In onderstaande tabellen worden de belangrijkste suppletoire uitgaven-(tabel 2) en ontvangstenmutaties (tabel 3) weergegeven.
Art. | Uitgaven 2023 | Uitgaven 2024 | Uitgaven 2025 | Uitgaven 2026 | Uitgaven 2027 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Vastgestelde begroting 2023 na NvW | 14.179.542 | 10.824.743 | 10.858.764 | 9.202.617 | 8.669.845 | |
Belangrijkste suppletoire mutaties | ||||||
1) Uitvoeringskosten fiscale wet- regelgeving | 1 | 0 | 23.279 | 19.458 | 39.499 | 39.727 |
2) Ambitie verhoging IV-dagen | 1 | 0 | 26.489 | 33.377 | 33.377 | 33.377 |
3) Belasting- en invorderingsrente | 1 | 40.298 | 52 | 342 | 607 | 1.243 |
4) Bijdrage aan rijksbrede problematiek: belasting- en invorderingsrente | 1 | 7.000 | 23.000 | 22.000 | 22.000 | 20.000 |
5) Kapitaalinjectie Invest-NL | 3 | 0 | 0 | 0 | 155.000 | 0 |
6) Kapitaalinjectie Invest International | 3 | 113.000 | 54.000 | 4.000 | ‒ 134.000 | 0 |
7) Kapitaalinjectie TenneT | 3 | 0 | ‒ 600.000 | ‒ 1.458.000 | 0 | 0 |
8) Kapitaalinjectie EBRD | 4 | 0 | 75.000 | 0 | 0 | 0 |
9) ESM Kapitaalsleutel correctie | 4 | ‒ 176.000 | 0 | 176.000 | 0 | 0 |
10) Bijdrage EU voor rente Oekraïne | 4 | 0 | 41.436 | 41.436 | 41.436 | 41.436 |
11) Bijdrage aan rijksbrede problematiek: apparaatsuitgaven beleidsdepartement | 8 | 0 | 0 | 0 | ‒ 10.000 | ‒ 10.000 |
12) Loon- en prijsbijstelling | 10 | 297.760 | 280.937 | 250.674 | 242.794 | 241.250 |
13) Additionele prijsbijstelling over 2022 | 10 | 18.791 | 17.072 | 11.968 | 11.130 | 11.046 |
14) Eindejaarsmarge | 10 | 65.281 | 0 | 0 | 0 | 0 |
15) Bijdrage aan rijksbrede problematiek: vrijval artikel 10 | 10 | ‒ 29.875 | 0 | 0 | 0 | 0 |
16) Hersteloperatie toeslagen | 13 | 298.625 | 341.420 | 143.071 | 8.463 | 0 |
17) Extra eindejaarsmarge hersteloperatie toeslagen | 13 | 45.819 | 0 | 0 | 0 | 0 |
18) Overhevelingen Aanvullende Post | div | 12.918 | 243.870 | 144.307 | 116.471 | 118.615 |
19) Kasschuiven | div | ‒ 147.098 | 46.936 | 55.877 | 26.115 | 18.170 |
20) Interdepartementale overboekingen | div | 494.659 | 6.611 | 10.975 | 11.856 | 15.596 |
21) Overige mutaties | 7.920 | ‒ 29.526 | ‒ 23.250 | ‒ 26.860 | ‒ 26.322 | |
Stand 1e suppletoire begroting 2023 | 15.228.640 | 11.375.319 | 10.290.999 | 9.740.505 | 9.173.983 |
Toelichting
1. Uitvoeringskosten fiscale wet- en regelgeving
Vanuit de reservering voor ‘Uitvoeringskosten fiscale wet- en regelgeving’ op de Aanvullende Post (AP) wordt circa € 40 mln. vanaf 2026 overgeheveld naar artikel 1 Belastingen. Deze middelen komen ten gunste van de uitvoering van het coalitieakkoord, Europese wetgeving en nieuwe lastenmaatregelen en overige wijzigingen in de fiscale wet- en regelgeving.
2. Ambitie verhoging IV-dagen
Het budget voor externe inhuur van de Belastingdienst wordt vanaf 2025 met € 33 mln. verhoogd om de groei naar 640.000 IV-dagen te kunnen realiseren. Aanvullend wordt € 15 mln. beschikbaar gemaakt binnen de Belastingdienst voor de benodigde groei van IV-dagen. Het totale additionele IV-budget bedraagt daarmee € 48 mln. Deze ambitie is noodzakelijk om politieke wensen en fiscale maatregelen sneller te kunnen invoeren. Vanaf 2024 is een groeipad naar 640.000 IV-dagen in 2025 mogelijk met het oog op de beleidswensen en blijvende aandacht voor modernisering en vernieuwing van IV-systemen.
3. Belasting- en invorderingsrente
De te vergoeden invorderingsrente wordt circa € 40 mln. hoger geraamd in verband met de herstelactie invorderingsrente. Over de stand van zaken van de herstelactie is de Tweede Kamer 16 maart jl. geïnformeerd2.
4. Bijdrage aan rijksbrede problematiek: belasting- en invorderingsrente
De raming van de belasting- en invorderingsrente is meerjarig herijkt, mede als gevolg van de doorwerking van renteverhogingen door de ECB op de belasting- en invorderingsrente. Er is besloten om de bestaande wettelijke systematiek aan te passen naar een beter uitlegbaar belasting- en invorderingsrente systeem. De achtergrond hiervan wordt toegelicht bij post 3 onder Ontvangstenmutaties. Er wordt nog een uitvoeringstoets opgesteld, waarmee gekeken wordt naar de uitvoerbaarheid en de gevolgen die er voor de uitvoering optreden door deze wijziging. Het nettoresultaat van hogere uitgaven en hogere ontvangsten draagt het ministerie van Financiën bij aan het generale beeld. Samen met de structurele meevaller als gevolg van een hogere grondslag van de vennootschapsbelasting in de renteraming (zie ook post 2 onder Ontvangstenmutaties) levert dit per saldo een structurele bijdrage van € 100 mln. aan de rijksbrede opgave op.
5. Kapitaalinjectie Invest-NL
In 2022 is € 175 mln. kapitaal gestort in Invest-NL, afgestemd op de kasbehoefte van Invest-NL voor investeringen. Het resterende begrote kapitaal van € 155 mln. voor 2022 wordt doorgeschoven naar 2026. Het totaal van de beoogde kapitaalinjecties wijzigt niet, verspreid over de jaren ontvangt Invest-NL een kapitaalinjectie ter grootte van € 1,7 mld.
6. Kapitaalinjectie Invest International
De raming voor de kapitaalinjectie Invest International wordt in 2023 met € 113 mln. bijgesteld. Dit betreft enerzijds het doorgeschoven resterende begrote kapitaal van € 37 mln. uit 2022. Anderzijds wordt een kasschuif toegepast om het ritme van de raming van de kapitaalinjectie af te stemmen op de kasbehoefte van Invest International voor investeringen. Het totaal van de beoogde kapitaalinjecties wijzigt niet, verspreid over de jaren ontvangt Invest International een kapitaalinjectie ter waarde van € 833 mln.
7. Kapitaalinjectie TenneT
Uw Kamer is eerder geïnformeerd dat het kabinet inzet op de volledige verkoop van TenneT Duitsland3. Mocht een transactie onder acceptabele voorwaarden tot stand komen, dan zou de opbrengst van een dergelijke verkoop ten goede komen aan TenneT Holding, de verkopende partij en aandeelhouder van TenneT Duitsland. Met deze opbrengst zou dan vervolgens de Nederlandse kapitaalbehoefte in de komende jaren gefinancierd kunnen worden en zijn de gemaakte reserveringen in de begroting overbodig. Het kabinet acht het hierbij belangrijk dat TenneT voldoende gefinancierd is, conform de minimale credit rating in de nota deelnemingenbeleid, om haar publieke taken te kunnen uitvoeren.
8. Kapitaalinjectie EBRD
Er volgt mogelijk een kapitaalinjectie aan de European Bank for Reconstruction and Development (EBRD). Met behulp van deze injectie kan EBRD blijven bijdragen aan het steunen van Oekraïne en programma's opstarten in sub-Sahara Afrika. Hoewel nog veel onzeker is, wordt hierover mogelijk later dit jaar besloten. In dat geval zal de verplichting nog in 2023 worden aangegaan. Daarom wordt een reservering opgenomen van € 75 mln. (met bijbehorende uitgave in 2024).
9. ESM Kapitaalsleutel correctie
De betalingsverplichting ESM wordt met € 176 mln. uitgesteld naar 2025. In de ontwerpbegroting 2023 was een reservering opgenomen voor het actualiseren van de kapitaalsleutel van het ESM vanwege de toetreding van Kroatië. Deze actualisatie is echter uitgesteld en wordt in 2025 opgenomen, omdat de nieuwe kapitaalsleutel wordt geactualiseerd wanneer een nieuw ESM-lid toetreedt, en uiterlijk 1 januari 2026. Het bedrag zal worden geactualiseerd zodra meer duidelijkheid is over de gekozen kapitaalsleutel.
10. Bijdrage EU voor rente Oekraïne
In december 2022 is in de Ecofin gesproken over een bijdrage van de EU-lidstaten om de rente op de Oekraïne-lening van € 18 mld. in 2023 te compenseren4. De bijdrage zal tussen 2024 tot en met het jaar 2027 circa € 41,4 mln. per jaar bedragen. In afwachting van de bilaterale overeenkomst tussen Nederland en EU, en een update van de Europese Commissie over de hoogte van de bijdrage, wordt een reservering voor de verplichting opgenomen van € 165,7 mln.
11. Bijdrage aan rijksbrede problematiek: apparaatsuitgaven beleidsdepartement
Vanuit de apparaatsbudgetten van het beleidsdepartement vindt vanaf 2026 een additionele bijdrage van € 10 mln. structureel plaats aan het rijksbrede beeld.
12. Loon- en prijsbijstelling
De loon- en prijsbijstelling 2023 wordt toegevoegd aan de Financiënbegroting (€ 298 mln. in 2023 en € 241 mln. structureel).
13. Additionele prijsbijstelling over 2022
De extra prijsbijstelling, ter compensatie van de uitzonderlijk hoge inflatie in 2022, wordt toegevoegd aan de Financiënbegroting (€ 19 mln. in 2023 en € 11 mln. structureel).
14. Eindejaarsmarge
De eindejaarsmarge 2022 van € 65 mln. wordt toegevoegd aan de Financiënbegroting.
15. Bijdrage aan rijksbrede problematiek: vrijval artikel 10
Vanuit artikel 10 Nog onverdeeld wordt in 2023 in totaal een bijdrage van € 30 mln. geleverd aan de rijksbrede problematiek onder het uitgavenplafond.
16. Hersteloperatie Toeslagen
Op basis van de actuele inzichten inzake aantallen, bedragen en nu adequaat geachte aannames wordt het totaal meerjarig beschikbare budget voor de Hersteloperatie Toeslagen naar boven bijgesteld. Deze middelen worden generaal beschikbaar gesteld (€ 792 cumulatief). Tevens wordt € 478 mln. extra op de Aanvullende Post gereserveerd, waarmee het totaal voor FIN beschikbaar gestelde middelen voor toeslagenherstel toeneemt met € 1,3 mld. Zonder het project Versnellen & Verbeteren zou het afhandelen van integrale beoordelingen en bezwaren langer duren dan eerder geraamd. Daarnaast komen er meer bezwaren binnen dan verwacht. Om de doelstelling van Versnellen & Verbeteren te behalen (onder meer: minimaal 90% van de aanmeldingen bij Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (UHT) heeft in Q1 van 2025 een afgeronde integrale beoordeling) en de bezwaren zo goed mogelijk te behandelen, is extra budget nodig. Dit vereist uitvoeringswijzigingen om de productiviteit bij de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (UHT) te verhogen en het aantal toekomstige bezwaren te verkleinen, maar ook additionele capaciteit. Ook de compensatie- en hersteluitgaven vallen naar verwachting hoger uit dan eerder begroot. Dit komt door een groter aantal gedupeerden dat bij de eerste toets in eerste instantie niet als gedupeerde wordt aangemerkt, maar waarvan bij de integrale beoordeling wel gedupeerdheid wordt vastgesteld. Op basis van informatie die begin maart beschikbaar was, is een prognose opgesteld van een totaal van circa 42.000 gedupeerden. Dit is een stijging van circa 7.000 gedupeerden. Hierbij wordt opgemerkt dat deze prognose een momentopname is; u wordt via de voortgangsrapportage Hersteloperatie Toeslagen geïnformeerd over eventuele bijstellingen in deze prognose. Daarnaast doen meer gedupeerden een beroep op - en krijgen meer gedupeerden additionele compensatie toegekend door - de Commissie Werkelijke Schade (CWS). Daarnaast is er een autonome (budgettaire) tegenvaller bij het herstelbedrag van de kindregeling. Tot slot heeft de toename van het verwachte aantal gedupeerden ook effect op de overige herstelregelingen, zoals de ex-partnerregeling en de publieke- en private schuldenoplossing. Een integraal overzicht van de financiële stand van zaken van de Hersteloperatie Toeslagen is te vinden in de bijlagen van de Voorjaarsnota 2023.
17. Extra eindejaarsmarge hersteloperatie toeslagen
De onderuitputting op de programmamiddelen voor de Hersteloperatie Toeslagen in 2022 wordt middels een extra eindejaarsmarge van circa € 46 mln. opnieuw beschikbaar gesteld om gedupeerde ouders te kunnen compenseren.
18. Overhevelingen Aanvullende Post
In de periode 2023 tot en met 2027 wordt er circa € 636 mln. overgeheveld van de Aanvullende Post naar de Financiënbegroting. De individuele overhevelingen worden nader toegelicht in de toelichtingen van de artikelen. Het betreft onder andere middelen in het kader van het herijkte bestedingsplan om de dienstverlening van de Belastingdienst en Dienst Toeslagen te verbeteren.
19. Kasschuiven
Om de budgetten aan te laten sluiten op het benodigde meerjarige ritme worden er verschillende kasschuiven toegepast.
20. Interdepartementale overboekingen
Dit betreft verschillende overboekingen met andere begrotingen, waaronder middelen van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat voor een mogelijke kapitaalinjectie van € 500 mln. in 2023 aan Stedin. Daarnaast worden middelen overgeheveld van het ministerie van Justitie en Veiligheid voor ondermijning (oplopend tot € 10,9 mln. in 2027). Tevens wordt een incidenteel bedrag van € 4,3 mln. in 2023 en een structureel bedrag van € 0,1 mln. overgeheveld naar het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het kader van de kabinetsreactie op het rapport van het adviescollege dialooggroep slavernijverleden.
Art. | Ontvangsten 2023 | Ontvangsten 2024 | Ontvangsten 2025 | Ontvangsten 2026 | Ontvangsten 2027 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Vastgestelde begroting 2023 na NvW | 201.164.293 | 234.110.649 | 238.214.894 | 250.165.141 | 261.132.330 | |
Belangrijkste suppletoire mutaties | ||||||
1) Belastingontvangsten | 1 | 11.402.665 | 9.246.678 | ‒ 2.977.339 | ‒ 1.935.476 | ‒ 2.636.454 |
2) Belasting- en invorderingsrente | 1 | ‒ 5.449 | ‒ 20.331 | 31.821 | 32.112 | 32.748 |
3) Bijdrage aan rijksbrede problematiek: belasting- en invorderingsrente | 1 | 135.000 | 128.000 | 125.000 | 123.000 | 120.000 |
4) Doorbelasten kosten vervolging | 1 | 17.767 | 26.969 | ‒ 2.005 | ‒ 2.005 | ‒ 2.005 |
5) Ontvangsten boetes en schikkingen | 1 | 27.980 | 12.414 | ‒ 4.474 | ‒ 4.500 | ‒ 4.500 |
6) Dividenden staatsdeelnemingen | 3 | 247.000 | 1.655.000 | ‒ 5.000 | ‒ 35.000 | ‒ 69.000 |
7) Beëindiging steunmaatregelen KLM | 3 | ‒ 5.542 | ‒ 34.700 | ‒ 34.700 | ‒ 740.410 | 0 |
8) Ramingsbijstelling renteontvangsten lening Griekenland | 4 | 80.564 | 70.143 | 50.723 | 45.869 | 44.190 |
9) Bijdrage aan rijksbrede problematiek: schaderestituties EKV | 5 | 30.000 | 25.000 | 25.000 | 18.000 | 18.000 |
10) Overige mutaties | 386 | ‒ 5.857 | ‒ 6.401 | ‒ 6.415 | ‒ 2.956 | |
Stand 1e suppletoire begroting 2023 | 213.094.664 | 245.213.965 | 235.417.519 | 247.660.316 | 258.632.353 |
Toelichting
1. Belastingontvangsten
De mutaties van de Belastingontvangsten worden in de Voorjaarsnota 2023 toegelicht.
2. Belasting- en invorderingsrente
De belasting- en invorderingsrente wordt structureel hoger geraamd als gevolg van een hogere grondslag van de vennootschapsbelasting in de renteraming.
3. Bijdrage aan rijksbrede problematiek: belasting- en invorderingsrente
De raming van de belasting- en invorderingsrente (bir) is meerjarig herijkt, mede als gevolg van de doorwerking van renteverhogingen door de ECB op de bir. De hoogte van de bir is wettelijk gekoppeld aan het niveau van de ECB-rente. Op basis van de recente ECB rentestijgingen zouden daarmee ook de bir-rentes stijgen met een aanzienlijke budgettaire meevaller tot gevolg. Bij deze voorjaarsbesluitvorming wordt echter van deze systematiek afgeweken. Het ministerie van Financiën stelt voor om de bir-rentepercentages beter op elkaar aan te laten sluiten door het aanpassen van de berekening van de bir-rentepercentages. Dit bevordert tevens de uitlegbaarheid van de bir-renteniveaus en maakt het tegelijkertijd mogelijk om vanuit het ministerie van Financiën een bijdrage aan de rijksbrede problematiek te leveren. Er wordt nog een uitvoeringstoets opgesteld, waarmee gekeken wordt naar de uitvoerbaarheid en de gevolgen die er voor de uitvoering optreden door deze wijziging. Het nettoresultaat van hogere uitgaven en hogere ontvangsten draagt het ministerie van Financiën bij aan het generale beeld. Samen met de structurele meevaller als gevolg van een hogere grondslag van de vennootschapsbelasting in de renteraming (zie ook post 2 bij de Ontvangsten) levert dit per saldo een structurele bijdrage van € 100 mln. aan de rijksbrede opgave op. De precieze budgettaire gevolgen van de aangepaste berekeningssystematiek worden op dit momenteel doorgerekend.
4. Doorbelasten kosten vervolging
De raming wordt in 2023 en 2024 opgehoogd aangezien de effecten van de coronacrisis op deze ontvangsten van kortere duur waren dan eerder gedacht, waardoor de ontvangsten eerder het oude niveau bereiken.
5. Ontvangsten boetes en schikkingen
De boeteopbrengsten worden in 2023 en 2024 hoger geraamd aangezien de effecten van de coronacrisis op deze ontvangsten van kortere duur waren dan eerder gedacht, waardoor de ontvangsten eerder het oude niveau bereiken.
6. Dividenden staatsdeelnemingen
De dividendraming wordt aangepast aan de meest recente informatie over het verwachte dividend van de staatsdeelnemingen, als gevolg van de huidige marktomstandigheden. Conform afspraken met TenneT, ontvangt de Staat de kapitaalinjectie 2023 aan TenneT terug indien in 2024 een volledige verkoop van TenneT Duitsland gerealiseerd wordt.
7. Beëindiging steunmaatregelen KLM
Bij de publicatie van de jaarcijfers 2022 heeft KLM aangegeven te verwachten het steunpakket in april te kunnen beëindigen. KLM is nu een nieuwe private kredietfaciliteit overeengekomen en beëindigt het steunpakket per 17 april 2023. De financiële voorwaarden die zijn gesteld aan het verlenen van het steunpakket en de luchtvaartinhoudelijke voorwaarden die niet ook elders zijn vastgelegd komen te vervallen. De budgettaire gevolgen van het opzeggen van de steunmaatregelen zijn het vervallen van de staatsgarantie op de (opgezegde) kredietfaciliteit, het recht op trekken van de directe lening en alle bijbehorende geraamde (premie)ontvangsten.
8. Ramingsbijstelling renteontvangsten lening Griekenland
Op basis van de meest recente renteramingen worden de verwachte ontvangsten van de lening aan Griekenland in 2023 met circa € 80,6 mln. naar boven bijgesteld. De rente die Griekenland moet betalen is gebaseerd op de 3-maands Euribor rente, met een opslag van 0,5%. Doordat de Euribor rente is gestegen, krijgt Nederland meer renteontvangsten.
9. Bijdrage aan rijksbrede problematiek: schaderestituties EKV
Het ministerie van Financiën verwacht de komende 6 jaar een incidentele ontvangst van circa € 131 mln. cumulatief op de exportkredietverzekering (ekv) uit hoofde van een terugbetaling van een schuld door Argentinië daterend van vóór 1999. Dit vloeit voort uit het op 28 oktober 2022 bereikte akkoord tussen de Club van Parijs en Argentinië. De betalingen worden in de regelingen uitgesmeerd tot en met het jaar 2028. De extra ontvangsten worden ingezet ten behoeve van de rijksbrede problematiek onder het uitgavenplafond.