De evaluatieprogrammering in deze bijlage vormt de basis van de strategische evaluaties die in de hoofdtekst van de Strategische Evaluatie Agenda (SEA) worden uitgelicht (zie hoofdstuk 2.4). Het biedt een overzicht van de strategische evaluatieprogrammering per beleidsdomein. Het onderzoek binnen een beleidsdomein is geordend langs de strategische thema’s voor dat domein. De evaluatieprogrammering laat per beleidsdomein zien welke evaluatieonderzoeken er lopen, hoe die voortkomen uit bepaalde kennisbehoeften en hoe wordt bijgedragen aan de ambities binnen de strategische thema’s.
Thema | Subthema | Type onderzoek | Afronding | Status | Toelichting onderzoek | Art. |
---|---|---|---|---|---|---|
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2025 | Lopend | ICCS International Civic Citizenship Study | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2025 | Lopend | ICILS International Computer and Information Literacy Study | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | TIMSS Trends in International Mathematics and Science Study | 1 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2027 | Lopend | PIRLS Progress in International Reading Literacy Study | 1 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2025 | Lopend | PISA 2025 | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante | 2026 | Lopend | Implementatiemonitor NP Onderwijs | 1,3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durant, ex post | 2024 | Lopend | Evalutie subsidieregeling heterogene brugklassen en capaciteitentesten | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2026 | Lopend | Implementatiemonitor subsidieregeling verbetering basisvaardigheden | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | n.t.b. | Te starten | Effectonderzoek subsidieregeling verbetering basisvaardigheden | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex ante | n.t.b. | Te starten | Verkenning burgerschapsonderwijs | 1,3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | Evaluatie vernieuwing vmbo/sterk techniek onderwijs (STO) | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2025 | Lopend | Monitoring en Evaluatie Meer Ruimte voor Nieuwe Scholen (MRvNS) | 1,3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2025 | Lopend | Monitoring en evaluatie experiment ruimte in onderwijstijd | 1 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | Evaluatie regelingen PO-DaMu-regeling | 1 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | Evaluatie subsidieregeling impuls en innovatie bewegingsonderwijs | 1 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | Evaluatie wijziging onderwijswetten pseudonimisering onderwijsdeelnemers | 1,3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2026 | Te starten | Monitoring onderwijsagenda Caribisch Nederland | 1,3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante | 2024 | Lopend | Onderzoek examenvoorzieningen doelgroepen | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | Onderzoek naar prijsontwikkeling op de leermiddelenmarkt | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante | 2024 | Lopend | Systematic review kwaliteit leermiddelen | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | Onderzoek expertscholen NGF | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante | 2024 | Lopend | Evidence informed werken in het onderwijs | 3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | n.t.b. | Te starten | Monitor implementatie nieuwe kerndoelen en examenprogramma's | 1,3 | |
Onderwijskwaliteit | ex durante, ex post | 2025 | Lopend | Monitor mobiele telefoons in de klas | 1,3 | |
Onderwijskwaliteit | ex post | 2025 | Te starten | Periodieke rapportage NP Onderwijs | 1,3 | |
Onderwijskwaliteit | ex post | 2028 | Te starten | Periodieke rapportage Masterplan basisvaardigheden | 3 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2025 | Te starten | Monitoringsonderzoek brugfunctionaris | 1,3 | |
Kansengelijkheid | ex durante | 2026 | Lopend | Jaarlijkse doelstellingenmonitor passend onderwijs 2021-2027 | 3 | |
Kansengelijkheid | ex ante, ex durante, ex post | 2027 | Lopend | Monitor en evaluatie experiment Onderwijszorgarrangementen | 3 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | Monitor subsidie hoogbegaafdheid | 1,3 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2026 | Lopend | Onderzoek naar experimenteerregeling geïntegreerde onderwijsvoorzieningen | 1,3 | |
Kansengelijkheid | ex durante | 2024 | Lopend | Onderzoek naar regelingen mbt devices voor leerlingen | 1,3 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2027 | Te starten | Kennisgedreven aansluiting verbinding onderwijs en jeugdhulp | 1 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2024 | Te starten | Evaluatieonderzoek naar de wet kwaliteit (v)so | 1,3 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | Meting naar leerlingenvervoer | 1 | |
Kansengelijkheid | ex ante, ex durante | 2027 | Te starten | Doorstroom in een kansrijk stelsel | 1,3 | |
Kansengelijkheid | ex ante | 2024 | Lopend | Ex-ante beleidsevaluatie doorstroom en kansrijk stelsel | 1,3 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2026 | Lopend | Monitoring en evaluatie onderwijs aan Oekraïense ontheemden | 1 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | Quasi-experimenteel onderzoek in de vve (EVENING) | 1 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | OAB in de vroegschool (R&D programma) | 1 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2027 | Lopend | Monitor en evaluatie van het programma «BESt 4 Kids» en het wetsvoorstel Kinderopvang Caribisch Nederland | 1 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2025 | Lopend | Effectmeting kansrijke interventies | 1,3 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2028 | Te starten | School en omgeving impactonderzoek | 1 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2026 | Te starten | Monitor en evaluatie school en omgeving | 1 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2024 | Te starten | Evaluatie schoolmaaltijden | 1,3 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2027 | Te starten | Onderzoek naar residentieel onderwijs | 3 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2025 | Lopend | Onderzoek beleidsmaatregelen voor tegengaan segregatie | 1 | |
Kansengelijkheid | ex ante | 2024 | Lopend | Ondersteuning naar een landelijke norm voor basisondersteuning | 1 | |
Kansengelijkheid | ex ante | 2024 | Te starten | Onderzoek naar leerplicht voor 4-jarigen | 1 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | Evaluatie wet tijdelijke nieuwkomersvoorzieningen in het onderwijs | 1,3 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2024 | Lopend | Onderzoek naar de invloed van de samenwerking tussen kinderopvang en onderwijs op de markt | 1 | |
Kansengelijkheid | ex durante, ex post | 2026 | Lopend | IELS | 1,3 | |
Kansengelijkheid | ex durante | 2024 | Lopend | Onderzoek naar sneller toekennen van ondersteuningsaanvragen | 1 | |
Kansengelijkheid | ex post | 2024 | Lopend | Periodieke rapportage kansengelijkheid | 1,3 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante | ‒ | Lopend | Arbeidsmarktramingen inclusief tekorten po en vo | 9 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante | ‒ | Lopend | Integrale personeelstelling onderwijs (IPTO) | 9 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante | ‒ | Lopend | Loopbaanmonitor recent afgestudeerden en zijinstromers | 9 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante | 2025 | Lopend | TALIS 2024 | 9 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante ex post | 2026 | Lopend | Experiment bijzondere nadere vooropleidingseisen opleiding tot leraar basisonderwijs | 9 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante | 2024 | Lopend | Monitoring bestuursakkoord flexibilisering lerarenopleidingen | 9 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante ex post | 2024 | Lopend | Experiment andere dag- en weekindeling | 1 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante ex post | 2024 | Lopend | Onderzoek naar de werkdrukmiddelen po | 1 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante ex post | 2027 | Lopend | Onderzoek naar de werkdrukmiddelen vo | 3 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante ex post | Lopend | Onderzoek regeling zij-instroom G5 po | 1 | ||
Onderwijspersoneel | Ex durante ex post | 2024 | Lopend | Evaluatie uitvoering convenanten G5 | 1 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante ex post | 2024 | Te starten | Administratieve lasten in het vo en so | 9 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante ex post | 2024 | Te starten | Administratieve lasten in het mbo | 9 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante | 2024 | Te starten | Gebruik professioneel statuut | 9 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante | 2024 | Te starten | Achtergronden flexibele contracten en zzp in po en vo | ||
Onderwijspersoneel | Ex durante | 2024 | Lopend | Werking van werkloosheidsregelingen in het vo | 3 | |
Onderwijspersoneel | Ex durante | 2024 | Te starten | Instructeursbeurs mbo | 9 | |
Onderwijspersoneel | ex durante | n.t.b. | Te starten | Voorspellers in- en uitstroom op de onderwijsarbeidsmarkt | 9 | |
Onderwijspersoneel | ex durante | 2027 | Lopend | Onderzoek naar de effectiviteit van verschillende governancevormen in onderwijsregio’s | 9 | |
Onderwijspersoneel | ex durante | 2025 | Lopend | Lerend monitoronderzoek onderwijsregio’s | 9 | |
Sociale veiligheid | ex ante, ex durante, ex post | Doorlopend tweejaarlijks | Lopend | Landelijke veiligheidsmonitor | 1,3 |
Domein Funderend Onderwijs
Het brede domein DGFO bestaat uit de directies Onderwijspersoneel & Primair Onderwijs, Onderwijsprestaties & Voortgezet Onderwijs en Kansengelijkheid en Onderwijsondersteuning. Ook Maatschappelijke Diensttijd is onderdeel van DGFO. Samen zijn deze directies onder andere verantwoordelijk voor beleidsterreinen zoals het onderwijsstelsel, curriculumbeleid, toetsen en examens, digitalisering, onderwijspersoneel, schoolontwikkeling, passend onderwijs, kansengelijkheid en sociale veiligheid. Binnen al deze beleidsterreinen spelen uitdagingen en kennisvragen, waarbij monitoring en (strategische) evaluaties richting geven aan het huidige beleid en de toekomstige ambities van DGFO. De bovenstaande thema’s laten zich samenvatten in vier hoofdthema’s: onderwijskwaliteit, kansengelijkheid, sociale veiligheid en onderwijspersoneel. De afspraken en prioriteiten uit het Coalitieakkoord leggen verdere accenten aan binnen deze hoofdthema’s, die in de onderstaande thema-beschrijvingen verder worden toegelicht. De hoofdthema's geven verdere richting aan het strategisch programmeren van het beleidsonderzoek bij DGFO en voor het inventariseren en effectief gebruiken van kennis uit onderzoek in de beleidscyclus.
Onderwijskwaliteit Dit thema richt zich op het verhogen van de onderwijskwaliteit in het funderend onderwijs en de randvoorwaarden die nodig zijn om dit te realiseren. Zo zorgen wij ervoor dat elke leerling datgene leert wat hij of zij nodig heeft om succesvol het vervolgonderwijs te doorlopen en mee te doen in de maatschappij. Daarvoor is het onder andere nodig dat de basisvaardigheden van alle leerlingen op orde zijn. Subthema’s binnen het thema onderwijskwaliteit zijn onder andere:
– het verbeteren van de basisvaardigheden bij leerlingen;
– de ondersteuning(sstructuur) van scholen om onderwijskwaliteit te verhogen;
– de curriculumbijstelling;
– de professionalisering van onderwijsprofessionals op de basisvaardigheden en
– de sturing op onderwijskwaliteit.
Kennisvragen richten zich onder andere op de basisvaardigheden van leerlingen, de implementatie van de geactualiseerde kerndoelen, de kwaliteit van leermiddelen en evidence informed werken in het onderwijs.
KansengelijkheidKansengelijkheid richt zich op de vraag hoe onderwijsbeleid kan bijdragen aan gelijke kansen voor alle leerlingen, zodat iedereen in Nederland een goed bestaan kan opbouwen en mee kan doen in de samenleving. Dit betekent concreet dat leerlingen onderwijs volgen op een plek en op het niveau dat recht doet aan hun capaciteiten en mogelijkheden. Ook is er voor ieder kind een vorm van onderwijs beschikbaar en moeten kinderen met en zonder ondersteuningsbehoefte samen naar school gaan. Om dit mogelijk te maken, moeten drempels die de doorstroom hinderen beperkt of weggenomen worden. Ook moeten leerlingen die meer tijd nodig hebben om hun potentieel te bereiken hier voldoende mogelijkheden voor krijgen. Om dit mogelijk te maken, is het belangrijk dat onderwijspersoneel en schoolorganisaties in staat zijn om onderwijs te bieden dat aansluit bij de behoeftes van leerlingen. Kansengelijkheid omvat diverse subthema’s, zoals doorstroom en selectie, voor- en vroegschoolse educatie, Integrale Kindcentra (IKC's), passend en inclusiever onderwijs, de samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulp/zorg en maatschappelijke diensttijd. Het tegengaan van kansenongelijkheid is, vanwege de invloed van de directe leefomgeving op de ontwikkeling van kinderen, niet alleen een thema voor DGFO maar ook voor sectoren zoals de sportsector en jeugdwerk. Kennisvragen richten zich onder andere op schakelmomenten en overgangen, differentiatie en selectie, maatwerkdiploma’s, het jonge kind en verbeterde samenwerking in de regio.
Onderwijspersoneel
Personeel in het onderwijs speelt een sleutelrol bij het verbeteren van de onderwijskwaliteit. Daarom wordt ingezet op het werven en behouden van leraren en schoolleiders die goed zijn opgeleid, hun vak bijhouden en met plezier in een aantrekkelijke omgeving werken. Het thema richt zich op al het personeel in het onderwijs en draagt bij aan het vergroten van (kennis over) de aantrekkelijkheid van beroepen binnen het onderwijs en de positie van onderwijspersoneel. Deze ambities staan echter onder druk door personeelstekorten in het po en vo.
Subthema’s binnen dit thema zijn o.a.:
– Duurzame onderwijsarbeidsmarkt en regionale aanpak: dit zijn maatregelen die worden genomen om de tekorten in het onderwijs terug te dringen, waaronder de onderwijsregio’s voor de aanpak van het personeelstekort;
– Strategisch personeelsbeleid en aantrekkelijkheid van het beroep: door salarismaatregelen, verlagen van de werkdruk, een professionele werkomgeving en het bevorderen van strategisch personeelsbeleid op scholen;
– Maatregelen gericht op de opleiding en de professionele ontwikkeling van onderwijspersoneel.
Kennisvragen richten zich onder andere op het monitoren van de onderwijsarbeidsmarkt en het in kaart brengen van de omvang van de personeelstekorten, de werking van de onderwijsregio’s, de werkdruk in po en vo, beloning van onderwijspersoneel, de vormgeving van de lerarenopleidingen en de professionalisering van onderwijspersoneel.
Sociale veiligheidHet is belangrijk dat iedereen zich optimaal kan ontwikkelen. Dat kan alleen wanneer scholen, onderwijsinstellingen, culturele instellingen, media instellingen en onderzoeksinstellingen veilig, toegankelijk en inclusief zijn. Waar gelijkwaardigheid de norm is en aandacht is voor welzijn. Het thema sociale veiligheid richt zich daarom op het waarborgen van de sociale veiligheid en gelijke behandeling op scholen in het funderend onderwijs en het tegengaan van pesten, racisme, discriminatie en ander grensoverschrijdend gedrag. Kennisvragen richten zich onder andere op het melden van incidenten op scholen, het opvolgen van meldingen en nazorg en grensoverschrijdend gedrag in het onderwijs.
Thema | Subthema | Type onderzoek | Afronding | Status | Toelichting onderzoek | Art. |
---|---|---|---|---|---|---|
NPO | Verlengen Studentenpeiling | Ex durante | 2027 | De studentenpeiling geeft inzicht in het welzijn en de studievertraging van studenten in het mbo, hbo en wo. Daarnaast geeft het inzicht in de factoren die voor studenten een rol spelen bij hun mentaal welbevinden en het al dan niet oplopen van studievertraging. | 4 | |
Evaluatie en monitoring NP Onderwijs mbo/ho | Ex durante, ex post | 2025 | De kwalitatieve evaluatie NPO mbo/ho geeft inzicht in hoe het NP Onderwijs is ervaren en tot welke resultaten het programma -volgens de onderwijsinstellingen, studenten en docenten- heeft geleid en welke interventies gewerkt (lijken te) hebben. | 4 | ||
Periodieke rapportage NPO | Ex post | 2025 | Synthese studie over de doeltreffendheid en de doelmatigheid van het Nationaal Programma Onderwijs. | 4 | ||
Onderwijskwaliteit | Evaluatie kwaliteitsafspraken | Ex post | 2025 | Het doel van deze evaluatie is om inzicht te krijgen in de doelmatigheid en doeltreffendheid van het instrument kwaliteitsgelden en kwaliteitsafspraken. | 4 | |
Kwaliteit, innovatie en onderzoek (onderdeel van de werkagenda mbo) | Ex durante, ex post | 2024-2027 | In de werkagenda mbo zijn verschillende doelen afgesproken om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren. Deze monitor volgt de voortgang op de doelstellingen. De startmeting wordt in 2024 opgeleverd en vanaf 2025 volgt jaarlijks een voortgangsrapportage. | 4 | ||
Werkagenda mbo synthese | Ex durante, ex post | 2024-2027 | In de syntheserapportage wordt een overkoepelend beeld voor de sector geschetst ten aanzien van de voortgang op de doelstellingen uit de Werkagenda mbo en het Stagepact. Samen met de partners van de Werkagenda en het Stagepact worden de bevindingen uit de rapportage(s) geduid en worden leeropbrengsten bepaald. | 4 | ||
Onderzoek naar basisvaardigheden van mbo-studenten | Ex post | 2027-2028 | Het onderzoek kent twee peilingsonderzoeken. Een peilingsonderzoek richt zich op rekenvaardigheid onder startende mbo-studenten en het andere peilingsonderzoek op leesvaardigheid. Dit levert een nulmeting op van het beheersingsniveau van mbo-studenten. | 4 | ||
Monitor digitale vaardigheden docenten | Ex post | 2023 ‒ 2027 | Betreft onderzoek naar de digitale competenties van mbo-docenten. Dit is onderdeel van het Programma Digitaal Bekwaam, uitgevoerd door de MBO Raad en MBO digitaal. De monitor leren en lesgeven met ict is in 2022 afgenomen. In totaal maken 40 instellingen gebruik van het onderzoeksinstrument, 19 niet of niet volledig. De monitor geeft inzicht in de stand van zaken bij individuele instellingen en wat door de instellingen gebruikt kan worden om gericht professionaliseringsactiviteiten te organiseren. De monitoring loopt door tot 2027. | 4 | ||
Rekenproblematiek MBO | Ex ante | 2025 | Doel van dit onderezoek is meer inzicht krijgen in grootte en diversiteit (zowel wat betreft de aard als de ernst) van de rekenproblemen in het mbo. Hierin wordt ook inzicht gegeven in hoe wordt de rekenproblematiek wordt vastgesteld en hoe kunnen ze worden het aangepakt? | 4 | ||
Monitor medezeggenschap | Ex durante | 2025, 2026, 2028 | Levert inzichten op over hoe het samenspel tussen rvt, cvb en medezeggenschap eruit ziet. En of en hoe de studentenraad en de ondernemingsraad in staat worden gesteld om hun rechten en plichten op een goede manier uit te voeren. | 4 | ||
Onderzoek administratieve lasten | Ex ante | 2025 | Tijdens de Begrotingsbehandeling OCW op 18-1-2024 heeft MOCW de Tweede Kamer toegezegd om te onderzoeken welke aanpassingen op landelijk niveau kunnen worden gedaan om administratieve lasten in het mbo te verminderen. | 4 | ||
Externe verkenning praktijkgericht onderzoek mbo | Ex ante | 2024 | Het onderzoek geeft inzicht in de stand van zaken rondom praktijkgericht onderzoek in het mbo. MOCW gebruikt de inzichten om een visie op praktijkgericht onderzoek en practoraten in het mbo te formuleren. De minister in het najaar van 2024 zal aanbieden aan de Tweede Kamer. Zie ook motie Krul en Peters (CDA). | 4 | ||
Subsidie evaluatie kwaliteitsnetwerk | Ex post | 2025 | De evaluatie geeft inzicht in de doeltreffendheid en doelmatigheid van de subsidie aan de Stichting Kwaliteitsnetwerk | 4 | ||
Aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt | Verbeteren aansluiting en verminderen krapte op de arbeidsmarkt in sectoren voor maatschappelijke opgaven (onderdeel van de werkagenda mbo) | Ex durante, ex post | 2024-2027 | In de werkagenda mbo zijn verschillende doelen afgesproken om de aansluiting tussen onderwijs en de arbeidsmarkt te verbeteren. Deze monitor volgt de voortgang op de doelstellingen. De startmeting wordt in 2024 opgeleverd en vanaf 2025 volgt jaarlijks een voortgangsrapportage. | 4 | |
Monitoring Stagepact | Ex durante, ex post | 2024-2027 | In het stagepact zijn doelen afgesproken om stages voor studenten te verbeteren. Deze monitor volgt de voortgang op de doelstellingen. De startmeting wordt in 2024 opgeleverd en vanaf 2025 volgt jaarlijks een voortgangsrapportage. | 4 | ||
Evaluatie Regionaal investeringsfonds mbo | Ex durante | 2023, 2026 | De evaluatie dient om zowel inzicht te verkrijgen in de activiteiten die de publiek-private samenwerkingsverbanden oppakken om de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt te verbeteren en innovatie te stimuleren. De evaluatie is gericht op het in beeld brengen van de effectiviteit van de subsidieregeling. | 4 | ||
Monitoring en evaluatie «Experiment Ruimte in de regio, experiment Cross-overs en pilots met mbo-certificaten» | Ex durante Ex post | 2026 | De genoemde experimenten worden geëvalueerd vanuit de vraag hoe in de regio de aansluiting van de opleidingen op de arbeidsmarkt vergroot kan worden, hoe het eigenaarschap van docenten en werkgevers met betrekking tot de inhoud van het onderwijs verder kan worden vergroot en hoe de kwaliteit en innovatiekracht van het onderwijs kan worden versterkt. | 4 | ||
Monitor Leven Lang Ontwikkelen (LLO) | Ex durante | 2026 | Deze overkoepelende, integrale monitor is bedoeld om de doeltreffendheid van het beleid op LLO te monitoren en te evalueren. Een van doelen is meer zicht te krijgen op de werkende mechanismen in de interactie tussen eigen regie en leercultuur op zowel micro als macroniveau. Tot aan de eindrapportage in 2026 worden verschillende tussenrapportages opgeleverd, met hierin het theoretisch kader en de werkende mechanismen achter het leren en ontwikkelen. | 4 | ||
Schoolverlatersonderzoek | Ex durante | Jaarlijks | Onderzoek levert informatie over het macrodoelmatigheidsbeleid (per instelling) en over de aansluiting van mbo-opleidingen op de arbeidsmarkt. | 4 | ||
Onderzoek naar sturende maatregelen | Ex ante | 2024 | Inzicht in de effecten van sturende maatregelen (numerus fixus, verlaging collegegeld, verlaging of afschaffing lesgeld, tweede studie in zorg en onderwijs tegen wettelijk collegegeld, verhoging salaris BBL, baangaranties, diplomabonus en warme overdracht) op het verbeteren van de aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt en specifiek het verschuiven van studentenstromen richting kansrijke beroepen/sectoren. | 4 | ||
Monitor techniekpact | Ex durante | 2025 | De monitor Techniekpact laat zien welke trends er zijn en welke uitdagingen er liggen op het gebied van technisch onderwijs en de arbeidsmarkt. | 4 | ||
Monitor keuzedelen | Ex durante | 2024 | De monitor geeft inzicht in de ontwikkelingen in het register keuzedelen en certificaten en geeft inzicht in het gebruik van de keuzedelen en mbo-certificaten in het mbo. Ook worden behaalde resultaten op keuzedelen en certificaten inzichtelijk gemaakt. | 4 | ||
Project Onderwijs Arbeidsmarkt | Ex ante | Jaarlijks | Inzichten over de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt in de vorm van een basisvoorziening prognoses. Deze inzichten worden gebruikt voor o.a. studievoorlichting, arbeidsmarktbemiddeling en de beantwoording van vragen rond macrodoelmatigheid van het opleidingsaanbod. | 4 | ||
Onderzoek stagebegeleiding en maatregelen stagediscriminatie onder onderwijspersoneel, leerbedrijven en studenten | Ex durante | 2024, 2026 | Met dit onderzoek krijgen we verdiepend inzicht in hoeverre en hoe stagebegeleiders op mbo-scholen en praktijkopleiders van leerbedrijven werken aan het tegenaan van stagediscriminatie en het zorgen voor gelijke kansen. | 4 | ||
Onderzoek stagematching: in hoeverre gematcht en effectiviteit | Ex durante | 2024, 2026 | Inzicht in de voortgang en effectiviteit van stagematching als maatregel om stagediscriminatie te voorkomen. | 4 | ||
Oriëntatie-programma’s | Ex duranteEx post | 2023-2024 | Mbo-instellingen wordt de mogelijkheid geboden om oriëntatieprogramma’s in te richten voor studenten die bij instroom echt niet weten welke opleiding ze willen volgen en voor mbo-studenten die niet op de goede plek zitten en zich willen heroriënteren. De evaluatie kijkt naar wat oriëntatieprogramma’s kunnen betekenen voor het verminderen van uitval en switch (in de latere leerjaren). | 4 | ||
Kansengelijkheid | Kansengelijkheid mbo (onderdeel van de werkagenda mbo) | Ex durante, ex post | 2024-2027 | In de werkagenda mbo zijn verschillende doelen afgesproken om de kansengelijkheid te verbeteren. Deze monitor volgt de voortgang op de doelstellingen. De startmeting wordt in 2024 opgeleverd en vanaf 2025 volgt jaarlijks een voortgangsrapportage. | 4 | |
Evaluatie MBO verklaring | Ex duranteEx post | 2024 | Aan studenten die zonder diploma uitvallen uit een mbo-opleiding wordt een mbo-verklaring gegeven. Het doel is dat zij daarmee makkelijker werk kunnen vinden of terug kunnen keren naar het onderwijs. Deze evaluatie brengt in beeld hoe mbo-instellingen de uitvoering vormgeven en brengt in kaart of de doelen ook worden bereikt. | 4 | ||
Monitor passend onderwijs | Ex durante | 2026 | Tweejaarlijkse onderzoek naar de toegankelijkheid van het onderwijs voor studenten met een chronische ziekte, beperking of ondersteuningsbehoefte en naar de ondersteuning die hen geboden wordt en naar (de effecten op) hun studieresultaten. | 4 | ||
Periodieke rapportage passend onderwijs | Ex post | 2025 | Synthese studie over de doeltreffendheid en de doelmatigheid van het beleid rond passend onderwijs van de afgelopen jaren. | 4 | ||
Vervolg monitor toelatingsrecht | Ex durente | 2024-2027 | Monitort en evalueert de invoering en effecten van de Wet Vroegtijdige aanmelddatum en toelatingsrecht tot het mbo. | 4 | ||
Monitor integrale veiligheid | Ex durante | 2026 | De monitor geeft een geintegreerd beeld van zowel de fysieke veiligheid, sociale veiligheid en de digitale veiligheid (of online) voor het gehele mbo en op het niveau van individuele instellingen. | 4 | ||
Laaggeletterdheid | Ex durante | 2025 | Naar aanleiding van de motie van de leden Simons (BIJ1) en Gündogan (Volt) wordt een onafhankelijk onderzoek uitgevoerd naar de uitvoeringspraktijk van de WEB-middelen door gemeenten. Het onderzoek zal inzichtelijk maken hoe het budget door gemeenten wordt ingezet maar ook hoe de effectiviteit ervan zou kunnen worden vergroot. | 4 | ||
Impactmonitor LLO Collectief laagopgeleiden | Ex durante | 2025 | Doel van dit onderzoek is bepalen welk effect het onderwijsaanbod heeft op laaggeletterden en laagopgeleiden. | 4 |
Domein Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
De keuze voor de gekozen strategische thema’s is gebaseerd op de gemeenschappelijke visie op de positie van het beroepsonderwijs zoals uitgewerkt in de Werkagenda MBO, Samenwerken aan Talent 2023-2027. De afspraken richten zich op drie themagebieden voor de ontwikkeling van het mbo, gelet op zijn maatschappelijke uitdagingen: kwalitatief goed onderwijs met inzet op basisvaardigheden, een goede aansluiting tussen opleiding en arbeidsmarkt en maatregelen gericht op gelijke kansen voor alle studenten.
Onderwijskwaliteit
De eerste prioriteit is de kwaliteit van het onderwijs en de basisvaardigheden van studenten verder op orde brengen. Daarop is inzet langs verschillende lijnen nodig. Het verhogen van de kwaliteit van docenten basisvaardigheden, het verhogen van de kwaliteit van examens taal, rekenen en burgerschap, zodat deze goed blijven aansluiten bij de kenmerken van studenten en de beroepscontext van het mbo. Primair is inzicht is nodig in het taal- en rekenniveau van elke startende mbo-student, zodat mbo-instellingen gericht extra ondersteuning kunnen bieden.
Aansluiting onderwijs arbeidsmarkt
Het mbo onderwijs kan een belangrijke bijdrage leveren aan oplossingen om de arbeidsmarktkrapte te verminderen. De arbeidsmarkt verandert bovendien steeds sneller. Slimmere opleidings- en arbeidsmarktkeuzes, intensieve samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven en door het stimuleren van op-, om- en bijscholing wil het mbo bijdragen aan een skillsgerichte arbeidsmarkt en duurzame inzetbaarheid. Kennisvragen die spelen zijn bijvoorbeeld hoe innovatie kan worden gestimuleerd en welke effectieve strategieën er zijn voor verdere versterking van publiek-private samenwerking. Een bredere kennis behoefte betreft het inzicht krijgen in welke beleidsinstrumenten echt bijdragen de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt te verbeteren.
Kansengelijkheid
Het mbo is de onderwijssector die voor studenten met uiteenlopende talenten het verschil kan maken. Daarom is het van belang dat het onderwijs toegankelijk is en de leerloopbaan van alle studenten zo goed mogelijk ondersteund wordt. De emancipatiefunctie van het mbo verdient blijvende aandacht, net als doorstroom van het mbo naar de arbeidsmarkt. Er ligt een inzichtsbehoefte in wat bijdraagt aan het succes van jongeren met een relatief trage start in het onderwijs. Hoe kunnen studenten die de nodige ambitie en talenten hebben, maar een gebrek aan vaardigheden en/of kapitaal (financieel, sociaal, cultureel) goed worden ondersteund om een passende opleiding te kiezen en die succesvol te doorlopen. Daarnaast is het, zoals de Algemene Rekenkamer adviseerde, nodig dat de definitie en doelstellingen van gelijke kansen wordt aangescherpt ten behoeve van gerichter beleid en sturing.
Thema | Subthema | Type onderzoek | Looptijd / afronding | Status | Toelichting onderzoek | Art. |
---|---|---|---|---|---|---|
Gezond en sterk fundament(OCW brede beleidsthema's: sterke basis en hoge kwaliteit en lerarentrategie) | Trendrapport (vervanging van de monitor Beleidsmaatregelen) | Monitor | Jaarlijks | loopt | Het volgen van de belangrijkste ontwikkelingen in het hoger onderwijs - waaronder toegankelijkheid, studievoortgang en het gebruik van het studievoorschot – en het waar mogelijk leggen van verbanden met beleidsmaatregelen. | 6, 7 en 11 |
Startmonitor (jaarlijks) | Monitor | Jaarlijks | loopt | De Startmonitor brengt het studiekeuzeproces en de start en integratie van studenten in hun opleiding in kaart en spoort de determinanten op van studiesucces en studie uitval in het eerste studiejaar. | 6, 7 en 11 | |
Invoeringstoets herinvoering basisbeurs | Evaluatie - invoeringstoets | 2024/2025 | nog niet gestart | Invoeringstoets van de herinvoering van de basisbeurs. | 6, 7 en 11 | |
Evaluatie kwaliteitsbekostiging | Ex-post evaluatie | 2025 | nog niet gestart | «Wat» er wordt geëvalueerd is het instrument kwaliteitsbekostiging. «Doel» daarvan is het evalueren van de doelmatigheid en doeltreffendheid van het instrument. Over de «planning» is nog niet zoveel bekend. De huidige afspraken lopen per 1 januari a.s. af. | 6 en 7 | |
Evaluatie kwaliteitsafspraken | Ex-post evaluatie | 2025 | nog niet gestart | «Wat» er geëvalueerd wordt is de realisatie van de gemaakte Kwaliteitsafspraken door de instellingen, nu de termijn waarvoor die afspraken golden ten einde komt. «Doel» daarvan is dat de instellingen de resultaten van deze evaluatie gebruiken voor strategievorming en, als door een nieuw kabinet weer voor Kwaliteitsafspraken wordt gekozen [quod non] bij het opstellen van hun plan voor de volgende periode. | 6 en 7 | |
Evaluatie subsidie Landelijk Centrum Studiekeuze (LCSK) | ex-durante, ex-post evaluatie | 2024-2025 | nog niet gestart | Evaluatie onderzoek naar doelmatigheid en doeltreffendheid LCSK. | 6 en 7 | |
Ruimte geven aan divers talent(OCW brede beleidsthema: iedereen gelijke kansen en sociale veiligheid en gelijke behandeling) | Studentenmonitor | Monitor | Jaarlijks | loopt | De Studentenmonitor brengt de stand van zaken in het hoger onderwijs vanuit het perspectief van studenten in beeld. | 6, 7 en 11 |
Monitor mentale gezondheid en middelengebruik studenten hoger onderwijs | Monitor | Jaarlijks | loopt | Het doel van het onderzoek is om inzicht te krijgen in hoe het staat met de mentale gezondheid van studenten in het hbo en het wo. | 6 en 7 | |
Tussenevaluatie landelijk subsidiekader studentenwelzijn | ex-durante evaluatie | 2025-2026 | nog niet gestart | Het susidiekader loopt tot en met 2030, naast een tussentijdse evaluatie zal hierop volgend ook een eindevaluatie worden uitgevoerd. De tussentijdse evaluatie zal een lerende evaluatie zijn, gericht op het proces. | 6 en 7 | |
Eindevaluatie Landelijk subsidiekader studentenwelzijn 2023-2030 | ex-post evaluatie | 2030-2031 | nog niet gestart | Het susidiekader loopt tot en met 2030, hierop volgend zal een eindevaluatie worden uitgevoerd. | 6 en 7 | |
Monitoring van de pilots slimmer collegejaar | monitor | 2023-2027 | loopt | De pilots zijn onderdeel van een verkenning naar de mogelijkheden voor een slimmer collegejaar. Deze pilots worden gemonitord en geevalueerd. Vijftien onderwijsinstellingen gaan vier jaar lang proberen meer rust en ruimte te creeeren in het lesprogramma. | 6 en 7 | |
Bijdragen aan de maatschappelijke uitdagingen van nu en de toekomst(OCW brede beleidsthema's: gezonde arbeidsmarkt) | ||||||
Evaluatie naar virtuele internationale samenwerkingspro-jecten (VIS) en hun leeruitkomsten voor studenten | ex-post evaluatie | 2027 | nog niet gestart | Evaluerend onderzoek naar VIS-projecten, bestaande uit twee deelonderzoeken. Deelonderzoek 1 ziet op de ontwerp- en ontwikkelfase van VIS-projecten, deelonderzoek 2 ziet op de deelname van studenten en de door hen behaalde leeruitkomsten. | 6 en 7 | |
Monitoring van de pilots slimmer collegejaar | monitor | 2023-2027 | loopt | De pilots zijn onderdeel van een verkenning naar de mogelijkheden voor een slimmer collegejaar. Deze pilots worden gemonitord en geevalueerd. Vijftien onderwijsinstellingen gaan vier jaar lang proberen meer rust en ruimte te creeeren in het lesprogramma. | 6 en 7 | |
Verkenning wettelijke taak LLO | ex-ante onderzoek | 2024-2025 | nog niet gestart | Verkennend onderzoek naar de mogelijkheden wettelijke taak LLO. | 6 en 7 | |
Onderzoek bestuursakkoord flexibilisering lerarenopleidingen | monitor, ex-durante evaluatie | 2025 | loopt | Het bestuursakkoord is door OCW met de VH en UNL in oktober 2020 gesloten met een looptijd tot en met 2023-24. Hierin laten de lerarenopleidingen een ambitieus programma zien dat bijdraagt aan het beter en meer op maat opleiden van aankomende leraren, beter benutten van eerder verworven competenties en intensievere (regionale) samenwerking tussen hbo- en wo-lerarenopleidingen. De lerarenopleidingen zijn aan de slag gegaan met alle ambities uit het bestuursakkoord en de eerste concrete resultaten zijn geboekt. Dit meerjarig onderzoek heeft een tussenmeting in 2022, oplevering tussenrapportage december 2022 en oplevering eindevaluatie begin 2024. | 6 en 7 | |
Bestuursakkoord flexibilisering lerarenopleidingen | Ex-post evaluatie | 2025 | nog niet gestart | idem | 6 en 7 | |
Uitvoering van de werkagenda «samen voor het beste onderwijs» - verkenning kwaliteit positie lerarenopleidingen | Verkenning | loopt | In het kader van de uitvoering van de werkagenda «Samen voor het beste onderwijs» zal er een verkenning komen naar de kwaliteit en positie van lerarenopleidingen. Het is nog nader te bepalen wanneer precies. | 6 en 7 | ||
Uitwerking Nationale Aanpak Professionalisering Leraren | ex-ante, ex-durante en ex-post evaluatie | 2024-2034 | loopt | Uitwerking van het Nationaal Groeifondsproject, inclusief nulmeting, tussentijdse evaluatie en een eindevaluatie. | 6 en 7 | |
Tussenevaluatie 30 miljoen middelen tekortsectoren opleidingen HBO | ex-durante evaluatie | 2025 | nog niet gestart | Afspraak uit het Bestuursakkoord. | ||
Eindevaluatie 30 miljoen middelen tekortsectoren opleidingen hbo | ex-post evaluatie | 2029 | nog niet gestart | Afspraak uit het Bestuursakkoord. | ||
Overig | Stelselrapportage Hoger Onderwijs (periodieke synthese rapportage) | Evaluatie | 2023 | afgerond | De Stelselrapportage is een synthese studie over de doelmatigheid en doeltreffendheid van de stelseldoelen. Het doel van de stelselrapportage is om op beknopte wijze de stand van zaken weer te geven met betrekking tot de belangrijkste beleidsdoelen van de overheid ten aanzien van het hoger onderwijs: toegankelijkheid, onderwijskwaliteit, aansluiting op de arbeidsmarkt, internationalisering en doelmatigheid. | 6 en 7 |
Strategische evaluatie commissie Stelselrapportage (Periodieke rapportage) | Evaluatie | 2025 | nog niet gestart | Een externe commissie van experts zal gevraagd worden een strategisch advies en oordeel uit te brengen over de Stelselrapportage Hoger Onderwijs, specifiek gericht op de drie stelseldoelen. | 6 en 7 |
Domein Hoger Onderwijs & Studiefinanciering
De Nederlandse overheid streeft naar een toegankelijk en kwalitatief hoogwaardig hoger onderwijsstelsel. Het belang van goed hoger onderwijs en onderzoek voor Nederland is groot. Het overzicht van evaluatieonderzoek is gebaseerd op drie hoofddoelen om het hoger onderwijsstelsel toekomstbestendig te maken. Allereerst de (1) versterking van het fundament, om op basis daarvan (2) ruimte te geven aan divers talent. Hierdoor kan Nederland zich op een groot aantal thema’s internationaal verder onderscheiden en kan worden gewerkt aan het (3) vergroten van de maatschappelijke impact van hoger onderwijs en onderzoek, en de publieke erkenning hiervan. In 2023 is de Stelselrapportage hoger onderwijs 2016-2023 gepubliceerd. Dit is een synthese studie naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde beleid van 2016 tot 2023. In 2025 zal een externe commissie zich buigen over de uitkomsten hiervan als sluitstuk voor de periodieke rapportage. De commissie zal kijken naar wat deze uitkomsten voor ons beleid en de toekomstige ontwikkeling hiervan betekenen. Hierbij zal ook specifiek gekeken worden naar doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde beleid.
Een gezond en sterk fundament
Alleen met een gezond en sterk fundament kan ons stelsel voor hoger onderwijs de maatschappij blijven voorzien van kwalitatief hoogstaand onderwijs, inzicht in maatschappelijke oplossingen en brede duurzame welvaart. Inzicht in de doelmatigheid en doeltreffendheid alsmede de geleerde lessen van bestaande kwaliteitsafspraken zullen met een ex-post evaluatie worden onderzocht. Deze inzichten dienen als input voor vervolg afspraken en strategie vorming om bij te kunnen dragen aan een gezond en sterk fundament van het hoger onderwijsstelsel. Onderzoek richt zich op het verkrijgen van inzicht in de processen en uitwerking van de herinvoering basisbeurs, wat werkt goed en waarop zijn belangrijke leerpunten mee te nemen voor vervolg. Het Trendrapport vervangt sinds 2024 de Monitor Beleidsmaatregelen en zal inzicht geven in de trends en ontwikkelingen rondom een aantal belangrijke kern indicatoren op instroom, doorstroom en toegankelijkheid in het hoger onderwijs.
Ruimte geven aan divers talent
Vanuit de basis van een gezond en sterk fundament, moet het talent van studenten, docenten en onderzoekers de volle ruimte krijgen: van jong tot ervaren, met verschillende achtergronden, perspectieven en loopbaanpaden. In het kader van dit sub-thema is het belangrijk inzicht te krijgen in de ontwikkelingen tot het bevorderen van studentenwelzijn door meer rust en ruimte in de curricula en inzicht door een lerende aanpak in ontwikkelingen voor het bevorderen van sociale veiligheid.7 Uit verschillende onderzoeken is duidelijk geworden dat studentenwelzijn van veel verschillende factoren afhankelijk is en dat o.a. stress en prestatiedruk hierin een belangrijke maar niet de enige rol spelen.8 Het onderwijs is bij uitstek een belangrijke plek om hier aandacht aan te geven, omdat jongeren relatief veel tijd in het onderwijs doorbrengen. De jaarlijkse monitors bieden inzicht in deze ontwikkelingen. Dit wordt aangevuld met de verschillende aanvullende evaluaties en onderzoeken zoals de evaluatie van het Landelijk subsidiekader studentenwelzijn waarin ook wordt gekeken naar wat werkt met betrekking tot aanpak, preventie en vroegsignalering. Hiernaast verkennen de pilots Slimmer collegejaar de mogelijkheden om meer rust en ruimte in het curriculum te brengen. Kennisvragen richten zich onder andere op wat bepaalde beleidsmaatregelen betekenen voor het vergoten van de rust en ruimte voor divers talent, studentenwelzijn en sociale veiligheid en het verkrijgen van inzicht in de werkzame elementen van verschillende aanpakken.
Bijdragen aan de maatschappelijke uitdagingen van nu en de toekomst
De maatschappelijke impact van ons stelsel van hoger onderwijs en de publieke erkenning daarvan moeten beiden groeien. Het gaat daarbij zeker om de grote maatschappelijke uitdagingen van nu, zoals klimaat, energie, gezondheid, veiligheid, kansengelijkheid en arbeidsmarkt. Het hoger onderwijs leidt jonge mensen op tot bekwame professionals die een essentiële bijdrage leveren aan het aangaan van deze maatschappelijke uitdagingen. Binnen dit sub-thema staat o.a. de regio centraal. Zo is er behoefte aan meer inzicht in een goede aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt-regio, wat zal komende jaren krimp en groei voor het hoger onderwijs betekenen en hoe gaan we daarmee om en op welke manieren raakt het de drie stelseldoelen (toegankelijkheid, kwaliteit en doelmatigheid)? Ook wordt gewerkt aan het inzichtelijk maken van de huidige markt en (wettelijke) mogelijkheden met betrekking tot Leven Lang Ontwikkelen (LLO)[1]. Dit raakt direct aan de grote maatschappelijke uitdagingen waar we als OCW voor staan. De eerste stap van de verkenning staat op de agenda voor komend jaar en er wordt gewerkt aan een verdere uitwerking van dit thema. Ook met betrekking tot leraren, flexibilisering en professionalisering wordt gewerkt aan het verschillende onderzoeken. Er is ook aandacht voor de verdere ontwikkeling van onderwijspersoneel en een professionele werkomgeving zijn manieren om de professionaliteit en aantrekkelijkheid van de sector verder te verhogen. Het groeifondsproject Nationale Aanpak Professionalisering Leraren zal met meerdere evaluatie onderzoeken de komende jaren inzicht geven in de werkende elementen in de aanpak bij het versterken van de kwaliteit en professionalisering van leraren alsmede de aantrekkelijkheid van het beroep te vergroten. Hiernaast wordt komende jaren gewerkt aan het thema flexibilisering, om inzicht te krijgen in de behoeften, mogelijkheden, definitie en afbakening, kansen en knelpunten om te komen tot goede beleidsontwikkeling. Kennisvragen die spelen zijn bijvoorbeeld hoe kan innovatie worden gestimuleerd en welke effectieve strategieën zijn er voor verdere versterking aansluiting onderwijs-arbeidsmarkt, flexibilisering, oplossen van het lerarentekort en LLO. Dit wordt aangevuld met de kennisbehoefte om goed inzicht te krijgen in de effectiviteit van beleidsinstrumenten en welke instrumenten echt bijdragen om de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt te verbeteren.[1] Kamerbrief ‘Vervolg beleidslijnen LLO’, 13 november 2023.
Thema | Subthema | Type onderzoek | Afronding | Status | Toelichting onderzoek | Art. |
---|---|---|---|---|---|---|
Mediastelsel | Algemeen/overkoepelend | Periodieke Rapportage | n.t.b. | te starten | nog te plannen | 15 |
Landelijk, regionaal en lokaal mediastelsel | Ex durante (monitor) | 2024, 2025, 2026 | lopend | Mediamonitor, onderzoek door Commissariaat voor de Media | 15 | |
Ex durante (monitor) | 2024 | lopend | Onderzoek tv-pakketten en kijkgedrag, periodiek onderzoek door het _x000D_Commissariaat voor de Media | 15 | ||
Ex post (evaluatie) | 2024 | afgerond | ZBO evaluatie Commissariaat voor de Media | 15 | ||
Ex post (evaluatie) | 2027 | te starten | Evaluatie must-carry regeling | 15 | ||
Journalistiek | Ex post (evaluatie) | 2024 | lopend | Evaluatie Stimuleringsfonds voor de Journalistiek | 15 | |
Ex post (evaluatie) | 2024 | lopend | Evaluatie extra middelen onderzoeksjournalistiek | 15 | ||
Ex post (evaluatie) | 2024 | lopend | Onderzoek Persveilig | 15 | ||
Ex ante (verkennend) | 2024 | lopend | Bescherming pluriformiteit bij concentratie mediaaanbod (Motie Kwint) | 15 | ||
Mediawijsheid | Ex post (evaluatie) | 2025 | te starten | Evaluatie NICAM (kijkwijzer) | 15 | |
Cultuur | Algemeen/ overkoepelend cultuur | Periodieke Rapportage | pm | te starten | nog te plannen | 14 |
Ex post (evaluatie) | 2025 | te starten | Evaluatie Impuls Jongerencultuur (via SPUK en FCP) 2022-2024 | 14 | ||
Ex ante (verkennend) | 2024 | lopend | Onderzoek naar mogelijkheden investerings verplichting streamers (Motie Kwint) | 14 | ||
Ex durante (monitor) | 2025 | lopend | Vrijetijdsomnibus (VTO) van CBS/Boekmanstichting | 14 | ||
Cultuurparticipatie | Ex post (evaluatie) | 2024 | lopend | Evaluatie Programma Cultuurparticipatie 2021-2024 (Fonds Cultuurparticipatie/LKCA) | 14 | |
Ex ante (verkennend) | 2025 | te starten | Onderzoek naar de praktijk van cultuurbeoefening vanuit breder cultuurbegrip | 14 | ||
Ex post (evaluatie) | 2025 | te starten | Onderzoek of het aanbod, de ondersteuning en het beleid aansluiten bij de behoeften van de praktijk van cultuurbeoefening | 14 | ||
Diversiteit en inclusie | Ex durante (monitor) | 2024/2025 | lopend | Monitor samenstelling personeel en besturen culturele instellingen | 14 | |
Bibliotheken | Ex post (evaluatie) | 2024 | lopend | Evaluatie SPUK versterken bibliotheeknetwerk | 14 | |
Ex post (evaluatie) | 2026 | te starten | Evaluatie Implementatiewet toegankelijkheidsrichtlijn | 14 | ||
Ex post (evaluatie) | 2024 | lopend | Evaluatie Koninklijke Bibliotheek | 14 | ||
Letteren | Ex post (evaluatie) | 2024 | lopend | Evaluatie Wet op de vaste boekenprijs | 14 | |
Arbeidsmarkt | Ex post (evaluatie) | 2027 | te starten | Landing Fair Pay middelen | 14 | |
Ex ante (verkennend) | 2025 | te starten | Prevalentieonderzoek Grensoverschrijdend gedrag | 14 | ||
Auteursrecht | Ex ante (verkennend) | 2024, 2025 | Onderzoek naar de economische betekenis van auteursrecht (in opdracht van het Ministerie van EZ). Voor OCW is specifiek de waarde voor makers van belang. | 14 | ||
Creatieve industrie | Ex durante (monitor) | 2024 | lopend | Opzetten evaluatie- en monitoringsaanpak investeringsverplichting | 14 | |
Duurzaamheid | Ex durante (monitor) | 2024/2025 | lopend | Monitoring duurzaamheid culturele sector (pilots en ontwerp) | 14 | |
Ex durante (verkenning) | 2024 | afgerond | Verkenning ecologische voetafdruk culturele sector (PON-Telos) | 14 | ||
Architecten | Ex post (evaluatie) | 2025 | te starten | ZBO evaluatie bureau architectenregister | 14 | |
Digitale transitie | Ex post (evaluatie) | 2024 | lopend | Beleidsevaluatie instrumentarium digitalisering cultuur en erfgoed | 14 | |
Internationaal Cultuurbeleid (ICB) | Ex post (evaluatie) | 2026 | te starten | Evaluatie Internationaal Cultuurbeleid (ICB) 2021-2024 in samenwerking met Ministerie van BZK | 14 | |
Erfgoed | Periodieke Rapportage | Ex post (evaluatie) | n.t.b. | te starten | volgende Periodieke rapportage moet nog gepland worden | 14 |
Musea | ||||||
Monumenten | ||||||
Archeologie | Ex post (evaluatie/verkennend) | 2023 | Verkenning stelselinstrumenten erfgoedparticipatie, imm erfgoed amateurkunst | 14 | ||
Ex durante (monitor) | 2024/2025 | lopend | Monitor erfgoedparticpatie (naar model MAK, ism RCE relatie FARO) | 14 | ||
Ruimte | Ex ante (verkennend) | 2024 | te starten | Inventarisatie ondersteuningsbehoefte gemeenten provincies erfgoed in ruimtelijke opgaven | 14 | |
Cultuureducatie | Cultuuronderwijs | Periodieke Rapportage | 2024 | afgerond | Periodieke Rapportage Cultuuronderwijs 2013-2022; volgende periodieke rapportage moet nog gepland worden | 14 |
Ex durante (monitor) | 2024 | afgerond | Het programma Cultuureducatie met Kwaliteit 2021-2024 en de programma's daarvoor die als doel hadden de binnenschoolse cultuureducatie (cultuuronderwijs) te verbeteren werden begeleid door periodieke monitoren in het PO en het VO. In 2022/2023 zijn deze opnieuw uitgevoerd en gepubliceerd in 2024 | 14 | ||
Archieven | Periodieke Rapportage | pm | te starten | nog te plannen | 14 | |
Ex post (evaluatie) | 2024 | lopend | Uitvoeringstoetsen van het Archiefbesluit en de Archiefregeling | 14 | ||
Ex ante (verkennend) | 2024 | lopend | Verkenning belang /beheer concepten digitalie informatie huishouding | 14 | ||
Ex ante (verkennend) | 2024 | te starten | Onderzoek naar archiefonderwijs | 14 |
Domein Cultuur en Media
Het domein omvat het gehele cultuur- en mediabeleid: artikel 14 (cultuur) en artikel 15 (media). Het cultuur- en mediabeleid is opgedeeld in vijf beleidsinhoudelijk samenhangende thema’s. Ze zijn zo gekozen dat de beste garantie bestaat voor langjarige aansluiting op de beleidspraktijk en daarmee herkenbaarheid voor beleidsmakers en politiek. Specifieke actuele thema’s, bijvoorbeeld op basis van het Regeerakkoord, kunnen hier ondergebracht worden.
De evaluaties zijn zo ingepland dat ze passen bij de kennisbehoefte en bij reeds bekende beslismomenten in de beleidscyclus. Het kan dus zo zijn dat er op een subthema op dit moment nog geen beleidsevaluatie gepland staat in de komende periode. Dit is geen hiaat, maar een keuze die past bij het strategisch plannen van evaluaties met oog voor de verbinding met de beleidspraktijk. Met de jaarlijkse actualisatie van de Strategische Evaluatie Agenda wordt steeds opnieuw naar de evaluatie van deze subthema's gekeken.
Mediabestel
Inhoud en scope: het realiseren van een kwalitatief hoogwaardig, pluriform en onafhankelijk en toegankelijk media-aanbod.
Belangrijkste wetten en programma's: de belangrijkste wet is de Mediawet.
Belangrijkste onderwerpen en stakeholders: bekostiging landelijke en regionale publieke omroep, Stimuleringsfonds voor de Journalistiek, Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid en aantal andere instellingen.
Beleidsthema’s: houdbaarheid en samenhang landelijk, regionaal en lokaal mediastelsel; onafhankelijk en rendabel functioneren journalistiek; toerusting en vertrouwen burgers mediagebruik, mediawijsheid.
De kennisbehoefte zit in de basis in het monitoren van ontwikkelingen in het medialandschap en de consequenties daarvan voor het mediabeleid, behoefte aan een scherper inzicht in de pluriformiteit van het nieuwsaanbod, het gebruik van en de toegang tot onafhankelijke nieuwsvoorziening en ook digitale vindbaarheid, zichtbaarheid en herkenbaarheid van het media-aanbod.
Cultuur
Inhoud en scope: verzorgen van een kwalitatief hoogwaardig en pluriform cultureel aanbod dat sociaal en geografisch toegankelijk is.
Belangrijkste wetten en programma's: Wet op het specifiek cultuurbeleid, WSOB, wet op de vaste boekenprijs.
Belangrijkste onderwerpen en stakeholders: het Ministerie van OCW (basisinfrastructuur cultuur), rijkscultuurfondsen, Koninklijke Bibliotheek, gemeenten en provincies, topteam creatieve industrie, Cultuur-Ondernemen.
Beleidsthema's: diversiteit en inclusie (code culturele diversiteit BIS), arbeidsmarkt (Arbeidsmarktagenda, governance code BIS), auteursrecht, creatieve industrie (topsector), Internationaal Cultuurbeleid (ICB), digitale transitie.
De kennisbehoefte voor dit thema omvat beter inzicht in de culturele arbeidsmarkt, de diversiteit van de sector, de toegankelijkheid van het culturele aanbod (geografisch, voor mensen met een beperking of andere persoonlijke kenmerken), de waarde van auteursrecht, de duurzaamheid van de sector, het culturele leven in Caribisch Nederland en de mate waarin cultuur kan bijdragen aan oplossing van maatschappelijke problemen.
Erfgoed
Inhoud en scope: alle beleid uit hoofde van de Erfgoedwet (2016) op de gebieden musea, monumenten, archeologie, immaterieel erfgoed.
Belangrijkste wetten en programma's: Erfgoedwet. Daarnaast is Omgevingswet van belang voor de rol van erfgoed in de ruimtelijke inrichting.
Belangrijkste onderwerpen en stakeholders: Regionaal historische centra (RHC), behoud, beheer en toegankelijkheid erfgoed, rijksmusea en de het beheer van de rijkscollectie, Commissie Collectie Nederland.
Beleidsthema's: musea, monumenten, archeologie, immaterieel erfgoed, Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE), RHC. Duurzaamheid van het erfgoed.
De kennisbehoefte voor dit thema omvat beter inzicht in de arbeidsmarkt, de diversiteit van de sector, de toegankelijkheid van het culturele aanbod (geografisch, voor mensen met een beperking of andere persoonlijke kenmerken), de duurzaamheid van de sector, het lokale erfgoedbeleid en de praktijk van het immaterieel erfgoed (erfgoedgemeenschappen, vrijwilligers). Daarnaast is extra aandacht voor inzicht in de financiële middelen waarmee het monumentenstelsel voor de toekomt houdbaar wordt gehouden.
Cultuureducatie
Inhoud en scope: Doelbewust leren over en met kunst, erfgoed en media via gerichte instructie, zowel binnen- als buitenschools.
Belangrijkste wetten en programma's: Beleid cultuuronderwijs (Cultuureducatie met Kwaliteit 2021-2024), Programma cultuurparticipatie 2021-2024.
Belangrijkste onderwerpen en stakeholders: Uitvoerders regelingen cultuuronderwijs: scholen van po en vo (financiering via prestatiebox); Fonds Cultuurparticipatie, Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst (LKCA), gemeenten.
Beleidsthema's: cultuuronderwijs, actieve cultuurbeoefening (amateurs).
De kennisbehoefte voor dit thema omvat voor het cultuuronderwijs meer inzicht in werkzame beleidsinterventies gericht op de scholen, en de veronderstelde effecten van cultuuronderwijs bij kinderen (zoals burgerschap, creativiteit). Er wordt ingezet op kennis ter ondersteuning van een brede aanpak van cultuurbeoefening waarin de infrastructuur wordt vereenvoudigd en versterkt middels bestuurlijke afspraken over cultuureducatie, amateurkunst, immaterieel erfgoed, cultuurparticipatie en talentontwikkeling.
Archieven
Inhoud en scope: Centraal staat de nieuwe Archiefwet die in december 2020 door de Tweede Kamer is goedgekeurd en wordt geïmplementeerd. Het kabinet moderniseert de Archiefwet zodat naast overheidsarchieven, ook de digitale informatie goed bewaard blijft.
Belangrijkste wetten en programma's: Archiefwet. Er is relatie met de Wet openbaarheid van bestuur en de Wet Open Overheid, openheid en waarborg van belangrijke informatie.
Belangrijkste onderwerpen en stakeholders: overheidsarchieven, (digitale) informatie, Nationaal Archief, transparante overheid, Archiefbesluit en Archiefregeling.
Beleidsthema's: archieven, digitale informatie, transparante overheid.
De kennisbehoefte voor dit thema is volledig gericht op wettelijke en bestuurlijke inzichten die bij kunnen dragen aan een zo goed mogelijk functionerende archiefwet. Daarbij is specifiek aandacht voor kennis rondom het meerjarig implementatieprogramma bij de inwerkingtreding van de gemoderniseerde archiefwet.
Thema | Subthema | Type onderzoek | Afronding | Status | Toelichting onderzoek | Art. |
---|---|---|---|---|---|---|
Een sterke basis en een hoge kwaliteit | Kennisveiligheid | ex durante | 2025 | te starten | Evaluatie Loket kennisveiligheidIn 2022 is het Loket Kennisveiligheid gestart waar kennisinstellingen laagdrempelig terecht kunnen met hun aan kennisveiligheid gerelateerde vragen. Het Loket Kennisveiligheid biedt (medewerkers van) kennisinstellingen informatie en advies en faciliteert een learning community voor medewerkers van kennisinstellingen. Het Loket Kennisveiligheid wordt in opdracht van het ministerie van OCW uitgevoerd door RVO. In 2025 wordt het Loket Kennisveiligheid geëvalueerd. | 16 |
Kennisveiligheid | ander onderzoek | 2025 | te starten | Uitvoeringstoets wetsvoorstel screening kennisveiligheidHet wetsvoorstel screening kennisveiligheid moet het mogelijk maken dat daar waar de risico’s voor de nationale veiligheid het grootst zijn, onderzoekers uit derde landen een screening moeten ondergaan alvorens zij bij een Nederlandse kennisinstelling aan de slag kunnen. Aan de Tweede Kamer is een onderzoek toegezegd dat in beeld brengt wat de praktische impact is van het wetsvoorstel op de Nederlandse kennisinstellingen en op welke manier de kennisinstellingen ondersteund kunnen worden bij de implementatie van de screeningswet (Kamerstuk 31288 nr. 948, vergaderjaar 2021-2022). | 16 | |
Kennisveiligheid | ex durante | 2026 | te starten | Monitor kennisveiligheid (sectorbeelden)In het Bestuursakkoord hoger onderwijs en wetenschap van juli 2022 is met de universiteiten en hogescholen afgesproken dat zij de Nationale Leidraad Kennisveiligheid implementeren. De voortgang hierop wordt gemonitord aan de hand van een externe audit kennisveiligheid. In 2023 en 2024 is een nulmeting uitgevoerd (er zijn afzonderlijke rapportages opgesteld voor de drie sectoren universiteiten, hoge scholen en NWO- en KNAW instituten). In 2025 wordt de meting herhaald waarna de resultaten uiterlijk in 2026 worden opgeleverd. | 16 | |
Programma Erkennen & Waarderen | ex post | 2026 | te starten | Evaluatie programma Erkennen en waarderenMet het landelijke subsidieprogramma Erkennen en waarderen 2022-2026 stimuleert het kabinet de ontwikkeling van wetenschappelijk talent. Door oog te hebben voor de volle breedte van het academisch werk kunnen talenten op waarde worden geschat en is er ruimte om ook de prestaties op domeinen zoals onderwijs, patiëntenzorg, publieke betrokkenheid, ondernemerschap en academisch leiderschap te belonen. Tegen het einde van de looptijd van het subsidieprogramma wordt uitvoering gegeven aan de motie van de Tweede Kamer die verzoekt om een onafhankelijke evaluatie van het programma. | 16 | |
Promotierecht | ex durante | 2027 | te starten | Evaluaties uitbreiding promotierechtMet de uitbreiding van het promotierecht in 2017 hebben universitair (hoofd)docenten de mogelijkheid om op te treden als promotor. Voor deze wetswijziging was dit recht voorbehouden aan de hoogleraar. In 2022 is deze uitbreiding van het promotierecht geëvalueerd. De aanbeveling om de doorwerking van deze verruiming op het wetenschapssysteem en de internationale positionering na vijf jaar te evalueren, wordt opgevolgd in 2027. | 16 | |
Starters- en stimuleringsbeurzen | ex durante | 2025 | te starten | Monitor en evaluatie starters- en stimuleringsbeurzenDe starters- en stimuleringsbeurzen vormen een persoonlijk werkkapitaal voor onderzoekers en geven meer ruimte voor het doen van ongebonden onderzoek. De beurzen beogen daarnaast bij te dragen aan een vermindering van de werk- en aanvraagdruk.Bij de invoering is voorzien in twee evaluaties. Deze staan voor 2025 en 2028 gepland. Nu de starters- en stimuleringsbeurzen vanwege de bezuinigingsopgaven worden geschrapt, wordt bezien op welk(e) moment(en) een evaluatie zinvol is. In de evaluatie(s) wordt o.a. onderzocht hoe de beurzen zijn besteed (inclusief de indirecte kosten) en in hoeverre de doelen van de starters-en stimuleringsbeurzen zijn gerealiseerd. Ook wordt in de evaluatie de samenhang bezien met andere instrumenten, zoals de sectorplannen, en relevante beleidsontwikkelingen. | 16 | |
Proeven op niet-humane primaten | overig onderzoek | 2024 | lopend | Onderzoek verlagen van het aantal proeven op niet-humane primatenIn de motie Wassenberg c.s. (36 200 VIII Nr. 113), is de regering gevraagd een onderzoek uit te laten voeren, naar de mogelijkheid om het aantal proeven op niet-humane primaten verder te verlagen zonder dat dit gevolgen heeft voor het onderzoek dat strikt noodzakelijk is voor de bestrijding van levensbedreigende ziekten en uitbraken van infectieziekten die de volksgezondheid bedreigen. Het onderzoek levert naar verwachting verschillende scenario’s op met wetenschappelijke, ethische, juridische, economische, internationale en maatschappelijke implicaties.Het onderzoek is eind november 2023 van start gegaan. De resultaten worden begin 2025 aan de minister van OCW aangeboden, waarna de minister het eindrapport met de Tweede Kamer deelt. | 16 | |
Sectorplannen I | ex post | 2019-2025 | lopend | Monitoring en evaluatie Sectorplannen I (2019-2024)Sectorplannen hebben twee hoofddoelen, namelijk het creëren van rust en ruimte in het wetenschappelijk onderwijs en onderzoek, en het stimuleren van landelijke samenwerking en gezamenlijke scherpe keuzes, waarbij duidelijk wordt welke instelling zich op welke kennis en vakgebieden focust.Gedurende de looptijd vindt er doorlopende monitoring plaats door de sectorplancommissies. Deze commissies leveren tweemaal een evaluatie op: tussentijdse evaluatie in 2022 en eindevaluatie in 2025. Bij het monitoren en evalueren is er aandacht voor effecten met betrekking tot profilering, samenwerking en het terugdringen van tijdelijke contracten ten behoeve van meer rust en ruimte. De monitoring en evaluatie wordt nader ingevuld door de domeinspecifieke sectorplancommmissies.Sectorplannen I en II kennen een eigen ritme, inhoudelijke invulling over de sectoren en nuance verschillen in de doelen, waardoor het geen gezamenlijke evaluatie kan zijn. De evaluaties worden wel door dezelfde commissies uitgevoerd. | 16 | |
Sectorplannen II | ex durante en ex post | 2022 en 2029 | lopend | Monitoring en evaluatie Sectorplannen II (2022-2028)Sectorplannen hebben twee hoofddoelen, namelijk het creëren van rust en ruimte in het wetenschappelijk onderwijs en onderzoek, en het stimuleren van landelijke samenwerking en gezamenlijke scherpe keuzes, waarbij duidelijk wordt welke instelling zich op welke kennis en vakgebieden focust.Gedurende de looptijd vindt er doorlopende monitoring plaats door de sectorplancommissies. Deze commissies leveren tweemaal een evaluatie op: tussentijdse evaluatie in 2026 en eindevaluatie in 2029. Bij het monitoren en evalueren is er aandacht voor effecten met betrekking tot profilering, samenwerking en het terugdringen van tijdelijke contracten ten behoeve van meer rust en ruimte. De monitoring en evaluatie wordt nader ingevuld door de domeinspecifieke sectorplancommmissies.Sectorplannen I en II kennen een eigen ritme, inhoudelijke invulling over de sectoren en nuance verschillen in de doelen, waardoor het geen gezamenlijke evaluatie kan zijn. De evaluaties worden wel door dezelfde commissies uitgevoerd. | 16 | |
Sociale veiligheid en gelijke behandeling | Meld- en klachtvoorzieningen | overig onderzoek | 2024 | lopend | Onderzoek naar de kwaliteit van klacht- en meldvoorzieningen sociale veiligheid.Om tot een verbetering van de klacht- en meldvoorzieningen in het hoger onderwijs te komen wordt hier onderzoek naar gedaan. Het onderzoek geeft een beeld van de kwaliteit van klachtenprocedures, de informatie erover en de tevredenheid over de procedures. Het gaat daarbij om voorzieningen voor studenten en medewerkers. Het onderzoek is eind april 2024 van start gegaan en de oplevering staat gepland voor eind 2024. | 16 |
Nationaal Actieplan diversiteit en inclusie hoger onderwijs en onderzoek | ex durante | 2026 | te starten | Evaluatie actieplan diversiteit en inclusieHet hoofddoel van dit actieplan is een meer diverse en inclusieve hoger onderwijs- en onderzoeksector. De adviescommissie is ingesteld tot eind 2026. Het actieplan loopt tot eind 2025. De partners die het plan dragen hebben uitgesproken het plan ook na 2025 te willen voortzetten. De evaluatie begin 2026 geeft onder andere informatie relevant voor een doorstart van het plan (en eventueel de adviescommissie). In 2023 is reeds een midterm-evaluatie uitgevoerd. | 16 | |
Programma sociale veiligheid | ex post | 2028 | te starten | Evaluatie programa sociale veiligheid Middels het landelijk programma sociale veiligheid worden universiteiten, hogescholen en studentenverenigingen gestimuleerd om samen te werken aan het vergroten van sociale veiligheid in de sector. De Regiegroep Sociale Veiligheid heeft de opdracht om dit programma in te vullen voor de periode 2024 tot en met 2027. Na afloop van de looptijd van de Regiegroep vindt een eindevaluatie plaats. | 16 | |
Coronamaatregelen | Nationaal Programma Onderwijs | ex post | 2024 | lopend | Evaluatie Nationaal programma onderwijs, deel: Onderzoek.Het hoofddoel van deze kwalitatieve evaluatie is om informatie te krijgen over de ervaren impact van het Nationaal Programma Onderwijs mbo ho en onderzoek (NPO).Met het onderzoek wordt aan de hand van deskstudie, interviews en enquetes nagegaan in welke mate het programma de onderzoekers met een tijdelijk contract, in staat heeft gesteld om hun onderzoek af te ronden en hoe de onderzoekers oordelen over de geboden (financiele) ondersteuning. | 16 |
Instellingen in het stelsel van onderzoek en wetenschap | KB | ex durante | 2024 | lopend | Evaluatie KBDe Koninklijke Bibliotheek (KB) wordt als zelfstandig bestuursorgaan (ZBO) volgens de Kaderwet ZBO iedere vijf jaar op doelmatigheid en doeltreffendheid geëvalueerd. De laatste evaluatie van de KB vond plaats in 2019. | 16 |
KNAW | ex durante | 2026 | te starten | Evaluatie KNAWDe Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) wordt volgens het instellingsbesluit iedere vijf jaar op doelmatigheid en doeltreffendheid geëvalueerd. De laatste evaluatie van de KNAW vond plaats in 2020. | 16 | |
NWO | ex durante | 2025 | te starten | Evaluatie NWODe Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) wordt als zelfstandig bestuursorgaan (ZBO) volgens de Kaderwet ZBO iedere vijf jaar op doelmatigheid en doeltreffendheid geëvalueerd. De laatste evaluatie van de NWO vond plaats in 2020. | 16 | |
Rathenau | ex durante | 2028 | te starten | Evaluatie Rathenau Instituut Het Rathenau Instituut wordt volgens het instellingsbesluit elke vijf jaar beoordeeld op in ieder geval haar effectiviteit en doelmatigheid. De laatste evaluatie van het Rathenau Instituut vond plaats in 2023. | 16 | |
Webharvesting | overig onderzoek | 2024 | lopend | Onderzoek naar (wettelijke) facilitering van webharvestingDit onderzoek draagt bij aan de beantwoording van de motie Dekker-Abdulaziz, waarin de regering wordt verzocht om in kaart te brengen wat de wettelijke, technische en financiële obstakels zijn die in de weg staan van een mogelijke archivering van het nl-domein (nationale domeincrawl en de beredeneerde selectie) en hoe deze te overkomen. | 16 | |
Synthese-onderzoek en periodieke rapportage | Synthese-onderzoek Fonds Onderzoek en Wetenschap | ex durante en ex post | 2026 en 2031 | te starten | Synthese-onderzoeken Fonds voor Onderzoek en WetenschapHet kabinet (sinds Rutte IV) investeert om het fundament van het stelsel van hoger onderwijs en onderzoek te versterken, rust en ruimte te bieden aan divers talent en om de maatschappelijke impact van onderzoek te vergroten. Dit betreft een investering bovenop het al bestaande beleid en de wettelijke waarborgen die zorgen voor een kwalitatief goed onderwijs- en onderzoekstelsel. De «extra» investering van hoger onderwijs en onderzoek worden grotendeels gefinancierd uit het Fonds voor Onderzoek en Wetenschap. Door de bezuinigingen van het huidige kabinet is de extra investering kleiner geworden. Er is voorzien in twee synthese-onderzoeken, gebaseerd op evaluaties van de ingezette instrumenten. Deze evaluaties worden deels uitgevoerd door OCW en deels door andere partijen zoals NWO. De eerste synthesestudie van het Fonds onderzoekt of is ingezet op de juiste beleidsinstrumenten en/of de doelen hiermee worden bereikt. Ook geeft de studie aanknopingspunten om bij te sturen. De tweede synthesestudie geeft een stevigere onderbouwing van de bijdrage die het gevoerde beleid levert aan de hoofddoelen. Daarbij wordt ook gekeken naar de effecten van de bezuinigingen en de structurele (lange termijn) effecten. | 6,7 en 16 |
Periodieke rapportage art. 16 Begroting OCW | ex post | 2026 | te starten | Periodieke rapportage onderzoek en wetenschapsbeleidDeze rapportage biedt inzicht in de doeltreffendheid en doelmatigheid van het gevoerde onderzoeks- en wetenschapsbeleid dat betrekking heeft op artikel 16 (Onderzoek en wetenschapsbeleids). Het wordt ingevuld en uitgevoerd volgens de richtlijnen voor periodieke rapportage van het Ministerie van Financiën. De monitor- en evaluatieonderzoeken uitgevoerd door OCW en andere partijen zoals NWO zijn belangrijke bouwstenen voor deze periodieke rapportage. Daarnaast worden de indicatoren zoals genoemd in het Bestuursakkoord 2022 Hoger onderwijs en wetenschap hiervoor gebruikt. | 16 |
Domein onderzoek en wetenschap
De algemene doelstelling van onderzoek en wetenschapsbeleid is het scheppen van een internationaal concurrerende onderzoeksomgeving die onderzoekers uitdaagt tot optimale wetenschappelijke prestaties en die goed aansluit op maatschappelijke behoeften.
Op basis van het rapport Balans van de Wetenschap en OESO-cijfer is vastgesteld dat het Nederlandse wetenschapssysteem goed presteert ten aanzien van dit doel. Wel wil OCW meer inzicht krijgen in de bijdrage van het onderzoek- en wetenschapsbeleid aan die prestaties. Door samen met het veld meer en kwalitatief hoogwaardige onderzoeken en evaluaties uit te voeren en daarnaast een uitgebreide set van beleidsindicatoren te volgen, wordt de doeltreffendheid en doelmatigheid van het ingezette -en nog in te zetten- instrumentarium beter zichtbaar.
In onderstaande tekst volgt per thema een korte beschrijving van de onderzoeken die afgerond worden voor de begroting van 2025. De volgende periodieke rapportage van artikel 16 staat gepland voor 2026.
Een sterke basis en hoge kwaliteit
Het kabinet zet verschillende instrumenten in om te zorgen voor een stabiele basis voor excellent onderzoek. In bovenstaande tabel is opgenomen welke onderzoeken OCW heeft voorzien. Daarnaast wordt er onderzoek uitgevoerd door de veldpartijen.
Voor 2025 staat de afronding van de eindevaluatie van de Sectorplannen I (2019-2024) gepland. In de eindevaluatie wordt gekeken naar de doeltreffendheid en doelmatigheid van de sectorplannen in het bereiken van de beoogde doelen: het creëren van rust en ruimte in het wetenschappelijk onderwijs en onderzoek, en, het stimuleren van afspraken over samenwerking en welke universiteit zich op welke kennis en vakgebieden profileert. Daarnaast staan er ook twee onderzoeken gepland op het terrein van kennisveiligheid. Het gaat om de evaluatie van het loket kennisveiligheid. Kennisinstellingen kunnen hier laagdrempelig terecht met hun aan kennisveiligheid gerelateerde vragen. Daarnaast staat er een onderzoek naar de praktische impact van het wetsvoorstel Screening kennisveiligheid op de Nederlandse kennisinstellingen gepland. De onderzoeken worden momenteel voorbereid.
Sociale veiligheid en gelijke behandeling
In bovenstaande tabel is opgenomen welke onderzoeken OCW op het thema sociale veiligheid en gelijke behandeling heeft voorzien. Momenteel loopt er een onderzoek naar de Meld- en klachtvoorzieningen sociale veiligheid. Dit wordt in voorjaar 2025 afgerond. Doel van het onderzoek is inzichten op te halen waarmee de voorzieningen verbeterd kunnen worden. In 2025 start de evaluatie van het programma erkennen en waarderen. Dit programma loopt van 2022 tot 2026 en is gericht op het diversifiëren van de loopbaanontwikkeling van wetenschappers. Naast bovengenoemde onderzoeken die uitgevoerd worden in opdracht van OCW lopen er ook verschillende onderzoeken die uitgevoerd (in opdracht van) de veldpartijen.
Instituten in het stelsel van onderzoek en wetenschap
Als stelselverantwoordelijke zorgt de Minister van OCW voor de rijksbijdrage die rechtstreeks naar universiteiten en hogescholen gaat en waarin een deel bestemd is voor onderzoek bij de universitair medische centra (umc’s). Daarnaast worden er middelen aan NWO beschikbaar gesteld, die NWO in competitie verdeelt. Tot slot is er de basisfinanciering die door NWO en de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW) over de eigen instituten wordt verdeeld. Alle instituten in het stelsel worden periodiek geëvalueerd op onder andere hun rol, taakuitvoering, doeltreffendheid en doelmatigheid. Voor 2025 zijn evaluaties voorzien van de zbo’s NWO en de Koninklijke Bibliotheek.
Thema | Subthema | Titel onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Toelichting onderzoek |
---|---|---|---|---|---|---|
Arbeid | Doel gendergelijkheid | Topvrouwen: CPB evaluatie effecten invoering quotum | ex-durante | 2025 | te starten | CPB onderzoekt de middelange termijn effecten van het quotum in de Topvrouwenwet |
Doel gendergelijkheid | Topvrouwen: Monitor topvrouwen (semi)publiek | ex-durante | 2026 | anders:in uitvoering | SEO monitort jaarlijks de voortgang van het aandeel vrouwen in de top van de (semi)publieke sector | |
Doel gendergelijkheid | Programma economische veerkracht.Programma/onderzoek in het kader van de Nationale Wetenschapsagenda, gericht op het verkrijgen van handelingsperspectieven om de economische veerkracht/de arbeidsparticipatie van vrouwen te vergroten. | ex- durante | 2026 | anders: het overkoepelende project wordt in 2026 afgerond. | ||
Doel gendergelijkheid | Genderaspecten van problematische schulden | ex-ante | 2025 | te starten | Onderzocht moet worden welke mogelijke andere factoren er bij mannen en vrouwen een rol spelen bij problematische schulden. | |
Sociale Veiligheid | Doel gendergelijkheid en lhbtiq+- emancipatie. | Publieksmonitor | ex-durante | 2025 | lopend | Tweede meting van de publieksmonitor over de sentimenten van het algemeen Nederlands publiek ten opzichte van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Dit wordt jaarlijks gedaan om de sentimenten van Nederlandse samenleving ten aanzien van dit onderwerp te monitoren. De monitor is gestart en 2023 en loopt tenminste tot 2026. |
Doel gendergelijkheid en lhbtiq+- emancipatie | Nationale Wetenschapsagenda 'Naar een effectieve aanpak van seksueel grensoverschrijdend gedrag en geweld’ | ex-durante | 2024-2026 | lopend | Driejarig onderzoeksprogramma waarin onderzoekers, maatschappelijke organisaties, kennisinstituten, hulpverleningsinstanties en andere partners kennis bundelen en ontwikkelen om (online) seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld zo veel mogelijk te voorkomen en de gewenste cultuurverandering te bereiken. | |
Doel lhbtiq+-emancipatie | Onderzoek naar sociale veiligheid op scholen | ex-ante | 2026 | te starten | Onderzoek naar de aanpak van sociale veiligheid voor lhbtiq+ leerlingen en studenten in het onderwijs. | |
Doel lhbtiq+-emancipatie | Effectenonderzoek Regenboogsteden 2023 ‒ 2026 | ex-post | 2025 | te starten | Inhoudelijke evaluatie die in kaart brengt wat de opbrengsten zijn van het programma Regenboogsteden, waarin 55 gemeenten zich inzetten voor de verbetering van sociale veiligheid en -acceptatie van lhbtiq+ personen. | |
Doel gendergelijkheid | Effectenonderzoek Veilige Steden 2023 ‒ 2026 | ex-post | 2026 | te starten | Inhoudelijke evaluatie die in kaart brengt wat de opbrengsten zijn van het programma Veilige Steden, waarin 20 gemeenten zich inzetten voor de verbetering van veiligheid van vrouwen in de publieke ruimte. | |
Genderdiversiteit en gelijke behadeling | Doel lhbtiq+-emancipatie | Onderzoek voormalige wet op de wijzigingvan geslachtsregistratie | geschiedkundig | 2025 | anders:in uitvoering | Onderzoek waarin de impact van de voormalige transgenderwet op de persoonlijke ervaringen, levensloop en identiteitsontwikkeling van transgender en intersekse personen worden onderzocht. |
Doel lhbtiq+-emancipatie | Onderzoek(en) in het kader van de toezegging om te «verkennen wat er buiten de specialistische zorg om nodig is om wachtlijsten te verkorten en om mensen die op de wachtlijst staan ondersteuning te bieden. We kijken dan onder andere naar sectoren als onderwijs, werk, sport en cultuur.» | ex-ante | 2024-2025 | te starten | Tijdens het tweeminutendebat van VWS over transgenderzorg is de toezegging gedaan dat MOCW het voortouw heeft bij het uitvoeren van de verkenning. Er wordt een plan gemaakt voor het uitvoeren van de toezegging, de exacte onderzoeksvragen moeten nog worden opgesteld. | |
Algemeen | Doel lhbtiq+-emancipatie | Lhbtiq+-monitor 2026 | ex-durante | 2026 | te starten | De lhbtiq+-monitor schetst een beeld van de leefsituatie van lhbtiq+ personen op domeinen als veiligheid, gezondheid en werk. Daarnaast schetst de monitor een beeld van de opvattingen van de algemene Nederlandse bevolking over llhbtiq+ personen. Er wordt gekeken welke groepen op voor- en achterstand staan en welke ontwikkelingen hierin te zien zijn. |
Doel gendergelijkheid | Emancipatiemonitor 2026 | ex-durante | 2026 | te starten | De Emancipatiemonitor bevat de resultaten van tweejaarlijks onderzoek naar de emancipatie van vrouwen in Nederland. Aan de hand van de meest actuele gegevens over de positie van vrouwen en mannen brengt deze monitor de stand van het emancipatieproces in kaart. Op basis van deze monitor wordt veel kennis vergaard over gendergelijkheid op de arbeidsmarkt. | |
Doel gendergelijkheid, lhbtiq+- emancipatie | Midtermevaluatie allianties | ex-durante | 2025-2027 | te starten in Q4 2024 | In 2025 vinden er midtermevaluaties van de allianties plaats waarmee Directie Emancipatie een strategisch partnerschap heeft gesloten op grond van de Subsidieregeling gender- en LHBTI+gelijkheid 2022-2027. In 2027 zal er een eindevaluatie plaats vinden. |
Domein Emancipatie
De algemene doelstelling van het emancipatiebeleid is het realiseren van gendergelijkheid en gelijke behandeling wat betreft seksuele oriëntatie, genderidentiteit en geslachtskenmerken in de Nederlandse samenleving.
Uitgangspunt van het emancipatiebeleid is dat iedereen in Nederland zichzelf kan zijn, iedereen kan worden wat die wil worden en iedereen de mogelijkheden heeft om zich te ontwikkelen en bij te dragen aan de samenleving. Om dit te bereiken zetten we ons in voor gender- en lhbtiq+-gelijkheid en het voorkomen van discriminatie van en geweld tegen deze groepen.
De directie Emancipatie van het Ministerie van OCW gaat over zowel gendergelijkheid als over lhbtiq+ -emancipatie. De directie Emancipatie heeft, geen eigen wet- en regelgeving, of stelsel waarvoor het verantwoordelijk is, maar is actief op een breed scala aan onderwerpen dat voor een groot deel onder de verantwoordelijkheid van andere departementen valt. De directie heeft hierbij vooral een agenderende, coördinerende en aanjagende rol. Daarbij wordt nauw samengewerkt met maatschappelijke organisaties, andere overheden en andere departementen. Dit heeft impact op de manier waarop we werken en daarmee ook op de manier waarop we kunnen evalueren.
De directie werkt aan verschillende dossiers, die voor het doel van de SEA zijn gegroepeerd in drie hoofdthema’s: Arbeid, Sociale Veiligheid, en Genderdiversiteit en Gelijke Behandeling, en het thema Algemeen. Op de belangrijkste dossiers van de directie bestaan soms raakvlakken en overlap tussen onderwerpen op het gebied van gendergelijkheid en lhbtiq+-emancipatie. Het komt echter ook voor dat dossiers exclusief over de positie van vrouwen of lhbtiq+ personen gaan.
In aanvulling op de SEA (die voor het domein Emancipatie een enigszins afgebakend beeld geeft), wordt met beleidsindicatoren op ocwincijfers.nl de stand van emancipatie gemonitord volgens de groeperingen in de hoofdthema’s.
Arbeid
Het beleid richt zich op gendergelijkheid op de arbeidsmarkt, waaronder op gelijke beloning en gelijke arbeidsdeelname van vrouwen (ten opzichte van mannen) op elk niveau. De inzet is daarmee onder andere gericht op het bevorderen van arbeidsparticipatie en financiële onafhankelijkheid van vrouwen, maar ook op het verbeteren van de doorstroom van vrouwen naar leidinggevende posities. Er wordt ingezet op het creëren van betere omstandigheden op de arbeidsmarkt zoals het beter monitoren op loonverschillen, het lonender maken van meer uren werk, het bestrijden van zwangerschapsdiscriminatie en het faciliteren van de combinatie van arbeid en zorg (stelselherziening kinderopvang en betaald ouderschapsverlof).
Uit de tabel wordt duidelijk dat de genderdiversiteit in de top de komende jaren wordt gemonitord, zowel in de private sector als in de (semi)publieke sector.
Sociale Veiligheid
Het beleid richt zich op het bevorderen van (sociale) veiligheid van vrouwen en lhbtiq+-personen, bijvoorbeeld in de publieke ruimte, op de werkvloer, in het onderwijs of in de sport.
Zo richt de directie Emancipatie zich op het bevorderen van de sociale veiligheid en gelijke behandeling op iedere school en onderwijsinstelling voor leerling, student, leraar en docent, zodat eenieder veilig, gelijkwaardig en vrij onderwijs geniet en het onderwijs een plek is waar iedereen zichzelf vrij kan uiten en ontplooien. Voor studenten en docenten moet het onderwijs sociaal veilig en inclusief zijn. Daarnaast is het van belang dat leerlingen al in het funderend onderwijs de waarde van gelijkwaardigheid en gelijke behandeling wordt bijgebracht, zodat leerlingen elkaar leren kennen en respecteren ongeacht hun verschillen.
Middels het Nationaal Actieprogramma Aanpak seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld zet de directie zich in om een cultuurverandering te bewerkstelligen zodat iedereen in onze samenleving zich veilig voelt en we elkaar wensen en grenzen herkennen, erkennen en respecteren. Dit betreft een Nationaal Actieprogramma dat door de Ministeries van OCW en SZW wordt gecoördineerd en waarvoor een regeringscommissaris is aangesteld om het kabinet gevraagd en ongevraagd te adviseren bij de totstandkoming en de uitvoering van dit programma. De directie emancipatie is binnen het Ministerie van OCW de coördinerende directie.
Genderdiversiteit en gelijke behandeling
Alle mensen zijn vrij om hun identiteit vorm te geven. Het beleid richt zich op het bevorderen van gelijke behandeling, de acceptatie van genderdiversiteit, het tegengaan van stereotypering en het bevorderen van representatie.
Om gelijke behandeling te bewerkstelligen is het van belang om juridische gelijkwaardigheid te waarborgen. Vrouwen en lhbtiq+ personen kennen diverse belemmeringen om gelijk behandeld te worden. De directie Emancipatie zet zich in om op alle terreinen gelijkwaardigheid en gelijkheid te garanderen, ook voor de wet.
Algemeen
Voor de algemene onderwerpen die dwarsdoorsnijdend zijn voor alle thema’s is de categorie «algemeen» toegevoegd. Hierin vallen bijvoorbeeld de Emancipatie en de Lhbtiq+-monitor die rapporteren over alle domeinen. Binnen deze categorie valt ook de internationale inzet. De directie Emancipatie vervult een grote rol in de standpuntbepaling van Nederland in onderhandelingen over afspraken in internationale gremia én in het tegengaan van de internationale pushback op gendergelijkheid en gelijke rechten voor lhbtiq+-personen.