De grootste uitgavenposten van de rijksbegroting zijn ook in 2016 de sociale zekerheid en de zorg. Samen zijn deze twee categorieën met 153 miljard euro goed voor 58 procent van alle uitgaven het Rijk, zoals ook figuur 3.4.7 weergeeft. Uit deze som geld financiert het kabinet onder andere alle uitgaven aan ziekenhuizen, langdurige zorg, WW-uitkeringen en de AOW. De uitgaven aan onderwijs zijn de op twee na grootste uitgavenpost. In totaal besteedt het kabinet in 2016 naar verwachting 34 miljard euro aan scholen, leerkrachten en lesmateriaal. Het Gemeente- en Provinciefonds, goed voor 20 miljard euro, is de vierde grootste uitgavencategorie.85
Figuur 3.4.7 Uitgaven centrale overheid in 2016 naar categorie (in miljoenen euro)1
Bron: Ministerie van Financiën
1 De categorie «Overig» bestaat onder andere uit de begrotingen van Defensie, Economische Zaken, Wonen en Rijksdienst, Financiën en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Voor de economische crisis groeiden de reële collectieve uitgaven86 mee met het bbp zoals ook figuur 3.4.1 al liet zien. Daarna stegen de overheidsuitgaven harder dan de economie groeide. Figuur 3.4.8 splitst de groei van de overheidsuitgaven uit naar de verschillende uitgavencategorieën. De uitgaven aan zorg en sociale zekerheid zijn sinds 2008 gegroeid. De laatste twee tot drie jaar is de groei gekeerd en ontwikkelen de uitgaven zich stabiel. Met name de reële uitgaven aan het openbaar bestuur heeft het kabinet de afgelopen tijd terug kunnen brengen, vooral door taakstellingen die oplopen tot 13 miljard euro in 2017 in lijn met de gesloten regeerakkoorden en begrotingsafspraken. Ten opzichte van de piek in de uitgaven in 2009 zijn de uitgaven aan openbaar bestuur volgend jaar naar verwachting ruim 12 procent lager.
Figuur 3.4.8 Ontwikkeling reële collectieve uitgaven (index, 2006=100)
Bron: CPB, bewerking Ministerie van Financiën
Box 3.4.1 Meerjarige ontwikkeling apparaatsuitgaven en -kosten
De meerjarige ontwikkeling van de apparaatsuitgaven en -kosten voor kerndepartementen en agentschappen (waaronder shared services organisaties, SSO’s) op basis van de ontwerpbegrotingen staat in tabel 3.4.2. De taakstelling rijksdienst is budgettair verwerkt in de departementale begrotingen. Een overzicht per departement is opgenomen in een tabel in het centrale apparaatsartikel van het desbetreffende departement.
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Kerndepartementen | 13,0 | 12,4 | 11,9 | 11,6 | 11,5 | 11,4 | |
Agentschappen | 6,8 | 6,7 | 6,3 | 6,1 | 6,1 | 6,0 | |
waarvan SSO’s | 1,0 | 1,1 | 1,1 | 1,1 | 1,1 | 1,1 |