Het NFI draagt bij aan het artikelonderdeel 33.2 «Het bestrijden van criminaliteit door een effectief en doelmatig instrumentarium van opsporing en vervolging» door middel van het leveren van kwalitatief hoogstaand forensisch onderzoek aan de partners in de strafrechtketen. De drie kernproducten daarbij zijn het uitvoeren van onderzoek op overwegend technisch, medisch-biologisch en natuurwetenschappelijk terrein, het doen van onderzoek naar nieuwe methoden en technieken en het overdragen van kennis op het gebied van forensisch en wetenschappelijk onderzoek.
Staat van baten en lasten
Omschrijving | (1) | (2) | (3)=(2)-(1) | |
---|---|---|---|---|
Vastgestelde begroting | Realisatie 2016 | Verschil realisatie en vastgestelde begroting | Realisatie 2015 | |
Baten | ||||
Omzet moederdepartement | 68.118 | 89.975 | 21.857 | 71.525 |
Omzet overige departementen | 526 | 388 | – 138 | 887 |
Omzet derden | 1.730 | 5.094 | 3.364 | 7.711 |
Rentebaten | 22 | 0 | – 22 | 0 |
Vrijval voorzieningen | 0 | 2.671 | 2.671 | 371 |
Bijzondere baten | 0 | 25 | 25 | 436 |
Totaal baten | 70.396 | 98.153 | 27.757 | 80.930 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | 46.180 | 52.813 | 6.633 | 50.358 |
personele kosten | 42.869 | 46.607 | 3.738 | 43.175 |
– Waarvan eigen personeel | 39.469 | 39.579 | 110 | 39.737 |
– Waarvan externe inhuur | 3.400 | 6.730 | 3.330 | 2.833 |
Waarvan overige personele kosten | 298 | 298 | 605 | |
Materiële kosten | 3.311 | 6.206 | 2.895 | 7.183 |
– Waarvan apparaat ICT | 150 | 3.086 | 2.936 | 4.392 |
– Waarvan bijdrage aan SSO’s | 1.000 | 403 | – 597 | 360 |
– Waarvan Overige materiële kosten | 2.161 | 2.717 | 556 | 2.431 |
Rentelasten | ||||
Afschrijvingskosten | 4.486 | 3.630 | – 856 | 3.904 |
– Materieel | 4.486 | 3.630 | – 856 | 3.904 |
– waarvan apparaat ICT | 0 | 0 | 0 | 0 |
– waarvan laboratoriumkosten | 0 | 0 | 0 | 0 |
– Immaterieel | 0 | 0 | 0 | 0 |
Laboratoriumkosten | 19.480 | 19.058 | – 422 | 23.994 |
– waarvan bijdrage aan SSO’s | 4.659 | 0 | 0 | 0 |
Overige lasten | 250 | 19.525 | 19.275 | 5.945 |
– Dotaties voorzieningen | 0 | 450 | 450 | 5.718 |
– Rentelasten | 250 | 100 | – 150 | 145 |
– Bijzondere lasten | 0 | 18.975 | 18.975 | 82 |
Totaal lasten | 70.396 | 95.026 | 24.630 | 84.201 |
Saldo van baten en lasten | 0 | 3.127 | 3.127 | – 3.271 |
1 miv 2016 is de definitie conform begrotingsvoorschrift aangepast.
Saldo van baten en lasten
Het batig saldo 2016 van ruim € 3 mln. komt met name door de vrijval van een groot deel van de reorganisatievoorziening en door de niet volledig aangewende intensiveringsgelden vanuit het moederdepartement.
Baten
De baten bedragen circa € 28 mln. meer dan begroot. Dit komt met name door een hogere bijdrage van het moederdepartement van circa € 19 mln. als gevolg van een kasschuif aflossing egalisatieschuld Rijksvastgoedbedrijf (het laatste verloopt volledig exploitatieneutraal voor het NFI). Daarnaast is de omzet derden circa € 3 mln. hoger dan geraamd. Tot slot zijn de baten circa € 3 mln. hoger als gevolg van de vrijval van voorzieningen.
Lasten
De lasten bedragen circa € 25 mln. meer dan begroot. De personele kosten bedragen circa € 4 mln. meer, met name als gevolg van een hogere inhuur ter ondersteuning en verbetering van de bedrijfsvoering. De materiële kosten zijn hoger (circa € 3 mln.), met name door hogere ICT-kosten voor onderhoud en exploitatie van zowel hardware als software. Tot slot zijn € 19 mln. hogere lasten het gevolg van een kasschuif aflossing egalisatieschuld Rijksvastgoedbedrijf.
Activa | ||
Immateriële vaste activa | 0 | 0 |
Materiële vaste activa | ||
– grond en gebouwen | 5 | 6 |
– installaties en inventarissen | 8.023 | 9.749 |
– overige materiële vaste activa | 1.771 | 1.848 |
9.799 | 11.603 | |
Voorraden | 0 | 0 |
Debiteuren | 2.560 | 2.364 |
Nog te ontvangen | 1.656 | 1.892 |
Liquide middelen | 12.440 | 14.242 |
Totaal activa | 26.455 | 30.101 |
Passiva | ||
Eigen vermogen | ||
– exploitatiereserve | 0 | 2.751 |
– onverdeeld resultaat | 3.127 | – 3.271 |
3.127 | – 520 | |
Voorzieningen | 2.895 | 6.729 |
Leningen bij het Ministerie van Financiën | 8.820 | 10.411 |
Crediteuren | 1.991 | 5.236 |
Nog te betalen | 9.622 | 8.245 |
Totaal Passiva | 26.455 | 30.101 |
Toelichting op de Balans per 31 december 2016
Vlottende activa
In onderstaand overzicht is voor de posten Debiteuren, Overige vorderingen en overlopende activa en Liquide Middelen aangegeven welk deel van de stand per 31 december 2016 vorderingen betreft tussen het agentschap en het moederdepartement; het agentschap en andere ministeries (inclusief agentschappen); het agentschap en derden (buiten het Rijk).
Bedragen x € 1.000 | Moeder-departement | Andere Ministeries | Derden (buiten het Rijk) | Totaal |
---|---|---|---|---|
Debiteuren | 322 | 349 | 1.889 | 2.560 |
Overige vorderingen en overlopende activa | 759 | 897 | 1.656 | |
Liquide middelen | 12.440 | 12.440 | ||
Totaal | 1.081 | 12.789 | 2.786 | 16.656 |
Eigen vermogen
Het eigen vermogen bestaat uit de exploitatiereserve en het onverdeelde resultaat uit het verslagjaar. Onderstaand is het verloop opgenomen van het Eigen Vermogen. Het negatief eigen vermogen ultimo 2015 is door een eenmalige toevoeging van het moederdepartement aangezuiverd.
Bedragen x € 1.000 | Exploitatie- reserve | Onverdeeld resultaat | Totaal |
---|---|---|---|
Stand 01-01-2016 | – 520 | – 520 | |
Toevoeging door moederdepartement | 520 | 520 | |
Storting aan moederdepartement | |||
Onverdeeld resultaat 2016 | 0 | 3.127 | 3.127 |
Stand 31-12-2016 | 0 | 3.127 | 3.127 |
De eigenaar besluit bij VJN 2017 over de bestemming van het onverdeeld resultaat. In onderstaand overzicht is de ontwikkeling van het eigen vermogen in relatie tot het plafond van 5% van de gemiddelde omzet in de afgelopen jaren opgenomen:
Jaar | Omzet (x € 1.000) | Eigen vermogen (x € 1.000) | % |
---|---|---|---|
2016 | 95.457 | 3.127 | 3% |
2015 | 80.123 | – 520 | – 1% |
2014 | 75.271 | 2.751 | 4% |
250.851 | 5.358 | 2% | |
Gemiddeld vermogen x 5% | 83.617 | 4.181 | 5% |
Op grond van de gemiddelde omzet over de jaren 2014, 2015 en 2016 bedraagt de maximaal toegestane stand van het eigen vermogen € 4,2 mln. De berekening van het maximale eigen vermogen is gebonden aan een maximumomvang van 5% van de gemiddelde jaaromzet berekend over de laatste drie jaar (artikel 27 lid 4 c van de Regeling agentschappen).
Voorzieningen
De voorzieningen zijn als volgt te specificeren:
Stand per | Vrijval | Dotatie | Onttrekking | Stand per | |
---|---|---|---|---|---|
1-1-2016 | 31-12-2016 | ||||
Voorziening personele verplichtingen reorganisatie | 4.971 | – 2.382 | 341 | – 814 | 2.116 |
Voorziening vaststellingsovereenkomst en wachtgelden | 1.104 | – 108 | 109 | – 326 | 779 |
Voorziening verlieslatend contract Fieldlab | 654 | – 50 | 0 | – 604 | 0 |
Totaal | 6.729 | – 2.540 | 450 | – 1.744 | 2.895 |
De grondslagen van de voorzieningen luiden als volgt: Voorzieningen worden gevormd voor verplichtingen die op balansdatum aanwezig zijn en waarvan de hoogte redelijkerwijs kan worden geschat. De voorzieningen zijn tegen nominale waarde gewaardeerd.
Voorziening personele verplichtingen reorganisatie
De voorziening personele verplichtingen reorganisatie is gevormd voor verplichtingen jegens medewerkers, die als gevolg van de (voorgenomen) reorganisatie vrijwillig dan wel verplicht Van Werk Naar Werk-kandidaat zijn of worden en geen prestaties voor het NFI meer verrichten. De verplichtingen zijn individueel per medewerker bepaald. De kosten bestaan uit doorbetalingen van salaris, stimuleringspremies, opleidingen, salarisgaranties en -suppleties en overige mobiliteitsbevorderende maatregelen. Gecontracteerde detacheringsvergoedingen worden in mindering gebracht op de verwachte kosten. De reorganisatie is op 1 april 2016 van start gegaan.
De reorganisatievoorziening valt in 2016 voor € 2,4 mln. vrij als gevolg van:
-
• Een forse uitstroom van verplichte en vrijwillige kandidaten.
-
• Van de oorspronkelijk 23 verplicht VWNW-kandidaten zijn er 11 uitgestroomd; 5 verplichte VWNW-kandidaten zullen op korte termijn uitstromen.
-
• Het aantal vrijwillig VWNW-kandidaten is teruggebracht van 11 naar 5.
-
• Vergoedingen detacheringen: circa 40% van de loonkosten van de verplicht VWNW-kandidaten over 2016 werd vergoed uit detacheringen.
-
• Voor het realiseren van de uitstroom zijn verhoudingsgewijs minder VWNW-voorzieningen toegekend/ingezet.
Voorziening wachtgeld
De voorziening vaststellingsovereenkomsten en wachtgelden betreft de toekomstig te betalen verplichtingen uit vaststellingsovereenkomsten en wachtgelden van (oud) medewerkers van het NFI.
Voorziening verlieslatende contracten
Voor de huurkosten, de kosten van de te verwachte verhuisbewegingen en kosten van terugbrengen in de oorspronkelijke staat van het huurpand en die niet kunnen worden gedekt uit de productieopbrengsten, is een voorziening gevormd voor de resterende looptijd van het contract. Het huurcontract liep tot en met augustus 2016. Vanaf medio 2015 is er sprake van gedeeltelijke leegstand van het Fieldlab.
Vlottende passiva
In onderstaand overzicht is voor de posten Crediteuren en Overige schulden en overlopende passiva aangegeven welk deel van de stand per 31 december 2016 schulden betreft tussen het agentschap en het moederdepartement; het agentschap en andere ministeries (inclusief agentschappen); het agentschap en derden (buiten het Rijk).
Bedragen x € 1.000 | Moeder-departement | Andere Ministeries | Derden (buiten het Rijk) | Totaal |
---|---|---|---|---|
Crediteuren | 58 | 66 | 1.867 | 1.991 |
Overige schulden en overlopende passiva | 2.179 | 17 | 7.426 | 9.622 |
Totaal | 2.237 | 83 | 9.293 | 11.613 |
In 2016 heeft het NFI het Fieldlab verlaten; daarom is deze voorziening per ultimo 2016 vrijgevallen.
Oorspronkelijk vastgestelde begroting | Realisatie | Verschil | ||
---|---|---|---|---|
1. | Rekening-courant RHB 1 januari 2016 + stand depositorekeningen | 11.753 | 14.241 | 2.488 |
Totaal ontvangsten operationele kasstroom | 0 | 95.922 | 95.922 | |
Totaal uitgaven operationele kasstroom | 0 | – 94.821 | – 94.821 | |
2. | Totaal operationele kasstroom | 4.486 | 1.101 | – 3.385 |
Totaal investeringen (–/–) | – 4.495 | – 1.959 | 2.536 | |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 0 | 128 | 128 | |
3. | Totaal investeringskasstroom | – 4.495 | – 1.831 | 2.664 |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (–/–) | 0 | 0 | 0 | |
Eenmalige storting door moederdepartement (+) | 520 | 520 | 0 | |
Aflossing op leningen (–/–) | – 4.486 | – 2.889 | 1.597 | |
Beroep op leenfaciliteit (+) | 4.495 | 1.298 | – 3.197 | |
4. | Totaal financieringskasstroom | 529 | – 1.071 | – 1.600 |
5. | Rekening Courant RHB 31 december 2016 + stand depositorekeningen (= 1+2+3+4), de maximale roodstand € 0,5 mln. | 12.273 | 12.440 | 167 |
De operationele kasstroom is aanvullend als volgt te specificeren:
Resultaat | 3.127 |
Afschrijvingen | 3.630 |
Toevoegingen voorzieningen | 450 |
Vrijval voorzieningen | – 2.671 |
Mutatie werkkapitaal | – 3.435 |
1.101 |
Productgroep | Instroom | Capaciteit | Uitstroom | Verschil Uitstroom en cap | Realisatie gem. levertijd | Norm levertijd 2016 | % op tijd | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
BDE | Bijzondere Dienstverlening en Expertise | in aantallen producten | 4.689 | 5.139 | 4.623 | – 516 | 24 | 22 | 71% |
BiS | Biologische Sporen | in aantallen producten | 51.094 | 53.776 | 51.685 | – 2.091 | 16 | 18 | 75% |
CFS | Chemische en Fysische Sporen | in aantallen producten | 6.950 | 7.357 | 6.952 | – 405 | 22 | 19 | 76% |
NFI | Nederlands Forensisch Instituut totaal | in aantallen producten | 62.733 | 66.272 | 63.260 | – 3.012 | 17 | 18 | 75% |
DBS | Digitale en Biometrische Sporen | in aantallen uren | 46.980 | 46.797 | – 183 | 53 | 44 | 68% |
De afgesproken productie voor K1 (zaaksonderzoek) is niet geheel gerealiseerd. Voor het NFI totaal bedraagt de gemiddelde gerealiseerde levertijd 17 dagen en ligt daarmee binnen de norm van 18 dagen. Op de productgroepen BDE, CFS en DBS is de normtijd niet gehaald. Het percentage onderzoeksrapporten dat geleverd is binnen de genormeerde levertijd bedraagt 75%. Hiermee is de norm van 95% van de geleverde producten op tijd niet gehaald. Dit komt onder meer door een toenemende complexiteit in zaken.