Base description which applies to whole site

2.2 Belangrijkste beleidsmatige mutaties

Deze financiële paragraaf presenteert conform de Rijksbegrotingsvoorschriten de belangrijkste budgettaire veranderingen op de OCW-begroting, zowel voor de uitgaven (tabel 9) als de ontvangsten (tabel 10).

Ook bevat deze paragraaf tabellen die een overzicht geven van alle intensiveringen en ombuigingen (tabellen 11 t/m 16).

Tabel 9 Belangrijkste beleidsmatige uitgaven mutaties t.o.v. vorig jaar (bedragen x € 1.000)
 

Art.

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Stand begroting 2020 (inclusief NvW)

 

42.705.112

42.533.544

43.013.997

43.441.728

43.258.934

 

Belangrijkste mutaties

       

1 Eerste ISB cultuurmiddelen

14

300.000

0

0

0

0

0

2 Tweede ISB onderwijsmiddelen

diverse

325.850

167.500

0

0

0

0

3 Derde ISB mediamiddelen

15

24.000

0

0

0

0

0

4 Vierde ISB lerarentekortmiddelen aanvullende post

1,6,9

28.500

31.500

32.000

32.000

32.000

32.000

5 Vijfde ISB media en jeugdwerkloosheid

4,15

23.500

4.500

0

0

0

0

6 Leerlingen- en studentenontwikkeling

diverse

‒ 2.442

214.810

239.914

330.766

405.528

453.093

7 Tegenvaller nieuwkomers

1, 3

47.753

55.980

62.395

62.395

62.395

62.395

8 Dekking tekort DUO

diverse

0

0

0

0

0

32.813

9 Ontvangen relevante loonbijstelling

91

994.721

998.077

990.965

998.991

992.528

990.561

10 Ontvangen relevante prijsbijstelling

91

167.892

162.474

172.136

174.117

173.645

174.025

11 Eindejaarsmarge 2019

91

117.792

0

0

0

0

0

12 Middelen aanvullende post

diverse

10.277

15.415

0

43.540

63.242

7.242

13 Aanpak jeugdwerkloosheid

4

0

20.500

0

0

0

0

14 Dekking tegenvallers

diverse

‒ 128.585

‒ 36.159

‒ 48.694

‒ 53.688

‒ 58.768

‒ 60.891

15 Continueren Fiscale scholingsaftrek

4, 95

0

‒ 218.000

0

0

0

0

16 Overboeking budget Stimulans Arbeidsmarktpositie (STAP)

4, 95

0

0

‒ 202.497

‒ 202.101

‒ 202.551

‒ 202.275

17 Kasschuiven

diverse

175.134

‒ 97.303

43.747

‒ 49.822

‒ 69.330

‒ 2.426

18 Niet-kaderrelevante mutaties

11, 12

‒ 156.479

‒ 164.224

‒ 194.383

‒ 221.931

‒ 208.876

‒ 211.560

19 Overige mutaties

diverse

‒ 8.620

‒ 5.061

11.177

6.453

‒ 9.516

43.233.947

Stand ontwerpbegroting 2021

 

44.624.405

43.683.553

44.120.757

44.562.448

44.439.231

44.508.924

Tabel 10 Belangrijkste beleidsmatige ontvangsten mutaties t.o.v. vorig jaar (bedragen x € 1.000)
 

Art.

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Stand begroting 2020 (inclusief NvW)

 

1.364.345

1.416.086

1.499.551

1.574.337

1.670.834

 

Belangrijkste mutaties

       

1 Leerlingen- en studentenontwikkeling

diverse

3499

694

‒ 245

3296

4154

5.160

2 Niet-kaderrelevante mutaties

11, 12

53357

52351

50954

34320

14718

‒ 8.471

3 Rente studiefinanciering

11

‒ 30.314

‒ 38.013

‒ 49.643

‒ 61.491

‒ 56.982

‒ 50.219

4 Overige mutaties

diverse

13.752

13.846

12.346

12.846

‒ 3.304

1.741.793

Stand ontwerpbegroting 2021

 

1.404.639

1.444.964

1.512.963

1.563.308

1.629.420

1.688.263

Toelichting uitgaven

1. Eerste ISB cultuurmiddelen

Het kabinet stelde € 300,0 miljoen extra beschikbaar voor de culturele sector. Met deze middelen worden de culturele en creatieve sector aanvullend ondersteund.

2. Tweede ISB onderwijsmiddelen

Het kabinet stelde totaal € 493,4 miljoen extra beschikbaar, waarvan € 325,9 miljoen in 2020 en € 167,5 miljoen in 2021. Hiermee worden studenten gecompenseerd. Onderwijsachterstanden en studievertraging als gevolg van COVID-19 worden voor leerlingen en mbo-studenten zoveel mogelijk voorkomen.

3. Derde ISB mediamiddelen

Het kabinet stelde € 24,0 miljoen extra beschikbaar voor het tijdelijk Steunfonds Lokale Informatievoorziening. De reden hiervoor zijn de gedaalde inkomsten uit reclame en advertenties.

4. Vierde ISB lerarentekortmiddelen aanvullende post

Bij de voorjaarsbesluitvorming stelde het kabinet structureel € 32,0 miljoen beschikbaar voor de aanpak van het lerarentekort.

5. Vijfde ISB media en jeugdwerkloosheid

In deze coronatijd is onafhankelijke, betrouwbare en toegankelijke informatie cruciaal. De landelijke publieke omroep speelt hierin een essentiële rol. Tegelijkertijd hebben de maatregelen ter bestrijding van de crisis voor de publieke omroep veel impact gehad en dit heeft tot onvermijdelijke extra kosten geleid. Een deel hiervan vangt de publieke omroep zelf op door onder meer een beroep te doen op zijn reserves. In aanvulling hierop heeft het kabinet besloten in 2020 eenmalig € 19 miljoen extra ter beschikking te stellen aan de NPO ter dekking van de gestegen kosten ten behoeve van de uitvoering van zijn publieke taak. Dit stelt de publieke omroep in staat om ook in de komende periode die belangrijke rol te spelen.

Daarnaast wordt in deze ISB € 4,5 miljoen vrijgemaakt voor loopbaangesprekken om jeugdwerkloosheid te voorkomen. Zie voor meer toelichting onder 13.

6. Leerlingen- en studentenontwikkeling

In de begroting is de actuele raming van de leerlingen- en studentenaantallen, alsmede van de kaderrelevante uitgaven aan de studiefinanciering verwerkt. Uit de Referentieraming 2020 blijkt dat het aantal leerlingen en studenten per saldo aanzienlijk hoger is dan de in de begroting 2020 verwerkte aantallen. Dit komt onder andere doordat het CBS in haar bevolkingsprognose een hoger migratiesaldo raamt. Mede als gevolg hiervan is in 2021 een tegenvaller van € 198,1 miljoen te zien op de begroting, die oploopt naar € 416,8 miljoen euro in 2025. Vooral het hoger beroepsonderwijs (hbo), het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) en het primair onderwijs (po) laten aanzienlijke tegenvallers zien.

Op de raming van de studiefinanciering doet zich een tegenvaller voor van € 16,7 miljoen in 2021. Door de prestatiebeurstechniek in de studiefinanciering worden de hogere studentenaantallen pas later zichtbaar in hogere tegenvallers. In latere jaren is een tegenvaller te zien oplopend tot € 36,3 miljoen in 2025.

7. Tegenvaller nieuwkomers

Op de aanvullende bekostigingsregelingen voor nieuwkomers in het po en vo bleek een hogere realisatie dan verwacht. De realisatie zal ook de komende jaren naar verwachting hoger zijn, zo blijkt uit de CBS bevolkingsprognose. Er ontstaat hierdoor een tegenvaller op deze regelingen van € 56,0 miljoen in 2021, oplopend tot een tegenvaller van € 62,4 miljoen in 2025.

8. Tekort DUO

In de 1e Suppletoire Begroting 2019 is ICT problematiek bij DUO incidenteel gedekt van 2019 tot en met 2024. Het jaar 2025 wordt nu generaal gedekt, zodat de dekking binnen de kabinetsperiode opgelost is. De dekking vanaf 2026 en verder wordt technisch ingeboekt op artikel 7 (wetenschappelijk onderwijs). OCW beziet hoe dit kan worden ingevuld dan wel alternatief kan worden gedekt.

9 en 10. Ontvangen relevante loon- en prijsbijstelling

Het Kabinet besloot dit voorjaar opnieuw loon- en prijsontwikkeling (lpo) uit te keren over de departementale begrotingen, ter compensatie van stijgende lonen en prijzen. De lpo-tranche 2020 die het Ministerie van OCW heeft ontvangen bedraagt in 2021 € 1.160,6 miljoen.

11. Eindejaarsmarge 2019

In 2019 zijn enkele budgetten niet volledig tot besteding gekomen. De eindejaarsmarge wordt ingezet voor overlopende verplichtingen die alsnog in 2020 tot betaling zijn gekomen. Ook wordt de eindejaarsmarge ingezet ter dekking van de tegenvaller op de Referentieraming en de raming van de studiefinanciering en nieuwkomersregelingen in 2021 en verder.

12. Middelen aanvullende post

Er zijn diverse Regeerakkoordmiddelen aan de OCW-begroting toegevoegd. Deze zijn toegelicht in de 1e Suppletoire Begroting 2020

13. Aanpak jeugdwerkloosheid

Het Kabinet heeft besloten om te investeren in loopbaangesprekken met kwetsbare jongeren. De laatste tijd is de jeugdwerkloosheid snel opgelopen. Voortijdig schoolverlaters hebben een bovengemiddelde kans om de komende tijd werkloos te worden. Ook jongeren die al eerder voortijdig schoolverlater zijn geworden, maar wel werken, lopen een bovengemiddelde kans om werkloos te worden. Scholen en RMC's zullen hiertoe met laatstejaars studenten/uitstromers het gesprek aangaan over vervolgonderwijs als dat mogelijk is, of hen doorgeleiden naar het ‘werkdomein’.

14. Dekking tegenvallers

De dekking voor de ramingstegenvallers is uitgebreid toegelicht in de 1e Suppletoire Begroting 2020.

15. Continueren Fiscale scholingsaftrek

De fiscale regeling aftrek van scholingsuitgaven wordt nog een jaar langer dan oorspronkelijk beoogd gecontinueerd door het Ministerie van Financiën. Daarom wordt de begroting van het Ministerie van OCW verlaagd met € 218 miljoen.

16. Overboeking budget Stimulans Arbeidsmarktpositie (STAP)

Het budget voor levenlangontwikkelen wordt overgeboekt van het Ministerie van OCW naar het Ministerie van SZW. Dit is voor het STAP-budget (Stimulans ArbeidsmarktPositie) ter vervanging van de fiscale sholingsaftrek.

17. Kasschuiven

Op de begroting worden diverse meerjarige kasschuiven doorgevoerd, om de budgetten in overeenstemming te brengen met het verwachte bestedingsritme. Zo is er besloten tot een kasschuif op het budget van de reisvoorziening op artikel 11 (studiefinanciering) van € 200 miljoen van 2021 naar 2020 ter optimalisatie van het kasritme van de staat.

Daarnaast is ook besloten om enkele middelen uit de tweede incidentele suppletoire begroting inzake ondersteuningsmaatregelen te verschuiven. Het betreft hier middelen voor de nieuwkomersregeling. Een deel van deze middelen is verschoven naar 2021 om het kasritme van de regeling hiermee in lijn te brengen. Ook zijn middelen verschoven om het praktijkleren uit het stageoffensief te faciliteren. Wegens uitvoeringstechnische redenen is het niet mogelijk gebleken voor de RVO om in 2020 deze additionele middelen nog uit te betalen aan deze doelgroep. Door deze kasschuif worden deze extra middelen uitbetaald in 2021 en 2022.

18. Niet-kaderrelevante mutaties

De raming voor studiefinanciering laat lagere niet-kaderrelevante uitgaven zien voor 2020 en verder, ten opzichte van de raming die in de OCW-begroting 2020 verwerkt is.

19. Overige mutaties

Dit betreft desalderingen van uitgaven en overboekingen van en naar andere departementen.

Toelichting ontvangsten

1. Leerlingen- en studentenontwikkeling

Op de raming van de ontvangsten voor studiefinanciering en lesgelden doet zich een kleine meevaller voor.

2. Niet-kaderrelevante mutaties

De raming voor studiefinanciering laat, vooral in de eerste jaren, hogere niet-kaderrelevante ontvangsten zien ten opzichte van de raming die in de OCW-begroting 2020 verwerkt is.

3. Rente studiefinanciering

Door de lage rentestand is er een tegenvaller van € 38,0 miljoen op de geraamde renteontvangsten op studieleningen in 2021. Deze komt conform de begrotingsregels ten laste van het generale beeld.

4. Overige mutaties

Dit betreft desalderingen van de ontvangsten.

Tabel 11 geeft een overzicht van alle intensiveringen op de OCW-begroting, sinds de start van het kabinet Rutte III en tabel 12 doet dat voor de ombuigingen. Tabel 13 geeft een saldo van tabel 11 en 12 weer.

In tabellen 14 t/m 16 worden de investeringen, ombuigingen en het saldo ervan uitgesplitst per sector weergegeven. Daarbij dient er rekening mee gehouden te worden dat een deel van de middelen per sector op artikel 95 (apparaat kerndepartement) belandt.

Tabel 11 Intensiveringen (bedragen x € 1.000)
 

Art.

2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

2025

G32 Voor- en vroegschoolse educatie

1

40.000

130.000

170.000

170.000

170.000

170.000

170.000

170.000

G33 Aanpak werkdruk primair onderwijs (incl. 20 miljoen euro voor kleine scholen)

1

108.000

297.500

373.604

401.750

381.646

353.500

353.500

353.500

G34 Modernisering CAO primair onderwijs

1

270.000

270.000

270.000

270.000

270.000

270.000

270.000

270.000

G35 Kwaliteit technisch onderwijs vmbo

3

40.000

70.000

120.000

120.000

100.000

100.000

100.000

100.000

G36 Fundamenteel onderzoek

16

95.000

155.000

200.000

200.000

200.000

200.000

200.000

200.000

G37 Toegepast onderzoek innovatie

6, 16

25.000

38.000

50.000

50.000

50.000

50.000

50.000

50.000

G38 Onderzoeksinfrastructuur

16

45.000

55.000

0

0

0

0

0

0

G40 Cultuur (en historisch democratisch bewustzijn)

14

25.000

50.000

80.000

80.000

80.000

80.000

80.000

80.000

G41 Nederlandse scholen in het buitenland

1

3.000

3.000

3.000

3.000

3.000

3.000

3.000

3.000

G42 Media/onderzoeksjournalistiek

15

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

G43 Intensivering erfgoed en monumenten (met name nationaal restauratiefonds)

14

98.500

137.000

60.000

25.000

0

0

0

0

G44 Aanpak laaggeletterdheid

4

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

G45 Onderwijsachterstandenbeleid en aandacht voor hoogbegaafde kinderen

1, 3

15.000

30.000

30.000

30.000

30.000

30.000

30.000

30.000

G47 Terugdraaien taakstelling OCW

 

244.000

415.000

410.000

338.000

183.000

183.000

183.000

183.000

G48 Terugdraaien taakstelling groen onderwijs

diverse

0

9.000

13.000

14.000

13.000

12.000

12.000

12.000

G49 Halvering collegegeld eerstejaars HO (incl. Pabo voor 2 jaar en intensivering profileringsfondsen)

6, 7

70.000

165.000

165.000

170.000

170.000

175.000

175.000

175.000

Intensivering Praktijkleren

4

0

0

10.600

10.600

10.600

10.600

10.600

0

Aanvullende middelen mediavisiebrief

15

0

43.000

47.500

44.500

40.000

40.000

40.000

40.000

Beta en Techniek

4, 6, 7

0

41.000

41.000

41.000

41.000

41.000

41.000

41.000

Investering funderend onderwijs

1, 3

0

300.000

0

0

0

0

0

0

Krimpmiddelen

3

0

0

10.000

15.000

0

0

0

0

ISB cultuurmiddelen

14

0

0

300.000

0

0

0

0

0

ISB onderwijsmiddelen

diverse

0

0

306.550

175.800

11.000

0

0

0

ISB mediamiddelen

15

0

0

24.000

0

0

0

0

0

ISB lerarentekortmiddelen

1, 4, 6, 9

0

0

28.500

31.500

32.000

32.000

32.000

32.000

ISB aanpak jeugdwerkloosheid

4

  

4.500

25.000

    

ISB compensatie meerkosten programmering landelijke publieke omroep

15

  

19.000

     

Totaal

 

1.088.500

2.218.500

2.746.254

2.225.150

1.795.246

1.760.100

1.760.100

1.749.500

Tabel 12 Ombuigingen (bedragen x € 1.000)
 

Art.

2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

2025

G46 Doelmatiger onderwijs

diverse

‒ 20.000

‒ 92.000

‒ 137.000

‒ 183.000

‒ 183.000

‒ 183.000

‒ 183.000

‒ 183.000

Korting Lumpsum mbo

4

0

0

‒ 2.489

‒ 2.489

‒ 2.698

‒ 2.489

‒ 2.489

‒ 2.489

Korting Lumpsum ho

6, 7

0

‒ 19.452

‒ 3.143

‒ 3.141

‒ 3.515

‒ 3.142

‒ 3.142

‒ 3.142

Subsidietaakstelling

diverse

‒ 34.261

0

0

0

0

0

0

0

Subsidietaakstelling onderwijsconvenant

1

0

0

0

0

‒ 10.600

‒ 10.600

‒ 10.600

‒ 10.600

Flexstuderen

6

0

0

‒ 5.205

‒ 2.375

‒ 4.878

‒ 7.133

‒ 8.212

‒ 10.000

Compensatie Zeeland Delta Kenniscentrum1

diverse

0

0

0

‒ 500

‒ 500

‒ 500

‒ 500

‒ 500

Totaal

 

‒ 54.261

‒ 111.452

‒ 147.837

‒ 191.505

‒ 205.191

‒ 206.864

‒ 207.943

‒ 209.731

1

Middels deze ombuiging draagt het Ministerie van OCW bij aan het compensatiepakket voor Zeeland. Dit leidt onder andere tot een Kenniscentrum in Zeeland.

Tabel 13 Saldo intensiveringen en ombuigingen (bedragen x € 1.000)
 

Art.

2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Saldo intensiveringen

diverse

1.088.500

2.218.500

2.746.254

2.225.150

1.795.246

1.760.100

1.760.100

1.749.500

Saldo ombuigingen / taakstellingen

diverse

‒ 54.261

‒ 111.452

‒ 147.837

‒ 191.505

‒ 205.191

‒ 206.864

‒ 207.943

‒ 209.731

Totaal

 

1.034.239

2.107.048

2.598.417

2.033.645

1.590.055

1.553.236

1.552.157

1.539.769

Tabel 14 Intensiveringen per sector (bedragen x € 1.000)
 

Art.

2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Primair onderwijs

1

431.000

867.000

1.095.854

890.550

862.146

834.000

834.000

834.000

Voortgezet onderwijs

3

45.000

237.106

158.575

153.826

118.405

118.001

118.001

118.001

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

4

5.000

6.993

26.934

58.589

29.272

17.987

17.987

7.387

Hoger beroepsonderwijs

6

63.602

143.188

150.914

158.393

156.868

154.516

151.516

151.516

Wetenschappelijk onderwijs

7

21.398

82.213

84.177

87.292

88.555

90.596

90.596

90.596

Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid

9

0

4.000

11.800

6.500

7.000

12.000

15.000

15.000

Studiefinanciering

11

0

0

47.500

152.500

0

0

0

0

Cultuur

14

123.500

187.000

440.000

105.000

80.000

80.000

80.000

80.000

Media

15

5.000

48.000

95.500

49.500

45.000

45.000

45.000

45.000

Onderzoek en wetenschapsbeleid

16

150.000

228.000

225.000

225.000

225.000

225.000

225.000

225.000

Overig

diverse

244.000

415.000

410.000

338.000

183.000

183.000

183.000

183.000

Totaal

 

1.088.500

2.218.500

2.746.254

2.225.150

1.795.246

1.760.100

1.760.100

1.749.500

Tabel 15 Ombuigingen per sector (bedragen x € 1.000)
 

Art.

2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Primair onderwijs

1

‒ 19.916

‒ 30.664

‒ 45.663

‒ 61.135

‒ 71.735

‒ 71.735

‒ 71.735

‒ 71.735

Voortgezet onderwijs

3

‒ 10.771

‒ 23.786

‒ 35.420

‒ 47.451

‒ 47.451

‒ 47.451

‒ 47.451

‒ 47.451

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

4

‒ 17.065

‒ 12.666

‒ 21.351

‒ 27.684

‒ 27.893

‒ 27.684

‒ 27.684

‒ 27.684

Hoger beroepsonderwijs

6

‒ 2.513

‒ 16.581

‒ 20.233

‒ 21.878

‒ 24.613

‒ 26.637

‒ 27.716

‒ 29.504

Wetenschappelijk onderwijs

7

‒ 3.354

‒ 24.800

‒ 20.770

‒ 27.450

‒ 27.592

‒ 27.450

‒ 27.450

‒ 27.450

Cultuur

14

0

0

0

‒ 30

‒ 30

‒ 30

‒ 30

‒ 30

Onderzoek en wetenschapsbeleid

16

‒ 642

‒ 2.955

‒ 4.400

‒ 5.877

‒ 5.877

‒ 5.877

‒ 5.877

‒ 5.877

Totaal

 

‒ 54.261

‒ 111.452

‒ 147.837

‒ 191.505

‒ 205.191

‒ 206.864

‒ 207.943

‒ 209.731

Tabel 16 Saldo intensiveringen en ombuigingen per sector (bedragen x € 1.000)
 

Art.

2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Primair onderwijs

1

411.084

836.336

1.050.191

829.415

790.411

762.265

762.265

762.265

Voortgezet onderwijs

3

34.229

213.320

123.155

106.375

70.954

70.550

70.550

70.550

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

4

‒ 12.065

‒ 5.673

5.583

30.905

1.379

‒ 9.697

‒ 9.697

‒ 20.297

Hoger beroepsonderwijs

6

61.089

126.607

130.681

136.515

132.255

127.879

123.800

122.012

Wetenschappelijk onderwijs

7

18.044

57.413

63.407

59.842

60.963

63.146

63.146

63.146

Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid

9

0

4.000

11.800

6.500

7.000

12.000

15.000

15.000

Studiefinanciering

11

0

0

47.500

152.500

0

0

0

0

Cultuur

14

123.500

187.000

440.000

104.970

79.970

79.970

79.970

79.970

Media

15

5.000

48.000

95.500

49.500

45.000

45.000

45.000

45.000

Onderzoek en wetenschapsbeleid

16

149.358

225.045

220.600

219.123

219.123

219.123

219.123

219.123

Overig

diverse

244.000

415.000

410.000

338.000

183.000

183.000

183.000

183.000

Totaal

 

1.034.239

2.107.048

2.598.417

2.033.645

1.590.055

1.553.236

1.552.157

1.539.769

Licence