A Algemene doelstelling
Een zo goed, eenvoudig en betrouwbaar mogelijke dienstverlening aan burgers door te zorgen voor veilige en betrouwbare voorzieningen voor efficiënt gebruik van overheidsinformatie en -gegevens, verbeteren van de informatiepositie van de burger, minder regeldruk en het bevorderen van maatschappelijk initiatief (actief burgerschap).
B Rol en verantwoordelijkheid
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een belangrijke rol als het gaat om de relatie tussen samenleving en overheid. Deze rol komt op verschillende manieren tot uitdrukking.
Zo heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een regisserende rol voor het verminderen van administratieve lasten en regeldruk voor burgers en professionals. Voor het verankeren van het burgerperspectief (rechten en plichten) in het informatiebeleid heeft de Minister een coördinerende rol ten aanzien van de verschillende overheden en de relatie tussen overheden en burgers. Tevens heeft de Minister een stimulerende rol bij het bevorderen van de doe-democratie (programma burgerschap) en ten aanzien van open overheid en (her)gebruik van open overheidsdata.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties stelt voor de Basisregistratie Personen (BRP) het beleid vast en is verantwoordelijk voor de uitvoering. De Minister is verantwoordelijk voor een goed functionerende Wet Basisregistratie Personen (BRP) en verantwoordelijk voor betrouwbare reis- en identiteitsdocumenten.
Net als voor de fysieke infrastructuur heeft de overheid de verantwoordelijkheid voor een beschikbare en veilige digitale infrastructuur waarvan burgers en bedrijven gebruik maken en die randvoorwaardelijk is voor het functioneren van de overheid zelf. In de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) moeten basisregistraties, digitaal berichtenverkeer, identificatie en authenticatie een plaats krijgen. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is beleidsverantwoordelijk voor een groot deel van deze digitale voorzieningen.
C Beleidsconclusies
Nationaal Commissaris Digitale Overheid
Goede digitale dienstverlening vereist een goede digitale infrastructuur. In 2015 heeft de Nationaal Commissaris Digitale Overheid (Digicommissaris), door middel van een nieuwe governance, stappen gezet om toe te werken naar een robuuste en toekomstbestendige generieke digitale infrastructuur voor de digitale overheid.
In 2015 zijn de generieke voorzieningen en bijbehorende kennis die binnen het Nationaal Uitvoeringsprogramma denstverlening en e-overheid (i-NUP) zijn ontwikkeld, opgenomen in de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) en in beheer genomen voor zover dat nog niet eerder was gebeurd. De ontwikkelde kennis wordt ingezet bij zowel gebruik, beheer, implementatie en (door)ontwikkeling van de GDI als in het programma digitaal 2017. Medio december is de Kamerbrief Voortgangsrapportage Digitaal 2017 met als bijlage de Monitor Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) Q2 2015 gestuurd (Kamerstukken II 2015–2016 26 643, nr. 381). Voor een stand van zaken van onder andere het gebruik van de GDI wordt verwezen naar deze Monitor. De afspraken die in 2015 onder regie van de Digicommissaris tot stand zijn gebracht over de financiering van de voorzieningen van de GDI, hebben effectief bijgedragen aan de continuïteit en de veiligheid van de digitale overheidsdienstverlening.
eID
In het regeerakkoord is de doelstelling opgenomen dat burgers en bedrijven in 2017 digitaal zaken met de overheid moeten kunnen doen. Daarom kiest het kabinet voor één regime voor identificatie en authenticatie als een belangrijke randvoorwaarde van Digitaal 2017. Beschikbare en betrouwbare authenticatiemiddelen in het burgerdomein zijn van groot en urgent maatschappelijk belang, omdat burgers op een eenvoudige en betrouwbare wijze met één of meer hoogwaardige authenticatiemiddelen moeten kunnen inloggen bij de overheid en tevens dienstaanbieders in het publieke domein niet afhankelijk mogen zijn van een enkel inlogmiddel. Door deze zogenaamde multimiddelen-benadering wordt de afhankelijkheid van DigiD (thans 12 miljoen gebruikers) beperkt.
Er zijn pilots met publieke en private middelen gestart (Kamerstukken II 26 643, nr. 379).
Deze pilots vinden plaats onder toezicht van een begeleidingscommissie (Kamerstukken II 2015–2016 26 643, nr. 385) die gevormd wordt door de betrokken departementen. Daarnaast zal een evaluatiecommissie op basis van extern uit te voeren onderzoeken naar onder meer het feitelijk gebruik, de technische werking, privacy en beveiliging en gebruikerservaringen, een advies uitbrengen aan de Ministers van BZK en EZ over waardering van de pilots.
Beleidsdoorlichting
In 2015 is de beleidsdoorlichting van de artikelonderdelen 6.1 – 6.3 gemaakt en naar de Tweede Kamer gestuurd (Kamerstukken II 30 985, nr. 19). Deze beleidsdoorlichting geeft een aantal praktische adviezen om met name het beleid op e-overheidsterrein te verbeteren.
In algemene zin is geconcludeerd dat het beleid rond e-overheid overwegend doeltreffend is geweest. In de periode 2011 – 2014 zijn de beoogde e-overheidsvoorzieningen gerealiseerd en overheidsorganisaties zijn veelal daarop aangesloten. De kanttekening die hierbij te maken is, dat de doelen vooral in termen van resultaten zijn benoemd (aantal aansluitingen, gerealiseerde e-overheidsvoorzieningen etc.) en in mindere mate in termen van daadwerkelijk gebruik door overheidsorganisaties voor de verbetering van de dienstverlening en het gebruik door de burger.
Het kabinet neemt de adviezen in hoofdlijn over en zal ook meer vanuit het perspectief van de burger het beleid verder ontwikkelen. In dit kader zullen de doelen, de instrumenten en de wijze waarop inzicht gegeven kan worden aan de realisatie daarvan worden aangescherpt. In de begroting 2017 zullen de verbeterde doelstellingen worden opgenomen.
D Budgettaire gevolgen van beleid
2011 | 2012 | 2013 | 2014 | Realisatie 2015 | Oorspronkelijk vastgestelde begroting 2015 | Verschil 2015 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen: | 0 | 193.538 | 102.722 | 136.236 | 242.013 | 88.885 | 153.128 | |
Uitgaven: | 0 | 145.866 | 125.526 | 134.488 | 178.095 | 88.885 | 89.210 | |
6.1 | Verminderen regeldruk | 0 | 3.711 | 2.849 | 1.974 | 1.799 | 2.439 | – 640 |
Subsidies | 0 | 0 | 0 | 0 | 190 | 0 | 190 | |
Vermindering regeldruk en administratieve lasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 190 | 0 | 190 | |
Opdrachten | 0 | 3.711 | 2.004 | 1.527 | 1.109 | 2.279 | – 1.170 | |
Vermindering regeldruk en administratieve lasten | 0 | 3.711 | 2.004 | 1.527 | 1.109 | 2.279 | – 1.170 | |
Bijdragen aan baten-lastenagentschappen | 0 | 0 | 845 | 347 | 388 | 160 | 228 | |
Vermindering regeldruk en administratieve lasten | 0 | 0 | 845 | 347 | 388 | 160 | 228 | |
Bijdragen aan mede-overheden | 0 | 0 | 0 | 100 | 0 | 0 | 0 | |
Bijdrage aan gemeenten | 0 | 0 | 0 | 100 | 0 | 0 | 0 | |
Bijdragen aan (inter)nationale organisaties | 0 | 0 | 0 | 0 | 112 | 0 | 112 | |
Bijdragen internationaal | 0 | 0 | 0 | 0 | 112 | 0 | 112 | |
6.2 | Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen | 0 | 37.699 | 31.562 | 37.341 | 43.812 | 18.351 | 25.461 |
Subsidies | 0 | 0 | 0 | 414 | 741 | 0 | 741 | |
(door)ontwikkeling e-overheidvoorzieningen | 0 | 0 | 0 | 414 | 741 | 0 | 741 | |
Opdrachten | 0 | 30.066 | 27.429 | 35.602 | 29.008 | 17.001 | 12.007 | |
(door)ontwikkeling e-overheidvoorzieningen | 0 | 29.593 | 15.065 | 23.621 | 17.702 | 14.251 | 3.451 | |
Aanpak fraudebestrijding | 0 | 0 | 5.270 | 2.936 | 11.306 | 2.750 | 8.556 | |
Baten-lastenagentschap Logius | 0 | 473 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Implementatie NUP (VNG) | 0 | 0 | 7.094 | 9.045 | 0 | 0 | 0 | |
Bijdragen aan baten-lastenagentschappen | 0 | 7.632 | 4.133 | 1.325 | 13.838 | 1.350 | 12.488 | |
(door)ontwikkeling e-overheidvoorzieningen (Logius) | 0 | 626 | 58 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Aanpak fraudebestrijding | 0 | 0 | 0 | 1.225 | 3.049 | 1.350 | 1.699 | |
Baten-lastenagentschap Logius | 0 | 7.006 | 4.075 | 100 | 5.209 | 0 | 5.209 | |
Baten-lastenagentschap RvIG | 0 | 0 | 0 | 0 | 5.365 | 0 | 5.365 | |
Baten-lastenagentschap UBR | 0 | 0 | 0 | 0 | 215 | 0 | 215 | |
Bijdragen aan medeoverheden | 0 | 0 | 0 | 0 | 225 | 0 | 225 | |
Loketkosten gemeenten | 0 | 0 | 0 | 0 | 225 | 0 | 225 | |
6.3 | Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen | 0 | 50.967 | 52.073 | 67.608 | 89.800 | 44.959 | 44.841 |
Opdrachten | 0 | 9.915 | 7.270 | 2.316 | 2.052 | 4.824 | – 2.772 | |
Beheer e-overheidsvoorzieningen | 0 | 7.023 | 3.630 | 0 | 0 | 2.606 | – 2.606 | |
Officiële publicaties en wettenbank | 0 | 2.893 | 3.640 | 2.316 | 2.052 | 2.218 | – 166 | |
Bijdragen aan baten-lastenagentschappen | 0 | 41.052 | 44.803 | 65.292 | 87.748 | 40.135 | 47.613 | |
Baten-lastenagentschap BPR1 | 0 | 2.973 | 7.393 | 12.461 | 0 | 0 | 0 | |
Baten-lastenagentschap Logius | 0 | 37.166 | 32.897 | 46.649 | 75.009 | 30.420 | 44.589 | |
Baten-lastenagentschap RvIG | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.165 | 5.446 | 719 | |
Baten-lastenagentschap UBR | 0 | 0 | 4.513 | 6.182 | 6.574 | 4.269 | 2.305 | |
Beheer e-overheidsvoorzieningen (Logius) | 0 | 913 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
6.4 | Burgerschap | 0 | 5.136 | 6.324 | 5.813 | 5.581 | 5.036 | 545 |
Subsidies | 0 | 4.831 | 5.533 | 5.342 | 4.846 | 4.286 | 560 | |
Comité 4/5 mei | 0 | 140 | 109 | 107 | 106 | 106 | 0 | |
Huis voor Democratie en rechtstaat | 0 | 3.898 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
ProDemos | 0 | 0 | 5.019 | 5.006 | 4.188 | 4.180 | 8 | |
Programma burgerschap | 0 | 793 | 405 | 229 | 552 | 0 | 552 | |
Opdrachten | 0 | 305 | 791 | 471 | 735 | 750 | – 15 | |
Programma burgerschap | 0 | 305 | 791 | 471 | 735 | 750 | – 15 | |
6.5 | Reisdocumenten en basisadministratie personen | 0 | 48.354 | 32.718 | 21.752 | 37.103 | 18.100 | 19.003 |
Subsidies | 0 | 179 | 40 | 10 | 0 | 0 | 0 | |
Beleid GBA en reisdocumenten | 0 | 179 | 40 | 10 | 0 | 0 | 0 | |
Opdrachten | 0 | 27.111 | 20.581 | 6.536 | 15.493 | 6.065 | 9.428 | |
Beleid BRP en reisdocumenten | 0 | 9.834 | 5.840 | 142 | 4.335 | 2.128 | 2.207 | |
Modernisering GBA2 | 0 | 16.376 | 14.741 | 6.394 | 0 | 0 | 0 | |
ORRA | 0 | 900 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Operatie BRP | 0 | 0 | 0 | 0 | 11.158 | 3.937 | 7.221 | |
Bijdragen aan baten-lastenagentschappen | 0 | 21.064 | 12.097 | 15.206 | 21.610 | 12.035 | 9.575 | |
Baten-lastenagentschap BPR | 0 | 21.064 | 12.097 | 15.206 | 0 | 0 | 0 | |
Baten-lastenagentschap RvIG | 0 | 0 | 0 | 0 | 21.610 | 12.035 | 9.575 | |
waarvan: Caribisch Nederland | 1.148 | |||||||
Ontvangsten: | 0 | 21.569 | 17.480 | 10.020 | 13.053 | 0 | 13.053 |
E Toelichting op de financiële instrumenten
6.1 Verminderen regeldruk
Opdrachten
Vermindering regeldruk en administratieve lasten
In het regeerakkoord is de doelstelling opgenomen om vermindering van regeldruk en administratieve lasten voor bedrijfsleven, burgers en professionals te realiseren. Deze rijksbrede opgave is gericht om in de periode tot en met 2017 de regeldruk te verlagen met € 2,5 mld. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een coördinerende rol richting andere departementen om deze doelstelling voor wat betreft burgers en professionals te realiseren. Met de Voorjaarsrapportage van 11 juni 2015 (Kamerstukken II 2014–2015 29 515, nr. 361) en de Najaarsrapportage Regeldruk van 18 december 2015 (Kamerstukken II 2015–2016 29 515, nr. 372) is de Tweede Kamer, in vervolg op de programmabrief «Goed Geregeld» (Kamerstukken II 2015–2016 29 362, nr. 212), over de voortgang van de doelstelling tot het verminderen van regeldruk en administratieve lasten geïnformeerd. Voor burgers en professionals is de inzet om de regeldruk over de gehele periode met € 900 mln. te verlagen. In de periode tot 1 oktober 2015 is hiervan € 592 mln. gerealiseerd.
Daarnaast is in 2015 het programma «beter en concreter» afgerond, een gezamenlijk programma van de Ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Economische Zaken en de VNG. Het programma heeft gemeenten rechtstreeks ondersteund bij het terugdringen van regeldruk door het verbeteren van dienstverlening en de kwaliteit van regels.
Aanvullend zijn in 2015 – in samenwerking met het Kwaliteitsinstituut Nederlandse gemeenten (KING) – de specificaties voor standaard webformulieren van gemeenten grondig herzien.
Het kenniscentrum Prettig Contact met de Overheid (PCMO) heeft een bijdrage ontvangen ten behoeve van de vermindering van regeldruk en administratieve lasten van zowel burgers als bedrijven. De informele aanpak die in het kader van Prettig Contact met de Overheid bevorderd wordt, zet in op dejuridisering van besluitvormings-, klacht-, bezwaar- en beroepsprocedures. Dit leidt ertoe dat meer conflicten en problemen worden opgelost en dat het vertrouwen in de overheid toeneemt. De aanpak heeft geleid tot minder procedures (gemiddeld tussen 50 – 60% van het aantal bezwaren wordt ingetrokken); een kortere doorlooptijd (afname van gemiddeld 37%)3; een stijging van tevredenheid van de burger (gemiddeld 40%)4; een stijging van de arbeidstevredenheid van de ambtenaar (gemiddeld 20%)5; een afname van de kosten voor de overheid (gemiddeld ruim 20%).
6.2 Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen
Opdrachten
(door)ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen
Met het credo «de burger centraal, de kosten minimaal, de overheid digitaal» wordt invulling gegeven aan de ambitie uit het regeerakkoord om de digitale dienstverlening aan bedrijven en voor burgers te versterken. In 2015 is ingezet op verdere digitalisering van diensten en producten door alle overheden en verbetering van de kwaliteit van digitale diensten. Diensten en producten waarvan veel gebruik wordt gemaakt (de zogenoemde volumediensten) zijn, gemeten over alle overheden, al voor 70% tot 100% digitaal beschikbaar. Alle overheden gezamenlijk hebben in 2015 een digitaal aanbod van bijna twee-derde (66%)6. Digitalisering blijkt geen afbreuk te doen aan de tevredenheid over de dienstverlening van de overheid. Net als vorige jaren is de tevredenheid van burgers en bedrijven over de dienstverlening van de overheid over de hele linie licht gestegen, van een 6,8 tijdens de laatste meting in 2013 naar een 6,9 in 2015. Op 4 december 2015 is de jaarlijkse voortgangsrapportage Digitaal 2017 naar de Tweede Kamer verzonden (Kamerstukken II 2015–2016 26 643, nr. 381).
Met de Minister van Economische Zaken wordt samengewerkt aan wetgeving voor de generieke voorzieningen van de e-overheid. In 2015 heeft dit geleid tot vaststelling van de uitgangspunten voor de Wet Generieke Digitale Infrastructuur. Bij brief van 4 december 2015 is de Tweede Kamer hierover geïnformeerd (Kamerstukken II 2015–2016 26 643, nr. 373). Naast de wettelijke verankering van de zorgplicht van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Economische Zaken voor de generieke voorzieningen voor burgers respectievelijk bedrijven, worden overheden wettelijk verplicht hun digitale dienstverlening zo op elkaar af te stemmen dat de dienstverlening naar burgers en bedrijven zo gemakkelijk mogelijk is. In 2015 heeft BZK extra budget gekregen via de digicommissaris voor de GDI, onder andere voor ontwikkeling eID en DigiD.
In 2015 is het Actieprogramma Open overheid voor 2016–2017 opgesteld mede aan de hand van ideeën die zijn opgehaald in een brede consultatie onder burgers, maatschappelijke organisaties en overheden. Het actieplan is op 15 december 2015 aan de Tweede Kamer verzonden (Kamerstukken II 2015–2016 32 802, nr. 21). Het Leer- en Expertisepunt Open Overheid (LEOO) heeft in opdracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan overheidsorganisaties ondersteuning geboden bij zowel leervragen als het opbouwen van expertise door middel van gesprekken, bijeenkomsten en de website www.open-overheid.nl. De website is op 4 februari 2015 gelanceerd.
In 2015 is het aantal beschikbare datasets op het portaal data.overheid.nl toegenomen tot 7.284. In juli 2015 is een leidraad voor het beschikbaar stellen van open data gepubliceerd (bijlagenummer: 2015D28247), hierin zijn tien richtlijnen voor het openen van data opgenomen. De leidraad kan dienen als bouwsteen voor open databeleid bij gemeenten. In het najaar is de «nationale open data agenda» aan de Tweede Kamer verzonden (Kamerstukken II 2015–2016 32 802, nr. 20). De agenda geeft vorm aan de verdere inzet van het kabinet op het actief ontsluiten van open data.
Verder heeft in 2015 de focus gelegen op de afronding van Taskforce Bestuur & Informatieveiligheid Dienstverlening (Kamerstukken II 2014–2015 26 643, nr. 344), die als doel had om bestuurders in het openbaar bestuur te doordringen van het belang van informatieveiligheid. In dat kader hebben alle overheden (Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen) hun blijvende commitment en inzet op informatieveiligheid toegezegd.
Het kabinet heeft in mei 2015 de digitale overheid aangemerkt als vitale infrastructuur (Kamerstukken II 2014–2015 30 821, nr. 23). In samenwerking met de betrokken departementen en uitvoeringsorganisaties wordt nader bekeken welke processen en systemen van de digitale overheid precies vitaal zijn. De overlegstructuur van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) wordt hiervoor gebruikt. Ten behoeve van de generieke digitale infrastructuur is de tranche 2015 van de middelen die Financiën heeft gereserveerd voor deze voorzieningen aan BZK, als opdrachtgever, toegekend.
Aanpak fraudebestrijding
In de rijksbrede aanpak fraude wordt de nadruk gelegd op gemeenschappelijke aanpak over de grenzen van de departementen heen met betrekking tot het verschijnsel fraude.
Met het project Landelijke Aanpak adreskwaliteit zijn risicogerichte adresonderzoeken geïntensiveerd. In 2015 hebben 162 gemeenten 7.012 adresonderzoeken uitgevoerd waarbij op 2.506 adressen incorrecte registraties werden vastgesteld. Deze gegevens worden gecorrigeerd en eventuele onterecht uitgekeerde bedragen worden teruggevorderd. Voor het project Landelijke Aanpak adreskwaliteit hebben verschillende departmenten de hiervoor benodigde middelen aan BZK overgeboekt.
De terugmeldingen op de Basisregistratie Personen (BRP) zijn toegenomen met 6% in de eerste helft van 2015 en het aantal spookburgers is gedaald met 50.000 in de periode 1 januari 2014 tot en met medio 2015. Op de website van www.RvIG.nl worden periodiek cijfers over de terugmeldingen gepubliceerd.
Via www.wiekrijgtmijngegevens.nl kan iedereen zien welke organisaties gegevens uit de Basisregistratie Personen (BRP) mogen ontvangen en waarom ze hiervoor toestemming hebben. De website is in 2015 ongeveer 18.000 keer geraadpleegd, gemiddeld 1.500 keer per maand.
Er zijn in 2015 in totaal 162 examens afgelegd door medewerkers burgerzaken in het kader van de deskundigheidsbevordering, ook door medewerkers in Caribisch Nederland. Verder is gestart met het opleidingsprogramma voor identiteit en identiteitsdocumenten, adresonderzoek en adreskwaliteit. De hulpmiddelen voor het beoordelen van brondocumenten zijn opgeleverd en beschikbaar voor alle gemeenten.
Mogelijk misbruik van DigiD accounts wordt actief bewaakt en dat heeft ondermeer geleid tot het verwijderen van 14.750 accounts in 2015. Deze maatregel was vaak preventief vanwege een vermoeden dat de accounts gecompromitteerd waren. Het Centraal Meldpunt Identiteitsfraude en – fouten heeft in 2015 actief hulp geboden aan circa 800 slachtoffers.
6.3 Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen
Opdrachten
Beheer e-overheidsvoorzieningen
In 2015 heeft het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor de voorzieningen binnen de GDI waarvan zij opdrachtgever is extra budget toegekend gekregen vanuit de aanvullende post. De aanvullende post voor de GDI is in het voorjaar van 2015 gevoed uit de departementale begrotingen via een verdeelsleutel.
Officiële publicaties en wettenbank
Het Kennis- en exploitatiecentrum Officiële Overheidspublicaties (KOOP) verzorgt het beheer van de officiele publicaties en wettenbank, zie ook bij «Uitvoeringsorganisatie Bedrijfsvoering Rijk». De productie van gegevens wordt door een externe partij (SDU) verzorgd, welke hiervoor een bijdrage heeft ontvangen.
Bijdragen aan baten- en lastenagentschappen
Baten-lastenagentschap Logius
Logius ontvangt een bijdrage voor het beheer en de exploitatie van e-overheidsvoorzieningen, die onderdeel uitmaken van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI). Dit betreft onder andere DigiD (en DigiD Machtigen), MijnOverheid, de stelselvoorzieningen Digikoppeling, Digimelding, Digilevering en Stelselcatalogus, Public Key Infrastructure voor de overheid (PKI overheid), webrichtlijnen, Samenwerkende Catalogi, Overheidsorganisaties en Overheid.nl. Voor een deel van deze opdrachten heeft BZK extra budget ontvangen via de governance van de digicommissaris.
De meetbare gegevens zijn opgenomen in de bijlage baten-lastenagentschappen van Rijksdienst voor Indentiteitsgegevens (RvIG) en Logius. Logius valt onder de begroting van Wonen en Rijksdienst (XVIII).
Baten-lastenagentschap RvIG
Het baten-lastenagentschap Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) ontvangt voor de beheervoorziening Burgerservicenummer een bijdrage van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Baten-lastenagentschap Uitvoering Bedrijfsvoering Rijk (UBR)
UBR ontvangt een bijdrage voor het beheer van diverse elektronische publicaties op overheid.nl (staatscourant, centrale en decentrale wettenbank, tuchtrecht en open data) en voor de standaard van metadata voor de overheid. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is tevens verantwoordelijk voor het openbaar stellen van open data van de overheid. Dit gebeurt via de open data portal bij KOOP, onderdeel van UBR.
6.4 Burgerschap
Subsidies
Comité 4/5 mei en ProDemos
Het Nationaal Comité 4 en 5 mei ontvangt jaarlijks van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een subsidie voor het bevorderen van het debat en de voorlichting rondom de thema’s vrijheid, burgerschap, democratie en rechtsstaat. Dit wordt jaarlijks op de 14 Bevrijdingsfestivals gerealiseerd via een deel van het inhoudelijke programma onder de noemer Debat en Dialoog. Met gemiddeld bijna een miljoen bezoekers per jaar in de afgelopen vijf jaar (2011–2015) zijn de festivals in staat om een groot en jong publiek in aanraking te laten komen met de voornoemde thema’s.
ProDemos zet zich in voor het vergroten van de betrokkenheid en kennis van onze democratische rechtsstaat bij burgers en dan in het bijzonder jonge mensen. Prodemos doet dit onder andere door middel van rondleidingen in het Haagsche politieke centrum, educatieve programma’s, bijeenkomsten en trainingen. In Den Haag en elders op locatie namen in totaal ruim 150.000 mensen deel aan ProDemos-activiteiten, waaronder ongeveer 80.000 scholieren. Ruim 5.000 mensen namen deel aan lezingen, colleges, debatten en andere evenementen. De website heeft een bereik van circa 210.000 bezoekers per jaar en er worden jaarlijks circa 20.000 nieuwsbrieven verzonden.
Opdrachten
Doe-democratie (Programma burgerschap)
Voor de realisatie van «meer burger, minder overheid» is het noodzakelijk dat overheden en maatschappelijke instellingen meer ruimte geven aan maatschappelijk initiatief en daar beter bij aansluiten. In 2015 zijn verschillende activiteiten ontplooid met (vertegenwoordigers van) medeoverheden, bijvoorbeeld binnen de democratic challenge. In dit project worden 99 experimenten op het gebied van lokale democratische vernieuwing ondersteund. Ook zijn er verschillende leeromgevingen ingericht waarbinnen met partners best practices worden gedeeld en gezamenlijk wordt opgetrokken om democratische vernieuwingen te realiseren.
In samenspraak met stakeholders heeft het kabinet een standpunt ingenomen over buurtrechten (Kamerstukken II 2015–2016 34 065, nr. 9) en is een bijdrage geleverd aan het gezamenlijke programma Lokale Democratie in Beweging (LDiB) van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de beroeps- en belangenverenigingen van raadsleden, wethouders, burgemeesters, gemeentesecretarissen en griffiers. Het programma is in 2015 van start gegaan en heeft als doel de kwaliteit van het lokaal bestuur en daarmee de lokale democratie te versterken door het samenspel met de samenleving en het samenspel tussen de gemeentelijke actoren onderling te bevorderen.
6.5 Reisdocumenten en basisadministratie personen
Opdrachten
Beleid BRP en Reisdocumenten
In 2015 zijn de twee proeftuinen rondom de aangifte van vermissingen en het thuisbezorgen van reisdocumenten voortgezet. De wetswijzigingen waarmee beide werkwijzen landelijk mogelijk worden gemaakt, worden in 2016 naar de Tweede Kamer gestuurd.
Het aantal grensgemeenten waar niet-ingezetenen een reisdocument kunnen aanvragen, is opnieuw uitgebreid. In 2015 zijn aan de 9 reeds bestaande grensgemeenten, de gemeenten Breda, Venlo en Sluis toegevoegd. Nederlanders die in het buitenland wonen, hebben nu in Nederland de mogelijkheid om vlak over de grens, op Schiphol of in Den Haag een reisdocument aan te vragen.
Het aansluittraject van de Rijksdiensten Caribisch Nederland op de PIVA-V (de bevolkingsadministratie van de openbare lichamen Saba, Sint Eustatius en Bonaire) is afgerond. In 2015 is met de actoren in het Caribisch gebied gestart met de strategische agenda voor het Caribisch gebied voor de jaren 2016 – 2020. Daarbij worden de uitgangspunten die op 10-10-2010 zijn geformuleerd ook betrokken zoals invoering BRP, BSN en NIK .
In 2015 is gestart met het programma Landelijke Aanpak Adreskwaliteit. Hiervoor heeft BZK middelen gekregen van de betrokken departementen. Begin 2016 wordt het programma geëvalueerd.
Operatie BRP
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is opdrachtgever voor Operatie BRP. Doel is de realisatie van het 24 uur per dag online beschikbaar maken van actuele en betrouwbare persoonsgegevens voor geautoriseerde gebruikers. Dit levert een gestandaardiseerde en moderne uitwisseling van de persoonsgegevens op en een betere controle op de kwaliteit van gegevens. In 2015 zijn er verdere stappen gezet in de ontwikkeling van de BRP. De Tweede Kamer is hierover geïnformeerd in de voortgangsrapportage van april 2015 (Kamerstukken II 2015–2016 27 859, nr. 78) en oktober 2015 (Kamerstukken II 2015–2016 27 859, nr. 83). In 2015 is het voor de ontwikkeling van de Basisregistratiepersonen (BRP) gereserveerde budget overgeheveld naar het juiste budget. Naar aanleiding van de onderzoeken van Gartner uit 2013 is destijds een nieuw scenario gekozen inclusief dekking. Deze middelen stonden nog niet op het juiste budget.
Bijdragen aan baten-lastenagentschappen
Baten-lastenagentschap RvIG
Het baten-lastenagentschap Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) heeft een bijdrage ontvangen voor het beheer van de Basisregistratie Persoonsgegevens (BRP) die onder het in 2008 afgesproken systeem van budgetfinanciering valt en voor het beheer van de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI). De middelen voor de RNI zijn in 2015 overgeheveld naar dit budget, zodat de beheerkosten op de juiste plaats verantwoord worden.
Aanvullend ontvangt RvIG middelen voor het beheer van de PIVA-V en de Sedula.
Ontvangsten
Dit betreft de bijdrage van de Unie van Waterschappen ten behoeve van de aanvullende post voor de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI). Aanvullend heeft de Rijksdienst voor Identiteitsgegevens (RvIG) over 2014 een positief resultaat laten zien op reisdocumenten.