Artikelnummer | Uitgaven 2024 | |
|---|---|---|
Vastgestelde begroting 2024 | 89.372 | |
Stand 1e suppletoire begroting 2024 (incl. Suppletoire Begroting September) | 108.222 | |
Belangrijkste suppletoire mutaties | ||
1) Diverse overboekingen | 1 | 52 |
Stand 2e suppletoire begroting 2024 | 108.274 |
Toelichting
Dit betreft drie overboekingen van en naar de begroting van het ministerie van Algemene Zaken.
Artikelnummer | Ontvangsten 2024 | |
|---|---|---|
Vastgestelde begroting 2024 | 4.786 | |
Stand 1e suppletoire begroting 2024 (incl. Suppletoire Begroting September) | 5.399 | |
Belangrijkste suppletoire mutaties | ||
1) Incidentele ontvangsten | 1 | 200 |
Stand 2e suppletoire begroting 2024 | 5.599 |
Toelichting
Deze post bestaat uit meerdere incidentele hogere ontvangsten.
Budgettaire gevolgen van beleid
Vastgestelde begroting (incl. Suppletoire Begrotingen, NvW en amendementen) (1) | Mutaties 2e suppletoire begroting (2) | Stand 2e suppletoire begroting (3) = (1) + (2) | |
|---|---|---|---|
Verplichtingen | 108.222 | 52 | 108.274 |
Uitgaven | 108.222 | 52 | 108.274 |
1.1 Coördinatie van het algemeen communicatie- en regeringsbeleid (RVD) apparaatsuitgaven | 2.425 | ‒ 31 | 2.394 |
1.2 Bijdrage aan de lange termijn beleidsontwikkeling (WRR) apparaatsuitgaven | 644 | 0 | 644 |
1.3 Apparaatsuitgaven | 69.872 | ‒ 7 | 69.865 |
1.4 Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB) | 2.013 | 0 | 2.013 |
1.5 Dienst Publiek en Communicatie | 33.268 | 90 | 33.358 |
Bijdrage aan agentschap | 33.268 | ||
Ontvangsten | 5.399 | 200 | 5.599 |
Toelichting
Dit betreft twee interdepartementale overboekingen van de begroting van het ministerie van Algemene Zaken, in verband met kosten voor de centrale voorzieningen van DigiInkoop en een extra bijdrage ten behoeve van Categorie Vakkennis en Persoonlijke Ontwikkeling. Daarnaast betreft het één overboeking naar de begroting van Algemene Zaken voor het project Open Overheid POK-IHH ten behoeve van de Dienst Publiek en Communicatie.
Ontvangsten
De incidentele hogere ontvangsten hangen samen met hogere overheadkosten van de Dienst Publiek en Communicatie, P-afrekeningen en creditnota's.