Base description which applies to whole site

3.1 Artikel 1 Inzet

Defensie beschermt wat ons dierbaar is. Die opdracht is een afgeleide van het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden en de Grondwet. Deze leidt tot drie hoofdtaken:

  • 1. Bescherming van het eigen en bondgenootschappelijke grondgebied, inclusief het Caribisch deel van het Koninkrijk.

  • 2. Bescherming en bevordering van de internationale rechtsorde en stabiliteit.

  • 3. Ondersteuning (onder alle omstandigheden) van de civiele autoriteiten bij de handhaving van de openbare orde, de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde, de bestrijding van rampen en incidenten en de beheersing van crises, zowel nationaal als internationaal.

Alle drie de hoofdtaken vergen meer inzet vanwege de toegenomen instabiliteit in de wereld. Om deze taken te kunnen uitvoeren stelt Defensie militaire eenheden gereed die daarvoor kunnen worden ingezet.

De Minister van Defensie is verantwoordelijk voor het beschikbaar stellen en daadwerkelijk inzetten van eenheden om de veiligheid van het eigen en bondgenootschappelijk grondgebied te handhaven. Verder is de Minister in samenwerking met bondgenoten verantwoordelijk voor de uitvoering van bijdragen aan missies voor conflictpreventie, crisisbeheersing en vredesopbouw, wereldwijd. Het Koninkrijk der Nederlanden draagt daarmee bij aan de handhaving en bevordering van de internationale rechtsorde. De eenheden kunnen ook worden ingezet voor nationale taken en het verlenen van (internationale) noodhulp.

Onder Beleidsartikel 1 Inzet wordt een overzicht geboden van de inzet van de krijgsmacht. Dit betreft de bijdragen van Defensie aan crisisbeheersingsoperaties, contributies aan gemeenschappelijk gefinancierde NAVO- en EU-operaties, inzet voor nationale en koninkrijkstaken en overige inzet. Het artikel is daartoe uitgebreid met een niet-financieel overzicht voor de structurele inzet voor nationale en koninkrijkstaken, bijvoorbeeld door de KMar en de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EODD).

In beleidsartikel 1 is de begroting van inzet van de krijgsmacht opgenomen. De uitgaven en ontvangsten van inzet worden hier begroot mits:

  • 1. Deze uitgaven additioneel zijn. Dit betekent dat vormen van inzet budgettair niet in dit artikel zichtbaar zijn indien geen sprake is van aanvullende uitgaven ten opzichte van de uitgaven voor gereedstelling en instandhouding binnen de artikelen van de operationele commando’s (bijvoorbeeld de inzet van helikopters voor Search and Rescue) of indien deze worden verrekend met tweeden of derden (bijvoorbeeld noodhulp die wordt verrekend met het Ministerie van Buitenlandse Zaken).

  • 2. Deze inzet onder directe verantwoordelijkheid van de CDS wordt uitgevoerd. Verschillende vormen van inzet zijn gemandateerd aan de operationele commando’s, zoals de inzet voor de Kustwacht, en worden daarom bij die artikelen begroot en verantwoord.

Om het geïntegreerde karakter te borgen wordt besluitvorming over het Budget Internationale Veiligheid (BIV) interdepartementaal voorbereid en uitgevoerd.

In eerdere besluitvormingsmomenten heeft het Kabinet Rutte IV besloten tot deelname dan wel verlenging, uitbreiding of beëindiging van de Nederlandse militaire bijdragen aan onder andere de volgende missies en operaties:

  • Enhanced Forward Presence (Litouwen): verlenging tot en met 31 december 2026;

  • Brede veiligheidsinzet in Irak: bijdrage loopt tot en met 31 juli 2025;

  • EUFOR Althea: bijdrage aan EU-operatie in Bosnië en Herzegovina loopt sinds januari 2023 tot en met 31 juli 2025.

  • Enhanced Air Policing (Estland): Nederlandse bijdrage aan NAVO-luchtruimactiviteiten in de periode december 2024–maart 2025.

NAVO-bondgenoten besloten in de periode voor en na de illegale Russische invasie van Oekraïne tot aanvullende maatregelen om het NAVO-verdragsgebied te beschermen, Rusland af te schrikken en bondgenoten bij te staan. Als onderdeel van dit pakket aan maatregelen zijn extra eenheden aan de oostflank van het verdragsgebied ontplooid. Nederland levert hier als NAVO-bondgenoot een actieve bijdrage aan.

In VN-verband zal Nederland daarnaast bijdragen blijven leveren aan VN-missies in het Midden-Oosten. De mandaten voor UNTSO en UNIFIL zijn verlengd tot en met 31 juli 2025. De bijdrage aan UNDOF is beëindigd. De einddatum van de Nederlandse bijdrage is in goed overleg met de VN vastgesteld op augustus 2023. Dit is aan de Kamer gecommuniceerd in de Jaarlijkse Voortgangsrapportage Overige Missiebijdragen.

Defensie blijft ten slotte Vessel Protection Detachments (VPD's) inzetten ter bescherming van de koopvaardij. Dit wordt begroot en verantwoord onder overige inzet.

Figuur 4 Overzicht missies en operaties

Tabel 5 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Inzet (bedragen x € 1.000)
  

2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

Art.

Verplichtingen

1.747.908

3.618.347

3.204.145

220.344

195.733

193.018

193.018

         
 

Uitgaven

1.142.595

3.475.729

2.042.590

2.219.677

222.547

219.832

219.832

         
 

Apparaatsuitgaven

0

0

0

0

0

0

0

         
 

Programmauitgaven

1.142.595

3.475.729

2.042.590

2.219.677

222.547

219.832

219.832

         

1.1

Programmauitgaven

1.142.595

3.475.729

2.042.590

2.219.677

222.547

219.832

219.832

 

Opdrachten

1.142.595

3.475.729

2.042.590

2.219.677

222.547

219.832

219.832

 

Crisisbeheersingsoperaties

1.136.963

3.454.798

2.023.616

2.200.703

203.574

200.859

200.859

 

Financiering nationale inzet krijgsmacht

2.722

4.091

3.827

3.827

3.826

3.826

3.826

 

Overige inzet

2.910

16.840

15.147

15.147

15.147

15.147

15.147

         
 

Ontvangsten

76.303

327.738

104.116

133.739

243.123

2.332

2.332

Tabel 6 Geschatte budgetflexibiliteit
 

2025

juridisch verplicht

22.9%

bestuurlijk gebonden

0.0%

beleidsmatig gereserveerd

77,1%

nog niet ingevuld/vrij te besteden

0.0%

Budgetflexibiliteit

Het aandeel «juridisch verplicht» heeft betrekking op de uitgaven voor levering van goederen en/of diensten van de lopende missies. Voor 2025 is 22.9% juridisch verplicht. De voorziening voor de verwachte verlenging van de huidige missies of voor nieuwe missies is juridisch gezien nog niet verplicht.

In beleidsartikel 1 Inzet wordt de inzet van de krijgsmacht begroot. Het financiële instrument «opdrachten» omvat de uitgavencategorieën:

  • 1. Internationale inzet (BIV), zoals crisisbeheersingsoperaties;

  • 2. Financiering nationale inzet krijgsmacht (FNIK);

  • 3. Overige inzet.

De financiering van de militaire steun aan Oekraïne verloopt ook via het BIV. Dit budget is vanuit de generale middelen toegevoegd aan Artikel 1 door het ministerie van Financiën. Op deze wijze draagt Nederland bij aan de ondersteuning van Oekraïne in de strijd tegen Rusland. De Kamer wordt periodiek op de hoogte gehouden van de geleverde steun aan Oekraïne middels de diverse leveringenbrieven.

Toelichting uitgaven per missie

Tabel 7 Overzicht Internationale inzet (BIV) (bedragen x € 1.000)

Overzicht Internationale inzet (BIV)

2024

2025

2026

2027

2028

2029

(bedragen x € 1.000)

      

EUFOR Althea

12.300

1.700

    

Veiligheidsinzet in Irak (CBMI)

6.300

3.000

    

NATO Mission in Iraq (NMI)

54.000

30.600

    

Enhanced Forward Presence Litouwen (EFP LTU)

32.000

32.000

32.000

   

Enhanced Forward Presence Roemenië (EFP ROU)

1.096

  

250

  

Enhanced Vigilance Activities MQ-9

7.200

     

Missies Algemeen

7.500

7.500

7.500

7.500

7.500

7.500

Personeelszorg

2.500

1.800

1.800

1.800

1.800

1.800

Contributies

30.000

36.000

36.300

36.300

36.300

36.300

Kleinschalige bijdragen aan missies (< € 2,5 miljoen per jaar)

17.595

2.030

300

300

300

300

Subtotaal

170.491

114.630

77.900

46.150

45.900

45.900

Reservering Dutchbatt III veteranen (BT09)

3.522

742

742

336

  

Reservering Srebrenica (BT09)

11.354

     

Reservering MIVD (BT11)

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

Totaal

190.367

120.372

83.642

51.486

50.900

50.900

Toelichting per missie

EUFOR Althea

Nederland ondersteunt landen in de Westelijke Balkan, inclusief Bosnië en Herzegovina. In april 2023 is door het kabinet besloten tot inzet in Bosnië en Herzegovina middels de EU-operatie EUFOR Althea. Nederland zet een infanteriecompagnie van het Korps Mariniers in (100 tot 150 militairen voor de periode oktober 2023 tot oktober 2024), evenals een Human Intelligence team (maximaal 10 personen) voor de periode september 2023 tot en met 31 juli 2025. Sinds januari 2023 zijn vier stafofficieren werkzaam op het hoofdkwartier van EUFOR Althea te Sarajevo. Het nationaal kader hiervan is uitgebreid naar maximaal zeven.

Brede veiligheidsinzet Irak

In de periode tot mei 2024 vond een verschuiving plaats van het zwaartepunt van de Nederlandse bijdrage in Irak, van Operation Inherent Resolve (OIR) naar NAVO Missie Irak (NMI). De veiligheidsinzet in Irak bestaat uit de volgende elementen:

  • Militaire en civiele bijdrage aan de NAVO-missie Irak (NMI) om de Iraakse veiligheidsinstituties op institutioneel niveau te adviseren;

  • Van 1 januari t/m 31 december 2024 levert Nederland een Force Protection compagnie van 145 militairen ten behoeve van NMI;

  • Daarnaast levert Defensie maximaal twintig civiele en militaire adviseurs.

  • Van mei 2024 tot mei 2025 levert Nederland de Force Commander met een staf van ongeveer vijftien personen;

  • Nederland levert ook in deze periode drie Chinookhelikopters en een helikopterdetachement van ongeveer 120 personen;

  • Militaire bijdrage aan Operation Inherent Resolve (OIR) van de anti-ISIS coalitie in de vorm van SOF-trainers, militaire adviseurs en stafofficieren van 1 januari t/m 31 december 2024;

  • Civiele bijdrage aan de EU Adviesmissie Irak (EUAM) t/m 31 juli 2025, gericht op het adviseren van Iraakse autoriteiten over het hervormen van de civiele aspecten van de Iraakse veiligheidssector

  • Militaire en civiele bijdrage aan (hervormingen in) de Koerdische Autonome Regio t/m 31 juli 2025.

Litouwen (eFP)

De NAVO besloot na de illegale annexatie van de Krim door Rusland in 2014 tot de versterking van de afschrikking- en verdedigingsfunctie van de oostflank. Onderdeel hiervan is de vooruitgeschoven aanwezigheid in de Baltische staten en Polen: enhanced Forward Presence (eFP). eFP bestaat op dit moment uit circa 4.500 militairen, verdeeld over een viertal multinationale Battle Groups. eFP brengt tot uitdrukking dat een schending van het verdragsgebied leidt tot de onmiddellijke betrokkenheid van het bondgenootschap. eFP draagt actief bij aan geloofwaardige afschrikking van Rusland en het geruststellen van bondgenoten in Baltische Staten en Polen. In het geval van een aanval stuit de tegenstander namelijk niet alleen op de lokale strijdkrachten, maar tevens op een multinationale NAVO-eenheid.

Nederland neemt sinds 2017 met circa 270 militairen deel aan de multinationale Battle Group in Litouwen. Het nationale kader voor eFP is maximaal 350 pax (waarvan 50 flexibel) recent (mei 2024) is deze bijdrage verlengd met twee jaar, tot en met 31 december 2026. De langjarige Nederlandse bijdrage aan de multinationale Battle Group verhoogt hierbij de ervaring met het gezamenlijk optreden met strategische partners waaronder Duitsland, Noorwegen en België. De inzet roteert veelal tussen de 13e Lichte Brigade (13 LtBrig) en de 43e Gemechaniseerde Brigade (43 MechBrig) van het Commando Landstrijdkrachten.

Estland (eAP)

Het kabinet Rutte IV heeft besloten om een Nederlandse bijdrage te leveren aan de NAVO-Air Policing (AP) missie, in de periode december 2024–maart 2025.  Het betreft NAVO-luchtruimactiviteiten met een flexibele inzet van drie tot tien F-35-toestellen in Estland. De AP-activiteiten hebben tot doel om de veiligheid en integriteit van het NAVO-luchtruim te bewaken. De missie schrikt potentiële agressie af, de F-35 toestellen dragen zo bij aan de doorlopende voorbereiding op de verdediging van het NAVO-grondgebied. De AP-activiteiten zijn doorlopende activiteiten van de NAVO, waarvoor de NAVO bijdragen aan haar bondgenoten vraagt.

Contributies

Nederland draagt met contributies bij aan de gemeenschappelijke uitgaven voor crisisbeheersingsoperaties van de NAVO en militaire missies en operaties van de EU. Deze contributies staan los van een eventuele Nederlandse deelname aan een specifieke missie van de NAVO of de EU. Ook de jaarlijkse bijdrage aan de Strategic Airlift Capability (SAC) C-17, gehuisvest op Papa Air Base te Hongarije, is onderdeel van de contributies. Dit is een internationaal samenwerkingsverband van twaalf landen, waaronder tien NAVO-bondgenoten, en voorziet in een deel van de Nederlandse behoefte aan strategic airlift.

Kleine bijdragen

In onderstaand overzicht staan de kleinschalige Nederlandse bijdragen met een financiële omvang van minder dan € 2,5 miljoen per jaar.

Tabel 8 Overzicht kleinschalige bijdragen aan missies in personeel

Overzicht kleine missies

Max personele omvang *

1(NLD) Air Task Force Middle East (ATF ME)

12

European Union ATALANTA (EU ATALANTA)

3

European Union Militairy Assistance Mission (EUMAM)

9

United Nations Interim Force in Lebanon (UNIFIL)

1

United Nations Truce Supervision Organisation (UNTSO)

12

Combined Maritime Forces (CMF)

3

Netherlands Liaison Team CENTCOM (NLTC)

2

United States Security Coordinator (USSC)

4

*De personele omvang varieert in tijd gedurende de missie van nul tot de maximale

Toelichting op nationale inzet krijgsmacht

Structurele nationale taken

Defensie voert structurele taken uit ten behoeve van civiele overheden. De financiële middelen van deze structurele taken zijn opgenomen in de verschillende begrotingsartikelen van Defensie. Deze structurele taken zijn vastgelegd in wet- of regelgeving, inclusief ministeriële besluiten, maar ook convenanten of arrangementen. Onder de structurele taken vallen de taken van de Koninklijke Marechaussee, de Kustwachten in Nederland en het Caribisch gebied, luchtruimbewaking, de Bijzondere Bijstandseenheden en de Explosievenopruiming.

Militaire bijstand en steunverlening (Financiering Nationale Inzet Krijgsmacht (FNIK))

Defensie verleent militaire bijstand voor de handhaving van de openbare orde en veiligheid en voor de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde. Deze inzet wordt bekostigd vanuit dit artikel via de afspraken die zijn gemaakt in het convenant FNIK. Deze bijstand wordt zowel door de Koninklijke Marechaussee geleverd als door andere eenheden van Defensie. Daarnaast wordt bijstand verleend in geval van een ramp of crisis of in geval van de vrees voor het ontstaan daarvan.

De tabel indicatieve inzet voor 2025 geeft de geprognosticeerde nationale inzet weer, aangezien bijstandsverzoeken niet (altijd) te voorspellen zijn. De inzet van Defensie bij de beveiliging van rechtbanken is daarvan een voorbeeld.

Tabel 9 Indicatieve nationale inzet

Grondslag/activiteit

Onderdeel

Soort

Aantal

Explosieven opruiming

EODD (FNIK)

ruimingen

2000

Explosieven opruiming Noordzee

CZSK

ruimingen

35

Quick Reaction Alert (onderscheppingen luchtruim)

CLSK

onderscheppingen

4

Strafrechtelijke handhaving rechtsorde (Politiewet)

Alle DO'n (FNIK)

aanvragen

115

Handhaving openbare orde en veiligheid (Politiewet)

Alle DO'n (FNIK)

aanvragen

25

Militaire steunverlening in het openbaar belang

Alle DO'n (FNIK)

aanvragen

30

Wet Veiligheidsregio

Alle DO'n (FNIK)

aanvragen

25

KB 1987 inzet krijgsmacht in Aruba, Curacao en Sint Maarten - harde bijstand

CZSK/CLAS (FNIK)

aanvragen

29

KB 1987 inzet krijgsmacht in Aruba, Curacao en Sint Maarten - zachte bijstand

CZSK/CLAS

aanvragen

3

Wet BES

CZSK/CLAS (FNIK)

aanvragen

3

Toelichting op ontvangsten

De ontvangsten hebben betrekking op de eventuele vergoedingen van de EU, NAVO, VN en partnerlanden voor de door Nederland geleverde diensten of ingezette personele en materiële middelen. Ook wordt de bijdrage van de reders voor de inzet van VPD’s hier geraamd.

Licence