Base description which applies to whole site

5.1 Agentschap Rijkswaterstaat

Introductie

Rijkswaterstaat (RWS) is de uitvoeringsorganisatie van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. RWS beheert en ontwikkelt de rijkswegen, -vaarwegen en -wateren en zet in op een duurzame leefomgeving.

Samen met anderen werkt RWS aan een land dat beschermd is tegen overstromingen, waar voldoende groen is en voldoende en schoon water. En waar je vlot en veilig van A naar B kunt. Samenwerken aan een veilig, leefbaar en bereikbaar Nederland. Dat is Rijkswaterstaat.

Het Ministerie van IenW kent een scheiding tussen beleid, toezicht en uitvoering. RWS fungeert hierbij als uitvoeringsorganisatie van het ministerie. Het formuleren van beleid is belegd bij de beleidsdirectoraten-generaal. Dit betekent dat de doelstellingen van het agentschap afhankelijk zijn van de (veelal lange termijn-) beleidsdoelstellingen en kaders die door IenW worden aangegeven. Deze beleidsdoelen zijn geformuleerd in de beleidsartikelen van de beleidsbegroting Hoofdstuk XII.

Producten en diensten

RWS treedt op als manager van het gebruik van een aantal hoofdinfrastructuurnetwerken (hoofdwegennet, hoofdvaarwegennet, hoofdwatersystemen), als beheerder van die netwerken, als realisator van uitbreidingen van deze netwerken en als adviseur voor het ten aanzien hiervan te voeren beleid. RWS voert deze taken uit vanuit een netwerkbenadering. Belangrijkste producten zijn:

  • Verkeersmanagement: het inzetten van instrumenten en hulpmiddelen om vraag en aanbod op elk moment zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen en om het verkeersaanbod zo goed mogelijk af te wikkelen. Het betreft vooral bediening van objecten als bruggen en sluizen, verstrekken van route-informatie en incidentmanagement.

  • Watermanagement: reguleren van de hoeveelheden water in het hoofdwatersysteem en van de kwaliteit daarvan, door het hanteren van de te onderscheiden categorieën «vasthouden/bergen/afvoeren» en «schoonhouden/scheiden/zuiveren».

  • Beheer, onderhoud en vervanging: instandhouding van objecten en areaal op een vooruitstrevende, toekomstgerichte manier, gericht op het ook in technische zin steeds verder ontwikkelen van het netwerk of systeem.

  • Aanleg: dit betreft investeringen om de functionaliteit van het netwerk te vergroten. Nieuwe verbindingen of verbreding van bestaande. Sleutelwoord: capaciteitsvergroting.

  • Beleidsondersteuning en –advisering: het uitvoeren van studies of het leveren van bijdragen daaraan, adviezen met betrekking tot beleidsnota’s en de uitvoerbaarheid van beleid.

  • Leveren van kennis, expertise en materieel: ten behoeve van beleidsondersteuning en -advisering, milieu en leefomgeving, grote (aanleg)projecten en aansturing projecten en uitvoeringsorganisaties, het verstrekken van subsidies en basisinformatie.

Tabel 80 Begroting van baten-lastenagentschap voor het jaar 2021 (bedragen x € 1.000)
 

2019

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Baten

       

Omzet

2.757.301

3.056.843

3.132.829

2.612.853

2.548.451

2.513.320

2.588.588

- waarvan omzet moederdepartement

2.466.663

2.573.504

2.547.067

2.340.689

2.281.899

2.249.575

2.324.843

- waarvan overige departementen

66.107

74.634

73.134

73.134

67.522

64.715

64.715

- waarvan omzet derden

217.087

205.572

199.030

199.030

199.030

199.030

199.030

- waarvan nog uit te voeren werkzaamheden

7.444

203.133

313.598

0

0

0

0

Vrijval voorzieningen

3.595

0

0

0

0

0

0

Bijzondere baten

4.083

3.000

3.000

3.000

3.000

3.000

3.000

Rentebaten

0

0

0

0

0

0

0

Totaal baten

2.764.979

3.059.843

3.135.829

2.615.853

2.551.451

2.516.320

2.591.588

        

Lasten

       

Apparaatskosten

1.162.277

1.256.550

1.259.879

1.244.361

1.230.247

1.220.845

1.219.766

Personele kosten

922.573

997.521

1.002.633

985.828

973.827

966.612

966.612

- waarvan eigen personeel

837.750

907.677

919.847

904.429

897.536

895.011

895.011

- waarvan inhuur externen

84.823

89.844

82.786

81.399

76.291

71.601

71.601

- waarvan overige personele kosten

0

0

0

0

0

0

0

Materiële kosten

239.704

259.029

257.246

258.533

256.420

254.233

253.154

- waarvan apparaat ICT

37.120

38.711

39.261

38.667

38.501

38.501

38.501

- waarvan bijdrage aan SSO's

64.178

66.928

67.880

66.853

66.565

66.565

66.565

- waarvan overige materiële kosten

138.406

153.390

150.105

153.013

151.354

149.167

148.088

Beheer en Onderhoud

1.550.857

1.771.744

1.846.320

1.342.020

1.290.021

1.263.276

1.337.617

Afschrijvingskosten

24.308

21.027

19.097

18.863

20.499

21.447

23.276

Materieel

23.605

20.617

19.097

18.863

20.499

21.447

23.276

- waarvan apparaat ICT

4.847

5.610

5.271

5.021

4.918

4.616

4.369

- waarvan overige materiële afschrijvingskosten

18.758

15.007

13.826

13.842

15.581

16.831

18.907

Immaterieel

703

410

0

0

0

0

0

Dotaties voorzieningen

4.831

3.800

3.800

3.800

3.800

3.800

3.800

Overige kosten

0

0

0

0

0

0

0

Bijzondere lasten

198

0

0

0

0

0

0

Rentelasten

771

745

756

832

907

975

1.152

Totaal lasten

2.743.242

3.053.866

3.129.852

2.609.876

2.545.474

2.510.343

2.585.611

Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening

21.737

5.977

5.977

5.977

5.977

5.977

5.977

Agentschapsdeel Vpb-lasten

‒ 23.155

130

130

130

130

130

130

Saldo van baten en lasten

44.892

5.847

5.847

5.847

5.847

5.847

5.847

Dotatie aan reserve Rijksrederij

10.182

5.847

5.847

5.847

5.847

5.847

5.847

Te verdelen resultaat

34.710

0

0

0

0

0

0

Toelichting

Baten

Omzet

Omzet moederdepartement 

De omzet moederdepartement bestaat uit een apparaatsdeel en een programmadeel. Het apparaatsdeel dient ter dekking van de interne kosten van RWS (apparaatskosten inclusief rente- en afschrijvingskosten) die verband houden met verkeers- en watermanagement, beheer, onderhoud en vervanging, aanleg en beleidsondersteuning en –advisering. Het programmadeel dient ter dekking van de externe productkosten voor verkeers- en watermanagement, beheer en onderhoud, verkenningen en planuitwerkingen, servicepakketten, landelijke taken, Caribisch Nederland en Omgevingswet.

Tabel 81 Specificatie omzet moederdepartement (bedragen x € 1.000)
 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Agentschapsbijdrage Deltafonds

489.255

467.102

443.673

453.931

451.291

507.087

Artikel 1 Investeren in waterveiligheid

546

546

427

427

427

427

Artikel 3 Beheer Onderhoud en Vervanging

128.058

136.944

131.913

152.766

144.744

194.864

Artikel 5 Netwerkgebonden kosten en overig

335.577

329.161

311.133

300.448

306.120

311.796

Artikel 7 Waterkwaliteit

25.074

451

200

290

  

Agentschapsbijdrage Infrastructuurfonds

2.017.667

2.022.681

1.841.419

1.778.781

1.749.098

1.768.990

Artikel 12 Hoofdwegennet

1.314.561

1.371.946

1.225.628

1.186.706

1.158.409

1.191.037

Artikel 15 Hoofdvaarwegennet

703.106

650.735

615.791

592.075

590.689

577.953

Agentschapsbijdrage Hoofdstuk XII

61.582

52.284

50.597

44.187

44.186

43.766

Artikel 11 Waterkwaliteit

14.490

14.365

14.366

14.366

14.366

14.366

Artikel 13 Ruimtelijke ontwikkeling

6.881

5.696

5.542

3.737

3.737

3.737

Artikel 14 Wegen en verkeersveiligheid

12.007

7.464

7.203

7.198

7.198

7.198

Artikel 16 Spoor

832

823

826

830

830

830

Artikel 17 Luchtvaart

6.960

6.463

5.165

52

52

52

Artikel 18 Scheepvaart en Havens

1.454

1.454

1.455

1.950

1.950

1.530

Artikel 19 Klimaat

326

142

142

142

142

142

Artikel 20 Lucht en geluid

2.111

1.580

1.599

1.610

1.610

1.610

Artikel 21 Duurzaamheid

8.537

7.497

7.497

7.497

7.497

7.497

Artikel 22 Externe veiligheid en risico's

5.178

3.991

3.991

3.991

3.991

3.991

Artikel 97 Algemeen departement

2.806

2.809

2.811

2.814

2.813

2.813

Overige omzet IenW

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

Totaal

2.573.504

2.547.067

2.340.689

2.281.899

2.249.575

2.324.843

Van totaal omzet IenW

      

*apparaat (interne kosten)

1.164.469

1.171.679

1.156.003

1.147.122

1.140.497

1.141.424

*programma (externe productkosten)

1.409.035

1.375.388

1.184.686

1.134.777

1.109.078

1.183.419

Omzet overige departementen

De omzet overige departementen heeft met name betrekking op:

  • Vergoedingen van het ministerie van Defensie, het ministerie van Financiën en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voor het gebruik van de vaartuigen van de Rijksrederij.

  • Vergoedingen van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor de capaciteit die RWS levert in het kader van de Omgevingswet en de bijbehorende externe productkosten.

  • Vergoedingen van diverse ministeries voor het door RWS ter beschikking stellen van kennis, expertise en materieel in het kader van Werken voor en met Partners.

  • Vergoedingen van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor de capaciteit die RWS levert in het kader van beleidsondersteuning en -advisering en de bijbehorende externe productkosten.

Tabel 82 Specificatie omzet overige departementen (bedragen x € 1.000)
 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Rijksrederij

27.938

27.938

27.938

27.938

27.938

27.938

Omgevingswet

25.257

25.257

25.257

19.645

16.838

16.838

Werken voor en met Partners

11.500

10.000

10.000

10.000

10.000

10.000

Beleidsondersteuning en -advisering (BOA)

7.939

7.939

7.939

7.939

7.939

7.939

Overig

2.000

2.000

2.000

2.000

2.000

2.000

Totaal

74.634

73.134

73.134

67.522

64.715

64.715

Omzet derden

De omzet derden heeft met name betrekking op:

  • Vergoedingen van o.a. provincies, gemeenten en de Europese Unie in het kader van het beheer en onderhoud van de infrastructuur.

  • Uitkeringen van verzekeraars in het kader van Schaderijden en Schadevaren ter dekking van de kosten van reparatiewerkzaamheden.

  • Ontvangsten uit de pacht van benzinestations, de ingebruikgeving van RWS areaal (huur, pacht) en incidentele verloop van RWS areaal. Deze ontvangsten worden via het Rijkvastgoedbedrijf (RVB) ontvangen.

  • Opbrengsten voor de Nationale Bewegwijzeringsdienst (NBD) en de Nationale Databank Wegverkeersgegevens (NDW)

  • Vergoedingen van o.a. provincies, gemeenten, waterschappen, kennisinstellingen en bedrijven voor het door RWS ter beschikking stellen van kennis, expertise en materieel in het kader van Werken voor en met Partners.

  • Opbrengsten uit vergunningverlening in het kader van de Waterwet.

Tabel 83 Specificatie omzet derden (bedragen x € 1.000)
 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

       

Beheer en Onderhoud

45.000

45.000

45.000

45.000

45.000

45.000

Schaderijden en Schadevaren

30.000

30.000

30.000

30.000

30.000

30.000

Rijksvastgoedbedrijf (RVB)

51.200

51.200

51.200

51.200

51.200

51.200

Nationale Bewegwijzeringsdienst (NBD)

25.500

22.200

22.200

22.200

22.200

22.200

Nationale Databank Wegverkeersgegevens (NDW)

5.772

3.530

3.530

3.530

3.530

3.530

Werken voor en met Partners

16.000

15.000

15.000

15.000

15.000

15.000

Waterwet

18.000

18.000

18.000

18.000

18.000

18.000

Overig

14.100

14.100

14.100

14.100

14.100

14.100

Totaal

205.572

199.030

199.030

199.030

199.030

199.030

Omzet nog uit te voeren werkzaamheden

RWS is een agentschap met een baten-lasten administratie. Bij de instelling van het agentschap is met het ministerie van Financiën afgesproken dat RWS geen resultaat (verlies of winst) mag behalen op de kosten die worden gemaakt voor activiteiten die door de markt worden verricht. De middelen die aan het einde van een boekjaar over zijn of tekort worden gekomen, worden op de balans van RWS verantwoord onder de benaming Nog Uit Te voeren Werkzaamheden (NUTW). Via deze balanspost kunnen middelen eerder of later worden aangewend dan oorspronkelijk voorzien. Deze werkwijze is analoog aan de werkwijze die wordt gevolgd op het Deltafonds en het Infrastructuurfonds. Daar wordt immers een saldo dat in enig jaar ontstaat meegenomen naar of verrekend met het volgende begrotingsjaar. Tijdens de voorbereiding en uitvoering van werkzaamheden kan immers blijken dat deze op een later of eerder moment gerealiseerd zullen worden dan bij het opstellen van de programmering en begroting was voorzien. De omvang van deze balanspost wordt aan het eind van ieder jaar bepaald door de kosten in dat jaar van de omzet af te trekken. De balanspost wordt in volgende jaren weer aan de omzet toegevoegd. De NUTW per ultimo 2019 bedraagt per saldo € 516,7 miljoen. In bijlage 4 «Instandhouding» van de begrotingen 2021 van het Infrastructuurfonds en het Deltafonds is de opbouw van de NUTW per ultimo 2019 weergegeven.

Bijzondere baten

De geraamde bijzondere baten betreffen voornamelijk verwachte boekwinst op de verkoop van vaste activa.

Lasten

Apparaatskosten

Personele kosten

Tabel 84 Specificatie personele kosten
 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Aantal fte

9.513

9.434

9.290

9.250

9.250

9.250

Eigen Personele kosten (x € 1.000)

910.978

919.847

904.429

897.536

895.011

895.011

Inhuur (x € 1.000)

86.543

82.786

81.399

76.291

71.601

71.601

Het aantal FTE is ten opzichte van de begroting 2020 met name gewijzigd als gevolg van onderstaande ontwikkelingen:

Capaciteit RWS

  • Tussen IenW en RWS is afgesproken om de capaciteit exclusief tijdelijke opdrachten te verhogen naar 9.100 FTE in 2020 en 9.200 FTE in 2021 t/m 2025. Dit betekent een verhoging van de formatie met 138 FTE in 2020 oplopend naar 984 FTE in 2025.

Omzetting inhuur – formatie Rijksrederij

  • Een deel van de inhuur van personeel op kerntaken bij de Rijksrederij wordt omgezet naar vaste formatie (eigen personeel). Dit betekent een structurele verhoging van de formatie met 50 FTE bovenop de eerder afgesproken 9.200 FTE.

Cyber Security

  • Om de Cyber Security op de netwerken te verbeteren zijn 53 FTE in 2020 en 51 FTE in 2021 aan RWS toegekend.

Banenafspraak arbeidsbeperkten

  • De formatie in 2020 is met 125 FTE opgehoogd voor de instroom van arbeidsbeperkten in het kader van de banenafspraak.

Eigen personeel

De kracht van Rijkswaterstaat ligt in de zakelijke en professionele wijze waarop het zijn kerntaken uitvoert. Om daarop te kunnen sturen is gedefinieerd welke taken RWS met eigen mensen uitvoert (de kerntaken) en welke taken aan de markt worden overgelaten (de niet-kerntaken).

De kosten van externe inhuur betreffen de inzet van derden op de kerntaken van RWS. Daarnaast vindt er inzet van derden plaats op taken die RWS van de markt betrekt (niet-kerntaken). 

Inhuur apparaat (kerntaken)

RWS streeft ernaar om de inhuur van externen op kerntaken zoveel mogelijk te beperken vanuit het basisprincipe dat Rijkswaterstaat op kerntaken eigen mensen inzet, ter vermindering van de kwetsbaarheid en het verkleinen van de afhankelijkheid van externen. Inhuur op kerntaken vindt in beginsel alleen plaats als er sprake is van piekbelasting in de directe productie of in geval van onderbezetting, ziekte of vervanging. Inhuur op kerntaken kan ook een keuze zijn als vanuit de arbeidsmarkt hele specifieke kennis/specialisme niet kan worden aangetrokken. Door een aantal maatregelen daalt de inhuur op kerntaken de komende jaren:

  • extra inzet op het werven van voldoende gekwalificeerd eigen personeel en versnelling van het wervingsproces om vacatures zo snel mogelijk in te vullen;

  • een flexibele interne pool om snel interne inzet te kunnen organiseren;

  • versterking van cruciale kennis binnen de organisatie is geborgd met interne loopbaanontwikkeling.

Inhuur programma (niet-kerntaken)

Gelet op de omvang van de productieopgave van RWS blijft de inhuur op taken die bij de markt zijn belegd (de niet-kerntaken) substantieel. Voor het betrekken van externe capaciteit op niet-kerntaken geldt dat deze zoveel mogelijk op basis van op productafspraken gebaseerde contracten zal worden gedaan, tenzij dat om inhoudelijke of aansturingsredenen niet doelmatig is.

De inhuur op niet-kerntaken in het primaire proces wordt met name verantwoord op de post beheer en onderhoud in deze agentschapsbegroting en de artikelonderdelen aanleg en vervanging en renovatie in de begrotingen van het Infrastructuurfonds en het Deltafonds.

Tabel 85 Specificatie inhuur (bedragen x € 1.000)
 

2020

2021

2022

2023

2024

2025

Apparaat (kerntaken)

89.844

82.786

81.399

76.291

71.601

71.601

Programma (niet-kerntaken)

108.255

107.346

105.716

105.258

105.258

105.258

Totaal

198.099

190.132

187.115

181.549

176.859

176.859

Materiële kosten

De materiële kosten bestaan uit bezetting gerelateerde materiële kosten (o.a. ICT, huisvesting en diensten en middelen, zoals catering, schoonmaak en beveiliging) en areaal gerelateerde materiële kosten (o.a. auto’s weginspecteurs).

Beheer en onderhoud

Op deze post worden de externe productkosten voor verkeers- en watermanagement, beheer en onderhoud, servicepakketten, verkenningen en planuitwerkingen, landelijke taken, waterkwaliteitsprojecten, Caribisch Nederland, Omgevingswet en beleidsondersteuning- en advisering verantwoord.

Afschrijvingskosten

Dit betreft de reguliere afschrijvingskosten van zowel materiële als immateriële vaste activa.

Dotatie voorzieningen

Dit betreft de dotatie aan de voorziening groot onderhoud vaartuigen.

Rentelasten

Dit betreft de kosten van rentedragende leningen die bij het ministerie van Financiën zijn afgesloten. 

Tabel 86 Kasstroomoverzicht over het jaar 2021 (bedragen x € 1.000)
  

2019

2020

2021

2022

2023

2024

2025

1.

Rekening courant RHB 1 januari + depositorekeningen

772.238

758.654

551.288

256.265

274.453

292.223

301.052

 

+/+ totaal ontvangsten operationele kasstroom

2.753.589

2.856.710

2.822.231

2.615.853

2.551.451

2.516.320

2.591.588

 

-/- uitgaven operationele kasstroom

‒ 2.756.018

‒ 3.029.169

‒ 3.107.085

‒ 2.587.343

‒ 2.521.305

‒ 2.485.226

‒ 2.558.665

2

Totaal operationele kasstroom

‒ 2.429

‒ 172.459

‒ 284.854

28.510

30.146

31.094

32.923

 

-/- totaal investeringen

‒ 19.781

‒ 25.543

‒ 38.314

‒ 43.562

‒ 49.184

‒ 58.820

‒ 74.802

 

+/+ totaal boekwaarde desinvesteringen

1.106

      

3.

Totaal investeringskasstroom

‒ 18.675

‒ 25.543

‒ 38.314

‒ 43.562

‒ 49.184

‒ 58.820

‒ 74.802

 

-/- eenmalige uitkering aan moederdepartement

‒ 1.043

‒ 25.941

     
 

+/+ eenmalige storting door het moederdepartement

8.600

8.600

8.600

8.500

8.500

0

0

 

-/- aflossingen op leningen

‒ 17.127

‒ 16.293

‒ 16.855

‒ 16.640

‒ 18.412

‒ 19.325

‒ 20.925

 

+/+ beroep op leenfaciliteit

17.090

24.270

36.400

41.380

46.720

55.880

71.062

4.

Totaal financieringskasstroom

7.520

‒ 9.364

28.145

33.240

36.808

36.555

50.137

5.

Rekening courant RHB 31 december + depositorekeningen (=1+2+3+4)

758.654

551.288

256.265

274.453

292.223

301.052

309.310

Toelichting

Operationele kasstroom

Hieronder vallen de inkomsten en uitgaven uit de reguliere bedrijfsvoering.

Investeringskasstroom

Hieronder vallen de verkopen van activa en de nieuwe investeringen. De nieuwe investeringen hebben betrekking op het in stand houden van de activa van RWS. De hogere investeringen vanaf 2021 worden met name veroorzaakt door de investeringen in de steunpunten van RWS en het vlootvervangingsprogramma van de Rijksrederij.

Financieringskasstroom

Hieronder vallen alle geldstromen die gerelateerd zijn aan de financiering van het agentschap. RWS doet een beroep op de leenfaciliteit bij het Ministerie van Financiën ter financiering van de investeringen. Daarnaast wordt in de begroting van het agentschap rekening gehouden met de aflossing op deze leenfaciliteit. De storting door moederdepartement betreft de aflossing van de langlopende vordering die RWS heeft op het moederdepartement. In 2020 is het surplus Eigen Vermogen (€ 25,9 miljoen) teruggestort naar het moederdepartement.

Tabel 87 Overzicht doelmatigheidsindicatoren

Omschrijving

2019

2020

2021

2022

2023

2024

2025

        

Apparaatskosten per eenheid areaal (bedragen x € 1)

       

Hoofdwegennet

27,61

28,55

28,95

28,81

29,48

29,68

29,73

Hoofdvaarwegennet

27,48

28,24

28,26

28,18

28,84

28,86

28,89

Hoofdwatersystemen

1,31

1,34

1,33

1,33

1,34

1,34

1,34

        

% Apparaatskosten ten opzichte van de omzet

       

% Apparaatskosten ten opzichte van de omzet

26%

25%

22%

27%

24%

27%

27%

        

Tarief per FTE (bedragen x € 1)

       

Tarief per FTE

130.335

128.627

130.173

130.494

130.101

129.385

129.485

        

Omzet agentschap per productgroep (bedragen x € 1.000)

       

Hoofdwatersystemen

497.471

522.704

516.091

443.673

453.931

451.291

507.087

Hoofdwegennet

1.338.431

1.424.110

1.553.886

1.225.628

1.186.706

1.158.409

1.191.037

Hoofdvaarwegennet

593.652

755.025

721.039

615.791

592.075

590.689

577.953

Overig

44.553

74.798

69.649

55.597

49.187

49.186

48.766

TOTAAL

2.474.107

2.776.637

2.860.665

2.340.689

2.281.899

2.249.575

2.324.843

        

Bezetting

       

FTE formatie*

9.333

9.513

9.434

9.290

9.250

9.250

9.250

% overhead

13,60%

13%

13%

13%

13%

13%

13%

        

Exploitatiesaldo (% van de baten)

       

Exploitatiesaldo (% van de baten)

1,60%

0,20%

0,20%

0,20%

0,20%

0,20%

0,20%

        

Gebruikerstevredenheid

       

Publieksgerichtheid

 

70%

70%

70%

70%

70%

70%

Gebruikerstevredenheid HWS

 

70%

70%

70%

70%

70%

70%

Gebruikerstevredenheid HWN

88%

80%

80%

80%

80%

80%

80%

Gebruikerstevredenheid HVWN

74%

75%

75%

75%

75%

75%

75%

        

Ontwikkeling PIN-waarden

       

Hoofdwatersystemen

100

100

100

100

100

100

100

Hoofdwegennet

100

100

100

100

100

100

100

Hoofdvaarwegennet

100

100

100

100

100

100

100

*Voor het jaar 2019 is de bezetting opgenomen.

       

Apparaatskosten per eenheid areaal

Deze indicator geeft informatie over hoe de kosten die het apparaat van RWS maakt voor verkeersmanagement en beheer en onderhoud zich ontwikkelen ten opzichte van het areaal.

Percentage apparaatskosten ten opzichte van de omzet

Deze indicator geeft de verhouding weer tussen de kosten van het apparaat en de totale omzet (zowel BLS als GVKA) van RWS.

Tarief per FTE

Deze indicator geeft de ontwikkeling weer van de kosten (personele kosten, materiele kosten, afschrijvingskosten en rentelasten) per formatieve ambtelijke FTE.

Omzet agentschap per productgroep

In de tabel is de omzet moederdepartement (inclusief de omzet nog uit te voeren werkzaamheden) uitgesplitst naar de verschillende netwerken.

Bezetting

FTE formatie: deze voorgeschreven indicator geeft aan hoe de ambtelijke formatie van RWS zich ontwikkelt.

Percentage overhead: deze indicator geeft aan welk deel van het ambtelijke personeel (in FTE) binnen RWS zich bezig houdt met de bedrijfsvoering. Bedrijfsvoering bevat alle processen die ondersteunend zijn aan de organisatie. Het streven is daarbij voortdurend een optimale kwalitatieve en kwantitatieve omvang van de bedrijfsvoering.

Exploitatiesaldo (% van de baten)

Deze voorgeschreven indicator toont de ontwikkeling van het saldo van baten en lasten als percentage van de totale baten. 

Gebruikerstevredenheid

Publieksgerichtheid: deze indicator geeft aan hoe tevreden onze gebruikers en partners over RWS zijn als publieke dienstverlenende organisatie. Dan gaat het over zaken als «luisteren; verwachtingenmanagement; aanspreekbaarheid; houding en gedrag en de wijze waarop wij communiceren».

Gebruikerstevredenheid (per netwerk): deze indicator geeft aan hoe tevreden onze gebruikers over de kwaliteit van de drie netwerken zijn. Denk daarbij aan veiligheid, doorstroming; kwaliteit infrastructuur en tijdige en betrouwbare informatievoorziening (gekoppeld aan de netwerken).

Ontwikkeling PIN-waarden

De ontwikkeling van de PIN-waarden (prestatie-indicatorwaarden) geeft een beeld hoe de ontwikkeling is in de toestand van het door RWS beheerde areaal. Het weergegeven cijfer betreft een index ten opzichte van het jaar 2018. De bijlage instandhouding bij de begrotingen van het Infrastructuurfonds en het Deltafonds biedt inzicht in instandhouding en de gehanteerde PIN-waarden.

Licence