Artikel
Algemene doelstelling
De algemene doelstelling is het scheppen van een internationaal concurrerende onderzoeksomgeving die onderzoekers uitdaagt tot optimale wetenschappelijke prestaties en die goed aansluit op maatschappelijke behoeften.
Rol en verantwoordelijkheid
De Minister is verantwoordelijk voor het stelsel van onderzoek en wetenschap.
Financieren: De Minister bekostigt het onderzoeks- en wetenschapsbestel.
Stimuleren: De Minister stimuleert in het wetenschappelijk onderzoek:
-
– kwaliteit en excellentie;
-
– zwaartepuntvorming en profilering. De afspraken die hierover gemaakt zijn met de universiteiten staan vermeld in het hoofdlijnenakkoord;
-
– samenwerking in de gouden driehoek van bedrijven, kennisinstellingen en overheid. In het bedrijfslevenbeleid, waarvoor de Minister van Economische Zaken verantwoordelijk is, is hiervoor de topsectorenaanpak ontwikkeld met bijbehorende innovatiecontracten.
Regisseren: De Minister schept voorwaarden voor:
-
– een klimaat voor universiteiten en kennisinstellingen voor het doen van excellent onderzoek;
-
– borging van het vernieuwend vermogen en de kwaliteit van het Nederlandse onderzoek;
-
– het doelmatig functioneren van wetenschappelijke instellingen die, zowel zelfstandig als in relatie tot universiteiten en bedrijven, een belangrijke plaats innemen;
-
– de Nederlandse onderzoeksfaciliteiten;
-
– de coördinatie en positionering van het wetenschapsbeleid op nationaal en internationaal niveau.
De Minister is verantwoordelijk voor het toezicht op een efficiënte besteding van publieke middelen en op voldoende verspreiding van kennis naar de maatschappij.
Indicatoren/kengetallen
Indicatoren en overige informatie over de toerusting en de prestaties voor het onderzoekstelsel worden beschreven in Trends in Beeld.
De kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek in Nederland en op basis hiervan de kwaliteit van het wetenschapssysteem kan bezien worden op basis van citaties naar wetenschappelijke publicaties. Wanneer het aantal citaties wordt genormeerd op een mondiaal gemiddelde dan geeft dat de positie van Nederland in de wereld aan. Nederland kende in de periode 2010–2013 een citatiescore van 1,53 dat wil zeggen een citatiescore die 53 procent boven het mondiale gemiddelde lag. Nederland neemt op basis hiervan mondiaal een vooraanstaande (tweede) positie in wat betreft de wetenschappelijke kwaliteit van het onderzoek.
De kwaliteit van de Nederlandse wetenschap blijkt ook uit het hoge aandeel van Nederlandse wetenschappers over de volle breedte van het Europese programma voor onderzoek en innovatie, zowel als het gaat om de maatschappelijke uitdagingen als bijvoorbeeld de European Research Council.
Doelstelling/Indicator | Basiswaarde | 2015 | Streefwaarde | |||
---|---|---|---|---|---|---|
Behoud van kwaliteit wetenschap en wetenschappelijk talent en versterken impact wetenschap | ||||||
• | Mondiale top-5 positie op basis van citatiescores | 2 (2009–2012) | 2 (2010–2013) | kleiner of gelijk 5 (2010–2013)1 | WTI2 (Thomson Reuters/CWTS Web of Science. Bewerking CWTS/NIFU) | |
1,52 | 1,53 |
CWTS-cijfers zijn van mei 2016. Zie voor de volledigheid https://www.rathenau.nl/nl/page/citatie-impact-van-alle-publicaties-en-internationale-co-publicaties-wos
Beleidswijzigingen
Strategische keuzes en samenwerking zijn nodig om de toppositie van de Nederlandse wetenschap verder te versterken. Het kabinet wil middelen gerichter gaan inzetten, met oog voor wetenschappelijke sterktes, maatschappelijke vraagstukken en economische kansen. Voortkomend uit de Wetenschapsvisie 2025 heeft het kabinet hiertoe samen met kennisinstellingen, bedrijven, maatschappelijke organisaties en overheid eind 2015 de Nationale Wetenschapsagenda uitgebracht. De Nationale Wetenschapsagenda is een inspiratiebron voor de Nederlandse wetenschap. Op de korte en middellange termijn zal de Nationale Wetenschapsagenda doorwerken in de profilering van de universiteiten en hogescholen, de programmering van de partners van de kenniscoalitie, de ontwikkelingsrichting van de nationale onderzoeksinstituten en in investeringen in grote onderzoeksfaciliteiten. Door de Nederlandse wetenschap sterker te profileren met een eigen agenda wordt ook de Nederlandse positie in internationale samenwerkingsverbanden versterkt. Onderzoek houdt niet op bij de grens: onderzoekers werken grensoverschrijdend samen en gebruiken elkaars kennis en technologieën. Tijdens het EU-voorzitterschap heeft Nederland met succes ingezet op optimale open toegang tot wetenschappelijke publicaties en onderzoeksdata. Het momentum dat is ontstaan vereist verdere implementatie van deze acties in zowel het nationale als Europese beleid.
Een andere prioriteit is de nieuwe ESFRI-Roadmap voor grootschalige onderzoeksfaciliteiten, waarvoor geldt dat via Europese bundeling van krachten grote meerwaarde kan worden bereikt voor de wetenschap, economie en samenleving. In 2017 worden vanuit de Nationale Roadmap Grootschalige Infrastructuur, die eind 2016 uitkomt, projecten voor de ESFRI-Roadmap voorgesorteerd.
In het wetenschapsbestel speelt NWO een belangrijke rol als verdeler van de tweede geldstroom. De beleidsontwikkelingen, zoals rondom de Nationale Wetenschapsagenda en de topsectoren, vragen steeds meer om samenhangende programmering, inter- en multidisciplinariteit en cross-sectorale benaderingen waarbij NWO een centrale rol vervult. In 2015 is gekozen voor een nieuw governancemodel. De nieuwe NWO-organisatie gaat in 2017 van start.
Budgettaire gevolgen van beleid en budgetflexibiliteit
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 1.038.163 | 1.021.751 | 967.006 | 950.466 | 924.071 | 922.744 | 921.952 | ||
Totale uitgaven | 1.034.719 | 1.025.348 | 950.780 | 973.679 | 925.466 | 923.851 | 922.260 | ||
Waarvan juridisch verplicht (%) | 99,49% | ||||||||
Bekostiging | 913.370 | 903.360 | 835.211 | 858.940 | 810.496 | 808.873 | 807.280 | ||
• | Hoofdbekostiging | 661.764 | 651.284 | 586.167 | 611.834 | 564.240 | 563.049 | 563.103 | |
NWO-wet en WHW | |||||||||
– | NWO | 483.207 | 473.621 | 453.831 | 480.655 | 433.060 | 431.868 | 431.918 | |
– | KNAW | 88.880 | 89.414 | 86.788 | 86.062 | 86.063 | 86.064 | 86.066 | |
– | KB | 89.677 | 88.249 | 45.548 | 45.117 | 45.117 | 45.117 | 45.119 | |
• | Aanvullende bekostiging | 251.606 | 252.076 | 249.044 | 247.106 | 246.256 | 245.824 | 244.177 | |
– | NWO Talentenontwikkeling | 162.318 | 161.409 | 161.246 | 160.885 | 160.885 | 160.885 | 160.885 | |
– | NWO STW | 8.000 | 8.000 | 8.000 | 8.000 | 8.000 | 8.000 | 8.000 | |
– | NWO Grootschalige researchinfrastructuur | 54.243 | 55.295 | 55.382 | 55.380 | 55.380 | 55.380 | 55.380 | |
– | Nationaal RG onderwijsonderzoek | 21.603 | 21.725 | 18.769 | 17.194 | 16.344 | 15.912 | 15.912 | |
– | Poolonderzoek | 2.942 | 3.147 | 3.147 | 3.147 | 3.147 | 3.147 | 1.500 | |
– | Caribisch Nederland | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | 2.500 | |
Subsidies | 25.759 | 27.018 | 26.101 | 25.278 | 25.509 | 25.517 | 25.519 | ||
– | Naturalis Biodiversity Center | 6.262 | 6.266 | 6.265 | 6.265 | 6.265 | 6.265 | 6.266 | |
– | BPRC | 8.359 | 8.359 | 8.358 | 8.358 | 8.358 | 8.358 | 8.359 | |
– | NCWT/NEMO | 3.366 | 3.366 | 3.366 | 3.366 | 3.366 | 3.366 | 3.366 | |
– | STT | 219 | 221 | 221 | 221 | 221 | 221 | 221 | |
– | Stichting AAP | 1.032 | 1.032 | 1.032 | 1.032 | 1.032 | 1.032 | 1.032 | |
– | Nationale coördinatie | 2.885 | 5.024 | 5.609 | 6.036 | 6.267 | 6.275 | 6.275 | |
– | Bilaterale samenwerking | 3.636 | 2.750 | 1.250 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Opdrachten | 691 | 450 | 300 | 300 | 300 | 300 | 300 | ||
– | opdrachten | 691 | 450 | 300 | 300 | 300 | 300 | 300 | |
Bijdrage aan agentschappen | 303 | 291 | 763 | 756 | 756 | 756 | 756 | ||
– | Dienst Uitvoering Onderwijs | 303 | 291 | 272 | 265 | 265 | 265 | 265 | |
– | Nationaal contactpunt Kaderprogramma | 0 | 0 | 491 | 491 | 491 | 491 | 491 | |
Bijdrage aan medeoverheden | 650 | 824 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
– | Nationaal contactpunt Kaderprogramma | 650 | 824 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 93.946 | 93.405 | 88.405 | 88.405 | 88.405 | 88.405 | 88.405 | ||
– | EMBC | 812 | 812 | 812 | 812 | 812 | 812 | 812 | |
– | EMBL | 4.846 | 4.851 | 4.851 | 4.851 | 4.851 | 4.851 | 4.851 | |
– | ESA | 30.950 | 31.065 | 31.065 | 31.065 | 31.065 | 31.065 | 31.065 | |
– | CERN | 47.832 | 45.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | |
– | ESO | 7.032 | 9.105 | 9.105 | 9.105 | 9.105 | 9.105 | 9.105 | |
– | NTU/INL | 2.474 | 2.572 | 2.572 | 2.572 | 2.572 | 2.572 | 2.572 | |
Ontvangsten | 441 | 101 | 101 | 101 | 101 | 101 | 101 |
Budgetflexibiliteit
Van het totale budget voor artikel 16 is voor 2017 99,49 procent juridisch verplicht.
Bekostiging: Het beschikbare budget voor 2017 is 100 procent juridisch verplicht. De verplichtingen hebben betrekking op de betalingen aan de nationale onderzoeksinstellingen NWO, KNAW en KB alsmede een aantal bijdragen met een structureel karakter. De wettelijke grondslag van de bekostiging is vastgelegd in de NWO-wetten, de WHW.
Subsidies: Van het beschikbare budget voor 2017 is 82 procent juridisch verplicht. Het betreft hier subsidies aan stichtingen en centra met een specifieke rol in de kennisinfrastructuur zoals Naturalis Biodiversity Center, BPRC en NCWT/NEMO.
Opdrachten: Van het beschikbare budget voor 2017 is 20 procent juridisch verplicht op grond van een in 2015 aangegane overeenkomst.
Bijdrage aan agentschappen, aan medeoverheden en aan (inter)nationale organisaties: Het beschikbare budget is voor 100 procent juridisch verplicht.
Bekostiging
Toelichting op de financiële instrumenten
Het Ministerie van OCW bekostigt de nationale onderzoeksinstellingen NWO, KNAW en KB. Hiermee stelt de Minister deze organisaties in staat om binnen de wettelijke kaders en in lijn met de vierjaarlijkse strategische agenda en strategische plannen van de instellingen hun missies en doelstellingen te realiseren. Die zijn gericht op het bevorderen van de kwaliteit van het wetenschappelijk onderzoek in Nederland en het initiëren en stimuleren van nieuwe ontwikkelingen daarin.
OCW draagt met een structureel karakter bij aan:
-
– NWO voor grote infrastructurele onderzoeksvoorzieningen voor de uitvoering van projecten die geselecteerd zijn op grond van de resultaten van de nationale roadmap commissie grootschalige researchinfrastructuur. Met de inzet van deze middelen worden onze onderzoekers in de gelegenheid gesteld om te kunnen werken met onderzoeksfaciliteiten van wereldniveau;
-
– NWO voor het uitvoeren van een integraal persoonsgebonden talentprogramma waarin naast de «Vernieuwingsimpuls» ook de voormalige middelen voor de specifieke doelgroepen zijn opgegaan. Doelen zijn om via competitie op basis van wetenschappelijke kwaliteit voldoende ruimte te geven aan (jonge) veelbelovende onderzoekers, excellentie in het onderzoek te bevorderen, en te zorgen voor een adequate in- en doorstroom van onderzoekers zodat er verbetering optreedt in hun loopbaanperspectieven;
-
– Vanaf 2014 is er een aanvullende bekostiging voor NWO bijgekomen voor het Nationaal Regieorgaan Onderwijs Onderzoek.
Subsidies
Voor het stimuleren en realiseren van de centrale doelstelling van het Onderzoek en Wetenschapsbeleid (OWB) worden subsidies verstrekt aan stichtingen en centra met een specifieke rol in de kennisinfrastructuur. Het gaat hier o.a. om bijdragen aan:
-
– Naturalis Biodiversity Center voor onderzoek naar biodiversiteit en instandhouding van de nationale grootschalige infrastructuur voor biodiversiteitsonderzoek;
-
– het Biomedical Primate Research Centre (BPRC) voor het primatenonderzoek en de huisvesting van primaten en subsidie aan de Stichting AAP voor het verzorgen van de opvang van de BPRC chimpansees;
-
– Stichting Nationaal Centrum voor Wetenschap- en Techniekpromotie (NCWT) voor het beheren en ontwikkelen van NEMO Science Museum en NEMO Kennislink, het organiseren van het festival Weekend van de Wetenschap en het ondersteunen van overige gerelateerde landelijke activiteiten op het gebied van wetenschaps- en technologiecommunicatie en -educatie.
Opdrachten
Voor beleidsontwikkeling worden opdrachten verstrekt voor het uitvoeren van diensten. Het gaat hierbij met name om opdrachten voor beleidsgericht onderzoek.
Bijdrage aan agentschappen
De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) is de uitvoeringsorganisatie van het Ministerie van OCW en levert producten en diensten op het terrein van bekostiging van instellingen, financiering van studenten en informatievoorziening. Het betreft het aandeel in de uitvoeringskosten van DUO voor dit begrotingsartikel.
Opdracht aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) voor het ondersteunen en stimuleren van een zo groot mogelijke Nederlandse participatie in het EU-Kaderprogramma voor Onderzoek en Innovatie «Horizon 2020». Team Internationale Research- en Innovatiesamenwerking (IRIS) bij RVO.nl is het Nationaal Contactpunt Kaderprogramma in Nederland.
Bijdrage aan medeoverheden
Dit budget, dat wordt toegekend aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), is met ingang van 2017 overgeheveld naar het instrument «Bijdrage aan agentschappen».
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties
Contributies aan de grote internationale onderzoeksorganisaties EMBC, EMBL, ESA, CERN en ESO. Door deelname van Nederland aan deze intergouvernementele organisaties krijgen onze wetenschappelijke onderzoekers toegang tot unieke grootschalige onderzoeksfaciliteiten en internationale netwerken van toponderzoekers. Deze deelname is mede van groot belang voor het functioneren van ons nationale onderzoeksbestel.
Artikel