A. Budgettaire gevolgen
Omschrijving | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 502.241 | 553.914 | 563.867 | 551.306 | 543.164 | 541.503 | 538.801 |
Uitgaven | 485.945 | 574.111 | 569.903 | 551.941 | 543.441 | 541.262 | 538.560 |
Personele uitgaven | |||||||
eigen personeel | 359.236 | 439.205 | 446.849 | 433.733 | 425.432 | 422.243 | 419.325 |
externe inhuur | 31.669 | 24.739 | 12.155 | 10.905 | 10.745 | 10.745 | 10.745 |
overige personele uitgaven | 1.597 | 2.085 | 2.385 | 2.485 | 2.485 | 2.485 | 2.485 |
Materiële uitgaven | |||||||
overige materiële uitgaven | 15.938 | 21.547 | 19.779 | 20.301 | 20.096 | 20.330 | 20.330 |
ICT | 17.997 | 21.832 | 25.411 | 22.773 | 23.348 | 24.304 | 24.557 |
bijdrage aan SSO's | 59.508 | 64.703 | 63.324 | 61.744 | 61.335 | 61.155 | 61.118 |
Ontvangsten | 78.914 | 90.650 | 91.299 | 91.999 | 90.799 | 90.999 | 88.479 |
Ontvangsten | |||||||
Algemeen | 78.914 | 90.650 | 91.299 | 91.999 | 90.799 | 90.999 | 88.479 |
B. Toelichting op de financiële instrumenten
Personele en materiële uitgaven
De totale begrote apparaatsuitgaven voor het kerndepartement bedragen in 2024 € 569,9 miljoen. Hiervan heeft € 461,4 miljoen betrekking op personele uitgaven en € 108,5 miljoen op materiële uitgaven.
Vanaf 2023 zijn er middelen beschikbaar gekomen voor de uitwerking van het coalitieakkoord.
In het verloop van de uitgaven voor eigen personeel zijn de uitvoeringskosten van SZW zichtbaar voor de subsidieregelingen. In de loop van de jaren nemen deze werkzaamheden af.
Het verloop van het budget externe inhuur wordt verklaard door uitgaven ten behoeve van het noodpakket in 2022 en 2023. Het budget externe inhuur ligt in 2024 en verder op een lager niveau dan 2023. In de afgelopen jaren is het budget externe inhuur bij suppletoire begrotingen aangevuld vanuit ICT vanwege inhuur voor automatiseringsprojecten.
Ontvangsten
De ontvangsten hebben voor het grootste deel betrekking op de facturering door de Rijksschoonmaakorganisatie (RSO) van schoonmaakkosten aan de afnemers. Daarnaast zijn er ontvangsten ten behoeve van werkzaamheden van de directie Uitvoering Van Beleid voor de uitvoering van subsidieregelingen.
Rijksschoonmaakorganisatie
De RSO is in 2016 gestart met het uitvoeren van de schoonmaakactiviteiten. Vanaf 2021 zijn alle beoogde departementen aangesloten. De schoonmakers zijn in dienst van het Rijk en zijn per 2022 ondergebracht in de cao Rijk.
De ontvangsten van de RSO zijn gebaseerd op de meerjarige dienstverleningsafspraken met opdrachtgevers. Met ingang van 2022 wordt de vergoeding voor locatie- en contractmanagement als ook glasbewassing via facturering verrekend.
De nieuwe cao per 1 april 2022 leidt voor de RSO met veel medewerkers in de lage lonen tot een stijging van de loonkosten. Deze stijging zorgt voor een stijging van het tarief, waardoor de ontvangsten ook zullen stijgen en in overeenstemming zijn met de uitgaven.
Tabel 120 geeft een splitsing van de totale apparaatsbedragen in RSO en kerndepartement exclusief RSO.
2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Kerndepartement exclusief RSO | |||||||
Uitgaven | 413.416 | 490.523 | 485.115 | 467.153 | 458.653 | 456.474 | 453.772 |
Ontvangsten | 9.621 | 7.167 | 6.616 | 7.316 | 6.116 | 6.316 | 3.796 |
Rijksschoonmaakorganisatie | |||||||
Uitgaven | 72.529 | 83.588 | 84.788 | 84.788 | 84.788 | 84.788 | 84.788 |
Ontvangsten | 69.293 | 83.483 | 84.683 | 84.683 | 84.683 | 84.683 | 84.683 |
Naar aanleiding van een toezegging in het wetgevingsoverleg over het jaarverslag 2018 is een indicator opgenomen met betrekking tot de medewerkerstevredenheid van de schoonmakers in dienst van de RSO. Dit onderzoek wordt tweejaarlijks gehouden.
Realisatie 2017 | Realisatie 2019 | Realisatie 2021 | |
---|---|---|---|
Tevredenheid medewerkers RSO | 8,5 | 8,6 | 9,0 |
C. Totaaloverzicht apparaatsuitgaven/kosten
2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Totaal apparaatsuitgaven ministerie | 485.945 | 574.111 | 569.903 | 551.941 | 543.441 | 541.262 | 538.560 |
Totaal apparaatskosten ZBO’s/RWT’s1 | 2.723.197 | 2.876.730 | 2.947.792 | 3.045.703 | 3.172.482 | 3.299.064 | 3.433.738 |
UWV (inclusief BKWI) | 2.380.799 | 2.506.409 | 2.554.998 | 2.651.059 | 2.768.143 | 2.886.301 | 3.008.573 |
SVB | 329.857 | 354.329 | 377.883 | 379.733 | 389.428 | 397.852 | 410.254 |
IB | 12.541 | 15.992 | 14.911 | 14.911 | 14.911 | 14.911 | 14.911 |
In onderstaande tabel zijn de apparaatsuitgaven van het departement onderverdeeld naar de verschillende organisatieonderdelen. De uitgaven voor de SSO's (onder andere huisvesting en ICT van het gehele kerndepartement) vallen onder de plaatsvervangend SG (pSG).
SG | 44.105 |
pSG | 157.792 |
RSO | 84.683 |
SZI | 49.045 |
Werk | 39.727 |
Nederlandse Arbeidsinspectie | 194.551 |
Totaal | 569.903 |