De uitgaven van provincies worden uit verschillende inkomstenbronnen bekostigd. In tabel 4.1.1. staat een overzicht van de verschillende inkomstenbronnen van de provincies voor de periode 2010–2016. De cijfers tot en met 2014 zijn op basis van de jaarrekeningen. De cijfers 2015 en 2016 zijn op basis van de begrotingen.
2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 20141 | 2015 | 20161 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
rekening | rekening | rekening | rekening | rekening | begroting | begroting | |
Provinciefonds | 1.482 | 1.268 | 1.686 | 1.553 | 1.296 | 952 | 2.160 |
Specifieke uitkeringen | 2.385 | 2.451 | 2.336 | 2.299 | 2.138 | 1.945 | 47 |
Motorrijtuigenbelasting | 1.433 | 1.439 | 1.438 | 1.415 | 1.534 | 1.537 | 1.533 |
Heffingen en rechten | 18 | 25 | 25 | 25 | 33 | 30 | 27 |
Onttrekkingen reserves | 3.902 | 3.308 | 6.409 | 3.554 | 3.390 | 2.974 | 3.551 |
Overige middelen | 1.857 | 2.864 | 2.139 | 1.429 | 1.489 | 263 | 1.380 |
Totaal | 11.077 | 11.355 | 14.033 | 10.275 | 9.880 | 7.701 | 8.698 |
Bron: CBS (Statline) met uitzondering van:
1 Provinciefonds. Bron Ministerie van BZK: jaarrekeningcijfers conform slotwetten provinciefonds en begrotingscijfers conform ontwerpbegrotingen provinciefonds.
2 Specifieke uitkeringen. Bron jaarrekeningcijfers: CBS: informatie aangeleverd door gemeenten en gecorrigeerd door het CBS (Informatie voor Derden). Bron begrotingscijfers: Ministerie van BZK. 2015: Overzicht specifieke uitkeringen 2016. Bron 2016: Bijlage specifieke uitkeringen in de ontwerpbegrotingen 2016 van het Ministerie van BZK (met bewerking door het Ministerie van BZK).
3 Overige middelen: CBS (Statline) en bewerking BZK
Een inkomstenbron voor de provincies is het provinciefonds. Het opgenomen bedrag betreft de verplichtingenbedragen van de algemene uitkering, de integratie-uitkeringen en de decentralisatie-uitkeringen. Het provinciefonds is verantwoordelijk voor 25% van de totale inkomsten in 2016. Een beschrijving van de opbouw is te vinden in hoofdstuk 3 van de ontwerpbegroting 2016. De stijging van het provinciefonds in 2016 heeft voornamelijk te maken met de toevoeging van de brede doeluitkering verkeer en vervoer aan het provinciefonds.
Een tweede inkomstenbron wordt gevormd door de specifieke uitkeringen (1% in 2016). Op de specifieke uitkeringen wordt in paragraaf 4.2. nader ingegaan.
Naast de uitkeringen van het Rijk hebben de provincies inkomsten uit de motorrijtuigenbelasting (18% in 2016). Hierop wordt in paragraaf 4.3. dieper ingegaan.