Algemene doelstelling
Een op maatschappelijk verantwoorde wijze en in overeenstemming met internationale verplichtingen gereglementeerde en beheerste toelating tot, verblijf in en vertrek uit Nederland van vreemdelingen.
Rol en verantwoordelijkheid
De Minister van Veiligheid en Justitie ontwikkelt en geeft uitvoering aan het vreemdelingenbeleid. Als onderdeel hiervan heeft hij een financierende rol ten aanzien van de opvang van asielzoekers, de afwikkeling van toelatingsprocedures en de terugkeer van vreemdelingen in en uit Nederland. De Minister van Veiligheid en Justitie draagt verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de Vreemdelingenwet door de vreemdelingenketen. De vreemdelingenketen is het geheel aan overheidsorganisaties dat zich (primair) met het vreemdelingenbeleid bezighoudt. De Minister is verantwoordelijk voor de uitvoeringsorganisaties Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) en Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V). Deze uitvoeringsdiensten vallen rechtstreeks onder het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Daarnaast is de Minister verantwoordelijk voor het zelfstandig bestuursorgaan Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA), voor de toezichtsmaatregelen, vreemdelingenbewaring en voor de centra van de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) waar de vreemdelingenbewaring en de grensdetentie ten uitvoer wordt gelegd. De Minister onderhoudt bovendien een gezagsrelatie met de Koninklijke Marechaussee en de nationale politie voor wat betreft het vreemdelingentoezicht.
Vreemdelingenketen (aantallen) | Realisatie | Prognose | |||
---|---|---|---|---|---|
2011 | 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | |
Opvang, Toegang, Toelating en Toezicht | |||||
Asielinstroom | 14.630 | 13.360 | 14.000 | 14.000 | 14.000 |
Overige instroom 1 | 10.330 | 9.150 | 10.700 | 13.380 | 14.290 |
Instroom in de opvang | 13.760 | 13.300 | 14.000 | 14.000 | 14.000 |
Uitstroom uit de opvang | 18.640 | 14.800 | 16.000 | 14.000 | 14.000 |
Gemiddelde bezetting in de opvang | 18.720 | 14.400 | 13.000 | 14.100 | 14.100 |
Machtiging tot voorlopig verblijf (MVV) | 49.720 | 46.600 | 8.500 | 8.500 | 8.500 |
Verblijfsvergunning regulier (VVR) | 58.930 | 58.520 | 27.200 | 35.300 | 27.200 |
Toelating en Verblijf (TEV) | – | – | 42.400 | 39.000 | 39.000 |
Visa | 2.420 | 1.480 | 4.000 | 2.500 | 2.500 |
Aantal naturalisatie verzoeken | 26.300 | 28.890 | 35.500 | 33.500 | 26.500 |
Streefwaarden Terugkeer (%) | |||||
Zelfstandig vertrek (%) | 20% | 20% | 20% | 20% | 20% |
Gedwongen vertrek (%) | 32% | 29% | 30% | 30% | 30% |
Zelfstandig vertrek zonder toezicht (%) | 48% | 50% | 50% | 50% | 50% |
Bronnen: INDIS/INDIGO, Maandrapportage COA en Meerjarenraming Vreemdelingenketen.
Tot de overige asielinstroom behoren zij-instroom, uitgenodigde vluchtelingen, aanvragen voor verlenging van een asielvergunning, herbeoordelingen/intrekkingen van asielvergunningen, de verlengingsaanvragen van reguliere asielgerelateerde vergunningen, de ongewenstverklaringen en de overige reguliere asielgerelateerde vergunningen.
Toelichting overige instroom
Het prognosemodel waarmee de ramingen voor de asielinstroom worden opgesteld is in de afgelopen periode verder verfijnd. Daarnaast wordt een hogere overige asiel instroom verwacht omdat een grote groep asielzoekers na vijf jaar rechtmatig verblijf op grond van een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd nu in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd. De verzoeken daartoe tellen mee in de «overige asielinstroom».
Vreemdelingenzaken waarop binnen de wettelijke termijn is besloten (%) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Realisatie | Prognoses | |||||
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | |
Asiel | 88% | 86% | 88% | 89% | 90% | 90% |
Regulier | 89% | 100% | 100% | 100% | 100% | 100% |
Naturalisatie | 91% | 100% | 100% | 100% | 100% | 100% |
Bron: IND: INDIS/INDIGO.
Gemiddelde verblijfsduur (in maanden) | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Realisatie | Prognoses | ||||||
2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | |
Gemiddelde opvangduur vergunninghouders na vergunningverlening | 4 | 3,5 | 3,5 | 3,5 | 3,5 | 3,5 | 3,5 |
Gemiddelde verblijfsduur opvang op basis van uitstroom | 14 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 | 12 |
Bron: Maandrapportage COA.
Beleidswijzigingen
2014 staat in het teken van verbetering van dienstverlening aan vreemdelingen en referenten en effectievere handhaving van het vreemdelingenbeleid. Snelle, zorgvuldige en duidelijke procedures voor de vreemdeling gecombineerd met informatie gestuurde en effectieve inzet van handhavingsinstrumenten. Met de implementatie van de Wet Modern Migratiebeleid is hiervoor een solide basis gelegd. Vreemdelingen die toelating vragen in Nederland krijgen sneller antwoord en doorprocederen wordt ontmoedigd. De Wet Modern Migratiebeleid en het nieuwe computersysteem INDIGO bieden kansen om op een slimmere manier effectiever te handhaven. Bijvoorbeeld door informatie-uitwisseling met diensten buiten de keten zoals SUWI-net en de Belastingdienst en de informatieverplichting van de referent in de vreemdelingenwet.
Programma Stroomlijning Toelatingsprocedures
In de uitvoering van de asielprocedure streeft de IND in samenwerking met ketenpartners naar maximale zorgvuldigheid en snelheid, om asielzoekers zo snel mogelijk duidelijkheid te bieden. Het Programma Stroomlijning Toelatingsprocedures (PST) heeft tot doel te voorkomen dat vreemdelingen onnodig procedures gaan stapelen. Invoering van het totale pakket in 2013 legt een te groot beslag op INDIGO, waarop is besloten de maatregelen gefaseerd in te voeren. Maatregelen die geen of weinig impact hebben op INDIGO, maar wel een grote winst opleveren voor de keten, zijn in 2013 ingevoerd. De maatregelen die in 2014 geïmplementeerd worden zijn: het mee toetsen van het gehele humanitair reguliere beleidskader bij zowel de eerste asielaanvraag als de eerste humanitair reguliere aanvraag. Op deze manier ontstaat een nieuwe categorie aanvragen, te weten vervolgaanvragen. Deze reguliere (vervolg)aanvragen worden in een 1-dagstoets afgehandeld. Bij reguliere vervolgaanvragen geldt bovendien een gedifferentieerde vergoeding als de vreemdeling niet in het gelijk wordt gesteld.
Alternatieven vreemdelingenbewaring
In 2014 wordt ingezet op de uitbouw van alternatieven voor vreemdelingenbewaring die goedkoper en effectiever zijn. Dit moet een belangrijke bijdrage leveren aan het laten terugkeren van vreemdelingen die niet (langer) in Nederland mogen zijn. Als ultimum remedium bij de terugkeer van vreemdelingen die niet langer in Nederland mogen zijn, blijft vreemdelingenbewaring het aangewezen instrument.
Arbeids- en kennismigratie
Arbeidsmigranten uit de Europese Unie 11 vormen de hoofdmoot van migranten die naar Nederland komen. Nederland voert echter ook specifiek beleid voor toelating van kennismigranten, studenten en andere arbeidsmigranten van buiten de Europese Unie. Deze groepen kunnen juist met het oog op economisch herstel en vergrijzing van de beroepsbevolking van toegevoegde waarde zijn, mits hun toelating is toegesneden op de behoefte van de Nederlandse economie.
Aan de SER is advies gevraagd over het arbeidsmigratiebeleid. Dit advies wordt in het voorjaar 2014 verwacht en dient als referentiekader voor eventuele maatregelen om arbeidsmigratie uit andere lidstaten in betere banen te leiden en Nederland nog aantrekkelijker te maken voor kennismigranten.
Handhaving Vreemdelingenwet
Illegaliteit, in de zin van onrechtmatig verblijf van vreemdelingen, kan gepaard gaan met diverse vormen van overlast en criminaliteit, waaronder mensensmokkel. In 2014 wordt naar verwachting het wetsvoorstel strafbaarstelling illegaal verblijf ingevoerd. Met strafbaarstelling van illegaliteit wordt het instrumentarium om illegaal verblijf tegen te gaan effectiever. De aanpak van criminele en overlast gevende vreemdelingen heeft daarbij de hoogste prioriteit. In het kader van slimmer handhaven krijgt het tegengaan van migratieconstructies, zoals schijnhuwelijken, misbruik EU-recht en andere vormen van migratiecriminaliteit (waaronder mensensmokkel) in 2014 een hoge prioriteit.
Als zelfstandig vertrek van niet-rechtmatig verblijvende vreemdelingen niet lukt zal, daar waar mogelijk, worden overgegaan tot gedwongen vertrek. Zowel voor zelfstandig als voor gedwongen vertrek wordt nadrukkelijk de samenwerking met andere overheden en maatschappelijke organisaties gezocht en versterkt.
Nationaliteit
In 2014 wordt naar verwachting een wetsvoorstel ingevoerd waarmee de termijn voor naturalisatie wordt verhoogd van vijf naar zeven jaar.
2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 746.434 | 681.201 | 632.253 | 609.619 | 590.278 | 582.103 | |
Programma-uitgaven | 746.434 | 681.201 | 632.253 | 609.619 | 590.278 | 582.103 | |
Waarvan juridisch verplicht | 94,43% | ||||||
37.2 | Toegang, toelating en opvang vreemdelingen | ||||||
Bijdrage Agentschappen | |||||||
Immigratie- en Naturalisatiedienst | 304.698 | 290.598 | 280.130 | 269.434 | 255.127 | 249.510 | |
Bijdrage ZBO/RWT's | |||||||
Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) | 383.141 | 322.413 | 295.096 | 294.291 | 289.965 | 287.545 | |
Subsidies | |||||||
Vluchtelingenwerk Nederland (VWN) | 5.530 | 5.743 | 5.706 | 5.697 | 5.688 | 5.681 | |
Overig toegang, toelating en opvang vreemdelingen | 685 | 662 | 1.654 | 1.650 | 1.649 | 1.649 | |
Opdrachten | |||||||
Biometrie | 2.762 | 7.310 | 2.500 | 500 | 500 | 500 | |
Vernieuwing Grensmanagement | 6.012 | 3.017 | 1.959 | 1.959 | 1.959 | 1.959 | |
Keteninformatisering | 8.117 | 19.415 | 14.528 | 5.239 | 4.625 | 4.581 | |
Versterking vreemdelingenketen | 8.301 | 3.970 | 3.035 | 3.032 | 3.032 | 3.032 | |
37.3 | Terugkeer | ||||||
Bijdrage Agentschappen | |||||||
DJI (DV&O) | 8.399 | 8.399 | 8.400 | 8.400 | 8.400 | 8.400 | |
Subsidies | |||||||
REAN-regeling | 6.599 | 6.599 | 6.400 | 6.300 | 6.280 | 6.280 | |
Opdrachten | |||||||
Terugkeer vreemdelingen | 12.190 | 13.075 | 12.845 | 13.117 | 13.053 | 12.966 | |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
De bijdrage aan de agentschappen IND en DJI (de uitgaven in relatie tot het convenant met de DV&O) zijn juridisch verplicht. Dit geldt ook voor de bijdrage ZBO’s/RWT aan het COA. De subsidie uitgaven zijn vrijwel geheel (97%) juridisch verplicht. Dit betreft de subsidies aan Vluchtelingenwerk Nederland (VWN), de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) en overige subsidies, zoals aan Comensha en The Hague Process.
De opdrachtenbudgetten zijn voor ca. 24% juridisch verplicht. Uitgaven in dit kader zijn o.a. onderhoudscontracten ICT en (verlengingen van) licenties. Ook uitvoeringskosten en projecten in het kader van terugkeer (een en ander is afhankelijk van inzet) vallen hieronder. Een deel van de uitvoeringsuitgaven voor terugkeer zijn nog niet als verplichting opgenomen, maar voornamelijk bestuurlijk gebonden. Ook een deel van het budget bestemd voor (bijdragen aan) ontwikkelingen voor de vreemdelingenketen, met name voor de ontwikkeling van biometrische producten, is bestuurlijk gebonden (€ 12 mln.).
In de tabel Budgettaire gevolgen van beleid bij dit beleidsartikel is in regel «Subsidies: Overig toegang, toelating en opvang vreemdelingen» een bedrag van € 662.000,–. aan subsidieuitgaven voor het jaar 2014 opgenomen. Dit bedrag heeft voor ten hoogste € 48.000,– betrekking op de verlening van een subsidie aan The Hague Process on Refugee and Migration. Deze begrotingsvermeldingen vormt de wettelijke grondslag voor de hier bedoelde subsidieverlening(en) als bedoeld in artikel 4:23, derde lid, onder c, van de Algemene Wet Bestuursrecht.
Voor het opvangen van hoeveelheidsfluctuaties in de vreemdelingeketen houdt het Ministerie van Veiligheid en Justitie een begrotingsreserve aan bij het Ministerie van Financiën. De omvang van de reserve bedraagt momenteel € 44,4 mln.
Voor het opvangen van hoeveelheidsfluctuaties in de vreemdelingeketen houdt het Ministerie van Veiligheid en Justitie een begrotingsreserve aan bij het Ministerie van Financiën. De omvang van de reserve bedraagt momenteel € 44,4 mln.
37.2 Toegang, toelating en opvang vreemdelingen
Bijdrage aan agentschappen
Immigratie- en Naturalisatiedienst
De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) is verantwoordelijk voor de uitvoering van het vreemdelingenbeleid in Nederland. Dat houdt in dat de IND alle aanvragen beoordeelt van vreemdelingen die in Nederland willen verblijven of Nederlander willen worden. Het kan gaan om vluchtelingen die niet veilig zijn in eigen land. Maar bijvoorbeeld ook om mensen die in Nederland willen werken en wonen. Of om mensen die al zo lang in Nederland wonen dat zij zich Nederlander voelen en daarom willen naturaliseren.
Bijdragen aan ZBO’s en RWT’s
Centraal Orgaan opvang asielzoekers
Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) draagt zorg voor de opvang van vreemdelingen in Nederland. Het COA biedt vreemdelingen huisvesting, verstrekt middelen van bestaan en geeft begeleiding. Het opvangbeleid is gericht op de opvang van asielzoekers gedurende de asielprocedure. Na een afwijzing van een asielverzoek wordt de vreemdeling in de gelegenheid gesteld, al dan niet met ondersteuning van Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) en/of de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) zelfstandig terug te keren. Na afloop van de vertrektermijn wordt de opvang in beginsel beëindigd, waarna mogelijk nog plaatsing in een locatie voor vrijheidsbeperking of in een gezinslocatie aan de orde kan zijn om verder aan het vertrek te werken. In het geval van vergunningverlening is snelle doorstroming naar gemeentelijke huisvesting van belang om op die wijze integratie en participatie te bevorderen. De gemiddelde uitgaven per opvanggerechtigde worden voor 2014 geraamd op € 22.152,–.
Subsidies
Vereniging Vluchtelingenwerk Nederland
Vereniging Vluchtelingenwerk Nederland (VWN) zet zich op basis van Universele verklaring voor de Rechten van de Mens in voor de bescherming en het behartigen van de belangen van vluchtelingen en asielzoekers. Daarnaast ondersteunt VWN direct of indirect vluchtelingen
en asielzoekers bij het opbouwen van een nieuw bestaan in Nederland. De subsidie aan VWN wordt op basis van (kalender)jaarplannen verstrekt en is gerelateerd aan de instroom van asielzoekers.
Opdrachten
Biometrie, keteninformatisering en vernieuwing grensmanagement
Dit budget is bestemd voor opdrachten rond de verschillende ontwikkelprojecten rond Keteninformatisering en Biometrie. Dit houdt in dat na de oplevering de projecten in de lijnorganisaties worden ondergebracht. Het budget voor Keteninformatisering is bestemd voor ontwikkelprojecten binnen de vreemdelingenketen. Het programma Keteninformatisering maakt de gezamenlijke uitvoering van het vreemdelingenbeleid efficiënter, effectiever en flexibeler. De basis hiervoor is de in 2013 vastgestelde Architectuur Vreemdelingenketen. In 2014 wordt het stelsel van voorzieningen voor digitaal uitwisselen van nu nog papieren informatie stapsgewijs opgeleverd en wordt een deel van de huidige papieren informatiestromen omgezet in digitale documenten en berichten.
De huidige rapportages over het gezamenlijk functioneren van de Vreemdelingenketen worden in 2014 gegenereerd door het in 2013 opgeleverde nieuwe systeem voor Ketenmanagementinformatie.
Biometrie draagt zorg voor harmonisatie en bevordering van efficiënt gebruik van biometrie in de vreemdelingenketen. Biometrische kenmerken worden eenmalig vastgelegd en opgeslagen en deze gegevens worden hergebruikt in alle processen van de Vreemdelingenketen. Indien het wetsvoorstel ter uitbreiding van het gebruik van biometrische kenmerken voor alle processen in de vreemdelingenketen voor de vaststelling en verificatie van vreemdelingen wordt aangenomen in de Eerste Kamer volgt implementatie in 2014.
Het budget vernieuwing grensmanagement is bestemd voor de ontwikkeling, conform de regelgeving, van een structurele voorziening om passagiersinformatie (advance Passenger Information) te ontvangen, te analyseren, te verwerken en het structureel beheer daarvan.
Versterking vreemdelingenketen
In 2014 worden vanuit dit budget diverse kleinere opdrachten gefinancierd met als doel verbeteringen in de vreemdelingenketen te bewerkstellingen.
37.3 Terugkeer
Bijdrage aan agentschappen
DJI - Dienst Vervoer en Ondersteuning
De DT&V schakelt de Dienst Vervoer en Ondersteuning (DV&O) in voor het vervoer van vreemdelingen.
Subsidies
REAN-regeling
De DT&V en de Internationale Organisatie voor Migratie (IOM) werken met elkaar samen op het gebied van zelfstandige terugkeer. In het kader van de REAN-regeling (Return and Emigration of Aliens from the Netherlands) onderhoudt de DT&V de subsidierelatie met IOM. Op basis van deze regeling kan IOM vreemdelingen die zelfstandig willen vertrekken uit Nederland financieel ondersteunen. Daarnaast levert IOM een bijdrage aan het faciliteren van zelfstandige terugkeer naar het land van herkomst door onder meer het geven van voorlichting en advies over zelfstandige terugkeer en extra ondersteuning aan kwetsbare groepen. Ook het procesmatig voorbereiden en begeleiden van de terugkeer (bijvoorbeeld door ondersteuning bij het verkrijgen van reisdocumenten) behoren tot de activiteiten van IOM.
Opdrachten
Terugkeer vreemdelingen
De DT&V heeft als doel het realiseren van het daadwerkelijke vertrek van vreemdelingen die niet (langer) in Nederland mogen blijven. Het terugkeerbeleid is bedoeld om illegaal verblijf van vreemdelingen in Nederland te voorkomen en tegen te gaan. Het uitgangspunt is dat vreemdelingen die niet meer rechtmatig in Nederland verblijven, zelfstandig kunnen terugkeren naar het land van herkomst of vertrekken naar een land waar toegang is gewaarborgd. Als hieraan geen gehoor wordt gegeven, kan de terugkeer gedwongen plaatsvinden.
Naast een snelle en zorgvuldige asielprocedure staat het terugkeerproces, dat eveneens zorgvuldig plaats dient te vinden. De vreemdeling heeft eerst een termijn om zelfstandig te vertrekken en kan daarbij gebruik maken van de ondersteuning door de DT&V en het IOM. Vertrekt de vreemdeling niet binnen de gestelde termijn, dan wordt ingezet op gedwongen vertrek. Daarbij kunnen toezichtmaatregelen, zoals de meldplicht, borgsom, en vrijheidsbeperkende maatregelen ingezet worden om te voorkomen dat de vreemdeling zich onttrekt en met onbekende bestemming vertrekt. Deze toezichtsmaatregelen zijn een uitwerking voor de alternatieven voor bewaring. Het ultimum remedium van deze toezichtmaatregelen is vreemdelingenbewaring. Dat wordt opgelegd wanneer een vreemdeling niet bereid is om mee te werken aan terugkeer, er een reëel risico op onttrekking is én zicht op uitzetting bestaat.