Base description which applies to whole site

6.3 Verticale ontwikkeling van de zorguitgaven

De verticale toelichting geeft een cijfermatig overzicht van de budgettaire veranderingen voor de jaren 2022 tot en met 2027, sinds het opstellen van de ontwerpbegroting 2022. Na de ontwerpbegroting 2022 is een Nota van Wijziging opgemaakt naar aanleiding van de aangenomen motie Hijink en Bikker om extra middelen voor zorgsalarissen vrij te maken (Kamerstukken II, 35 925 XVI, nr. 10). In deze ontwerpbegroting 2023 worden de Startnota mutaties, alsmede alle overige mutaties die hebben plaatsgevonden na de Nota van Wijziging ontwerpbegroting 2022, gepresenteerd en toegelicht.

De afzonderlijke posten worden toegelicht als het hiermee gepaard gaande bedrag hoger is dan € 10 miljoen.

6.3.1.1 Algemene doelstelling

Een kwalitatief goed en toegankelijk stelsel voor curatieve zorg tegen maatschappelijk verantwoorde kosten.

6.3.1.2 Rol en verantwoordelijkheid bewindspersonen

De bewindspersonen van VWS zijn verantwoordelijk voor een goed werkend en samenhangend stelsel voor curatieve zorg en voor de beheersing van de collectieve zorguitgaven.

Dit omvat het stellen van eisen aan de kwaliteit van zorg en het opstellen en handhaven van de wettelijke kaders waarbinnen het zorgstelsel functioneert. Het wettelijk kader wordt gevormd door de Zorgverzekeringswet, de Wet bijzondere medische verrichtingen, de Wet marktordening gezondheidszorg, de Wet geneesmiddelenprijzen, de Wet toelating zorginstellingen en de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg.

De bewindspersonen hebben sturingsmogelijkheden door invloed op de samenstelling van het verplicht verzekerde pakket (het basispakket) en de (maximale) hoogte van tarieven in sectoren waar de prijsvorming niet is vrijgegeven. Tevens streven de bewindspersonen naar het bevorderen van doelmatigheid in de zorgsector door bijvoorbeeld het maken van afspraken met het veld en het stimuleren van gepast gebruik. De bewindspersonen worden in deze rol ondersteund door de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ), Zorginstituut Nederland en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa).

De IGJ houdt op basis van de geldende normen toezicht op de kwaliteit van de zorg in Nederland.

Zorginstituut Nederland en de NZa spelen een belangrijke rol bij de beheersing van de zorguitgaven. Zorginstituut Nederland adviseert de bewindspersonen over de samenstelling van het verzekerde pakket en beheert het Zorgverzekeringsfonds (Zvf). De NZa behartigt het belang van de zorgconsument door het bewaken van de betaalbaarheid, beschikbaarheid en kwaliteit van zorg en houdt in dat kader toezicht op zorgaanbieders en zorgverzekeraars. De NZa adviseert de bewindspersonen over beleid en regelgeving. De NZa stelt op aanwijzing van de bewindspersonen regels, budgetten en tarieven vast voor dat deel van de zorg dat is gereguleerd en stelt condities voor concurrentie vast in zorgsectoren met vrije prijsvorming.

Zorginstituut Nederland en de NZa brengen de omvang van de gerealiseerde zorguitgaven in kaart. Zij baseren zich daarbij op informatie van zorgverzekeraars en instellingen, die na afloop van het jaar door externe accountants wordt beoordeeld. Op basis van de rapportages van Zorginstituut Nederland en de NZa leggen de bewindspersonen verantwoording af aan de Tweede Kamer.

Verder ziet de Autoriteit Consument & Markt (ACM) toe op de naleving van wetten en regels op het gebied van concurrentie en marktwerking op basis van de Mededingingswet. Ook beoordeelt de ACM fusies in de zorg en controleert de ACM of zorgaanbieders en zorgverzekeraars geen concurrentiebeperkende afspraken maken.

De uitvoering van het zorgstelsel is in handen van private partijen. Private zorgverzekeraars sluiten contracten met een veelheid aan private, over het land verspreide zorgaanbieders waaronder: ziekenhuizen, zelfstandige behandelcentra, instellingen voor geestelijke gezondheidszorg en vrijgevestigde beroepsbeoefenaren, zoals huisartsen, apothekers en paramedici. Verzekeraars concurreren door een zo goed mogelijke prijs/kwaliteitverhouding en doelmatigheid in de zorg na te streven. De zorg die aanbieders verlenen en de uitgaven die daarmee gemoeid zijn, vloeien voort uit de aanspraken die zijn vastgelegd in de Zorgverzekeringswet (Zvw). De zorgsector is privaat binnen publieke randvoorwaarden.

6.3.1.3 Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en –ontvangsten

De verticale toelichting bevat een cijfermatig overzicht van de budgettaire veranderingen voor de jaren 2022 tot en met 2027 sinds het opstellen van de ontwerpbegroting 2022.

De verticale toelichting onderscheidt drie categorieën bijstellingen:

  • Autonoom: voornamelijk bijstellingen als gevolg van de actualisering van de zorguitgaven op basis van actuele cijfers van Zorginstituut Nederland en de NZa en bijstellingen op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

  • Beleidsmatig: bijstellingen die verband houden met politieke prioriteitstelling. In deze begroting 2023 betreft het vooral maatregelen op basis van het coalitieakkoord.

  • Technisch: overhevelingen tussen financieringsbronnen/domeinen.

De afzonderlijke posten worden toegelicht als het hiermee gepaard gaande bedrag hoger is dan € 10 miljoen.

Tabel 5 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2022 de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten van de Zvw zien. Onder de tabel is een toelichting op de verschillende bijstellingen opgenomen.

Tabel 5 Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten 2022-2027 (bedragen x € 1 miljoen) 1
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Bruto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2022

54.463,9

56.437,5

58.885,0

61.398,5

64.029,3

 

Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022

376,1

375,7

391,9

408,9

426,6

 

Bruto Zvw-uitgaven NvW ontwerpbegroting 2022

54.839,9

56.813,2

59.276,9

61.807,3

64.455,9

 
       

Bijstellingen bruto Zvw-uitgaven

      

Autonoom

‒ 703,5

2.895,4

3.807,5

4.782,6

5.583,3

 

Actualisering Zvw-uitgaven (zie tabel 5A)

‒ 722,5

‒ 109,9

‒ 109,9

‒ 109,9

‒ 109,9

 

Loon- en prijsontwikkeling

19,0

2.972,7

3.745,7

4.545,3

5.252,1

 

Verwerking MLT 2022-2025

0,0

32,6

171,7

347,2

441,2

 
       

Beleidsmatig

20,8

‒ 762,1

‒ 1.254,7

‒ 1.916,6

‒ 2.473,2

 

Valpreventie bij 65-plussers (overheveling van AP)

0,0

47,5

63,5

63,5

65,0

 

Valpreventie bij 65-plussers

0,0

‒ 50,0

‒ 80,0

‒ 95,0

‒ 102,8

 

Passende zorg als norm (enkel bewezen effectieve zorg) in Zvw

0,0

0,0

0,0

‒ 23,0

‒ 70,0

 

Integraal Zorgakkoord (IZA)

0,0

‒ 540,0

‒ 853,9

‒ 1.170,7

‒ 1.554,0

 

Juiste zorg op de juiste plek

0,0

0,0

0,0

‒ 100,0

‒ 200,0

 

Stimuleren anderhalvelijnszorg

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

 

Sturing op doelmatigheid via de tarieven

0,0

0,0

‒ 120,0

‒ 140,0

‒ 147,0

 

Doelmatige inkoop geneesmiddelen en medische technologie

0,0

‒ 15,0

‒ 35,0

‒ 50,0

‒ 65,0

 

Eigen risico gelijk houden tot en met 2025 en andere vormgeving van het eigen risico voor de medisch-specialistische zorg

0,0

120,0

240,0

94,0

94,0

 

Standaardisatie gegevensuitwisseling

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

 

Standaardisatie inkoop- en verantwoordingseisen Zvw

0,0

0,0

‒ 30,0

‒ 30,0

‒ 30,0

 

Verlengen voorwaardelijke toelating paramedische herstelzorg i.v.m. corona

30,0

43,0

0,0

0,0

0,0

 

Aanpassing basisniveau IZA-sectoren

0,0

‒ 350,0

‒ 350,0

‒ 350,0

‒ 350,0

 

Huisartsen meer tijd (opleiding huisartsen)

0,0

2,0

6,0

10,0

12,0

 

Wachtlijsten ggz

0,0

30,0

30,0

0,0

0,0

 

IZA-transformatiegeld

0,0

84,3

0,0

0,0

0,0

 

Pakketmaatregel vitamine D

0,0

‒ 129,0

‒ 129,0

‒ 129,0

‒ 129,0

 

Overig beleidsmatig

‒ 9,2

‒ 5,0

3,7

3,6

3,6

 
       

Totaal bijstellingen bruto Zvw-uitgaven

‒ 682,8

2.133,2

2.552,9

2.866,0

3.110,2

 
       

Bruto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2023

54.157,2

58.946,5

61.829,8

64.673,3

67.566,1

70.607,8

       

Zvw-ontvangsten ontwerpbegroting 2022

3.236,8

3.378,8

3.530,3

3.681,7

3.836,2

 

Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022

2,6

2,8

2,9

3,1

3,2

 

Zvw-ontvangsten NvW ontwerpbegroting 2022

3.239,4

3.381,6

3.533,3

3.684,8

3.839,5

 
       

Bijstellingen Zvw-ontvangsten

      

Autonoom

‒ 64,5

30,8

37,3

35,5

77,0

 

Effect actualisatie en budgettaire besluitvorming eigen risico Zvw

‒ 64,5

‒ 3,9

‒ 3,7

‒ 9,9

‒ 11,7

 

cMEV en MEV effect eigen risico

0,0

14,6

14,8

13,0

14,0

 

Verwerking MLT 2022-2025

0,0

20,0

26,2

32,3

74,7

 
       

Beleidsmatig

0,0

‒ 74,3

‒ 181,2

‒ 353,8

‒ 397,3

 

Effect besparingen IZA op eigen risico

0,0

‒ 37,0

‒ 73,9

‒ 76,7

‒ 80,0

 

Eigen risico gelijk houden tot en met 2025 en andere vormgeving van het eigen risico voor de medisch-specialistische zorg

0,0

‒ 103,0

‒ 209,0

‒ 383,0

‒ 385,0

 

Effect maatregelen coalitieakkoord op eigen risico

0,0

40,0

75,0

79,0

41,0

 

Bijstelling eigen risico

0,0

25,7

26,6

26,9

26,7

 
       

Totaal bijstellingen Zvw-ontvangsten

‒ 64,5

‒ 43,5

‒ 143,9

‒ 318,3

‒ 320,2

 
       

Zvw-ontvangsten ontwerpbegroting 2023

3.174,9

3.338,1

3.389,4

3.366,5

3.519,3

3.673,6

       

Netto Zvw-uitgaven NvW ontwerpbegroting 2022

51.600,6

53.431,6

55.743,7

58.122,5

60.616,4

 

Bijstellingen in de netto Zvw-uitgaven

‒ 618,2

2.176,766

2.696,8

3.184,3

3.430,4

 

Netto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2023

50.982,3

55.608,4

58.440,4

61.306,8

64.046,8

66.934,2

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

Toelichting

Uitgaven

Autonoom

Actualisering Zvw-uitgaven

Tabel 5A Actualisering Zvw-uitgaven 2022-2027 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Eerstelijnszorg

‒ 197,8

11,3

11,3

11,3

11,3

11,3

Tweedelijnszorg

283,0

‒ 85,4

‒ 85,4

‒ 85,4

‒ 85,4

‒ 85,4

Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

228,7

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Apotheekzorg en hulpmiddelen

‒ 50,7

‒ 50,7

‒ 50,7

‒ 50,7

‒ 50,7

‒ 50,7

Wijkverpleging

‒ 988,1

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Ziekenvervoer

11,8

14,9

14,9

14,9

14,9

14,9

Grensoverschrijdende zorg

‒ 9,5

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Totaal bijstellingen OW 2023

‒ 722,5

‒ 109,9

‒ 109,9

‒ 109,9

‒ 109,9

‒ 109,9

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal

Bron: NZa, Zorginstituut Nederland en VWS

     

In tabel 5A is de post ‘Actualisering Zvw-uitgaven’ uit tabel 5 naar sectoren uitgesplitst. Op basis van gegevens uit de tweede kwartaalrapportage van het Zorginstituut en informatie van de NZa zijn de Zvw-uitgaven geactualiseerd. De actualisatie leidt bij de ene sector tot een overschrijding en bij de andere sector tot een onderschrijding. Op totaalniveau is de onderschrijding € 722 miljoen in 2022. Hiervan heeft een onderschrijding van € 167 miljoen betrekking op sectoren buiten het Integraal Zorgakkoord (IZA). Hiervan wordt € 57 miljoen incidenteel verondersteld. Vanaf 2023 wordt per saldo een onderschrijding van € 110 miljoen structureel op de niet IZA-sectoren verwerkt. Door deze structurele verwerking komen de cijfers in de begroting 2023 meer in lijn met de verwachte uitgaven van verzekeraars aan zorgaanbieders. Een uitgebreide toelichting per sector is te vinden in de verdiepende bijlage van het Financieel Beeld Zorg (FBZ).

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB). Hierbij is rekening gehouden met de verwachte loon- en prijsontwikkeling in 2023 en de bijstelling over 2022 van de gestegen loon- en prijsontwikkeling ten opzichte van de Macro Economische Verkenningen (MEV) van vorig jaar.

Verwerking MLT 2022-2025

Deze bijstelling betreft de technische verwerking van de middellange- termijnverkenning (MLT) voor de volumegroei 2022–2025 van het Centraal Planbureau (CPB).

Beleidsmatig

Valpreventie bij 65-plussers (overheveling van AP)

Om eraan bij te dragen dat ouderen gezond ouder kunnen worden in hun eigen of passende omgeving, zetten we in op valpreventie. Gemeenten krijgen de taak om valpreventieprogramma’s aan te (laten) bieden voor hun inwoners van 65 jaar en ouder. Hiervoor zijn investeringen nodig in het ontwikkelen en aanbieden van valpreventieprogramma’s. Om te zorgen dat deze aansluiten bij de behoefte van 65-plussers is ook opsporing en screening nodig. Dit vraagt in sommige sectoren een investering doordat er meer valrisicotesten, valanalyses en beweeginterventies worden ingezet. Hiervoor zijn in het coalitieakkoord middelen beschikbaar gesteld, die worden overgeheveld vanuit de aanvullende post(AP) van hFinanciën. 

Valpreventie bij 65-plussers

De investering vanuit het coalitieakkoord voor valpreventie bij 65-plussers leidt tot besparingen op de Zvw-uitgaven (minder medische zorgkosten door minder valincidenten, waardoor ouderen minder vaak op de SEH belanden en minder revalidatiezorg nodig hebben). De besparing op de Zvw-uitgaven wordt vanaf 2023 verondersteld.

Passende zorg als norm (enkel bewezen effectieve zorg) in Zvw

Passende zorg is gericht op gepast gebruik en zinnige zorg maar ook op gezondheid, functioneren en kwaliteit van leven. Daarbij is het van belang dat zorg op de juiste plek geleverd wordt. Toezichthouders en uitvoerders worden in staat gesteld om adequaat te kunnen sturen op passende zorg. De toets op het basispakket op basis van een kader voor passende zorg wordt verbeterd en verbreed. Zorginstituut Nederland wordt ten behoeve van de afdwingbaarheid verzocht om (in het verlengde van het lopende traject van het Zorginstituut met de NZa over passende zorg) kwaliteit van zorg scherper te definiëren en transparantie hierover af te dwingen. Uitgaande van de invoering van passende zorg wordt een besparing in de Zvw-uitgaven verondersteld.

Integraal Zorgakkoord (IZA)

Met verschillende zorgsectoren in de Zvw wordt een Integraal Zorgakkoord afgesloten voor de periode vanaf 2023 tot en met 2026 (de huidige akkoorden lopen tot en met 2022). Hierin worden afspraken gemaakt over zorginhoud en de budgettaire kaders zoals opgenomen in het coalitieakkoord. Zie voor meer informatie paragraaf 6.3.1.5 over het IZA.

Juiste zorg op de juiste plek

Om de juiste zorg op de juiste plek en substitutie te realiseren, moet aan bepaalde randvoorwaarden invulling worden gegeven. Belangrijk is dat er voldoende transitiemiddelen, capaciteit en organisatiekracht is, zowel aan de ontvangende als de substituerende kant. Vanaf 2025 moet deze beweging leiden tot een besparing op de zorgkosten.

Stimuleren anderhalvelijnszorg

Een verschuiving van complexe medisch-specialistische zorg (MSZ) naar de ‘basis-MSZ’ (anderhalvelijnszorg) wordt gestimuleerd door de introductie van een nieuwe betaaltitel en door de vrijblijvendheid van het meekijkconsult weg te nemen. Deze maatregel leidt tot een besparing van € 50 miljoen vanaf 2027.

Sturing op doelmatigheid via de tarieven

Om doelmatigheid te bevorderen wordt ingezet op tariefstelling, door normatieve elementen toe te voegen in sectoren waar vaste of maximumtarieven worden gehanteerd. Dit leidt tot een besparing van € 120 miljoen in 2024, oplopend tot € 147 miljoen vanaf 2026.

Doelmatige inkoop geneesmiddelen en medische technologie

De prijsonderhandelingen over dure, nieuwe geneesmiddelen worden uitgebreid naar alle middelen met een verwachte jaarlijkse uitgave boven de € 10 miljoen. Voor dure hulpmiddelen en medische technologie wordt na analyse van de verwachte effecten de keuze gemaakt tussen centrale prijsonderhandelingen of inzet op gecoördineerde inkoop.

Eigen risico gelijk houden tot en met 2025 en andere vormgeving van het eigen risico voor de medisch-specialistische zorg

De hoogte van het verplicht eigen risico in de Zvw blijft € 385 tot en met 2025. Daarnaast wordt er gewerkt aan een nieuwsysteem van eigen betalingen per verrichting per 2025. De nieuwe systematiek per 2025 leidt er naar verwachting toe, dat mensen niet na één behandeling hun volledige eigen risico volmaken. Per saldo is de verwachting dat het remgeldeffect van het eigen risico afneemt, waardoor het zorggebruik en daarmee de zorguitgaven toenemen.

Standaardisatie gegevensuitwisseling

De gegevensuitwisseling in de zorg wordt gestandaardiseerd. Er wordt gekeken naar de meest doelmatige modaliteit. Deze maatregel leidt in 2027 en 2028 tot een besparing van € 113,3 miljoen respectievelijk € 226,6 miljoen. Vanaf 2029 is de besparing structureel € 340,0 miljoen.

Standaardisatie inkoop- en verantwoordingseisen Zvw

De niet-concurrentiële inkoop- en verantwoordingseisen aan zorgaanbieders worden gestandaardiseerd. Het gaat om een aanvulling op een eerder ingeboekte taakstelling van € 50 miljoen in 2023 en € 100 miljoen vanaf 2024.

Verlengen voorwaardelijke toelating paramedische herstelzorg i.v.m. corona

Vanwege de besmettingen met het coronavirus is de voorwaardelijke toelating van paramedische herstelzorg per 1 augustus 2022 met één jaar verlengd, zodat behandeling na besmetting mogelijk blijft.

Aanpassing basisniveau IZA-sectoren

In het kader van het Integraal Zorgakkoord (IZA) worden de startniveaus van de macrokaders voor de IZA-sectoren meerjarig bijgesteld op basis van actuele inzichten over het gerealiseerde uitgavenniveau in recente jaren. Zie paragraaf 6.1.3.5. Per saldo is sprake van een verlaging van

€ 350 miljoen structureel.

Huisartsen meer tijd (opleiding huisartsen)

Om «meer tijd voor de huisarts» te realiseren, maken we het opleiden van meer huisartsen mogelijk: 20 extra plekken voor de driejarige huisartsopleiding per 2023 en nog eens 20 plekken per 2024.

Wachtlijsten ggz

In het kader van het Integraal Zorgakkoord is voor zowel 2023 als 2024

€ 30 miljoen gereserveerd voor het aanpakken van de wachtlijsten in de ggz.

IZA-transformatiegeld

Voor de partijen die deelnemen aan het IZA is in de periode 2023-2027 in totaal € 2,8 miljard aan transformatiemiddelen beschikbaar. Naar verwachting zijn de uitgaven in 2023 nog relatief beperkt in verband met de aanloop naar besluitvorming en feitelijke uitvoering van transformatieplannen. Vooralsnog wordt uitgegaan van € 280 miljoen aan uitgaven aan transformatiemiddelen via verzekeraars in 2023. Daarvan is € 84,3 miljoen verwerkt in de VWS-begroting 2023; de resterende middelen zijn gereserveerd op de aanvullende post van het ministerie van Financiën.

Pakketmaatregel vitamine D

Op advies van het Zorginstituut worden alle vitamine D-middelen met colecalciferol uit het geneesmiddelensysteem (GVS) verwijderd. Dat betekent dat ze niet meer worden vergoed uit het basispakket van de zorgverzekering. De opbrengst van deze maatregel (€ 129 miljoen) wordt overgeheveld naar de VWS-begroting ter dekking van het investeringsvoorstel Pallas.

Overig beleidsmatig

Deze post is het saldo van kleine beleidsmatige bijstellingen.

Ontvangsten

Autonoom

Effect actualisatie en budgettaire besluitvorming eigen risico Zvw

Deze mutatie bestaat uit twee onderdelen. Op basis van gegevens van het Zorginstituut vallen de verwachte opbrengsten van het eigen risico in 2022 lager uit dan eerder verwacht. Als gevolg van de macronacalculatie die voor 2022 geldt, komt 70% van deze tegenvaller ten laste van het Zorgverzekeringsfonds. Dit leidt tot een tegenvaller van ongeveer € 64,5 miljoen in 2022. Daarnaast is er een reeks die start in 2023 met € 3,9 miljoen, dit is het effect op het eigen risico van de budgettaire besluitvorming over de zorguitgaven.

cMEV en MEV effect eigen risico

De hogere loon- en prijsstijging als gevolg van de verwerking van de cMEV en MEV-cijfers leiden ertoe dat ook de verwachte opbrengst van het eigen risico hoger is.

Verwerking MLT 2022-2025

Deze bijstelling betreft de technische verwerking van de middellange-termijnverkenning (MLT) 2022–2025 van het Centraal Planbureau (CPB).

Beleidsmatig

Effect besparingen IZA op eigen risico

De besparingen op grond van het Integraal Zorgakkoord leiden tot lagere zorguitgaven. Daarmee samenhangend worden lagere ontvangsten op grond van het verplicht eigen risico verwacht.

Eigen risico gelijk houden tot en met 2025 en andere vormgeving van het eigen risico voor de medisch-specialistische zorg

De hoogte van het verplicht eigen risico in de Zvw blijft € 385 tot en met 2025. Daarnaast wordt er gewerkt aan een nieuw systeem van eigen betalingen per verrichting per 2025. Deze maatregelen leiden per saldo tot een neerwaartse bijstelling van de verwachte opbrengsten uit het eigen risico.

Effect maatregelen coalitieakkoord op eigen risico

Het totale pakket aan maatregelen uit het coalitieakkoord die leiden tot een bijstelling van de Zvw-zorguitgaven, werkt ook door in de opbrengst van het eigen risico.

Bijstelling eigen risico

Jaarlijks wordt de raming van het eigen risico geüpdatet met de nieuwste verdeling van zorgkosten en geijkt aan de raming van het eigen risico uit het onderzoek naar de risicoverevening, beide op basis van data van de Erasmus Universiteit. Daarnaast wordt de doorwerking van de mutaties in de Zvw-uitgaven uit de voorjaarsbesluitvorming 2022 verwerkt op de eigen risico opbrengsten. Dit leidt per saldo tot een structurele opwaartse bijstelling van de verwachte opbrengsten van het eigen risico.

6.3.1.4 Ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en –ontvangsten per deelsector

In tabel 6 wordt de ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten op sectorniveau weergegeven voor de jaren 2022 tot en met 2027. De sector Nominaal en onverdeeld Zvw bevat de nog niet uitgedeelde ruimte voor groei en loon- en prijsbijstellingen en de nog niet toebedeelde maatregelen uit de Startnota.

Tabel 6 Ontwikkeling van de Zvw-uitgaven per sector (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Eerstelijnszorg

6.947,3

7.168,8

7.238,6

7.383,1

7.559,7

7.561,0

Huisartsenzorg

3.579,4

3.689,4

3.776,4

3.889,7

4.025,8

4.025,8

Multidisciplinaire zorgverlening

714,6

759,2

781,5

812,8

853,4

853,4

Tandheelkundige zorg

829,1

864,1

864,1

864,1

864,1

864,1

Paramedische zorg

999,3

1.001,4

961,9

961,9

961,8

963,1

Verloskunde

280,4

287,1

287,1

287,1

287,1

287,1

Kraamzorg

350,3

369,5

369,5

369,5

369,5

369,5

Zorg voor zintuiglijk gehandicapten

194,1

198,1

198,1

198,1

198,1

198,1

Tweedelijnszorg

29.144,0

29.109,6

29.327,3

29.437,3

29.438,6

29.438,6

Medisch-specialistische zorg

26.369,3

26.200,6

26.467,7

26.577,8

26.579,0

26.579,0

Geriatrische revalidatiezorg en eerstelijnsverblijf

1.206,3

1.279,0

1.279,5

1.279,5

1.279,5

1.279,5

Beschikbaarheidbijdragen academische zorg

874,1

879,9

879,9

879,9

879,9

879,9

Beschikbaarheidbijdragen overig medisch-specialistische zorg

144,2

193,0

143,0

143,0

143,0

143,0

Overig curatieve zorg

550,1

557,2

557,2

557,2

557,2

557,2

Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

4.624,9

4.619,9

4.657,8

4.655,4

4.673,9

4.673,9

Apotheekzorg en hulpmiddelen

6.773,8

6.602,4

6.595,6

6.588,8

6.587,7

6.587,7

Apotheekzorg

5.000,9

4.794,4

4.788,6

4.782,9

4.781,8

4.781,8

Hulpmiddelen

1.772,9

1.808,0

1.806,9

1.805,9

1.805,9

1.805,9

Wijkverpleging

3.269,1

3.801,6

3.869,7

3.973,0

4.099,5

4.099,5

Ziekenvervoer

902,1

924,3

924,3

924,3

924,3

924,3

Ambulancezorg

784,9

792,5

792,5

792,5

792,5

792,5

Overig ziekenvervoer

117,1

131,8

131,8

131,8

131,8

131,8

Opleidingen

1.488,0

1.563,1

1.599,5

1.603,5

1.605,5

1.605,5

Grensoverschrijdende zorg

995,1

745,7

746,2

753,1

753,1

753,1

Nominaal en onverdeeld Zvw

13,0

4.411,1

6.870,9

9.354,7

11.923,8

14.964,1

Bruto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2023

54.157,2

58.946,5

61.829,8

64.673,3

67.566,1

70.607,8

Eigen betalingen Zvw

3.174,9

3.338,1

3.389,4

3.366,5

3.519,3

3.673,6

Netto Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2023

50.982,3

55.608,4

58.440,4

61.306,8

64.046,8

66.934,2

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

In onderstaande figuur is de samenstelling van de bruto Zvw-uitgaven 2023 in staafdiagrammen opgenomen.

Figuur 3 Samenstelling van de bruto Zvw-uitgaven 2023 (in miljarden euro’s)

6.3.1.5 Integraal zorgakkoord

Op het moment van opstellen van deze ontwerpbegroting 2023 is VWS met partijen in gesprek over een Integraal Zorg Akkoord (IZA). De beoogde financiële afspraken zoals die op hoofdlijnen zijn opgenomen in deze paragraaf zijn pas definitief als het Integraal Zorgakkoord is ondertekend.

Met het IZA) wordt invulling gegeven aan het voornemen uit het coalitieakkoord voor een integraal hoofdlijnenakkoord, maar ook aan verschillende andere maatregelen uit het coalitieakkoord. 

In het IZA worden voor de medisch-specialistische zorg (MSZ), geestelijke gezondheidszorg (GGZ), wijkverpleging, huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg (MDZ) budgettaire kaders afgesproken en vastgelegd waarbinnen de zorgkosten zich de komende vier jaar kunnen ontwikkelen. Daarbij is het startniveau van de macrokaders per sector structureel bijgesteld op basis van actuele inzichten over het gerealiseerde uitgavenniveau in recente jaren. Verder worden afspraken gemaakt over de macro beschikbare volumegroei voor de verschillende sectoren.

De beschikbare macrokaders per sector, exclusief indexatie voor loon- en prijsontwikkeling en eventuele toekomstige technische mutaties, worden daarmee als volgt (prijspeil 2022):

Tabel 7 Kaders sectoren Integraal Zorgakkoord 2023-2026 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2023

2024

2025

2026

Medisch-specialistische zorg

26.201

26.468

26.578

26.579

Geestelijke gezondheidszorg

4.620

4.658

4.655

4.674

Wijkverpleging

3.802

3.870

3.973

4.100

Huisartsenzorg

3.689

3.776

3.890

4.026

Multidisciplinaire zorgverlening

759

782

813

853

Macrokader IZA

39.071

39.553

39.909

40.232

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

De macrokaders voor de betreffende sectoren zijn terug te vinden in het verdiepingshoofdstuk dat integraal als open data beschikbaar wordt gesteld op: Overzicht Datasets | Ministerie van Financiën - Rijksoverheid (rijksfinancien.nl).

Voor de partijen die deelnemen aan het IZA zijn in aanvulling op de beschikbare kaders transitiemiddelen en specifieke investeringsmiddelen beschikbaar. Ten aanzien van de transitiemiddelen gaat het in totaal om € 2,8 miljard.

Maatregelen uit het coalitieakkoord slaan voor wat betreft de Zvw voor een belangrijk deel neer bij de IZA-sectoren. Voor deze sectoren zijn de besparingen in mindering gebracht op de Zvw-groeiruimte bij ongewijzigd beleid. Met het IZA wordt de resterende groeiruimte voor de periode 2023-2026 verdeeld. In het IZA staat beschreven welke inhoudelijke maatregelen worden getroffen om de afgesproken groei te realiseren en daarmee de beoogde besparingen te verwezenlijken. Het geheel aan maatregelen in het IZA moet leiden tot het totaal aan besparingen.

Alle afspraken die in het kader van het IZA worden gemaakt dienen te passen binnen de in het IZA beschreven financiële middelen.

De ontwikkeling van de uitgaven binnen de sectoren van het IZA wordt viermaal per jaar gemonitord via kwartaalrapportages van het Zorginstituut en de Nederlandse Zorgautoriteit. De uitgaven van de transitiemiddelen worden elk kwartaal gemonitord door de NZa. Indien noodzakelijk worden de ontwikkelingen besproken in het Bestuurlijk Overleg IZA.

6.3.2.1 Algemene doelstelling

Een stelsel voor maatschappelijke ondersteuning en langdurige zorg dat:

  • 1. ieder mens in staat stelt om zijn leven zo lang mogelijk zelf in te vullen en,

  • 2. wanneer dit nodig is – thuis of in een instelling kwalitatief goede ondersteuning en zorg biedt. Daarbij worden ondersteuning en zorg aangeboden aansluitend op informele vormen van hulp. De complexiteit van de zorgvraag en de weerbaarheid van de burger staan centraal bij het bieden van passende zorg. Er wordt gestreefd naar welbevinden en een afname van de afhankelijkheid van ondersteuning en zorg. Dit alles tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten.

6.3.2.2 Rol en verantwoordelijkheid bewindspersonen

De Minister is verantwoordelijk voor een effectief en efficiënt werkend systeem van langdurige zorg en maatschappelijke ondersteuning in Nederland. Mensen die zorg en ondersteuning nodig hebben, dienen dit thuis of in een instelling op maat en van een goede kwaliteit te krijgen.

Voor mensen met een blijvende behoefte aan permanent toezicht en die 24 uur per dag zorg in de nabijheid nodig hebben, is zorg vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz) beschikbaar. Zorgkantoren sluiten namens Wlz-uitvoerders overeenkomsten met zorgaanbieders voor het leveren van verzekerde zorg. Het kan onder andere gaan om verblijf in een instelling, persoonlijke verzorging en verpleging en/of geneeskundige zorg in natura of in de vorm van een persoonsgebonden budget.

De Minister wordt ondersteund door de Inspectie Gezondheidszorg (IGJ) en Jeugd, Zorginstituut Nederland en de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). De IGJ houdt op basis van de geldende normen toezicht op de kwaliteit van de zorg in Nederland. Zorginstituut Nederland en de NZa spelen een belangrijke rol bij de beheersing van de zorguitgaven. Zorginstituut Nederland adviseert de Minister over de samenstelling van het verzekerde pakket, stimuleert de continue kwaliteitsverbetering en beheert het Fonds langdurige zorg (Flz). De NZa behartigt het belang van de zorgconsument door het bewaken van de betaalbaarheid, beschikbaarheid en kwaliteit van zorg en houdt in dat kader toezicht op zorgaanbieders en zorgkantoren die namens Wlz-uitvoerders overeenkomsten sluiten met zorgaanbieders. De NZa adviseert de bewindspersonen over beleid en regelgeving. De NZa stelt op aanwijzing van de bewindspersonen regels, budgetten en tarieven vast voor dat deel van de zorg dat is gereguleerd en stelt condities voor concurrentie vast in zorgsectoren met vrije prijsvorming.

Verder ziet de Autoriteit Consument & Markt (ACM) toe op de naleving van wetten en regels op het gebied van concurrentie en marktwerking op basis van de Mededingingswet. Ook beoordeelt de ACM fusies in de zorg en controleert de ACM of zorgaanbieders en zorgverzekeraars geen concurrentiebeperkende afspraken maken.

6.3.2.3 Verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en –ontvangsten

De verticale toelichting bevat een cijfermatig overzicht van de budgettaire veranderingen voor de jaren 2022 tot en met 2027 sinds het opstellen van de ontwerpbegroting 2022.

De verticale toelichting onderscheidt drie categorieën bijstellingen:

  • Autonoom: voornamelijk bijstellingen als gevolg van de actualisering van de zorguitgaven op basis van de meest recente cijfers van Zorginstituut Nederland en de NZa en bijstellingen op basis van de actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

  • Beleidsmatig: bijstellingen die verband houden met politieke prioriteitstelling.

  • Technisch: overhevelingen tussen financieringsbronnen/domeinen.

De afzonderlijke posten worden toegelicht als het hiermee gepaard gaande bedrag hoger is dan € 10 miljoen.

Tabel 8 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2022 de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven en -ontvangsten van de Wlz zien. Onder de tabel is een toelichting van de verschillende bijstellingen opgenomen.

Tabel 8 Verticale ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten 2022-2027 (bedragen x € 1 miljoen) 1
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Bruto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2022

30.186,0

31.777,3

33.565,3

35.398,4

37.369,1

 

Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022

235,2

247,7

259,9

273,3

287,4

 

Bruto Wlz-uitgaven NvW ontwerpbegroting 2022

30.421,2

32.025,0

33.825,2

35.671,7

37.656,4

 
       

Bijstellingen bruto Wlz-uitgaven

      

Autonoom

‒ 82,7

1.507,2

1.968,0

2.584,2

3.304,3

 

Actualisering Wlz-uitgaven

‒ 125,0

139,0

22,0

22,0

22,0

 

Loon- en prijsontwikkeling

42,3

1.362,6

1.855,3

2.364,1

2.862,5

 

Verwerking MLT 2022-2025

0,0

5,6

90,7

198,0

419,8

 
       

Beleidsmatig

194,4

93,6

‒ 115,8

‒ 530,9

‒ 604,7

 

Valpreventie bij 65-plussers

0,0

‒ 20,0

‒ 30,0

‒ 35,0

‒ 37,8

 

Meerjarige contracten ouderenzorg

0,0

0,0

‒ 70,0

‒ 135,0

‒ 70,0

 

Meerjarige contracten ghz en ggz

0,0

0,0

‒ 55,0

‒ 110,0

‒ 65,0

 

Doorontwikkeling Kwaliteitskader verpleeghuiszorg

0,0

0,0

‒ 100,0

‒ 200,0

‒ 350,0

 

Bevorderen doelmatigheid behandeling en geneesmiddelen Wlz

0,0

0,0

0,0

‒ 170,0

‒ 170,0

 

Integraal Zorgakkoord (IZA)

0,0

0,0

0,0

0,0

‒ 15,0

 

Scheiden wonen en zorg

0,0

‒ 43,1

‒ 86,2

‒ 129,5

‒ 173,1

 

Regiobudget scheiden wonen en zorg

39,7

40,0

40,0

40,0

40,0

 

Domeinoverstijgende samenwerking (scheiden wonen en zorg)

0,0

0,0

27,7

37,4

47,0

 

Tijdelijke extra compensatie zorg met verblijf (scheiden wonen en zorg)

0,0

18,0

36,0

54,0

72,0

 

Transitiemiddelen scheiden wonen en zorg

0,0

0,0

32,6

32,8

33,8

 

Niet doorgaan integrale vergelijking

220,0

320,0

430,0

540,0

760,0

 

Dekking niet doorgaan integrale vergelijking

‒ 220,0

‒ 320,0

‒ 430,0

‒ 540,0

‒ 760,0

 

Meerkostenregeling i.v.m. corona

200,0

0,0

0,0

0,0

0,0

 

Zorginfrastructuur

‒ 1,5

‒ 11,0

‒ 27,1

‒ 32,4

‒ 34,4

 

Tijdelijke middelen Kwaliteitskader verpleeghuiszorg

‒ 79,0

‒ 87,0

‒ 87,0

‒ 87,0

‒ 87,0

 

Regionaal stimuleringsbudget zorgkantoren

30,0

31,0

31,0

31,0

31,0

 

IZA sociaal domein

0,0

150,0

150,0

150,0

150,0

 

Overig beleidsmatig

5,2

15,8

22,3

22,8

23,8

 
       

Technisch

‒ 69,7

‒ 106,5

‒ 106,5

‒ 106,5

‒ 106,5

 

Loon- en prijsindexatie Wmo beschermd wonen

‒ 68,5

‒ 68,5

‒ 68,5

‒ 68,5

‒ 68,5

 

Volume-indexatie Wmo beschermd wonen

‒ 1,2

‒ 38,0

‒ 38,0

‒ 38,0

‒ 38,0

 
       

Totaal bijstellingen bruto Wlz-uitgaven

42,1

1.494,3

1.745,7

1.946,7

2.593,1

 
       

Bruto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2023

30.463,2

33.519,2

35.570,9

37.618,4

40.249,5

42.615,4

       

Wlz-ontvangsten ontwerpbegroting 2022

2.073,3

2.113,0

2.180,8

2.244,8

2.313,4

 

Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

 

Wlz-ontvangsten NvW ontwerpbegroting 2022

2.073,3

2.113,0

2.180,8

2.244,8

2.313,4

 
       

Bijstellingen Wlz-ontvangsten

      

Autonoom

41,9

47,2

58,2

202,5

242,2

 

Actualisatie eigen bijdragen Wlz

41,9

47,2

50,6

166,3

173,8

 

Verwerking MLT 2022-2025

0,0

0,0

7,6

36,2

68,4

 
       

Beleidsmatig

‒ 1,6

‒ 4,7

‒ 7,8

‒ 9,5

‒ 18,1

 

Scheiden wonen en zorg

0,0

‒ 3,1

‒ 6,2

‒ 9,5

‒ 13,1

 

Overig beleidsmatig

‒ 1,6

‒ 1,6

‒ 1,6

0,0

‒ 5,0

 
       

Totaal bijstellingen Wlz-ontvangsten

40,3

42,5

50,4

193,0

224,1

 
       

Wlz-ontvangsten ontwerpbegroting 2023

2.113,6

2.155,5

2.231,2

2.437,8

2.537,5

2.619,4

       

Netto Wlz-uitgaven NvW ontwerpbegroting 2022

28.347,9

29.912,0

31.644,4

33.426,9

35.343,0

 

Bijstellingen in de netto Wlz-uitgaven

1,7

1.451,8

1.695,3

1.753,7

2.369,0

 

Netto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2023

28.349,6

31.363,7

33.339,7

35.180,6

37.712,0

39.996,0

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

Toelichting

Uitgaven

Autonoom

Actualisering Wlz-uitgaven

Op basis van de julibrief van de NZa worden de resterende herverdeelmiddelen 2022 (€ 125 miljoen) niet ingezet, maar wordt wel rekening gehouden met een overloopeffect voor ggz-wonen (€ 173 miljoen vanaf 2023). Daarnaast worden de tarieven verhoogd ter compensatie van de inzet van persoonlijke beschermingsmiddelen op grond van vigerende richtlijnen (€ 91 miljoen vanaf 2023). Ten slotte actualiseert de NZa per 2024 de NHC/NIC-component in de tarieven. Er is sprake van een neerwaarts effect als gevolg van lagere rentes en een opwaarts effect vanwege toegenomen duurzaamheidseisen. Per saldo leiden deze twee effecten tot een afname van de tarieven met € 117 miljoen per 2024.

Loon- en prijsontwikkeling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB). Hierbij is rekening gehouden met de verwachte loon- en prijsontwikkeling in 2023 en de bijstelling over 2022 van de gestegen loon- en prijsontwikkeling ten opzichte van de Macro Economische Verkenningen (MEV) van vorig jaar.

Verwerking MLT 2022-2025

Deze bijstelling betreft de technische verwerking van de middellange- termijnverkenning (MLT) voor de volumegroei 2022–2025 van het Centraal Planbureau (CPB).

Beleidsmatig

Valpreventie bij 65-plussers

Gemeenten krijgen de taak om valpreventieprogramma’s aan te (laten) bieden voor hun inwoners van 65 jaar en ouder. Dit leidt tot een lager beroep op langdurige zorg.

Meerjarige contracten ouderenzorg

Voor de ouderenzorg wordt het mogelijk gemaakt om te komen tot meerjarige contracten met budgetafspraken, afgesloten tussen Wlz-uitvoerders en zorgaanbieders, gecombineerd met een meerjarige contracteerruimte. Dit geeft zorgaanbieders meer financiële zekerheid, waardoor bijvoorbeeld meer externe inhuur in vaste dienst kan worden genomen.

Meerjarige contracten ghz en ggz

Voor de gehandicaptenzorg en geestelijke gezondheidszorg wordt het mogelijk gemaakt om te komen tot meerjarige contracten met budgetafspraken, afgesloten tussen Wlz-uitvoerders en zorgaanbieders, gecombineerd met een meerjarige contracteerruimte. Dit geeft zorgaanbieders meer financiële zekerheid, waardoor bijvoorbeeld meer externe inhuur in vaste dienst kan worden genomen.

Doorontwikkeling Kwaliteitskader verpleeghuiszorg

De afgelopen jaren is de personeelsbezetting in de verpleeghuiszorg sterk toegenomen dankzij de implementatie van het Kwaliteitskader verpleeghuiszorg. Om tegen de achtergrond van de steeds krapper wordende arbeidsmarkt voor de zorg het kwaliteitskader op de lange termijn houdbaar en uitvoerbaar te houden, vindt onder regie van het Zorginstituut een doorontwikkeling plaats. Er komt (meer) aandacht voor de inzet van innovatie en technologie en het gebruik van contextgebonden, flexibele werkroosters (lichter dan in het dienstrooster van de NZa zoals verondersteld bij de doorrekening van het Kwaliteitskader). Dit leidt tot gelijke goede zorg tegen lagere uitgaven in de langdurige zorg. Hiervoor wordt taakstellend een korting ingeboekt.

Bevorderen doelmatigheid behandeling en geneesmiddelen Wlz

Voor de helft van de Wlz-cliënten komen behandelvormen ten laste van de Wlz en voor de andere helft van die cliënten komen deze behandelingen ten laste van de Zvw. In het coalitieakkoord is aangekondigd deze verschillen op te heffen door per 2025 deze behandelvormen voor iedereen met een Wlz-indicatie in de Zvw te positioneren. Deze ingrijpende wijziging van de Wlz vergt een wetswijziging met een zorgvuldig implementatie- en transitietraject en wordt daarom niet mogelijk geacht per 2025. Via aanpassing van prestatie- en tariefregulering door de NZa wordt de taakstelling uit het coalitieakkoord binnen de Wlz gerealiseerd.

Integraal Zorgakkoord (IZA)

Als onderdeel van het Integraal Zorgakkoord wordt beoogd afspraken te maken over het afschaffen van particuliere keurmerken; dit heeft naast de Zvw ook een uitgavenbeperkend effect in de Wlz.

Scheiden wonen en zorg

Zorgkantoren gaan bij de inkoop sturen op extramurale leveringsvormen (VPT, MPT, pgb) zodat ouderen langer thuis kunnen wonen en in hun eigen omgeving zorg kunnen ontvangen. Uitgangspunt is dat het aantal verpleegzorgplekken met verblijf ten opzichte van 2022 gehandhaafd blijft.

Regiobudget scheiden wonen en zorg

Het regiobudget scheiden wonen en zorg is een sturingsinstrument dat zorgkantoren kunnen benutten bij de zorginkoop met als doel de transitie scheiden wonen en zorg te stimuleren. De middelen kunnen worden ingezet om een geclusterde setting of VPT in de wijk sneller te realiseren en dragen eraan bij dat ook op een verantwoorde wijze zorg zonder verblijf kan worden geleverd.

Domeinoverstijgende samenwerking (scheiden wonen en zorg)

Vanuit de transitiemiddelen scheiden wonen en zorg zijn middelen gereserveerd om zorgkantoren de ruimte te geven om preventieve maatregelen in voorliggende domeinen te cofinancieren en op die manier domeinoverstijgende samenwerking te bevorderen.

Tijdelijke extra compensatie zorg met verblijf (scheiden wonen en zorg)

De maatregel scheiden wonen en zorg is erop gericht ouderenzorg in toenemende mate op basis van een leveringsvorm exclusief verblijf te verstrekken. Dit heeft ook consequenties voor de capaciteitsplanning van zorgaanbieders. Er is geïnventariseerd in hoeverre lopende capaciteitsuitbreidingen nog aangepast konden worden om aan te sluiten bij de transitie scheiden wonen en zorg. Voor de plekken waar dit niet mogelijk bleek, is tijdelijke compensatie op basis van zorg met verblijf mogelijk.

Transitiemiddelen scheiden wonen en zorg

Scheiden wonen en zorg betreft een majeure beweging die in de huidige kabinetsperiode in gang wordt gezet. Om de kosten die als gevolg van deze beweging optreden te ondervangen, worden er door het kabinet transitiemiddelen beschikbaar gesteld. Een deel van de transitiemiddelen is gereserveerd om de mogelijk nog onvoorziene transitiekosten te kunnen ondervangen.

Niet doorgaan integrale vergelijking/Dekking niet doorgaan integrale vergelijking

De integrale vergelijking verpleeghuiszorg gaat niet door. Het kabinet heeft besloten om andere maatregelen in de ouderen zorg uit te voeren, zoals het scheiden van wonen en zorg, het mogelijk maken van meerjarige contracten ouderenzorg en de doorontwikkeling van het Kwaliteitskader verpleeghuiszorg.

Meerkostenregeling i.v.m. corona

Dit betreft de compensatie van extra kosten als gevolg van corona voor aanbieders in de langdurige zorg op grond van de hiervoor door de NZa opgestelde beleidsregel.

Zorginfrastructuur

De middelen voor versterking van de zorginfrastructuur in de langdurige zorg worden vanuit de begroting, artikel 3, ingezet ten behoeve van de gespecialiseerde cliëntondersteuning, de toekomstagenda gehandicaptenzorg en de ramingsbijstelling van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Doordat de middelen via de begroting worden ingezet vindt er onder het Uitgavenplafond Zorg een neerwaartse bijstelling plaats.

Tijdelijke middelen Kwaliteitskader verpleeghuiszorg

Op de begroting waren tijdelijk extra middelen geraamd voor het Kwaliteitskader verpleeghuiszorg die uitgingen boven het structurele bedrag van € 2,1 miljard (in prijspeil 2017) dat vanaf 2027 was gereserveerd. Nu het structurele bedrag van € 2,1 miljard per 2022 in de integrale tarieven is verwerkt en de verpleeghuizen daarmee aan het kwaliteitskader kunnen voldoen is het mogelijk om de tijdelijke extra middelen gericht in te zetten. Dit betreft de dekking voor het Wlz-brede regionale stimuleringsbudget, de ophoging van het budget voor de beleidsregel innovatie van de NZa en enkele andere uitgaven die vanuit instrumenten op de begroting, artikel 3, lopen. Deze bijstelling was mogelijk zonder het beschikbaar gestelde Wlz-kader te verlagen.

Regionaal stimuleringsbudget zorgkantoren

Dit betreft de gereserveerde middelen voor een regionaal stimuleringsbudget voor de ouderenzorg en gehandicaptenzorg binnen de Wlz. De middelen kunnen worden ingezet voor bevordering van goed werkgeverschap, regionale samenwerking en (opschaling van) technologie en innovatie. Op deze manier draagt de inzet bij aan de opgaven uit het coalitieakkoord om te komen tot toekomstbestendige, betaalbare, toegankelijke en kwalitatief goede Wlz-zorg.

IZA sociaal domein

Er is vanaf 2023 € 150 miljoen gereserveerd voor de inzet vanuit het sociaal domein voor het Integraal Zorgakkoord (IZA). Deze inzet is nodig om de beoogde beweging naar de voorkant en preventie te realiseren. In het kader van het IZA worden hierover nadere afspraken gemaakt.

Overig beleidsmatig

Deze post is het saldo van kleine beleidsmatige bijstellingen, waaronder het ophogen van het budget voor de beleidsregel innovatie van de NZa met € 7,5 miljoen in 2022 en € 10 miljoen in de jaren 2023 t/m 2026.

Technisch

Loon- en prijsindexatie Wmo beschermd wonen

Dit betreft het overboeken van de loon- en prijsindexatie naar het budget voor Wmo beschermd wonen in het gemeentefonds.

Volume-indexatie Wmo beschermd wonen

Dit betreft het overboeken van de volumegroei voor Wmo beschermd wonen naar het gemeentefonds.

Ontvangsten

Autonoom

Actualisatie eigen bijdragen Wlz

Dit betreft een actualisatie van de eigen bijdragen in de Wlz. Het betreft grotendeels een reguliere bijstelling op basis van uitvoeringsinformatie en de MEV van het CPB. Daarnaast is er vanaf 2025 sprake van hogere ontvangsten als gevolg van de koppeling van de AOW aan het wettelijk minimumloon. Dit heeft effect op het verzamelinkomen van AOW-ers en daarmee op de hoogte van de eigen bijdrage in de Wlz.

Verwerking MLT 2022-2025

Deze bijstelling betreft de technische verwerking van de middellange termijnverkenning (MLT) voor de volumegroei 2022–2025 van het Centraal Planbureau (CPB).

Beleidsmatig

Scheiden wonen en zorg

Zorgkantoren gaan bij de inkoop sturen op extramurale leveringsvormen (VPT, MPT, pgb) zodat ouderen langer thuis kunnen wonen en in hun eigen omgeving zorg kunnen ontvangen. Dit leidt tot lagere eigen bijdrage ontvangsten.

Overig beleidsmatig

Deze post betreft een kleine beleidsmatige bijstelling.

6.3.2.4 Ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en –ontvangsten per deelsector

In tabel 9 wordt de ontwikkeling van de Wlz-uitgaven en -ontvangsten op sectorniveau weergegeven voor de jaren 2022 tot en met 2027. De sector Nominaal en onverdeeld Wlz bevat de nog niet uitgedeelde ruimte voor groei en loon- en prijsbijstellingen en nog niet toebedeelde maatregelen uit de Startnota.

Tabel 9 Ontwikkeling van de Wlz-uitgaven per sector (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Zorg in natura binnen contracteerruimte

26.632,3

27.556,5

27.185,7

26.752,8

26.690,7

26.519,2

Ouderenzorg

15.275,6

15.737,2

15.470,1

15.186,8

15.077,6

14.912,8

Gehandicaptenzorg

9.482,8

9.728,6

9.644,9

9.506,5

9.546,3

9.539,7

Langdurige ggz

1.873,9

2.090,7

2.070,7

2.059,6

2.066,8

2.066,7

Persoonsgebonden budgetten3

2.831,9

2.897,0

2.901,8

2.901,7

2.901,6

2.901,6

Pgb ouderenzorg

648,8

668,5

668,5

668,5

668,5

668,5

Pgb gehandicaptenzorg

1.989,1

2.031,4

2.036,3

2.036,2

2.036,2

2.036,1

Pgb langdurige ggz

194,0

197,0

197,0

197,0

197,0

197,0

Buiten contracteerruimte

999,1

3.065,8

5.483,3

7.963,9

10.657,2

13.194,7

Beheerskosten

291,7

289,4

312,2

327,9

338,6

290,6

Overig buiten contracteerruimte2

507,4

520,1

520,7

520,9

521,0

511,0

Nominaal en onverdeeld Wlz

200,0

2.256,3

4.650,4

7.115,2

9.797,6

12.393,0

Bruto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2023

30.463,2

33.519,2

35.570,9

37.618,4

40.249,5

42.615,4

Eigen bijdragen Wlz

2.113,6

2.155,5

2.231,2

2.437,8

2.537,5

2.619,4

Netto Wlz-uitgaven ontwerpbegroting 2023

28.349,6

31.363,7

33.339,7

35.180,6

37.712,0

39.996,0

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

2 Bij de Wlz zijn onder de post «overige buiten contracteerruimte» opgenomen de deelsectoren: hulpmiddelen, tandheelkunde Wlz, medisch-specialistische zorg Wlz, overige Wlz, ADL, zorginfrastructuur (vanaf 2022) en beschikbaarheidbijdrage opleidingen Wlz.

3 Om meer inzicht te geven in de besteding van middelen voor ouderenzorg, gehandicaptenzorg en de langdurige ggz zijn de budgetten met ingang van 2022 voor zorg in natura en pgb uitgesplitst in deze onderdelen.

Bron: VWS, Zorginstituut Nederland en NZa.

In onderstaande figuur is de samenstelling van de bruto Wlz-uitgaven 2023 in staafdiagrammen opgenomen.

Figuur 4 Samenstelling van de bruto Wlz-uitgaven 2023 (in miljarden euro’s)

1 Bij de Wlz zijn onder de post «overige buiten contracteerruimte» opgenomen de deelsectoren: hulpmiddelen, tandheelkunde Wlz, medisch-specialistische zorg Wlz, overige Wlz, ADL, zorginfrastructuur (vanaf 2022) en beschikbaarheidbijdrage opleidingen Wlz.

Bij de begrotingsgefinancierde zorguitgaven gaat het ondermeer om middelen die op grond van de Wmo beschermd wonen onder het Uitgavenplafond Zorg beschikbaar zijn. Naast de Wmo beschermd wonen vallen enkele andere begrotingsgefinancierde posten onder de zorguitgaven. Tot deze categorie horen een deel van de uitgaven voor zorgopleidingen, de uitgaven voor zorg, jeugd en welzijn in Caribisch Nederland, de subsidie(regelingen) NIPT, abortusklinieken, overgang integrale tarieven medische-specialistische zorg (MSZ) en kwaliteit, transparantie en patiëntveiligheid. Deze uitgaven worden bij de artikelen 1, 2 en 4 verantwoord en toegelicht. Ten slotte is een aantal maatregelen uit de Startnota opgenomen op de aanvullende post van het Ministerie van Financiën, die onder de zorguitgaven vallen.

6.3.3.1 Verticale ontwikkeling begrotingsgefinancierde zorguitgaven

In tabel 10 wordt de ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde zorguitgaven weergegeven. De bijstellingen voor beschermd wonen en de aanvullende post van Financiën worden respectievelijk in tabel 10A en tabel 10B gespecificeerd en toegelicht.

Tabel 10 Verticale ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde zorguitgaven 2022-2027 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven ontwerpbegroting 2022

2.018,4

1.906,7

1.903,2

1.914,1

1.924,1

 

Bijstellingen NvW ontwerpbegroting 2022

‒ 9,5

0,0

0,0

0,0

0,0

 

Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven NvW ontwerpbegroting 2022

2.008,9

1.906,7

1.903,2

1.914,1

1.924,1

 
       

Bijstellingen

      

Beschermd wonen (gemeentefonds), zie tabel 10A

69,7

106,5

106,5

106,5

106,5

 

Aanvullende post Financiën, zie tabel 10B

‒ 0,8

410,3

1.122,0

943,5

1.000,4

 
       

Autonoom

18,5

116,8

184,1

213,8

253,1

 

Loon- en prijsontwikkeling

18,5

116,8

184,1

213,8

253,1

 
       

Beleidsmatig

‒ 34,8

‒ 80,4

‒ 85,2

‒ 77,9

‒ 74,0

 

Ondersteuning van het zorgstelsel (Artikel 2)

‒ 2,3

‒ 6,8

‒ 3,7

‒ 2,1

‒ 0,1

 

Zorg, jeugd en welzijn in Caribisch Nederland (Artikel 4)

‒ 14,1

‒ 11,4

‒ 11,3

‒ 11,3

‒ 11,1

 

Overig

‒ 18,4

‒ 62,2

‒ 70,2

‒ 64,5

‒ 62,9

 
       

Totaal bijstellingen

52,6

553,2

1.327,4

1.185,9

1.286,1

 
       

Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven NvW ontwerpbegroting 2022

2.008,9

1.906,7

1.903,2

1.914,1

1.924,1

 

Bijstellingen in de netto begrotingsgefinancierde-uitgaven

52,6

553,2

1.327,4

1.185,9

1.286,1

 

Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven ontwerpbegroting 2023

2.061,6

2.459,9

3.230,6

3.100,0

3.210,1

2.974,7

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS.

In tabel 10A wordt de ontwikkeling van de zorguitgaven Wmo beschermd wonen gepresenteerd en toegelicht.

Tabel 10A Verticale ontwikkeling beschermd wonen 2022-2027 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Netto uitgaven beschermd wonen ontwerpbegroting 2022

1.425,7

1.426,4

1.426,9

1.427,5

1.428,1

 
       

Bijstellingen

      

Technisch

69,7

106,5

106,5

106,5

106,5

 

Loon- en prijsindexatie Wmo beschermd wonen

68,5

68,5

68,5

68,5

68,5

 

Volume-indexatie Wmo beschermd wonen

1,2

38,0

38,0

38,0

38,0

 
       

Totaal bijstellingen

69,7

106,5

106,5

106,5

106,5

 
       

Netto uitgaven beschermd wonen ontwerpbegroting 2023

1.495,5

1.532,9

1.533,4

1.534,0

1.534,6

1.534,6

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS.

Toelichting

Loon- en prijsindexatie Wmo beschermd wonen

Dit betreft het overboeken van de loon- en prijsindexatie naar het budget voor Wmo beschermd wonen in het gemeentefonds.

Volume-indexatie Wmo beschermd wonen

Dit betreft het overboeken van de volumegroei voor Wmo beschermd wonen in het gemeentefonds.

In tabel 10B wordt de verticale ontwikkeling van de zorguitgaven op de aanvullende post van Financiën gepresenteerd en toegelicht. De middelen maken onderdeel uit van het Uitgavenplafond Zorg. In de tabel zijn de maatregelen uit de Startnota en de middelen die overgeheveld zijn naar de VWS-begroting opgenomen en toegelicht. Daarnaast zijn er enkele overige bijstellingen in de tabel verwerkt.

Tabel 10B Verticale ontwikkeling zorguitgaven aanvullende post Financien 2022-2027 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Netto Zorguitgaven aanvullende post Financiën ontwerpbegroting 2022

0,8

0,8

0,8

0,8

0,8

 
       

Bijstellingen

      

Beleidsmatig

      

Startnota

367,5

1.187,0

1.413,5

1.253,0

1.207,7

 

Integraal Zorgakkoord (transformatiemiddelen)

80,0

208,0

208,0

208,0

208,0

 

Meer tijd voor huisartsen

0,0

4,0

8,0

12,0

48,0

 

Woon-zorgcombinaties en stimulering langer thuis

37,5

75,0

87,5

100,0

0,0

 

Respijtzorg

10,0

10,0

10,0

10,0

10,0

 

Juiste zorg op de juiste plek (transformatiemiddelen)

0,0

380,0

380,0

380,0

380,0

 

Standaardisatie gegevensuitwisseling

0,0

200,0

400,0

200,0

200,0

 

Valpreventie bij 65-plussers

0,0

60,0

60,0

60,0

61,7

 

Passende zorg als norm in de Zvw (investeringsmiddelen)

40,0

50,0

60,0

83,0

100,0

 

Scheiden wonen en zorg

200,0

200,0

200,0

200,0

200,0

 
       

Overhevelingen naar de VWS-begroting

‒ 53,1

‒ 280,1

‒ 245,1

‒ 256,4

‒ 152,8

 

Integraal Zorgakkoord (IZA)

‒ 0,2

‒ 22,2

‒ 23,0

‒ 24,5

‒ 25,0

 

Woon-zorgcombinaties en stimulering langer thuis

‒ 37,5

‒ 75,0

‒ 87,5

‒ 100,0

0,0

 

Respijtzorg

‒ 10,0

‒ 10,0

‒ 10,0

‒ 10,0

‒ 10,0

 

Passende zorg als norm in de Zvw

‒ 5,1

‒ 23,3

‒ 16,8

‒ 17,6

‒ 13,6

 

Transitiemiddelen scheiden wonen en zorg (naar VWS-begroting)

‒ 0,3

‒ 98,9

‒ 104,4

‒ 101,6

‒ 104,0

 

Standaardisatie gegevensuitwisseling

0,0

‒ 40,7

‒ 1,5

‒ 0,7

‒ 0,2

 

Valpreventie bij 65-plussers

0,0

‒ 8,0

0,0

0,0

0,0

 

Huisartsen meer tijd (subsidie PA/VS)

0,0

‒ 2,0

‒ 2,0

‒ 2,0

0,0

 
       

Overhevelingen naar het Uitgavenplafond Zorg

‒ 199,7

‒ 235,0

‒ 161,7

‒ 168,4

‒ 169,7

 

Transitiemiddelen scheiden wonen en zorg (naar Uitgavenplafond Zorg)

‒ 199,7

‒ 101,2

‒ 95,7

‒ 98,4

‒ 96,0

 

IZA-transformatiemiddelen

0,0

‒ 84,3

0,0

0,0

0,0

 

Valpreventie bij 65-plussers (overheveling naar de Zvw)

0,0

‒ 47,5

‒ 60,0

‒ 60,0

‒ 61,7

 

Huisartsen meer tijd (opleiding huisartsen)

0,0

‒ 2,0

‒ 6,0

‒ 10,0

‒ 12,0

 
       

Overige bijstellingen

‒ 115,5

‒ 261,7

115,2

115,2

115,2

 

Integraal Zorgakkoord (kasschuif)

‒ 79,8

19,8

20,0

20,0

20,0

 

IZA-transformatiemiddelen (kasschuif)

0,0

‒ 175,5

58,5

58,5

58,5

 

Juiste zorg op de juiste plek (kasschuif)

0,0

‒ 110,1

27,5

27,5

27,5

 

Passende zorg (kasschuif)

‒ 34,9

4,9

10,0

10,0

10,0

 

Loon- en prijsbijstelling

‒ 0,8

‒ 0,8

‒ 0,8

‒ 0,8

‒ 0,8

 
       

Totaal bijstellingen

‒ 0,8

410,3

1.122,0

943,5

1.000,4

 

Netto zorguitgaven aanvullende post Financiën ontwerpbegroting 2023

0,0

411,1

1.122,8

944,3

1.001,2

776,2

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS.

Toelichting

Startnota

Integraal Zorgakkoord (transformatiemiddelen)

De transformatiemiddelen worden beschikbaar gesteld ter ondersteuning van de zorginhoudelijke afspraken tot en met 2026, alvorens deze in 2027 komen te vervallen.

Meer tijd voor huisartsen

Met het coalitieakkoord zijn er middelen beschikbaar om meer huisartsen op te leiden. Dit moet ertoe leiden dat huisartsen meer tijd voor hun patiënten krijgen, zodat zij het goede gesprek in de spreekkamer kunnen voeren.

Woon-zorgcombinaties en stimulering langer thuis

Het doel van deze maatregel is ervoor te zorgen dat we als samenleving voorbereid zijn op een ouder wordende populatie, ouderen langer in hun eigen omgeving kunnen blijven wonen en minder snel een beroep doen op (zwaardere vormen van) ondersteuning en zorg en het vergroten van de inzet van digitale zorg en ondersteuning. Om dit te realiseren wordt er ingezet op drie hoofdonderdelen, namelijk het creëren van meer geschikte woonplekken voor ouderen, digitale zorg en ondersteuning en de voorbereiding op een ouder wordende populatie door het sociale netwerk van ouderen te versterken.

Respijtzorg

Respijtzorg heeft als doel dat meer mensen die voor een naaste zorgen zich gefaciliteerd en ondersteund voelen om hun zorgtaken uit te voeren via een innovatief (respijt)zorgaanbod en aandacht voor overbelasting (op o.a. werk en school). Om het ‘zorgen voor je naaste’ te faciliteren, wordt er met deze maatregel ingezet op het bereiken van resultaten op twee gebieden: innovatie van het respijtzorg aanbod en opvolging van de landelijke aanpak Samen Sterk voor Mantelzorg.

Juiste zorg op de juiste plek (transformatiemiddelen)

De hoog-complexe zorg wordt versterkt door te sturen op meer concentratie. Hiervoor wordt financiering en/of regulering aangepast om tot de gewenste verplaatsing van zorg te komen. Er wordt rekening gehouden met een transitieperiode van vijf jaar.

Standaardisatie gegevensuitwisseling

De gegevensuitwisseling in de zorg wordt gestandaardiseerd.

Valpreventie bij 65-plussers

Gemeenten krijgen de taak om valpreventieprogramma’s aan te (laten) bieden voor hun inwoners van 65 jaar en ouder. Hiervoor zijn investeringen nodig in opsporing en screening en het ontwikkelen en aanbieden van valpreventieprogramma’s.

Passende zorg als norm in de Zvw (investeringsmiddelen)

De sturing op effectieve zorg in het basispakket wordt versterkt. Hiertoe wordt grootschalig geïnvesteerd in effectiviteitsonderzoek. De capaciteit en bevoegdheden van uitvoerders en toezichthouders worden uitgebreid om te borgen dat de vertaalslag van onderzoeksresultaten naar de praktijk wordt gemaakt.

Scheiden wonen en zorg

Er wordt in de jaren 2022 t/m 2026 in totaal € 1,0 miljard gereserveerd om deze transitie scheiden wonen en zorg op gang te brengen.

Overhevelingen naar de VWS-begroting

Integraal Zorgakkoord (IZA)

In verband met de uitvoering van het Integraal Zorgakkoord wordt een deel van de beschikbare (transformatie)middelen overgeheveld vanuit de aanvullende post van Financiën naar de VWS-begroting.

Woon-zorgcombinaties en stimulering langer thuis

Deze middelen worden overgeheveld vanuit de aanvullende post van Financiën naar de VWS-begroting.

Respijtzorg

Deze middelen worden overgeheveld vanuit de aanvullende post van Financiën naar de VWS-begroting.

Passende zorg als norm in de Zvw

Een deel van de beschikbare investeringsmiddelen wordt overgeheveld van de aanvullende post van Financiën naar de VWS-begroting.

Transitiemiddelen scheiden wonen en zorg (naar VWS-begroting)

Dit betreft de overheveling van een deel van de transitiemiddelen scheiden wonen en zorg naar de begroting van VWS. De middelen worden ingezet om de beweging scheiden wonen en zorg op gang te brengen.

Standaardisatie gegevensuitwisseling

Dit betreft middelen die overgeheveld worden van de aanvullende post van Financiën naar de VWS-begroting. Naar aanleiding van het coalitieakkoord worden activiteiten gecontinueerd en versneld in het kader van standaardisatie van gegevensuitwisseling en worden voorbereidingen getroffen voor een meerjarige uitwerking van dit thema. Met het beschikbare budget wordt de versnelling van de generieke functie Toestemming ondersteund. Tevens worden ten behoeve van het realiseren van randvoorwaarden voor elektronische gegevensuitwisseling de activiteiten van Nictiz uitgebreid en versneld en wordt het dienstenaanbod van Z-Cert uitgebreid.

Valpreventie bij 65-plussers

Deze middelen worden overgeheveld van de aanvullende post van Financiën naar de VWS-begroting ten behoeve van de uitvoering van de maatregel valpreventie.

Huisartsen meer tijd (subsidie PA/VS)

Dit betreft de overheveling van een deel van de investeringsmiddelen om «meer tijd voor de huisarts» te realiseren. Het gaat om middelen om de stimuleringssubsidie physician assistant/verpleegkundig specialist in de huisartsenzorg in de periode 2023-2025 voort te zetten.

Overhevelingen naar het Uitgavenplafond Zorg

Transitiemiddelen scheiden wonen en zorg (naar Uitgavenplafond Zorg)

 Dit betreft de overheveling van een deel van de transitiemiddelen scheiden wonen en zorgnaar hetUitgavenplafond Zorg.De middelenworden ingezet om de beweging scheiden wonen en zorg op gang te brengen.

IZA transformatiemiddelen

Dit betreft de overheveling van een deel van de transformatiemiddelen van de aanvullende post naar het Uitgavenplafond Zorg. Voor de partijen die deelnemen aan het IZA zijn in de periode 2023-2027 in totaal € 2,8 miljard aan transformatiemiddelen beschikbaar: de IZA transformatiemiddelen en Juiste zorg op de juiste plek. Naar verwachting zijn de uitgaven in 2023 nog relatief beperkt in verband met den aanloop naar besluitvorming en feitelijke uitvoering van transformatieplannen. Vooralsnog wordt uitgegaan van € 280 miljoen aan uitgaven aan transformatiemiddelen via verzekeraars in 2023. Daarvan is € 84,3 miljoen verwerkt in de VWS-begroting 2023; de resterende middelen zijn gereserveerd op de aanvullende post van het ministerie van Financiën.

Valpreventie bij 65-plussers (overheveling naar de Zvw)

Dit betreft de overheveling van investeringsmiddelen van de aanvullende post naar het Uitgavenplafond Zorg. Om eraan bij te dragen dat ouderen gezond ouder kunnen worden in hun eigen of passende omgeving, zetten we in op valpreventie. Dit vraagt in sommige sectoren een investering doordat er meer valrisicotesten, valanalyses en beweeginterventies worden ingezet. Hiervoor zijn in het coalitieakkoord middelen beschikbaar gesteld.

Huisartsen meer tijd (opleidinghuisartsen)

Ditbetreft de overheveling van een deel van de investeringsmiddelen om meertijd voor de huisarts te realiseren. Het gaat om middelen om het opleiden van meer huisartsen mogelijkte maken: 20 extra plekkenvoor de driejarige huisartsopleiding per 2023 en nog eens 20 plekken per 2024.

Overige bijstellingen

Integraal Zorgakkoord (kasschuif)

Met deze kasschuif worden de transformatiemiddelen bij het Integraal Zorgakkoord voor het jaar 2022 verplaatst naar de jaren dat het beoogde akkoord geldt.

IZA-transformatiemiddelen (kasschuif)

Voor 2023 gereserveerde, maar niet benodigde IZA transformatiemiddelen blijven op basis van het Integraal Zorgakkoord beschikbaar voor uitgaven in latere jaren

Juiste zorg op de juiste plek (kasschuif)

Voor 2023 gereserveerde, maar niet benodigde transformatiemiddelen Juiste zorg op de juiste plek blijven op basis van het Integraal Zorgakkoord beschikbaar voor uitgaven in latere jaren.

Passende zorg (kasschuif)

Voor 2022 gereserveerde, maar niet benodigde investeringsmiddelen voor passende zorg blijven beschikbaar voor uitgaven in latere jaren.

Loon- en prijsbijstelling

De raming van de loon- en prijsontwikkeling is aangepast op basis van actuele macro-economische inzichten van het Centraal Planbureau (CPB).

6.3.3.2 Ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde zorguitgaven

In tabel 11 wordt de ontwikkeling van de totale begrotingsgefinancierde zorguitgaven weergegeven. In tabel 11A is de ontwikkeling van de aanvullende post van Financiën gespecificeerd opgenomen.

Tabel 11 Ontwikkeling van de totale begrotingsgefinancierde zorguitgaven (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Beschermd wonen (gemeentefonds)

1.495,5

1.532,9

1.533,4

1.534,0

1.534,6

1.534,6

       

Overig begrotingsgefinancierd (VWS-begroting en aanvullende post Financiën)

566,1

927,0

1.697,2

1.566,0

1.675,5

1.440,0

Subsidieregeling abortusklinieken (Artikel 1)

18,5

18,6

18,6

18,6

18,6

18,6

Subsidie NIPT (Artikel 1)

16,3

0,4

0,4

0,4

0,4

0,4

Ondersteuning van het zorgstelsel (Artikel 2)

29,2

13,4

0,0

0,0

0,0

0,0

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt (Artikel 4)

370,4

266,8

266,5

266,4

266,4

266,4

Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland (Artikel 4)

131,5

137,8

142,4

145,8

148,8

152,0

Loon- en prijsbijstelling (VWS-begroting)

0,0

78,8

146,3

190,3

239,8

226,2

Aanvullende post Financiën (zie tabel 11A)

0,0

411,1

1.122,8

944,3

1.001,2

776,2

Overige

0,2

0,2

0,2

0,2

0,2

0,2

Netto begrotingsgefinancierde zorguitgaven ontwerpbegroting 2023

2.061,6

2.459,9

3.230,6

3.100,0

3.210,1

2.974,7

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS.

In onderstaande figuur is de samenstelling van de totale begrotingsgefinancierde zorguitgaven 2023 in staafdiagrammen opgenomen.

Figuur 5 Samenstelling van de totale begrotingsgefinancierde zorguitgaven 2023 (in miljarden euro’s).

In tabel 11A is de ontwikkeling van de zorguitgaven op de aanvullende post van Financiën opgenomen. Dit betreft de stand van de middelen op de aanvullende post van Financiën na verwerking van de maatregelen uit de Startnota, de overhevelingen naar de VWS-begroting en overige bijstellingen.

De zorguitgaven die nog op de aanvullende post van Financiën resteren, zullen naar de VWS-begroting worden overgeheveld nadat concrete en doelmatige bestedingsvoorstellen verder zijn uitgewerkt én nadat hierover afstemming heeft plaatsgevonden met het ministerie van Financiën.

Tabel 11A Ontwikkeling van aanvullende post Financiën (bedragen x € 1 miljoen)1
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Integraal Zorgakkoord

0,0

0,0

263,5

262,0

261,5

0,0

Meer tijd voor huisartsen

0,0

0,0

0,0

0,0

36,0

72,0

Juiste zorg op de juiste plek (transformatiemiddelen)

0,0

215,7

407,5

407,5

407,5

407,5

Standaardisatie gegevensuitwisseling

0,0

159,3

398,5

199,3

199,8

200,0

Valpreventie bij 65-plussers

0,0

4,5

0,0

0,0

0,0

0,0

Passende zorg als norm in Zvw (investeringsmiddelen)

0,0

31,6

53,2

75,4

96,4

91,4

Loon- en prijsbijstelling

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

5,4

Stand aanvullende post Financiën ontwerpbegroting 2023

0,0

411,1

1.122,8

944,3

1.001,2

776,2

1 Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

Bron: VWS.

Licence