Omschrijving | (1) Vastgestelde begroting | (2) Realisatie | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | (4) Realisatie t-1 |
---|---|---|---|---|
Baten | ||||
Omzet | 88.297 | 88.483 | 186 | 85.950 |
Omzet moederdepartement | 60.299 | 57.356 | ‒ 2.943 | 57.918 |
Omzet overige departementen | 2.763 | 3.093 | 330 | 2.419 |
Omzet derden | 25.235 | 28.034 | 2.799 | 25.613 |
Rentebaten | 0 | 2 | 2 | 1 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 4 | 4 | 21 |
Bijzondere baten | 0 | 0 | ‒ | ‒ 724 |
Totaal baten | 88.297 | 88.489 | 192 | 85.248 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | 62.527 | 65.615 | 3.088 | 62.218 |
Personele kosten | 37.793 | 39.588 | 1.795 | 35.896 |
Waarvan eigen personeel | 35.772 | 34.885 | ‒ 887 | 32.135 |
Waarvan inhuur externen | 1.969 | 4.551 | 2.582 | 3.611 |
Waarvan overige personele kosten | 52 | 152 | 100 | 150 |
Materiële kosten | 24.734 | 26.027 | 1293 | 26.322 |
Waarvan apparaat ICT | 5.105 | 4.661 | ‒ 444 | 4.250 |
Waarvan bijdrage aan SSO's | 3.975 | 4.764 | 789 | 4.599 |
Waarvan overige materiële kosten | 15.654 | 16.602 | 948 | 17.473 |
Afschrijvingskosten | 3.438 | 2.882 | ‒ 556 | 2.835 |
Materieel | 3.038 | 2.413 | ‒ 625 | 2.471 |
Waarvan apparaat ICT | 0 | ‒ | ‒ | 1.995 |
Immaterieel | 400 | 469 | 69 | 364 |
Overige lasten | 22.307 | 19.615 | ‒ 2692 | 20.928 |
Aardobservatie | 22.307 | 19.614 | ‒ 2693 | 20.927 |
Dotaties voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijzondere lasten | 0 | 1 | 1 | 1 |
Rentelasten | 0 | 17 | 17 | 19 |
Totaal lasten | 88.272 | 88.129 | ‒ 143 | 86.000 |
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening | 25 | 360 | 335 | ‒ 752 |
Agentschapsdeel Vpb-lasten | 25 | 27 | 2 | 26 |
Saldo van baten en lasten | 0 | 333 | 333 | ‒ 778 |
Baten
Omzet moederdepartement
De bijdrage van het moederdepartement dient ter dekking van de taken onder de Wet Meteorologie en Seismologie. Daarnaast stelt het moederdepartement aanvullende middelen beschikbaar voor het uitvoeren van aanvullende maatwerk opdrachten.
Begroot 2020 | Realisatie 2020 | Verschil | Realisatie 2019 | |
---|---|---|---|---|
Artikel 11 Integraal Waterbeleid | 562 | 612 | 50 | 1.271 |
Artikel 16 Openbaar vervoer en Spoor | 45 | 46 | 1 | 45 |
Artikel 17 Luchtvaart | 14 | 14 | 0 | 14 |
Artikel 19 Klimaat | 0 | 0 | ‒ | 75 |
Artikel 20 Lucht en Geluid | 0 | 0 | ‒ | 90 |
Artikel 23 Meteorologie, Seismologie en Aardobservatie | 56.703 | 56.180 | ‒ 523 | 54.098 |
Nog uit te voeren werkzaamheden | 0 | ‒ 2723 | ‒ 2.723 | ‒ 735 |
Bijdrage RWS | 2.370 | 2.390 | 20 | 2.370 |
ANVS | 213 | 218 | 5 | 213 |
Overig IenW | 392 | 619 | 227 | 477 |
Totaal | 60.299 | 57.356 | ‒ 2.943 | 57.918 |
Waarvan programma | 22.307 | 19.614 | ‒ 2.693 | 20.927 |
Waarvan direct gerelateerd aan geleverde producten/diensten | 57.356 | 55.124 | ||
Waarvan overige ontvangsten/bijdragen van het moederdepartement | ‒ | 2.794 |
Toelichting
– Artikel 11 Integraal Waterbeleid: De hogere baten zijn vooral het gevolg van de nationale adaptatie strategie (€ 0,08 miljoen).
– Artikel 23 Meteorologie, seismologie en aardobservatie: Baten zijn lager door een kasschuif aardobservatie (€ 1,5 miljoen) en een overheveling van de contributie ECMWF naar HGIS (€ 2,4 miljoen), hoger door loon en prijsbijstelling (€ 1,3 miljoen), Masterplan De Bilt (€ 1,5 miljoen), Caribische Nederland (€ 0,3 miljoen) en diverse kleine posten (€ 0,7 miljoen).
– De realisatie van de nog uit te voeren werkzaamheden bestaat voor -/- € 1,6 miljoen uit middelen naar de balans voor aardobservatie, voor -/- € 0,2 miljoen I-Strategie, voor -/- € 1,0 miljoen het EWC project, -/- € 0,3 miljoen voor Caribisch Nederland en voor -/- € 0,4 miljoen Masterplan De Bilt. Daarnaast is voor het project IT migratie € 0,3 miljoen aan de middelen van de balans gebruikt, ruim € 0,2 miljoen is gebruikt voor zeespiegelstijging en ook ruim € 0,2 miljoen voor diverse kleinere projecten.
– De overige ontvangsten/bijdragen van het moederdepartement bestaan voornamelijk uit gefactureerde bedragen aan RWS (€ 0,4 miljoen) en DCC (€ 0,1 miljoen) en ILT (€ 0,05 miljoen).
Omzet overige departementen
De omzet overige departementen heeft betrekking op van andere departementen (dan IenW) ontvangen vergoedingen voor opdrachten die door KNMI voor die andere departementen zijn uitgevoerd.
Begroot 2020 | Realisatie 2020 | Verschil | Realisatie 2019 | |
---|---|---|---|---|
RIVM | 87 | 90 | 3 | ‒ 7 |
Ministerie van Defensie | 1.305 | 1.307 | 2 | 1.166 |
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | 1.223 | 1.641 | 418 | 999 |
Ministerie van Buitenlandse Zaken | 0 | 26 | 26 | 22 |
Overig | 148 | 29 | ‒ 119 | 239 |
Totaal | 2.763 | 3.093 | 330 | 2.419 |
Toelichting
De toename EZK (€ 0,4 miljoen) komt vooral door uitvoeren van additionele werkzaamheden zoals bijvoorbeeld op het gebied van infrasound generation. De afname Overig (€ 0,12 miljoen) komt doordat de begrote opbrengsten van VenJ zijn overgenomen door IenW.
Omzet derden
De omzet derden heeft betrekking op vergoedingen voor activiteiten die door het KNMI voor derden partijen, niet zijnde ministeries, zijn uitgevoerd.
Begroot 2020 | Realisatie 2020 | Verschil | Realisatie 2019 | |
---|---|---|---|---|
Luchtvaart | 9.497 | 12.379 | 2.882 | 8.897 |
Projecten extern gefinancierd | 13.233 | 13.235 | 2 | 14.141 |
Dataverstrekkingen en licenties | 600 | 710 | 110 | 644 |
Overig | 1.904 | 1.710 | ‒ 194 | 1.931 |
Totaal | 25.234 | 28.034 | 2.800 | 25.613 |
Toelichting
In 2020 is € 2,8 miljoen meer omzet gerealiseerd dan oorspronkelijk begroot. Dit is met name als gevolg van een extra opbrengsten voor Luchtvaart.
Overige Baten
Rentebaten
De rentebaten in 2020 € 2k (2019: € 1k) bestaan uit ontvangen rente over het tegoed van Eurocontrol. Er is geen rente ontvangen over het saldo op de rekening courant (rentepercentage 0%).
Vrijval voorzieningen
In 2020 is een vrijval van de voorziening onderhanden werk geweest van € 4k (2019: € 4k). Er zijn geen dubieuze debiteuren en er is geen voorziening dubieuze debiteuren getroffen (2019: € 0).
Bijzondere baten
In 2020 is er afgerond € 0 aan bijzondere baten verantwoord (2019: ‒ € 0,7 miljoen).
Lasten
Apparaatskosten
Personele kosten
Begroot 2020 | Realisatie 2020 | Verschil | Realisatie 2019 | |
---|---|---|---|---|
Personeel | 37.793 | 39.588 | 1.795 | 35.896 |
Specificatie | ||||
Eigen Personeelskosten | 35.772 | 34.885 | ‒ 887 | 32.135 |
Waarvan loonkosten | 32.778 | 30.424 | ||
Waarvan overige personeelskosten | 2.107 | 1.711 | ||
Inhuur | 1.969 | 4.551 | 2.582 | 3.611 |
Overige personele kosten | 52 | 152 | 100 | 150 |
Gemiddeld aantal fte | 390,0 | 370,2 | ‒ 19,8 | 357,1 |
Mutatie fte t.o.v. voorgaand jaar | 3,7% | ‒ 4,2% | ||
Loonsom per medewerker | 88,5 | 85,2 | ||
Mutatie salariskosten per medewerker | 3,9% | 3,1% |
Toelichting
– De gemiddelde bezetting in 2020 bedraagt 370,2 fte (2019: 357,1 fte), dit is 19,8 fte minder dan begroot voor 2020. De eigen personeelskosten zijn ondanks de toename van het gemiddeld aantal fte toch lager dan begroot (-€ 0,9 miljoen). Daarentegen is de inhuur ruim gestegen ten opzichte van begroot (€ 2,6 miljoen /131%).
– De inhuur bedraagt 11,5% van de totale personeelskosten. De overschrijding wordt vooral verklaard door inhuur voor verbetering informatievoorziening en modernisering van de waarneeminfrastructuur (€ 3,3 miljoen). Daarnaast is wederom veel ingehuurd, maar minder dan in 2019, doordat het invullen van vacatures lastig is gebleken.
– Van de medewerkers binnen het KNMI is 11,4% per 31-12-2020 in tijdelijke dienst. In 2019 was dit 13%. Het voortschrijdend jaargemiddelde van verzuim (4,2%) is in 2020 boven de Verbaan norm (4,0% ) en hoger dan in 2019 (3,6%).
Materiële kosten
Begroot 2020 | Realisatie 2020 | Verschil | Realisatie 2019 | |
---|---|---|---|---|
Materieel | 24.734 | 26.027 | 1.293 | 26.322 |
Contributie Bijdragen | 652 | 2.779 | ||
Onderhoud en exploitatie | 2.271 | 3.447 | ||
Huur en Lease | 4.971 | 4.866 | ||
Bureau, voorlichting en huisvesting | 1.985 | 1.422 | ||
SWO | 0 | 0 | ||
Uitbesteding | 14.469 | 12.055 | ||
Overige Kosten | 1.679 | 1.753 |
Toelichting
De contributies zijn € 2,1 miljoen lager dan gerealiseerd in 2019 door overheveling van de contributie ECMWF naar HGIS (in 2020 niet in agentschap). Stijging van de kosten voor de huur (€ 0,1 miljoen) door prijsstijging en door tragere afstoting van delen van het gehuurde pand. Daarnaast een stijging van de kosten van uitbesteding voor subsidieprojecten (€ 1,9 miljoen), en een stijging van de kosten voor de uitbesteding van ICT diensten (€ 0,5 miljoen).
Overige lasten
Rente lasten
De rentelasten in 2020 zijn laag (€ 0,017 miljoen) door lage rente (0,0% ‒ 0,5%) op de bestaande leningen (2019: € 0,019 miljoen).
Afschrijvingskosten
De afschrijvingskosten zijn in 2020 lager uitgevallen dan oorspronkelijk begroot. Dit komt met name door het uitblijven van investering en door het later in gebruik nemen van de activa ’s in aanbouw.
Overige lasten
EUMETSAT past jaarlijks haar (meerjaren)budgetten aan op basis van de nieuwste inzichten. Het KNMI past de begroting hier indien nodig op aan, maar verschillen blijven er altijd. Ten opzichte van de oorspronkelijke begroting zijn een aantal projecten van EUMETSAT vertraagd, waardoor er in 2020 aanzienlijk minder kosten zijn gemaakt (€ 2,7 miljoen).
Saldo van baten en lasten
Het resultaat over 2020 is € 0,3 miljoen positief. Het verwachte resultaat in de begroting 2020 was begroot nihil. Voorgesteld wordt om het resultaat ten gunste van het eigen vermogen te brengen.
Balans
31-12-2020 | 31-12-2019 | |
---|---|---|
Activa | ||
Vaste Activa | 10.158 | 11.584 |
Immateriële vaste activa | 464 | 406 |
Waarvan software licenties | 406 | 348 |
Waarvan in ontwikkeling | 58 | 58 |
Materiële vaste activa | 9.694 | 11.178 |
Waarvan grond en gebouwen | 3.020 | 3.491 |
Waarvan installaties en inventaris | 1.480 | 2.362 |
Waarvan projecten in uitvoering | 464 | 1.078 |
Waarvan overige materiële vaste activa | 4.730 | 4.247 |
Vlottende Activa | 28.798 | 23.565 |
Onderhanden projecten | 4.557 | 5.041 |
Debiteuren | 4.719 | 3.583 |
Overige vorderingen en overlopende activa | 8.983 | 829 |
Liquide middelen | 10.539 | 14.112 |
Totaal activa: | 38.956 | 35.149 |
Passiva | ||
Eigen Vermogen | 498 | ‒ 135 |
Exploitatiereserve | 165 | 643 |
Onverdeeld resultaat | 333 | ‒ 778 |
Voorzieningen | 221 | 284 |
Langlopende schulden | 6.674 | 7.281 |
Leningen bij het Ministerie van Financiën | 6.674 | 7.281 |
Kortlopende schulden | 31.563 | 27.719 |
Crediteuren | 234 | 319 |
Schulden bij het Rijk | ‒ 2 | 0 |
Belastingen en premies sociale lasten | 108 | 54 |
Kortlopende deel leningen bij het Ministerie van Financiën | 2.059 | 1.817 |
Overige schulden en overlopende passiva | 29.164 | 25.529 |
Totaal passiva | 38.956 | 35.149 |
Toelichting Balans
Ontwikkeling eigen vermogen
In de tabel hieronder is de ontwikkeling van het eigen vermogen weergegeven.
2015 | 2016 | realisatie 2017 | realisatie 2018 | realisatie 2019 | Begroot 2020 | realisatie 2020 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
1. Eigen vermorgen per 1/1 | 1.783 | 2.123 | 2.256 | 22 | 343 | 343 | ‒ 135 |
2. Saldo van Baten en Lasten | 340 | 133 | ‒ 2.234 | 21 | ‒ 778 | 0 | 333 |
3a. Uitkering aan moederdepartement | |||||||
3b. Bijdrage van moederdepartement | |||||||
3c. Overige mutaties | |||||||
3. Totaal directe mutaties in EV | 300 | 300 | 300 | 300 | |||
4. Eigen vermogen per 31/12 | 2.123 | 2.256 | 22 | 343 | ‒ 135 | 643 | 498 |
% gemiddelde omzet laatste 3 jaar | 2,9% | 3,4% | 0,0% | 0,4% | ‒ 0,2% | 0,0% | 0,6% |
In onderstaande tabel staat hoe het eigen vermogen eind 2020 is opgebouwd.
31-12-2020 | |
---|---|
Saldo Eigen vermogen 31/12/2019 | 643 |
Bij: Onverdeeld resultaat 2019 | ‒ 778 |
Saldo Eigen vermogen 31/12/2020 | ‒ 135 |
Bij: Eenmalige uitekering van moederdepartement | 300 |
Bij: Onverdeeld resultaat 2020 | 333 |
Saldo Eigen vermogen per 31/12/2020 | 498 |
Het KNMI heeft in 2017 een toekomstplan opgesteld. Op basis van deze plannen ontwikkelt het KNMI zich tot een Instituut met een gezonde bedrijfsvoering met een adequate technische infrastructuur om te voorzien in een dienstverlening die aansluit op de ontwikkelingen in de samenleving. Onderdeel van de gemaakte afspraken hierover is het behoedzaam opbouwen van een eigen vermogen. Hiertoe heeft in 2020 vanuit het moederdepartement een vermogensmutatie plaatsgevonden (€ 0,3 miljoen). Het KNMI heeft daarnaast in 2020 een positief resultaat gerealiseerd van € 0,3 miljoen. Dit resultaat is toegevoegd aan het eigen vermogen waarmee de stand eind december 2020 op € 0,5 miljoen positief uitkomt.
Specificatie voorzieningen
Wachtgeld | Totaal | |
---|---|---|
Saldo per 1 januari 2020 | 284 | 284 |
Bij: | ||
Dotatie | 0 | 0 |
Af: | ||
Vrijval | 0 | |
Mutaties | 63 | 63 |
Totaal af: | 63 | 63 |
Saldo per 31 december 2020 | 221 | 221 |
In 2015 is er een wachtgeldvoorziening gevormd voor een wettelijke en juridische verplichting aan één voormalige medewerker en een reorganisatievoorziening voor een Van-werk-naar-werk kandidaat.
Specificatie vlottende activa en kortlopende schulden
Moederdepartement | Overige departementen en agentschappen | Overige derden | Totaal | |
---|---|---|---|---|
Debiteuren | 2.428 | 360 | 1.931 | 4.719 |
Nog te ontvangen bedragen | ‒ | 45 | 8.938 | 8.983 |
Crediteuren en overheden | ‒ | ‒ 2 | 234 | 232 |
Belastigen en premies sociale lasten | 108 | 108 | ||
Kortlopende deelleningen bij het Rijk | 0 | 2.059 | 0 | 2.059 |
Nog te betalen bedragen | 4.588 | 0 | 24.576 | 29.164 |
Toelichting
Debiteuren:
De post onder Overheden betreft met name de contributie ECMWF (€ 2,3 miljoen) en RIVM voor verrekening huurkosten collectieve ruimten (€ 0,4 miljoen). De openstaande post debiteuren derden betreffen m.n. meerdere projecten voor ESA (€ 1,9 miljoen).
Transitorische activa (nog te ontvangen):
De post Vooruitbetaalde kosten en nog te ontvangen derden bestaat voornamelijk uit vorderingen Luchtvaart.
Crediteuren en schulden bij het Rijk:
De positie Crediteuren per 31 december 2020 is ten opzichte van de positie per 31 december 2019 gedaald met € 87k en bestaat uit diverse kleinere posten waarvan de grootste niet meer bedraagt dan € 50 duizend.
Belastingen en premies sociale lasten:
Hieronder zijn is de af te dragen Belasting Toegevoegde Waarde verantwoord voor € 108k (2019: € 54 duizend)
Kortlopende deelleningen bij het Rijk:
Nog te betalen Ministerie van Financiën betreft het kortlopende deel van de lening bij het ministerie van Financiën (€ 2,1 miljoen). Aflossing zal in 2021 plaatsvinden.
Transitorische passiva (nog te betalen):
Moederdepartement
De vooruit ontvangen bedragen overheid hebben betrekking op de bijdragen voor aardobservatie (€ 4,1 miljoen) BES Meteo Seismo (€ 0,16 miljoen) en Caribisch Nederland (€ 0,26 miljoen). Deze bedragen zullen in de komende jaren worden uitgegeven. De stijging van de vooruit ontvangen bedragen overheid wordt voornamelijk veroorzaakt doordat de contributiebetalingen aan EUMETSAT € 1,6 miljoen lager waren dan de in 2020 ontvangen vergoeding.
Overige derden
De vooruit ontvangen bedragen projecten (€ 8,3 miljoen) betreffen vooruit ontvangen bedragen voor subsidie- en maatwerkprojecten. De vooruit ontvangen bedragen zijn gestegen (+ € 0,4 miljoen) ten opzichte van 2019. Projecten met een groot aandeel zijn onder andere EWC ( € 1,0 miljoen), EZK (€ 0,5 miljoen),- I-strategie (€ 0,8 miljoen) en Ruisdael (€ 1,8 miljoen) en MPC (€ 0,3 miljoen). Het bedrag aan onderhanden werk is met € 0,5 miljoen t.o.v. voorgaand jaar gedaald. Onderhanden werk wordt voor een groot deel verklaard door Sesar (€ 1,1 miljoen) en Cabauw Tropomi (€ 0,3 miljoen).
De nog te betalen post (€ 10,5 miljoen) betreft de nog niet in 2020 ontvangen facturen betreffende de BES (€ 0,8 miljoen), van SSC-Campus voor de dienstverlening in het derde en vierde kwartaal en onderhoudskosten (€ 3,7 miljoen) en diverse stelposten (€ 4,3 miljoen) en RWS facilitaire dienstverlening (€ 1,7 miljoen).
Te betalen vakantiedagen (€ 2,8 miljoen) betreft de reservering voor niet opgenomen vakantiedagen voor eigen personeel. Te verrekenen luchtvaartmeteo bestaat uit prijs- en volumeverschillen van de tarieven van 2013 t/m 2020. Het bedrag van € 2,5 miljoen wordt in de komende periode verrekend in het tarief.
Vooruit ontvangen overig (€ 0,4 miljoen) waarvan (€ 0,3 miljoen) afkomstig is van Hirlam.
Kasstroomoverzicht
(1) Vastgestelde begroting | (2) Realisatie | (3) = (2) - (1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | |
---|---|---|---|
Rekening courant RHB 1 januari 2020 | 9.850 | 14.112 | 4.262 |
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+/+) | 3.438 | 7.300 | 3.862 |
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) | ‒ 900 | ‒ 9.353 | ‒ 8.453 |
Totaal operationele kasstroom | 2.538 | ‒ 2.053 | ‒ 4.591 |
Totaal investeringen (-/-) | ‒ 1.700 | ‒ 1.491 | 209 |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | ‒ | 34 | 34 |
Totaal investeringskasstroom | ‒ 1.700 | ‒ 1.457 | 243 |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | ‒ | ‒ | ‒ |
Eenmalige storting door moederdepartement (+) | 300 | 300 | ‒ |
Aflossingen op leningen (-/-) | ‒ 2.750 | ‒ 1.817 | 933 |
Beroep op leenfaciliteit (+) | 1.700 | 1.453 | ‒ 247 |
Totaal financieringskasstroom | ‒ 750 | ‒ 64 | 686 |
Rekening courant RHB 31 december 2020 (=1+2+3+4) (maximale roodstand 0,5 miljoen Euro) | 9.938 | 10.538 | 600 |
Toelichting
Operationele kasstroom
De ontvangsten operationele kasstroom bestaan uit het saldo van baten en lasten (€ 0,3 miljoen), afschrijvingskosten (€ 2,9 miljoen), afname van de onderhande projecten (€ 0,5 miljoen) en een toename van de schulden (€ 3,6 miljoen). De toename van de schulden wordt voornamelijk veroorzaakt door een stijging van de vooruit ontvangen bedragen voor projecten (€ 0,8 miljoen) en Aardobservatie (€ 1,6 miljoen).
De uitgaven operationele kasstroom bestaan uit toename kortlopende vorderingen (€ 9,4 miljoen), afname voorzieningen (€ 0,1 miljoen). De toename kortlopende vorderingen bestaat voornamelijk uit een stijging van de te ontvangen bedragen Eurocontrol (€ 8,0 miljoen) en door een stijging van de nog te betalen bedragen (€ 0,8 miljoen).
Investeringskasstroom
De investeringen in 2020 hebben betrekking op investeringen in Sesar (€ 0,5 miljoen), bedrijfsauto’s (€ 0,3 miljoen), PWS Biral (€ 0,2 miljoen), Argo floats (€ 0,1 miljoen) en diverse (vervangings-)investeringen van vooral waarneemapparatuur.
Financieringskasstroom
In 2020 is er voor € 1,5 miljoen een beroep op de leenfaciliteit ter financiering van de investeringen in activa in 2020. In 2020 € 1,8 miljoen afgelost (2019: € 1,7 miljoen) en loopt hiermee, net zoals vorig jaar, achter op de begroting.
Daarnaast is ten behoeve van het behoedzaam opbouwen van het eigen vermogen een directe vermogensmutatie gedaan vanuit het moederdepartement (€ 0,3 miljoen). Tussen eigenaar en opdrachtgever is afgesproken dat deze storting jaarlijks plaatsvindt tot het jaar 2023.
Doelmatigheidsindicatoren
2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | Begroting 2020 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Kostprijs per product1 | |||||||
Percentage Overhead | 103 | 97 | 106 | 100 | 97 | 106 | |
fte's indirect | 92 | 104 | 99 | 92 | 103 | 87 | |
Tarieven/uur | 95 | 96 | 104 | 106 | 115 | 112 | |
Omzet per productgroep | |||||||
Meteorologie | 54.544 | 52.649 | 56.831 | 61.975 | 66.721 | 63.078 | |
Seismologie | 2.096 | 2.898 | 3.158 | 3.048 | 2.148 | 2.912 | |
Aardobservatie | 17.318 | 22.207 | 23.145 | 20.927 | 19.614 | 22.307 | |
FTE- per 31 december (gemiddelde) | 372 | 383 | 373 | 357 | 370 | 390 | |
Saldo van baten en lasten (%) | 0% | ‒ 3% | 0% | ‒ 1% | 0% | 0% | |
Algemene weerverwachtignen en adviezen | |||||||
afwijking min temperatuur (ºC) | 0,44 | 0,34 | 0,17 | 0,31 | 0,03 | ABS(<0,5) | |
afwijking max temperatuur (ºC) | ‒ 0,36 | ‒ 0,31 | ‒ 0,34 | ‒ 0,41 | ‒ 0,3 | ABS(<0,5) | |
gem afwijking wind snelheid (m/s) | 0,26 | ‒ 0,12 | ‒ 0,1 | 0,13 | ‒ 0,03 | ABS(<1,0) | |
Maritieme verwachtingen | |||||||
tijdigheid marifoonbericht (%) | 98,9 | 99,4 | 99,8 | 99,5 | 99,5 | >99 |
Toelichting
Kostprijs per product
Het percentage overhead is iets gedaald ten opzichte van 2019 (-0,2%) door een iets sterkere stijging van de totale kosten (5,3%) ten opzichte van de overheadkosten die ook zijn gestegen (4,5%). De stijging van het aantal fte’s indirect wordt veroorzaakt door een stijging van het aantal fte’s. De totale gemiddelde bezetting is gestegen met 13,2 fte, een navenant evenredig deel daarvan heeft betrekking op indirecte fte’s.
Tarieven per uur
De tarieven per uur zijn gestegen met 8,5%. Enerzijds is sprake van een stijging van de loonkosten per fte met 4,7%, anderzijds stijgt het tarief door een stijging van de productieve uren per fte (1,4%). De stijging van de loonkosten wordt veroorzaakt een stijging van de bruto salarissen (4,5%) en gestegen pensioenpremies (0,8%). Daartegenover staat een daling van de toelagen (0,7%) en een daling van de inbesteding (0,3%).
FTE per 31 december (gemiddelde)
Het aantal fte’s is lager dan begroot omdat het moeilijk bleek om bestaand en nieuwe vacatures op te vullen.
De indicatoren ten aanzien van algemene weers- en maritieme verwachtingen geven een indruk van de tijdigheid van de berichtgeving door het KNMI en de gemiddelde afwijking van verwachte waardes voor temperatuur en windsnelheid ten opzichte van de uiteindelijk waargenomen waardes.