Base description which applies to whole site

4.6 Beleidsartikel 6 Investeringen krijgsmacht

Algemene doelstelling

Defensie voorziet in nieuw materieel, infrastructuur en ICT-middelen en zij verkoopt, indien aan de orde, groot materieel en infrastructuur.

Rol en verantwoordelijkheid

De Minister is verantwoordelijk voor het tijdig voorzien in nieuw materieel, infrastructuur en ICT-middelen en de afstoting van overtollig groot materieel en infrastructuur.

Beleidsconclusie

In 2014 bleek het een uitdaging om de investeringsquote te realiseren door capaciteitsproblemen in de verwervingsketen 1 en onverwachte vertragingen bij diverse projecten. Vanwege reorganisaties, inclusief de verkleining de van staven, en de invoering van ERP vormden vooral de personele capaciteit en de beschikbaarheid van technische deskundigheid een knelpunt in 2014. Het beoogde investeringspercentage van 15,7 procent is daardoor niet gehaald en is uitgekomen op 14,3 procent. In onderstaande tabel valt af te lezen dat de gerealiseerde IQ in 2014 wel is gestegen ten opzichte van 2013.

Het herstel van de investeringsquote heeft hoge prioriteit. In 2014 zijn diverse maatregelen getroffen die zich richten op het vergroten van de investeringsmogelijkheden en het wegnemen van onderliggende structurele oorzaken in de verwervingsketen: taskforce onderrealisatie, een onderzoek naar de «voorzien in»-keten, de evaluatie en herziening van het Defensie Materieel Proces (DMP) en tot slot de uitbreiding van de personele capaciteit van de DMO. De effecten moeten de komende jaren zichtbaar worden.

Voor de afgelopen vijf jaren was de investeringsquote gemiddeld 15,3 procent.

De investeringen zijn gedurende 2014 met € 138 miljoen verlaagd. Door een overrealisatie van ruim € 10 miljoen in de laatste maanden van 2014 zijn de investeringen in totaal € 128 miljoen lager uitgekomen. De uitgaven die in 2014 niet zijn gerealiseerd, zullen in latere jaren alsnog tot realisatie komen. De Kamer is eerder geïnformeerd over de daling van de investeringsquote en de opgetreden vertragingen (Kamerstuk 33 750-X, nr. 68).

Tabel: Gerealiseerde Investeringsquote vs. Gemiddelde Investeringsquote.

Tabel: Gerealiseerde Investeringsquote vs. Gemiddelde Investeringsquote.
Tabel Budgettaire gevolgen van beleid

Artikel 6 Investeringen Krijgsmacht

(bedragen x € 1.000)

Realisatie 2010

Realisatie 2011

Realisatie 2012

Realisatie 2013

Realisatie 2014

Begroting 2014

verschil

Verplichtingen

635.365

926.864

970.395

633.007

996.956

1.617.520

– 620.564

Uitgaven

1.460.952

1.331.345

1.234.615

1.019.656

1.065.480

1.193.654

– 128.174

Programma-uitgaven

1.460.952

1.331.345

1.234.615

1.019.656

1.065.480

1.193.654

– 128.174

Opdracht Voorzien in nieuw materieel 1

1.036.808

908.594

829.577

739.145

604.014

805.634

– 201.620

Opdracht Voorzien in infrastructuur

219.435

240.239

255.481

142.451

309.820

202.707

107.113

– waarvan bijdragen SSO (DVD)

       

27.353

27.143

210

Opdracht Voorzien in ICT

88.300

78.518

62.042

47.460

64.938

91.110

– 26.172

– waarvan bijdragen SSO (DTO)

       

68.113

51.735

16.378

Bekostiging Wetenschappelijk onderzoek

74.736

69.447

70.663

59.166

59.403

62.800

– 3.397

Bijdrage aan de Navo

41.673

34.547

16.852

31.434

27.305

31.403

– 4.098

               

Programma-ontvangsten

271.321

278.089

216.241

118.077

119.620

163.788

– 44.168

– waarvan verkoopopbrengsten groot materieel

248.094

207.449

170.575

98.603

92.946

146.218

– 53.272

– waarvan verkoopopbrengsten infrastructuur

19.234

63.176

30.706

13.736

20.417

15.700

4.717

– waarvan overige ontvangsten

3.993

7.464

14.960

5.738

6.257

1.870

4.387

1

De realisatie Opdracht voorzien in nieuw materieel bedraagt in totaal € 612,3 miljoen. Van het projectbudget Joint Logistiek Ondersteuningsschip (JSS) is € 8,3 miljoen aan uitgaven ten laste gebracht van beleidsartikel 2 Taakuitvoering zeestrijdkrachten.

De posten met relevante verschillen ten opzichte van de begroting worden hieronder toegelicht. Het betreft verschillen groter dan € 10 miljoen bij de opdracht Voorzien in nieuw materieel en Verkoopopbrengsten groot materieel en groter dan € 5 miljoen bij de overige uitgaven en ontvangsten.

Toelichting op de financiële instrumenten

Verplichtingen

De realisatie van het verplichtingenbudget is € 621 miljoen lager dan begroot. Dit heeft meerdere oorzaken.

In 2014 was er sprake van capaciteitsproblemen in de gehele voorzien-in-keten. Hierdoor stagneerde een deel van de geplande verwervingsactiviteiten (geraamde financiële omvang € 400 miljoen). De reorganisatie van de defensieorganisatie in 2013 heeft hier in 2014 een na-ijleffect op gehad. In de raming van de verplichtingenstand voor 2014 is hiermee onvoldoende rekening gehouden.

Daarnaast zijn gedurende 2014 diverse oorzaken van invloed geweest op de realisatie van de verplichtingen. Zo is door het aantekenen van juridisch bezwaar op de aanbestedingsprocedure door potentiële leveranciers van de projecten Verbeterd Operationeel Systeem Soldaat en Helderheidsversterkende brillen de verplichtingen verlaagd met respectievelijk € 167 en € 43 miljoen. In tegenstelling tot de planning zijn deze verplichtingen niet in 2014 tot aanbesteding gekomen. Deze verplichtingen zullen in latere jaren alsnog worden aangegaan. Tenslotte zijn diverse geplande projecten met een lang aanbestedingstraject tegen verwachting niet in 2014 tot een juridische verplichting gekomen.

Programma-uitgaven

Opdracht Voorzien in nieuw materieel

De realisatie van de programma-uitgaven bij voorzien in nieuw materieel is € 193,32 miljoen lager dan begroot. Dit heeft meerdere oorzaken, die hieronder worden toegelicht.

Investeringen zeestrijdkrachten

Bedragen x € 1 miljoen

Omschrijving project

Projectvolume (begroting 2014)

Fasering tot

Gerealiseerde uitgaven t/m 2013

Verwachte uitgaven in 2014

Gerealiseerde uitgaven in 2014

Verschil uitgaven 2014

Fast Raiding, Interception and Special Forces Craft (FRISC)

28,6

2014

25,8

0,8

0,9

0,1

Instandhouding Goalkeeper

33,2

2016

10,7

9,6

10,5

0,9

Instandhouding M-fregatten

58,7

2015

41,5

10,1

3,5

– 6,6

Instandhouding Walrusklasse onderzeeboten

95,3

2019

26,2

14,2

10,1

– 4,1

Luchtverdedigings- en Commandofregatten (LCF)

1.560,3

2015

1.546,4

7,4

6,4

– 1,0

LCF Munitie

308,2

2018

303,8

0,0

0,0

0,0

Maritime Ballistic Missile Defence (MBMD)

117,2

2019

38,0

20,3

17,6

– 2,7

Patrouilleschepen

529,6

2015

502,8

10,2

10,6

0,4

Verbetering MK 48 torpedo

71,6

2017

11,7

13,7

4,9

– 8,8

Verwerving Joint Logistiek Ondersteuningsschip (JSS)

409,3

2015

277,2

86,5

86,71

0,2

1

De realisatie van het projectbudget verwerving Joint Logistiek Ondersteuningsschip (JSS) bedraagt € 86,7 miljoen. Hiervan komt € 78,4 miljoen ten laste van beleidsartikel 6 Investeringen en € 8,3 miljoen ten laste van beleidsartikel 2 Taakuitvoering zeestrijdkrachten.

Investeringen landstrijdkrachten

Bedragen x € 1 miljoen

Omschrijving project

Projectvolume (begroting 2014)

Fasering tot

Gerealiseerde uitgaven t/m 2013

Verwachte uitgaven in 2014

Gerealiseerde uitgaven in 2014

Verschil uitgaven 2014

Battlefield Managementsystem (BMS)

62,8

2014

52,6

7,0

1,0

– 6,0

Datacommunicatie Mobiel Optreden (DCMO)

43,0

2014

35,7

5,2

2,4

– 2,8

Groot Pantserwielvoertuig (GPW, Boxer), productie

792,7

2018

343,5

137,0

130,7

– 6,3

Infanterie Gevechtsvoertuig (IGV), productie en Training

1118,1

2014

1.107,7

6,2

7,9

1,7

Patriot Vervanging COMPATRIOT

29,7

2015

5,9

15,8

3,4

– 12,4

Vervanging genie- & doorbraaktank

90,4

2014

47,1

1,6

20,4

18,8

Bij het project Patriot Vervanging COMPATRIOT valt de realisatie € 12,4 miljoen lager uit dan begroot als gevolg van de Patriot-missie in Turkije. COMPATRIOT is het commando-, communicatie- en informatiesysteem rondom Patriot (verbindingsapparatuur, computers, software). Door het uitvoeren van de missie was het niet mogelijk de ingezette systemen en het reservesysteem in 2014 te modificeren.

Bij het project Vervanging genie- & doorbraaktank werd er van uitgegaan dat de voertuigen in 2013 zouden worden opgeleverd, afgenomen en betaald, met restuitgaven in 2014. De voertuigen bleken in 2013 niet aan de gestelde kwaliteitseisen te voldoen. In 2014 is dit hersteld, waardoor de voertuigen zijn afgeleverd. Dit heeft geleid tot een overrealisatie van € 18,8 miljoen.

Investeringen luchtstrijdkrachten

Bedragen x € 1 miljoen

Omschrijving project

Projectvolume (begroting 2014)

Fasering tot

Gerealiseerde uitgaven t/m 2013

Verwachte uitgaven in 2014

Gerealiseerde uitgaven in 2014

Verschil uitgaven 2014

AH-64D block II upgrade

120,0

2015

15,5

42,5

14,3

– 28,2

AH-64D verbetering bewapening

25,9

2017

0,4

4,3

0,6

– 3,7

Chinook Uitbreiding & Versterking (4 + 2)

366,2

2014

350,2

2,3

6,8

4,5

F-16 Mode 5 IFF

39,7

2016

22,3

8,0

3,4

– 4,6

F-16 verbetering lucht-grond bewapening,

fase 1

59,1

2015

38,9

13,5

0,9

– 12,6

F-16 verbetering lucht-grond bewapening,

fase 2

75,3

2027

25,0

0,0

0,5

0,5

F-16 Zelfbescherming (ASE)

81,1

2016

8,2

0,0

0,7

0,7

Bij het project AH-64D Block II Upgrade valt de realisatie € 28,2 miljoen lager uit doordat de actuele prijs van de modkits aanzienlijk lager is dan geraamd in de Letter of Offer and Acceptance (LOA). Tevens is er sprake van een leverschema dat achterloopt op de ramingen in de LOA. De vrijgevallen middelen worden nu gebruikt voor verwerving van de uitgestelde functionaliteit video downlink/uplink-functionaliteit en zijn geherfaseerd naar de periode 2016–2019.

Bij het project F-16 verbetering lucht-grond bewapening (fase 1) valt de realisatie € 12,6 miljoen lager uit doordat de afgeleverde modkits, om ballistische bommen van een doelzoekcapaciteit te voorzien, niet voldoen aan de gestelde kwaliteitseisen. Dit als gevolg van productieproblemen bij de firma Raytheon. Bij deze stand van zaken was het niet mogelijk de modkits over te nemen. Nadat de leverancier de productieproblemen heeft verholpen, wordt de afname van de modkits hervat.

Verwerving F-35

Het project Vervanging F-16 heeft tot doel tijdig te voorzien in de vervanging van de F-16 jachtvliegtuigen van de Nederlandse krijgsmacht. Naast de verwerving van nieuwe jachtvliegtuigen gaat het tevens om de verwerving van bijbehorende simulatoren, initiële reservedelen, infrastructuur, speciale gereedschappen, meet- en testapparatuur, documentatie, initiële opleidingen en transport en de betaling van BTW. Met de nota In het belang van Nederland kiest Defensie ervoor om de F-16 te vervangen door de F-35. Hiervoor is een projectbudget van € 4.675,3 miljoen (prijspeil 2014) beschikbaar. In de huidige planning zullen de eerste toestellen vanaf 2019 aan Nederland worden geleverd en kan Nederland eind 2021 de eerste F-35 eenheid operationeel gereed hebben. De twee reeds afgeleverde (test)toestellen worden tot 2019 ingezet voor deelname aan de operationele testfase van het F-35 programma en de voorbereidingen daarop. Defensie neemt reeds sinds 2007 deel aan het Production, Sustainment and Follow-on Development (PSFD) Memorandum of Understanding (MoU) voor de F-35.

Raming uitgaven (bedragen x € 1 miljoen)

Projectomschrijving

Projectvolume

(Ontwerpbegroting 2014)

Fasering tot

Gerealiseerde uitgaven t/m 2013

Verwachte uitgaven in 2014

Gerealiseerde uitgaven in 2014

Verschil uitgaven 2014

Verwerving F-35

4.520,6

2023

417,1

37,5

37,4

– 0,1

Waarvan verwerving 2 testtoestellen (inclusief bijkomende middelen)

282,0

2013

257,1

0,0

4,5

4,5

Waarvan verwerving toestellen (inclusief bijkomende middelen)

3.836,1

2023

160,0

37,5

32,9

– 4,6

Waarvan PSFD MoU

177,3

2023

126,8

15,5

11,0

– 4,5

Waarvan deelname IOT&E (inclusief exploitatie testtoestellen t/m 2018)

74,2

2018

0,0

17,4

17,3

– 0,1

Waarvan risicoreservering investeringen

402,5

2023

0,0

0,0

0,0

0,0

Bij de begroting 2014 is uitgegaan van de verwachting dat de hele verplichting voor de beide (test)toestellen in 2013 zou worden gefactureerd. Inmiddels is duidelijk geworden dat de facturering achterloopt op de planning en dat modificaties die deel uitmaken van de verplichting ook nog in de komende jaren zullen plaatsvinden. Een deel van de facturen is in 2014 betaald. De komende jaren worden nog facturen verwacht voor de modificatiewerkzaamheden.

Uit hoofde van het PSFD MoU voor het project vervanging F-16 wordt jaarlijks een bijdrage aan de programmakosten betaald. Deze bijdrage is gebaseerd op het geplande aantal af te nemen toestellen door een partnerland. Het geplande aantal voor Nederland is verlaagd van 85 naar 37. Het voor 2014 begrote bedrag ging nog uit van een gepland aantal van 85 en is aangepast naar 37, hierdoor is € 4,5 miljoen minder uitgegeven.

Investeringen defensiebreed

Bedragen x € 1 miljoen

Omschrijving project

Projectvolume (begroting 2014)

Fasering tot

Gerealiseerde uitgaven t/m 2013

Verwachte uitgaven in 2014

Gerealiseerde uitgaven in 2014

Verschil uitgaven 2014

NH-90

1.193,4

2017

924,1

67,4

42,8

– 24,6

Militaire Satelliet Communicatie lange termijn defensiebreed (MILSATCOM)

132,1

2017

109,4

9,4

3,8

– 5,6

Militaire Satelliet Capaciteit (MILSATCAP)

31,4

2018

13,0

5,1

4,9

– 0,2

Modernisering navigatiesystemen

39,0

2018

17,7

3,4

0,9

– 2,5

Richtkijker wapen schutter lange afstand

28,7

2014

26,5

2,0

0,3

– 1,7

Uitbreiding CBRN-capaciteit (materieel)

47,3

2016

6,3

17,6

6,8

– 10,8

De realisatie van het project NH-90 is in 2014 € 24,6 miljoen lager uitgevallen dan begroot. Het budget voor het jaar 2014 is geherfaseerd als gevolg van het later contracteren van behoeften dan aanvankelijk was voorzien, bijvoorbeeld modificaties om de NH-90 geschikt te maken voor transporttaken. Deze verschuivingen hebben geen gevolgen voor de levering van de toestellen.

Het programma ICMS/CBRN bestaat uit onderling verwante projecten. Vertraging van een aantal (kosten intensieve) projecten hebben ertoe geleid dat de verwachte uitgaven voor 2014 niet gehaald zijn.

Opdracht Voorzien in infrastructuur

Bij de opdracht voorzien in infrastructuur is in 2014 € 107 miljoen meer uitgegeven dan geraamd. Door drie leningen vervroegd af te lossen is er € 143 miljoen meer uitgegeven dan begroot. Daarnaast waren de uitgaven aan lopende projecten € 36 miljoen lager. De grootste projecten zijn in onderstaande tabel opgenomen.

Bedragen x € 1 miljoen

Investeringen Infrastructuur

Projecten in uitvoering > € 25 miljoen (bedragen x € 1 miljoen)

Project volume (2014)

Fasering tot

Gerealiseerde uitgaven t/m 2013

Verwachte uitgaven in 2014

Gerealiseerde uitgaven 2014

Verschil uitgaven 2014

Nieuwbouw Schiphol1

140,4

2015

115,6

20,8

12,6

– 8,2

Herbelegging infrastructuur vliegbases Soesterberg en Gilze-Rijen

226,6

2015

212,6

1,2

1,0

– 0,2

Hoger onderhoud Woensdrecht1

88,8

2018

37,0

2,6

1,4

– 1,2

Nieuwbouw LOKKmar1

85,3

2018

35,1

13,1

12,8

– 0,3

EPA Maatregelen

65,3

2018

20,1

10,0

10,0

0

Aanpassing/renovatie Plein/Kalvermarktcomplex

26,0

2015

24,6

1,3

0,3

– 1

Strategisch vastgoedplan KMar

26,4

2015

14,9

7,6

6,2

– 1,4

Bouwtechnische verbetermaatregelen brandveiligheid

43,7

2017

2,6

12,9

0,1

– 12,8

HVD Mariniers naar Zeeland (extra kosten PPS Marinierskazerne)

200,0

2019

0,0

5,0

2,3

– 2,7

HVD Schuifplan Ermelo

65,6

2023

14,2

33,3

24,0

– 9,3

HVD Herbelegging Oranjekazerne Schaarsbergen

27,7

2020

2,7

2,2

0,1

– 2,1

HVD Herbelegging De Ruyter van Steveninckkazerne Oirschot

60,2

2020

9,8

10,1

4,5

– 5,6

Infrastructuur en voorziening KMA 2

52,3

2019

22,6

0,0

0,0

0

HVD Belegging Breda

35,7

2021

0,0

5,0

1,1

– 3,9

CLAS Reorganisatie materieel-logistieke eenheden 3

25,8

2016

4,9

5,5

4,5

– 1

1

In de realisatie t/m 2013 zijn correcties opgenomen die betrekking hebben op eerdere jaren.

2

Ondergebracht in Deelproject 2a.6 HVD Belegging Breda (Maatregel 12).

3

T/m 2012 bekend onder project onderhoudsvoorzieningen IBL Leusden.

De posten met een verschil groter dan € 5,0 miljoen worden hieronder nader toegelicht.

In het kader van de overdracht van de Dienst Vastgoed Defensie (DVD) naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn in 2014 versneld de leningen afgelost voor de Koningin Maximakazerne (€ 85 miljoen), het Logistiek Centrum Woensdrecht (€ 34 miljoen) en het Kmar Opleidingscentrum (€ 24 miljoen).

Het project nieuwbouw KMar Schiphol

Het project nieuwbouw KMar Schiphol is door gewijzigde wetgeving bij aanbestedingen, capaciteitsproblemen bij de DVD in de voorbereiding en vertraging in de uitvoering niet voltooid in 2014, maar loopt door in 2015. De te verwachten uitgaven voor 2015 bedragen € 12,4 miljoen. Dit is exclusief de vervroegde aflossing van de eerder vermelde lening hiervoor.

HVD Mariniers naar Zeeland en HVD schuifplan Ermelo

Het HVD-project «Schuifplan Ermelo» heeft eveneens vertraging opgelopen. Dit heeft naar verwachting geen invloed op de geplande einddatum. Bij dit project is tevens sprake van een voordelig aanbestedingsresultaat. Ook bij het HVD-project «Herbelegging de Ruyter van Steveninckkazerne Oirschot» is sprake van vertraging.

Bij het project «Bouwtechnische verbetermaatregelen brandveiligheid» is aanzienlijke vertraging ontstaan in de ontwikkeling van de maatregelen. De realisatie in 2014 is daarom nihil. In overleg met de Inspectie Leefomgeving en Transport zal in 2015 eerst een pilot project worden uitgevoerd. Als gevolg van de vertraging verschuift het project naar 2018.

Opdracht Voorzien in ICT

Bij de opdracht Voorzien in ICT is de realisatie in totaal € 26,2 miljoen lager dan begroot. Deze lagere realisatie heeft betrekking op diverse projecten. Dit wordt veroorzaakt door vertragingen in het verwervingsproces en vertragingen in realisatie door capaciteitsproblemen. De projecten schuiven door naar 2015. Het betreft in alle gevallen projecten die geen directe relatie hebben met de ICT-problematiek.

De realisatie van het project Advanced Passenger Information (API) is € 9,7 miljoen lager dan begroot. Bij het project secure werkplekken is de realisatie € 6,6 miljoen lager dan begroot. Bij overige projecten wijkt de realisatie minder dan € 5,0 miljoen af van de verwachting.

Bedragen x € 1 miljoen

Omschrijving project

Projectvolume (begroting 2014)

Fasering tot

Gerealiseerde uitgaven t/m 2013

Verwachte uitgaven in 2014

Gerealiseerde uitgaven in 2014

Verschil uitgaven 2014

ERP/M&F (SPEER)

277,3

2014

262,6

8,7

12,9

4,2

CODEMO

Naar aanleiding van de motie Günal-Gezer/Eijsink (Kamerstuk 33 750-X, nr. 24) is in de Ontwerpbegroting 2015 het aantal ingediende, gehonoreerde, afgewezen en voltooide CODEMO-voorstellen opgenomen. Met ingang van 2014 wordt de doorlooptijd van CODEMO-voorstellen geregistreerd. In 2014 zijn zes voorstellen ingediend door het MKB. In alle gevallen kregen de aanvragers binnen drie maanden uitsluitsel over het al dan niet honoreren van het ingediende voorstel.

Bekostiging Wetenschappelijk onderzoek

Bekostiging Wetenschappelijk onderzoek (bedragen in € 1.000)

2014

Omschrijving

Verwachte uitgaven in 2014

Gerealiseerde uitgaven in 2014

Verschil

Programmafinanciering TNO (en MARIN)

32.558

34.108

1.550

Programmafinanciering NLR

517

517

0

Contractonderzoek Technologie-ontwikkeling (TO)

23.630

20.918

– 2.712

Contractonderzoek Kennistoepassing

6.095

3.860

– 2.235

Totaal generaal

62.800

59.403

– 3.397

Toelichting bij tabel:

Gedurende 2014 is uitvoering gegeven aan het Research & Development Plan 2014. De Strategische Kennis & Innovatie Agenda van Defensie fungeert daarbij als fundament. Defensie investeert nadrukkelijk in de opbouw en de instandhouding van een Defensie specifieke externe kennisbasis ten behoeve van het behoud van een breed inzetbare, hoogwaardige en innovatieve krijgsmacht. In 2014 is hieraan invulling gegeven door te investeren in kennis en kunde bij de kennisinstituten TNO, NLR en MARIN.

Programmafinanciering TNO, MARIN en NLR

In 2014 zijn 48 kennisopbouw programma’s uitgevoerd. Acht nieuwe programma’s zijn gestart en dertien programma’s zijn in de loop van het jaar voltooid.

Contractonderzoek technologieontwikkeling

Naast de programmafinanciering is 2014 gewerkt aan 71 lopende technologie ontwikkelingsprojecten. Hiervan zijn er in de loop van 2014 26 projecten voltooid. Daarnaast zijn er 23 nieuwe technologieprojecten gestart. Het merendeel van de nieuwe projecten is pas vanaf het derde kwartaal gecontracteerd, waardoor nieuwe projecten later dan gepland in de realisatiefase zijn gekomen. Daarnaast kende een aantal lopende projecten een langere doorlooptijd.

Contractonderzoek kennisgebruik

In 2014 zijn er zes nieuwe kennisgebruiksprojecten gestart en zijn er drie voltooid.

Bijdrage aan de Navo

De uitgaven hebben betrekking op de Nederlandse bijdrage aan gemeenschappelijk gefinancierde Navo-programma’s. Ook de uitgaven voor de AWACS-vliegtuigen zijn hierin opgenomen. De lagere bijdrage aan de Navo (€ 4,1 miljoen) wordt vooral veroorzaakt doordat de realisatie van Navo Veiligheid Investerings Programma (NVIP), in de Navo-lidstaten, lager uitviel dan begroot. Om die reden heeft de Navo lagere bijdragen gevraagd.

Verkoopopbrengsten groot materieel

Bij afstoting van overtollig materieel wordt onderscheid gemaakt tussen strategische en niet-strategische roerende zaken. Overtollige strategische roerende zaken, zoals wapensystemen, worden om veiligheidsredenen niet aan Domeinen overgedragen. De verkoop hiervan gebeurt in samenwerking met Domeinen. De verkoopopbrengsten komen toe aan Defensie.

De gerealiseerde ontvangsten van contracten die in eerdere jaren via Domeinen zijn gesloten, bedroegen in 2014 € 92,9 miljoen. In 2014 is voor circa € 400 miljoen aan verkoopcontracten afgesloten. De ontvangsten uit deze contracten zullen de komende jaren plaatsvinden. Het merendeel van het groot materieel is daarmee verkocht. In de loop van 2014 is tevens besloten om de verkoopactiviteiten van de Cougar-transporthelikopters, de mijnenbestrijdingsvaartuig van de Alkmaarklasse (AMBV’s) en de laatste Leopard 2 tanks vooralsnog stop te zetten.

Ten opzichte van de begroting 2014 vallen de verkoopopbrengsten groot materieel € 53,3 miljoen lager uit. In de eerste suppletoire begroting is € 30 miljoen aan verkoopontvangsten van roerende goederen verschoven naar latere jaren als gevolg van afnemende mogelijkheden op de markt. Er is € 6,8 miljoen minder ontvangen door vertraging bij de betalingen van lopende contracten en ook € 10,3 miljoen aan verwachte ontvangsten van royalties is niet in 2014 ontvangen. Beide verwachte ontvangsten verschuiven van 2014 naar 2015. Tot slot is € 6,2 miljoen minder ontvangen door externe factoren, zoals vertraging in het tekenen van contracten en het wachten op vergunningen door externe partijen.

1

De verwervingsketen draagt zorg voor het proces van behoeftestelling tot en met de behoeftevervulling en betreft niet alleen de DMO, maar ook andere defensieonderdelen.

2

De onderrealisatie op de Opdracht voorzien in nieuw materieel bedraagt in totaal € 193,3 miljoen. Van het projectbudget Joint Logistiek Ondersteuningsschip (JSS) is € 8,3 miljoen aan uitgaven ten laste gebracht van beleidsartikel 2 Taakuitvoering zeestrijdkrachten.

Licence