Base description which applies to whole site

5.3 Artikel 7: Apparaat

Tabel 16 Budgettaire gevolgen van niet - beleid artikel 7 Apparaat (Eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
  

Stand ontwerp begroting

Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB

Vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

  

2023

2023

2023

2023

2023

2024

2025

2026

2027

  

(1)

(2)

(3)=(1+2)

(4)

(5)=(3+4)

    
 

Verplichtingen

921 949

0

921 949

124 747

1 046 696

91 858

62 203

51 838

51 376

           
 

Uitgaven

921 949

0

921 949

124 747

1 046 696

85 358

62 203

51 838

51 376

           

7.1.13

Personele uitgaven

617 182

0

617 182

37 501

654 683

44 213

41 403

41 403

41 403

 

Eigen personeel

605 182

0

605 182

37 501

642 683

44 213

41 403

41 403

41 403

 

Inhuur extern

12 000

0

12 000

0

12 000

0

0

0

0

 

Overige personele uitgaven

0

0

0

0

0

0

0

0

0

           

7.1.14

Materiele uitgaven

304 767

0

304 767

87 246

392 013

41 145

20 800

10 435

9 973

 

ICT

67 711

0

67 711

4 486

72 197

4 702

4 702

4 702

4 702

 

Bijdragen aan SSO's

49 347

0

49 347

4 800

54 147

4 800

4 800

4 800

4 800

 

Overige materieel

187 709

0

187 709

77 960

265 669

31 643

11 298

933

471

           

7.2

Koersverschillen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

           
           
 

Ontvangsten

31 671

0

31 671

11 100

42 771

0

0

0

0

           

7.10

Diverse ontvangsten

31 671

0

31 671

11 100

42 771

0

0

0

0

           

7.11

Koersverschillen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Toelichting

Verplichtingen

Binnen het apparaatsartikel zijn de verplichtingen gelijk aan de uitgaven. Het verplichtingenbudget wordt daarmee gelijkgetrokken.

Uitgaven

Artikelonderdeel 7.1.1

De uitgaven voor personeel nemen meerjarig toe. De belangrijkste meerjarige mutaties zijn:

  • De budgetten stijgen door de loon- en prijsontwikkeling, waardoor het budget zowel voor het personeel in Nederland als op de posten stijgt. Deze uitgaven worden vanuit de voorziening binnen de HGIS gefinancierd. In totaal stijgen de budgetten hierdoor met ongeveer EUR 41 miljoen.

  • Verder wordt EUR 1,7 miljoen overgeheveld naar artikel 4.1 voor het Loket Buitenland.

Artikelonderdeel 7.1.2

De uitgaven op materieel gebied nemen meerjarig toe. De belangrijkste meerjarige mutaties zijn:

  • De budgetten stijgen door de loon- en prijsontwikkeling, waardoor het budget ten aanzien van ICT en overige materiële uitgaven toeneemt. Deze uitgaven worden vanuit de voorziening binnen de HGIS gefinancierd. In totaal stijgen de budgetten hierdoor met ongeveer EUR 22 miljoen.

  • De eindejaarsmarge 2022 wordt in 2023, 2024 en 2025 weer opnieuw ingezet.

  • In 2020 is EUR 26 miljoen aan generale middelen aan de BZ-begroting toegevoegd om de toenmalige uitdagingen op het gebied van veiligheid op een aantal hoog risico posten op te lossen. Een deel van deze middelen was bestemd voor de post in Kabul, maar gegeven de ontwikkelingen in Afghanistan is een deel van deze generale middelen niet tot besteding gekomen. Zodoende vloeit EUR 13 miljoen terug naar het generale beeld.

  • Tot slot wordt er middels de middelenafspraak uitgavenbudget ten aanzien van de realisatie van de huisvestingsstrategie EUR 39,7 miljoen toegevoegd in 2023. Dit budget is nodig om opvolging te geven aan de huisvestingsstrategie van het ministerie om de huisvestingsportefeuille doelmatig, duurzaam, veilig en toekomstbestendig te maken.

Ontvangsten

Ten opzichte van de begroting nemen de ontvangsten in 2023 toe. Dit komt door verwachte inkomsten uit de verkoop van vastgoed in het buitenland. Deze ontvangsten worden gebruikt om investeringen te realiseren binnen de kaders van de huisvestingsstrategie.

Licence