Artikel
Algemene doelstelling
De overheid biedt een financiële tegemoetkoming aan ouders of verzorgers voor de kosten van kinderen.
De overheid biedt ouders of verzorgers een financiële tegemoetkoming voor de kosten voor verzorging en opvoeding van kinderen op grond van de Algemene kinderbijslagwet (AKW) en de kinderbijslagvoorziening BES (Caribisch Nederland). Gezinnen met een laag of middeninkomen komen daarnaast in aanmerking voor een tegemoetkoming op grond van de Wet op het kindgebonden budget (WKB).
Rol en verantwoordelijkheid
De Minister financiert de tegemoetkoming met uitkeringsregelingen. Hij is in deze rol verantwoordelijk voor:
-
• De vormgeving, het onderhoud en de werking van het stelsel van wet- en regelgeving;
-
• De vaststelling van het niveau van de tegemoetkoming op grond van de AKW, de WKB en de kinderbijslagvoorziening BES;
-
• De sturing van en het toezicht op de rechtmatige, doelmatige en doeltreffende uitvoering van de AKW door de SVB.
De Minister van Financiën is verantwoordelijk voor de rechtmatige, doelmatige en doeltreffende uitvoering van de WKB door de Belastingdienst.
Beleidswijzigingen
Het tweede kindbedrag van het kindgebonden budget wordt verhoogd met € 71 per jaar om de inkomenspositie van gezinnen met lage en middeninkomens te ondersteunen.
Budgettaire gevolgen van beleid
Artikelonderdeel | Realisatie 2016 | Raming 2017 | Raming 2018 | Raming 2019 | Raming 2020 | Raming 2021 | Raming 2022 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 5.468.559 | 5.600.601 | 5.599.200 | 5.547.681 | 5.500.656 | 5.458.760 | 5.429.108 |
Uitgaven | 5.468.559 | 5.600.601 | 5.599.200 | 5.547.681 | 5.500.656 | 5.458.760 | 5.429.108 |
waarvan juridisch verplicht (%) | 100% | ||||||
Inkomensoverdrachten | 5.468.559 | 5.600.601 | 5.599.200 | 5.547.681 | 5.500.656 | 5.458.760 | 5.429.108 |
AKW | 3.323.000 | 3.330.935 | 3.330.784 | 3.306.855 | 3.286.281 | 3.268.069 | 3.254.587 |
Kinderbijslagvoorziening BES | 1.868 | 1.871 | 1.871 | 1.871 | 1.871 | 1.871 | 1.871 |
WKB | 2.143.517 | 2.267.795 | 2.266.545 | 2.238.955 | 2.212.504 | 2.188.820 | 2.172.650 |
TOG-kopje | 174 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten | 261.245 | 284.251 | 272.478 | 287.514 | 299.361 | 272.804 | 270.069 |
Inkomensoverdrachten:
Budgetflexibiliteit
De inkomensoverdrachten zijn gebaseerd op huidige wet- en regelgeving en derhalve voor 100% juridisch verplicht. Het betreft uitkeringslasten AKW, kinderbijslagvoorziening BES en WKB.
A. Inkomensoverdrachten
Toelichting op de financiële instrumenten
A1. Algemene Kinderbijslag Wet (AKW)
De AKW biedt ouders een tegemoetkoming in de kosten die het opvoeden en verzorgen van kinderen onder de 18 jaar met zich mee brengt. De AKW wordt uitgevoerd door de SVB.
Wie komt er voor in aanmerking?
Ouders van kinderen tot 18 jaar hebben recht op kinderbijslag.
Hoe hoog is de kinderbijslag?
De hoogte van de kinderbijslag hangt af van de leeftijd van het kind. De kinderbijslagbedragen worden per 1 januari 2018 en 1 juli 2018 geïndexeerd. Bij ziekte of handicap of omdat het kind niet thuis woont om onderwijsredenen kan onder nadere voorwaarden sprake zijn van dubbele kinderbijslag. Alleenstaande en alleenverdienende ouders van thuiswonende kinderen met ziekte of handicap kunnen onder voorwaarden in aanmerking komen voor een extra tegemoetkoming.
1 juli 2017 | |
---|---|
Voor kinderen van: | |
0 t/m 5 jaar | 200,59 |
6 t/m 11 jaar | 243,57 |
12 t/m 17 jaar | 286,55 |
Extra tegemoetkoming AKW (jaarbedrag 2017) | 2.013,21 |
Budgettaire ontwikkelingen
Het budgettaire beslag van de AKW kent een licht dalend verloop door afname van het aantal kinderen onder de 18 jaar.
Beleidsrelevante kerncijfers
Zowel het aantal kinderen als het aantal gezinnen met AKW daalt licht.
Realisatie 20161 | Raming 2017 | Raming 2018 | |
---|---|---|---|
Aantal gezinnen AKW (x 1.000, jaargemiddelde) | 1.913 | 1.907 | 1.899 |
Aantal telkinderen AKW (x 1.000, jaargemiddelde) | 3.405 | 3.394 | 3.378 |
Handhaving
De kerncijfers AKW over fraude en handhaving laten een stabiel beeld zien.
Realisatie 2014 | Realisatie 2015 | Realisatie 2016 | |
---|---|---|---|
Preventie1 | |||
Gepercipieerde detectiekans (%) | 71 | 74 | 71 |
Kennis van de verplichtingen (%) | 78 | 76 | 77 |
Opsporing2 | |||
Aantal geconstateerde overtredingen met financiële benadeling (x 1.000) | 2,3 | 2,0 | 1,6 |
Totaal benadelingbedrag (x € 1 mln) | 1,2 | 1,2 | 1,0 |
Terugvordering2 | |||
Incassoratio 2014 (%) | 55 | 69 | 74 |
Incassoratio 2015 (%) | –3 | 50 | 69 |
Incassoratio 2016 (%) | –3 | –3 | 54 |
A2. Wet kinderbijslagvoorziening BES
De kinderbijslagvoorziening BES biedt ouders en verzorgers die op Bonaire, St. Eustatius en Saba wonen een tegemoetkoming voor de kosten van opvoeding en verzorging van kinderen die nog geen 18 jaar zijn. De kinderbijslagvoorziening BES wordt uitgevoerd door de RCN-unit SZW namens de Minister van SZW.
Wie komt er voor in aanmerking?
Ouders en verzorgers van kinderen tot 18 jaar die ingezetene zijn van Bonaire, St. Eustatius en Saba.
Hoe hoog is de kinderbijslagvoorziening BES?
De hoogte van het bedrag bedraagt in 2017 40 USD op Bonaire en 42 USD op St. Eustatius en Saba per kind per maand. Dit bedrag wordt voor 2018 geïndexeerd.
Budgettaire ontwikkelingen
De geraamde uitgaven kinderbijslagvoorziening BES zijn constant.
Beleidsrelevante kerncijfers
Realisatie 20161 | Raming 2017 | Raming 2018 | |
---|---|---|---|
Aantal kinderen kinderbijslagvoorziening BES (x 1.000, jaargemiddelde) | 4,6 | 4,6 | 4,6 |
A3. Wet op het Kindgebonden Budget (WKB)
Het kindgebonden budget is een inkomensafhankelijke tegemoetkoming van de overheid in de kosten van kinderen voor gezinnen tot een bepaald inkomen en vermogen. De WKB wordt uitgevoerd door de Belastingdienst/Toeslagen. Indien sprake is van een aanvulling op buitenlandse gezinstoeslagen, is de SVB verantwoordelijk voor de uitbetaling van de WKB.
Wie komt er voor in aanmerking?
Ouders van kinderen tot 18 jaar kunnen het kindgebonden budget krijgen, afhankelijk van de hoogte van het inkomen en vermogen.
Hoe hoog is het kindgebonden budget?
De hoogte van het kindgebonden budget hangt af van het aantal kinderen, de leeftijd van de kinderen, het (gezamenlijke) inkomen en vermogen van de ouders en de leefvorm van de ouder die het kindgebonden budget ontvangt. Als het (gezamenlijke) inkomen hoger is dan € 20.109 (bedrag 2017) wordt het kindgebonden budget geleidelijk minder. Voor iedere euro boven dit inkomen, wordt het kindgebonden budget € 0,0675 lager. De bedragen van het kindgebonden budget worden per 1 januari aangepast aan de prijsontwikkelingen.
1 januari 2017 | |
---|---|
Een gezin met: | |
1 kind | 1.142 |
Verhoging 2e kind (extra bedrag per jaar) | 898 |
Verhoging 3e kind (extra bedrag per jaar) | 285 |
Verhoging ieder volgend kind (extra bedrag per jaar) | 285 |
Extra verhoging 12–15-jarigen1 | 234 |
Extra verhoging 16–17-jarigen1 | 417 |
Extra verhoging alleenstaande ouder | 3.076 |
Budgettaire ontwikkelingen
De verhoging van het 2e kindbedrag per 2018 zorgt voor een stijging van het budgettaire beslag met ongeveer € 36 miljoen. Tegelijkertijd zorgen een afnemend aantal kinderen en stijgende inkomens voor een dalende trend in het budgettaire beslag. Voor 2018 blijft hierdoor per saldo het budgettaire beslag ongeveer gelijk, na 2018 daalt het.
Beleidsrelevante kerncijfers
Het aantal huishoudens met kindgebonden budget neemt naar verwachting af in 2018. Deze daling komt geheel voor rekening van paren en hangt samen met de hierboven beschreven ontwikkelingen. Het aantal eenouderhuishoudens met WKB blijft stabiel omdat het aantal eenouderhuishoudens in de bevolking naar verwachting toeneemt.
Realisatie 20161 | Raming 2017 | Raming 2018 | |
---|---|---|---|
Aantal huishoudens WKB (x 1.000, jaargemiddelde) | 768 | 760 | 748 |
Aantal kinderen WKB (x 1.000, jaargemiddelde) | 1.409 | 1.390 | 1.370 |
Aantal alleenstaande ouders WKB (x 1.000, jaargemiddelde) | 320 | 317 | 317 |
B. Ontvangsten
De ontvangsten betreffen grotendeels de terugontvangsten ten gevolge van terugvorderingen van het kindgebonden budget. Nadat de toeslagen definitief zijn toegekend worden terugvorderingen ingesteld bij de huishoudens die meer hebben ontvangen dan waar ze recht op hadden op basis van hun vastgestelde inkomen. Omdat de definitieve afrekening achteraf plaatsvindt, zijn de terugontvangsten in een bepaald jaar veelal gebaseerd op definitieve afrekeningen van eerdere jaren. De terugontvangsten zijn meerjarig grosso modo stabiel.