De endogene ontwikkeling van de ontvangsten wordt toegelicht aan de hand van de relevante economische indicatoren zoals deze geraamd zijn in de Macro Economische Verkenning 2017. Voor 2017 verwacht het Centraal Planbureau (CPB) een waardeontwikkeling van het bbp van 2,5 procent. De endogene groei van de totale belasting- en premieontvangsten bedraagt in 2017 naar verwachting 2,3 procent. Daarmee blijft de groei van de totale belasting- en premieontvangsten in 2017 licht achter bij de waardegroei van het bbp. Zoals in hoofdstuk 3 van deze Miljoenennota is toegelicht, is de ontwikkeling van de belasting- en premieontvangsten gerelateerd aan de samenstelling van de economische groei. Elke belasting kent zijn eigen grondslag, waarbij de verschillende belastinggrondslagen niet één-op-één en op dezelfde manier gerelateerd zijn aan de ontwikkeling van het totale bbp. De ontwikkeling van de ontvangsten uit de ene belastingsoort kan dus anders uitpakken dan die van de andere belastingsoort.
De endogene groei van de inkomsten uit de indirecte belastingen in 2017 bedraagt 2,9 procent. Deze ontwikkeling wordt voor een groot deel bepaald door de btw-ontvangsten, verreweg de grootste post bij de indirecte belastingen. De btw-ontvangsten worden vooral bepaald door de consumptieve bestedingen, de investeringen in woningen en de overheidsinvesteringen. De waardeontwikkeling van de particuliere consumptie is in 2017 met 2,5 procent gelijk aan de totale economische groei. Binnen de particuliere consumptie neemt het aandeel van duurzame goederen toe, wat leidt tot hogere ontvangsten omdat deze goederen belast worden tegen het algemene btw-tarief. De investeringen in woningen nemen met 7,4 procent toe, terwijl de overheidsinvesteringen toenemen met 0,5 procent. Daarmee komt de ontwikkeling van de btw-ontvangsten naar verwachting uit op 3,4 procent in 2017.
De endogene ontwikkeling van de ontvangsten uit de bpm is nihil in 2017. De bpm-ontvangsten hangen af van het aantal autoverkopen en het aandeel van kleinere en/of zuinige auto’s daarin. De verwachting is dat het aantal verkopen in 2017 wat afneemt als gevolg van anticipatieaankopen eind 2016 op de aanpassingen in de autobelastingen per 1 januari 2017. Naar verwachting zal het gemiddelde bpm-bedrag van de nieuwverkopen in 2017 hoger liggen dan in 2016. Per saldo mitigeren deze effecten elkaar. De ontvangsten uit de motorrijtuigenbelasting – waarvoor het gewicht van de in Nederland geregistreerde auto’s de grondslag vormt – nemen naar verwachting met 1,5 procent toe in 2017. De ontvangsten uit de overdrachtsbelasting nemen in 2017 naar verwachting met 13,5 procent toe. Deze stijging volgt uit een verwachte toename van het aantal verkopen van bestaande woningen in 2017 met 8,5 procent ten opzichte van 2016, in combinatie met een prijsstijging van 4,5 procent. De totale WOZ-waarde van sociale huurwoningen vormt de grondslag van de verhuurderheffing. Voor 2017 nemen de ontvangsten uit de verhuurderheffing naar verwachting met 0,7 procent toe2. Een groei van zowel het volume als de prijs van ingevoerde goederen zorgen voor een toename van de ontvangsten uit invoerrechten. De ontvangsten uit de belastingen op een milieugrondslag nemen met 0,5 procent toe. Deze ontwikkeling wordt gedomineerd door de energiebelasting die voor meer dan 90 procent bijdraagt aan de totale ontvangsten uit belastingen op een milieugrondslag. De grondslag van de energiebelasting is het elektriciteits- en gasverbruik. Tot slot nemen de ontvangsten uit de accijnzen in 2017 met 0,4 procent toe.
De endogene ontwikkeling van de directe belastingen – de belastingen op inkomen en vermogen – bedraagt 2,6 procent in 2017. De qua omvang belangrijkste directe belastingsoort is de loon- en inkomensheffing3. Voor de ontwikkeling van de ontvangsten uit deze belastingsoort zijn vooral de verwachte loonontwikkeling, de ontwikkeling van de werkgelegenheid en de ontwikkeling van winsten van zelfstandigen van belang. De grondslag van de loon- en inkomensheffing wordt daarnaast ook beïnvloed door de omvang van de hypotheekrenteaftrek en pensioenpremies. De ontvangsten uit de loon- en inkomensheffing groeien in 2017 met 3,1 procent. Dat is met name het gevolg van een toename van de werkgelegenheid met 0,7 procent en een stijging van de lonen met 1,9 procent. Ook groeien de ontvangsten uit de loon- en inkomensheffing in 2017 door een lagere hypotheekrenteaftrek en hogere winsten van IB-ondernemers (dat zijn ondernemers die belastingplichtig zijn voor de inkomstenbelasting).
De vpb-ontvangsten komen in 2017 0,5 procent lager uit dan in 2016. Deze ontwikkeling hangt samen met de forse toename van de kasontvangsten in 2016 die naar verwachting deels incidenteel van aard is zoals reeds is toegelicht. De kasontvangsten in 2017 met betrekking tot het transactiejaar 2017 nemen door een positieve winstontwikkeling in 2017 (+3,1 procent) toe, maar de kasontvangsten in 2017 over de transactiejaren t-1 en t-2 zullen naar verwachting afnemen ten opzichte van de ontvangsten in 2016 over de transactiejaren t-1 en t-2. In lijn met de hogere winsten in 2017 nemen de ontvangsten uit de dividendbelasting met 5,8 procent toe. Tot slot nemen de ontvangsten uit de schenk- en erfbelasting naar verwachting met 4,5 procent toe met name door stijgende huizenprijzen.
De ontvangsten uit de premies werknemersverzekeringen – waar ook de zorgpremies onder vallen – nemen met 1,0 procent toe in 2017. Onderliggend gaat het om een positieve ontwikkeling van de grondslag door hogere lonen en meer werkgelegenheid in combinatie met de ontwikkeling van de aan de zorguitgaven gekoppelde zorgpremies.