdracht aan de Huurcommissie voor de uitvoering van de huurgeschillenbeslechting- en overige werkzaamheden. De opdracht wordt vanaf 2018 deels gefinancierd door het Ministerie van BZK, deels door de verhuurders middels een verhuurderbijdrage en deels uit de leges.
Staat van baten en lasten
Omschrijving | (1) Vastgestelde begroting | (2) Realisatie | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | (4) Realisatie 2019 |
---|---|---|---|---|
Baten | ||||
- Omzet | 12.434 | 11.510 | ‒ 924 | 11.101 |
waarvan omzet moederdepartement | 6.570 | 5.768 | ‒ 802 | 5.271 |
waarvan omzet overige departementen | 0 | 0 | 0 | 0 |
waarvan omzet derden | 5.864 | 5.742 | ‒ 122 | 5.830 |
Rentebaten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 450 | 450 | 385 |
Bijzondere baten | 0 | 5 | 5 | 392 |
Totaal baten | 12.434 | 11.965 | ‒ 469 | 11.878 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | 11.253 | 11.405 | 152 | 9.577 |
- Personele kosten | 7.606 | 8.831 | 1.225 | 6.810 |
waarvan eigen personeel | 5.152 | 5.559 | 407 | 4.833 |
waarvan inhuur externen | 1.964 | 2.899 | 935 | 1.639 |
waarvan overige personele kosten | 490 | 373 | ‒ 117 | 338 |
- Materiële kosten | 3.647 | 2.574 | ‒ 1.073 | 2.767 |
waarvan apparaat ICT | 1.195 | 918 | ‒ 277 | 1.072 |
waarvan bijdrage aan SSO's | 0 | 0 | 0 | 0 |
waarvan overige materiële kosten | 2.452 | 1.656 | ‒ 796 | 1.695 |
Rentelasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Afschrijvingskosten | 75 | 18 | ‒ 57 | 58 |
- Materieel | 75 | 18 | ‒ 57 | 58 |
waarvan apparaat ICT | 74 | 15 | ‒ 59 | 58 |
waarvan overige materiële afschrijvingskosten | 1 | 3 | 2 | 0 |
- Immaterieel | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige lasten | 1.106 | 2.303 | 1.197 | 2.575 |
waarvan dotaties voorzieningen | 0 | 882 | 882 | 283 |
waarvan bijzondere lasten | 1.106 | 1.421 | 315 | 2.292 |
Totaal lasten | 12.434 | 13.726 | 1.292 | 12.210 |
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening | 0 | ‒ 1.761 | ‒ 1.761 | ‒ 332 |
Agentschapsdeel Vpb-lasten | 0 | 0 | 0 | 0 |
Saldo van baten en lasten | 0 | ‒ 1.761 | ‒ 1.761 | ‒ 332 |
Toelichting
Baten
Omzet
Omzet moederdepartement
De omzet moederdepartement bestaat uit de vergoeding van het Ministerie van BZK als opdrachtgever. De totale bijdrage voor de opdracht bedroeg € 7,9 mln., hiervan was € 2,2 mln. bestemd voor een bijdrage in de bedrijfsvoeringkosten. Deze bijdrage is verwerkt als een vermogensstorting en wordt dus niet als omzet gerekend. In de oorspronkelijke begroting was geen rekening gehouden met de bijdrage in de bedrijfsvoeringskosten waardoor het nu lijkt dat de bijdrage van het moederdepartement in totaal lager is dan begroot. De opdracht voor 2020 is aangegaan op basis van lump sum financiering.
Omzet derden
De omzet derden bestaat uit de verhuurderbijdrage die aan de verhuurders in rekening is gebracht en uit de ontvangen legesgelden. De in rekening gebrachte verhuurderbijdrage aan verhuurders bedraagt in 2020 € 5,4 mln. De ontvangen legesgelden in 2020 bedragen € 0,3 mln. De legesopbrengsten vallen lager uit doordat er minder geschillen zijn afgehandeld in 2020 dan begroot.
Vrijval voorzieningen
In de loop van 2020 hebben twee medewerkers die aan het Van Werk Naar Werk traject deelnamen een nieuwe functie gevonden waardoor hun deel in de voorziening is vrijgevallen.
Bijzondere baten
De bijzondere baten bestaan uit aanmaningsvergoedingen die ontvangen zijn via het CJIB en correcties op facturen van derden van voorgaande jaren.
Lasten
Apparaatskosten
Personele kosten
De post personele kosten bestaat uit de loonkosten voor eigen personeel (inclusief kosten voor gedetacheerden vanuit de Rijksoverheid), kosten van externe inhuur en overige personeelskosten. De kosten voor eigen personeel zijn hoger dan was begroot. Een deel van de externe inhuurkrachten is in 2020 verambtelijkt. Daarnaast is in 2020 extra personeel aangenomen zowel vast als extern om de productie op peil te houden en om ondersteuning te geven aan het team dat de beleidsregels aanpast om geschillen sneller af te kunnen doen. Hierdoor is de externe inhuur ook hoger uitgekomen dan begroot.
De overige personele kosten betreffen kosten als reiskosten, studiekosten, arbeidsongeschiktheids ondersteuning en bedrijfsmaatschappelijk werk. Deze kosten zijn mede door de gevolgen van het coronavirus lager uitgevallen dan was ingeschat.
Materiële kosten
De materiële kosten zijn lager uitgevallen dan oorspronkelijk begroot. De kosten voor beheer en onderhoud ICT kwamen € 0,3 mln. lager uit dan begroot, doordat een aantal onderhoudswerkzaamheden zijn doorgeschoven naar 2021. Door de corona pandemie konden er geen zittingen gehouden worden en ook geen onderzoeken ter plaatse worden uitgevoerd (€ 0,3 mln. minder kosten). Als gevolg van het doorschuiven van een aantal onderhoudswerkzaamheden is minder externe expertise aangetrokken dan oorspronkelijk begroot (€ 0,4 mln.).
Afschrijvingskosten
De afschrijvingskosten zijn lager dan oorspronkelijk begroot. Dit is het gevolg van het doorschuiven van vervangingsinvesteringen naar het volgende jaar.
Overige lasten
Dotaties voorzieningen
De dotaties aan de voorzieningen hebben enerzijds betrekking op medewerkers die een beroep hebben gedaan op hun recht op loonsuppletie bij het aanvaarden van een dienstbetrekking binnen de Rijksoverheid met een lager salaris.
Een ander deel van de dotatie heeft betrekking op de verlenging van de begeleidingsperiode van Van Werk Naar Werk kandidaten
Bijzondere lasten
Dit betreffen met name kosten die betrekking hebben op projecten tot verbetering van de werkprocessen van de Huurcommissie.
Vastgestelde begroting | Realisatie | Verschil | Realisatie 2019 | |
---|---|---|---|---|
Implementatie toekomstverkenning | 0 | 0 | 0 | 1.791 |
Nieuwe wetgeving | 350 | 0 | ‒ 350 | 0 |
Verhuizing | 0 | 0 | 0 | 129 |
ICT | 120 | 23 | ‒ 97 | 335 |
Nieuw informatiesysteem | 636 | 684 | 48 | 0 |
Kwaliteit aan de poort | 0 | 296 | 296 | 0 |
Eenvoudig naar gezag | 0 | 333 | 333 | 0 |
Aanbesteding onderzoeken | 0 | 38 | 38 | 0 |
Stimuleringsregeling | 0 | 38 | 38 | 0 |
Overige bijzondere lasten | 0 | 9 | 9 | 37 |
Totaal | 1.106 | 1.421 | 315 | 2.292 |
In de opdracht voor 2020 zijn andere projecten benoemd dan in de oorspronkelijke begroting staan. Een aantal projecten heeft vertraging opgelopen in 2020. Enerzijds kwam dit door de gevolgen van het coronavirus en anderzijds lag hieraan bij een enkel project een verdiepingsslag ten grondslag.
Saldo van baten en lasten
Over 2020 heeft de Dienst van de Huurcommissie een negatief exploitatieresultaat behaald van € 1,8 mln.
Balans
Balans 2020 | Balans 2019 | |
---|---|---|
Activa | ||
Vaste activa | 85 | 12 |
Materiële vaste activa | 85 | 12 |
waarvan grond en gebouwen | 0 | 0 |
waarvan installaties en inventarissen | 28 | 12 |
waarvan projecten in uitvoering | 0 | 0 |
waarvan overige materiële vaste activa | 57 | 0 |
Immateriële vaste activa | 0 | 0 |
Vlottende activa | 5.999 | 8.156 |
Voorraden en onderhanden projecten | 0 | 1.960 |
Debiteuren | 679 | 991 |
Overige vorderingen en overlopende activa | 1.997 | 52 |
Liquide middelen | 3.323 | 5.153 |
Totaal activa | 6.084 | 8.168 |
Passiva | ||
Eigen Vermogen | 974 | 3.810 |
Exploitatiereserve | 2.735 | 4.142 |
Onverdeeld resultaat | ‒ 1.761 | ‒ 332 |
Voorzieningen | 1.482 | 1.710 |
Langlopende schulden | 0 | 0 |
Leningen bij het Ministerie van Financiën | 0 | 0 |
Kortlopende schulden | 3.628 | 2.648 |
Crediteuren | 1.007 | 495 |
Belastingen en premies sociale lasten | 0 | 0 |
Kortlopend deel leningen bij het Ministerie van Financiën | 0 | 0 |
Overige schulden en overlopende passiva | 2.621 | 2.153 |
Totaal passiva | 6.084 | 8.168 |
Toelichting
Stelselwijziging ten behoeven van de jaarverslaggeving
Het kostprijsmodel van de Huurcommissie wordt herzien. Gedurende die periode is besloten om de Huurcommissie tijdelijk lump sum te financieren en wordt er niet jaarlijks afgerekend op basis van de productie. Het (tijdelijk) niet afrekenen is voor de jaarverslaggeving een wijziging van het stelsel voor de resultaatbepaling. Tot en met vorig jaar is in de jaarrekening een onderhanden werk positie opgenomen. Door de gewijzigde resultaatbepaling kan geen waarde meer aan die voorraad worden toegekend. De voorraad is derhalve afgeboekt. Omdat de voorraad nog niet gefinancierd is door BZK, heeft BZK toegezegd dit alsnog te financieren en heeft de Huurcommissie een vordering op BZK opgenomen ter hoogte van de afgeboekte voorraad.
De stelselwijziging is als volgt in de jaarrekening verwerkt:
Balanspost | Jaarrekening 2019 | Vergelijkende cijfers 2019 in jaarrekening 2020 | Verschil |
---|---|---|---|
Voorraden en onderhanden projecten | 1.960 | 0 | ‒ 1.960 |
Overige vorderingen en overlopende activa | 52 | 2.012 | 1.960 |
Omzet moederdepartement | 5.271 | 5.623 | 352 |
Bijzondere baten | 392 | 40 | ‒ 352 |
Vaste activa
Materiële vaste activa
De materiële activa bestaan uit hardware en installaties. De Dienst van de Huurcommissie huurt zijn kantoorruimten, deze panden staan daarom niet op de balans als activa. In 2020 zijn investeringen gedaan in laptops, iPhones, een E-bike, een scooter en gereedschappen.
Vlottende activa
Debiteuren
Deze post heeft met name betrekking op de nog te ontvangen verhuurderbijdrage van verhuurders. Daarnaast bevat deze post leges van huurders en verhuurders.
31-12-2020 | 31-12-2019 | |
---|---|---|
Debiteuren moederdepartement | 0 | 0 |
Debiteuren overige departementen | 0 | 62 |
Debiteuren derden | 679 | 929 |
Totaal | 679 | 991 |
In november 2020 is de verhuurdersbijdrage in rekening gebracht, het merendeel van deze vorderingen is eind 2020 ontvangen. De vordering per 31 december 2020 op verhuurders is € 0,6 mln. In het saldo van debiteuren derden is rekening gehouden met een voorziening dubieuze debiteuren ten bedrage van € 5.000 met betrekking tot de leges.
Overige vorderingen en overlopende activa
Deze post betreft vooruitbetaalde kosten aan derden in 2020 voor het jaar 2021 en betaalde waarborgsommen (samen in totaal € 37.000). Onder deze post is ook de vordering op BZK, circa € 2 mln. als gevolg van de stelselwijziging, opgenomen.
Eigen vermogen
Het eigen vermogen wordt gevormd door enerzijds de exploitatiereserve en anderzijds het onverdeeld resultaat over 2020. De exploitatiereserve is in 2020 gemuteerd door verwerking van het onverdeeld resultaat 2019. In 2020 is een bijdrage ontvangen van het moederdepartement voor bedrijfsvoeringkosten. In 2020 heeft ook een afroming van het eigen vermogen plaatsgevonden.
Door deze mutaties en de toevoeging van het onverdeeld resultaat 2020 bedraagt het eigen vermogen € 1,0 mln. In de Regeling Agentschappen 2018 is aangegeven dat er de mogelijkheid is voor de Dienst van de Huurcommissie om een exploitatiereserve op te bouwen. De maximale exploitatiereserve bedraagt 5% van de gemiddelde omzet van de afgelopen drie jaren. Het maximale eigen vermogen in 2020 bedraagt € 0,5 mln. Het verschil tussen het vermogen per 31-12-2020 en het maximaal toegestane eigen vermogen bedraagt € 0,5 mln. Voor de eerstvolgende suppletoire begrotingswet wordt het surplus aan eigen vermogen afgeroomd.
Exploitatiereserve | Onverdeeld resultaat | Totaal eigen vermogen | |
---|---|---|---|
Stand 1 januari 2020 | 4.142 | ‒ 332 | 3.810 |
Verwerking onverdeeld resultaat 2019 | ‒ 332 | 332 | 0 |
Afroming eigen vermogen | ‒ 3.245 | 0 | ‒ 3.245 |
Bijdrage moederdepartement in bedrijfsvoeringskosten 2020 | 2.170 | 0 | 2.170 |
Resultaat 2020 | ‒ 1.761 | ‒ 1.761 | |
Stand 31 december 2020 | 2.735 | ‒ 1.761 | 974 |
Voorzieningen
De voorzieningen die op de balans staan betreffen kosten in verband met de reorganisaties van de Dienst van de Huurcommissie in 2009, 2012 en 2018. Het langlopende deel van deze voorzieningen (2018 € 0,9 mln.) zijn verplichtingen voor 2022 en latere jaren.
Stand per 1-1-2020 | Onttrekking | Vrijval | Dotatie | Saldo per 31-12-2020 | |
---|---|---|---|---|---|
Reorganisatie 2009: | |||||
· Herplaatsers | 46 | 34 | 0 | 1 | 13 |
Reorganisatie 2012: | |||||
· Herplaatsers | 201 | 32 | 0 | 3 | 172 |
Reorganisatie 2018 | 1.463 | 594 | 450 | 878 | 1.297 |
Totaal | 1.710 | 660 | 450 | 882 | 1.482 |
Kortlopende schulden
Crediteuren
Dit betreft in 2020 ontvangen maar per ultimo 2020 nog niet betaalde facturen voor gemaakte kosten die betrekking hebben op 2020.
31-12-2020 | 31-12-2019 | |
---|---|---|
Crediteuren moederdepartement | 468 | 156 |
Crediteuren overige departementen | 74 | 3 |
Crediteuren derden | 465 | 336 |
Totaal | 1.007 | 495 |
Overige schulden en overlopende passiva
Deze post bestaat uit nog te ontvangen facturen, legesvoorschotten (derden) en verplichtingen jegens personeel (derden).
31-12-2020 | 31-12-2019 | |
---|---|---|
Nog te ontvangen facturen | 1.661 | 1.024 |
Legesvoorschotten | 356 | 179 |
Reservering vakantie uren | 498 | 506 |
Stimuleringspremie DHC medewerkers | 106 | 444 |
Totaal | 2.621 | 2.153 |
Het saldo van de nog te ontvangen facturen is als volgt opgebouwd:
31-12-2020 | 31-12-2019 | |
---|---|---|
Nog te ontvangen facturen moederdepartement | 789 | 669 |
Nog te ontvangen facturen overige departementen | 148 | 209 |
Nog te ontvangen facturen derden | 724 | 146 |
Totaal | 1.661 | 1.024 |
Kasstroomoverzicht
(1) Vastgestelde begroting | (2) Realisatie | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | ||
---|---|---|---|---|
1. | Rekening-courant RHB 1 januari + stand depositorekeningen | 285 | 5.153 | 4.868 |
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) | 12.434 | 11.842 | ‒ 592 | |
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) | ‒ 12.359 | ‒ 12.507 | ‒ 148 | |
2. | Totaal operationele kasstroom | 75 | ‒ 665 | ‒ 740 |
Totaal investeringen (-/-) | 0 | ‒ 91 | ‒ 91 | |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 0 | 0 | 0 | |
3. | Totaal investeringskasstroom | 0 | ‒ 91 | ‒ 91 |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | 0 | ‒ 3.245 | ‒ 3.245 | |
Eenmalige storting door moederdepartement (+) | 0 | 2.171 | 2.171 | |
Aflossingen op leningen (-/-) | 0 | 0 | 0 | |
Beroep op leenfaciliteit (+) | 0 | 0 | 0 | |
4. | Totaal financieringskasstroom | 0 | ‒ 1.074 | ‒ 1.074 |
5. | Rekening-courant RHB 31 december + stand depositorekeningen (=1+2+3+4) | 360 | 3.323 | 2.963 |
Toelichting
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode.
Operationele kasstromen
De afname van de voorzieningen, de afname van de kortlopende vorderingen en de toename van de kortlopende schulden hebben invloed gehad op de operationele kasstromen.
Investeringskasstroom
In 2020 zijn investeringen gedaan in laptops, iPhones, gereedschappen, een E-bike en een scooter voor € 0,1 mln.
Financieringskasstroom
In 2020 heeft het moederdepartement een bijdrage van € 2,2 mln. geleverd aan projectkosten met betrekking tot de organisatieontwikkeling en heeft de Dienst van de Huurcommissie haar eigen vermogen afgeroomd met € 3,2 mln. Er is in 2020 geen gebruik gemaakt van de leenfaciliteit bij het Ministerie van Financiën.
Overzicht doelmatigheidsindicatoren
Omschrijving generiek deel | Realisatie | Vastgestelde begroting | |||
---|---|---|---|---|---|
2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2020 | |
Fte totaal (excl. externe inhuur) | 63 | 50 | 60 | 76 | 67 |
Saldo van baten en lasten (%) | 1% | ‒ 47% | ‒ 3% | 8% | 0% |
% Huurprijsgeschillen afgerond binnen 4 maanden | 64% | 60% | 45% | 59% | 90% |
% Servicekostengeschillen afgerond binnen 5 maanden | 47% | 61% | 49% | ‒ | 90% |
% Servicekostengeschillen afgerond binnen 4 maanden1 | ‒ | ‒ | ‒ | 50% | |
% Huurverhogingsgeschillen afgerond binnen 4 maanden | 90% | 98% | 94% | 99% | 90% |
% Wohv-geschillen afgerond binnen 4 maanden2 | 50% | 0% | 0% | 0% | 90% |
% ADR geschillen afgerond binnen 90 dagen | ‒ | > 90% | 86% | 80% | >90% |
Doorlichting uitgevoerd cq. gepland in | 2022 |
Toelichting
Fte totaal
Betreft het aantal medewerkers in vaste dienst (uitgedrukt in fte) en de ontwikkeling daarvan in de loop der jaren. In 2020 is een aantal externe medewerkers verambtelijkt en daarnaast zijn nog enkele nieuwe medewerkers aangetrokken.
Doorlooptijden
De Huurcommissie werkt met twee verschillende doorlooptijden:
1. De doorlooptijd voor de hele procedure vanaf het moment dat de verzoeker de leges heeft betaald tot het moment waarop de uitspraak wordt verstuurd. Deze doorlooptijd is gebaseerd op de Uitvoeringswet huurprijzen woonruimte. De termijn hiervoor is vier maanden;
2. De doorlooptijd gaat in vanaf het moment dat het dossier compleet is. Deze doorlooptijd is gebaseerd op de Implementatiewet voor buitengerechtelijke geschillenbeslechting consumenten (ADR). De wettelijke termijn hiervoor is 90 dagen.
Het coronavirus heeft in 2020 de doorlooptijden van de geschillen behoorlijk dwars gezeten. Door het coronavirus was het enige tijd niet mogelijk om onderzoeken ter plekke uit te voeren en ook konden er geen zittingen gehouden worden. Dit heeft een negatieve invloed gehad op de doorlooptijden van de geschillen, omdat de voortgang hierdoor stil kwam te liggen. Als gevolg hiervan zijn de voorraden onderzoeken ter plaatse en zittingen in 2020 enorm toegenomen in vergelijking met voorgaand jaar. Daarnaast was de instroom in 2020 hoger dan verwacht. Om de achterstanden weg te werken is de Huurcommissie het actieplan ‘Aanpak achterstanden’ gestart. Door middel van een schriftelijke afhandeling met een voorzittersuitspraak worden geschillen sneller afgehandeld.
Voorraadverloop 2020
Procedure | (1) Beginvoorraad | (2) Instroom | (3) Productie | (4)=(1)+(2)-(3) Voorraad per ultimo december |
---|---|---|---|---|
Beslechting huurprijsgeschillen | 3.229 | 5.506 | 3.455 | 5.280 |
Beslechting servicekostengeschillen | 2.244 | 2.731 | 1.490 | 3.485 |
Beslechting van huurverhogingsgeschillen op basis van punten | 153 | 2.446 | 2.255 | 344 |
Beslechting van huurverhogingsgeschillen op basis van inkomen | 20 | 988 | 965 | 43 |
Beslechting van Wohv-geschillen1 | 11 | 15 | 19 | 7 |
Onderzoeksrapporten rechtbank | 0 | 0 | 0 | 0 |
Onderzoeksrapporten publieksrechtelijke organen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Advies geliberaliseerde huurprijs | 0 | 0 | 0 | 0 |
Klachten van huurder over verhuurder | 218 | 421 | 390 | 249 |
Verklaring over redelijkheid van de huurprijs | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal | 5.875 | 12.107 | 8.574 | 9.408 |
Productieaantallen 2020
De productie van DHC is lager uitgevallen dan bij het vaststellen van de ontwerpbegroting 2020 werd verwacht.
Soort zaak | (1) Begroting 2020 | (2) Realisatie 2020 | (3)=(2)-(1) Verschil |
---|---|---|---|
Huurprijsgeschillen | 4.479 | 3.455 | ‒ 1.024 |
Servicekostengeschillen | 1.851 | 1.490 | ‒ 361 |
Huurverhogingsgeschillen op grond van punten | 1.445 | 2.255 | 810 |
Huurverhogingsgeschillen op grond van inkomen | 880 | 965 | 85 |
Wohv-geschillen1 | 5 | 19 | 14 |
Onderzoeksrapporten rechtbank | 10 | 0 | ‒ 10 |
Onderzoeksrapporten publieksrechtelijke organen | 60 | 0 | ‒ 60 |
Advies geliberaliseerde huurprijs | 54 | 0 | ‒ 54 |
Klachten van huurder over verhuurder | 250 | 390 | 140 |
Verklaring over redelijkheid van de huurprijs | 0 | 0 | 0 |
Totaal | 9.034 | 8.574 | ‒ 460 |