A. Algemene doelstelling
Het voortgezet onderwijs zorgt dat leerlingen in deze fase van de doorlopende leerlijn hun talenten maximaal kunnen ontplooien en vervolgonderwijs kunnen volgen dat het beste past bij hun talenten. Het bereidt hen voor op volwaardige deelname aan de samenleving en een bij hun talenten passende (toekomstige) positie op de arbeidsmarkt.
B. Rol en verantwoordelijkheid
De Minister is verantwoordelijk voor een voorgezet onderwijsstelsel dat zodanig functioneert, dat het onderwijs aansluit bij de talenten en de ambities van individuele leerlingen en bij de behoeftes van de maatschappij.
Financieren:
De Minister is verantwoordelijk voor de financiering van het voortgezet onderwijs door lumpsumbekostiging van de onderwijsinstellingen. Hierdoor wordt de toegankelijkheid van het onderwijs gewaarborgd.
Stimuleren:
De Minister stimuleert specifieke onderwerpen door het verstrekken van (aanvullende) bekostiging, subsidies en de inzet van andere instrumenten zoals overleg, voorlichting, (prestatie)afspraken en wet- en regelgeving.
Regisseren:
De Minister vult zijn verantwoordelijkheid voor de onderwijskwaliteit van het onderwijs in via een regisserende rol. De normeisen van kwaliteit zijn vastgelegd in wet- en regelgeving; de Inspectie van het Onderwijs houdt toezicht op de naleving.
Indicatoren/kengetallen
Indicatoren voor het stelsel voortgezet onderwijs worden beschreven op Onderwijs in Cijfers.
Doelstelling/indicator | Basiswaarde (jaartal) | Eerdere realisatie (jaartal) | Actuele realisatie (jaartal) | Tussen-/streefwaarden (jaartal) | Bron | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Ambitieus onderwijs dat alle leerlingen en studenten uitdaagt | |||||||
a) | Alle leerlingen en studenten worden uitgedaagd | |||||||
• | Aandeel toptalentleerlingen dat zich vaak of bijna altijd verveelt omdat de lesstof te makkelijk is of omdat hij/zij eerder klaar is dan de rest | 56% (2013) | 20% (2017) | Wordt niet meer gemeten | 41% (2016) 25% (2018) | |||
• | Aandeel scholen dat aandacht heeft voor toptalenten in de vorm van uitdagend aanbod of talentprogramma’s | 82% (2015) | 84% (2017) | Wordt niet meer gemeten | 88% (2016) 100% (2018) | |||
• | Aandeel thuiszittende leerlingen dat drie of meer maanden thuis zit zonder passend onderwijsaanbod1 2 | 0,17% (2014–2015) | 0,14% (2016–2017) | 0,18% (2017–2018) | 0,10% (2017) 0% (2020) | Leerplichttelling 2017–2018 | ||
b) | Vergroten studiesucces | |||||||
• | Aandeel zittenblijvers3 | 5,9% (2012–2013) | 5,7% (2016–2017) | 6,2% (2017–2018) | 4,7% (2017) 3,9% (2020) | DUO | ||
2 | Scholen en instellingen werken met goed opgeleide en professionele leraren en schoolleiders die samen zorgen voor een veilig en ambitieus leerklimaat | |||||||
a) | Vergroten kwaliteit leraren en schoolleiders | |||||||
• | Aandeel lessen dat wordt gegeven door daartoe bevoegde en benoembare leraren | 83,5% (2011) | 95,2% (2016) | 95,7% (2017) | 96% (2016) 100% (2020) | IPTO en CenterData | ||
• | Aandeel leraren met een afgeronde hbo of wo masteropleiding | 33% (2013) | 38%(2016) | Wordt niet meer gemeten | 40% (2017) 50% (2020) | CenterData en DUO | ||
Bovenbouw vwo4 | 53% (2013) | 63%(2016) | Wordt niet meer gemeten | Hoger (2017) 80–85% (2020) | CenterData en DUO | |||
• | Aandeel leraren met ten minste drie jaar ervaring dat de algemeen didactische vaardigheden beheerst | 76% (2013) | 67% (2016) | Wordt niet meer gemeten | 90% (2017) 100% (2020) | Onderwijsverslag; Inspectie van het Onderwijs | ||
• | Aandeel leraren met ten minste tien jaar ervaring dat de differentiatievaardigheden beheerst | 34% (2013) | 33% (2016) | Wordt niet meer gemeten | 40% (2017) 100% (2020) | Onderwijsverslag; Inspectie van het Onderwijs | ||
b) | Verbetercultuur | |||||||
• | Aandeel leraren dat deelneemt aan peer review | 63% (2014) | 68% (2016)5 | Wordt niet meer gemeten | 81% (2017) 100% (2020) | Onderwijs werkt!; Regioplan (2014–2015); PoMo (BZK, 2016) | ||
• | Aandeel leraren dat is geregistreerd in het Lerarenregister | 8% (2014) | 35% (2017)5 | Wordt niet meer gemeten6 | 100% (2019) | Lerarenregister | ||
c) | Veilig leerklimaat | |||||||
• | Aandeel leerlingen dat zich veilig voelt | 93% (2012) | 95% (2016) | 97% (2018) | Stabiel of hoger (2017, 2020) | |||
3 | Scholen en instellingen maken resultaten inzichtelijk en worden aangesproken op hun prestaties | |||||||
• | Aandeel scholen dat Vensters volledig heeft ingevuld | 94% (2014) | 92% (2017) | 93% (2018) | Hoger (2016) 100% (2017) | VO-Raad | ||
• | Aandeel scholen dat opbrengstgericht werkt7 | 47% (2012–2013) | 64% (2015–2016) | Wordt niet meer gemeten | 77% (2017) 100% (2020) | Onderwijsverslag; Inspectie van het Onderwijs | ||
• | Aandeel (zeer) zwakke afdelingen dat zich binnen de gestelde termijn verbetert | 72% (2012) | 74% (2016) | Wordt niet meer gemeten | 100% (2020) | Inspectie van het Onderwijs | ||
• | Aantal voortijdig schoolverlaters | 41.800 (2008–2009) | 23.744 (2016–2017) | 25.574 (2017–2018) | 20.000 (2019/2020) | DUO | ||
4 | Aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt verbeteren | |||||||
• | Aandeel leerlingen in de beroepsgerichte leerweg van het vmbo dat kiest voor techniek | 23% (2012) | 24% (2017) | 24,3% (2018) | 30% (2017) | DUO |
Dit betreft het aantal leerlingen dat >3 maanden niet naar school gaat, gebaseerd op de leerplichttelling. Niet bekend is of een passend aanbod voor onderwijs en/of zorg is gedaan.
Basis-, tussen en streefwaarde zijn veranderd t.o.v. begroting/jaarverslag 2016 ten gevolge van een andere meetmethode (zie ook jaarverslag 2015).
Het cijfer kan licht afwijken van het eerder gepubliceerde cijfer vanwege een mutatie in de onderliggende dataset.
Deze indicator wordt niet langer op deze manier gemeten als gevolg van wijzigingen rondom het lerarenregister. Het nieuwe register is nog niet volledig operationeel en er wordt op dit moment gewerkt aan de opzet van een monitor die naar verwachting een indicator oplevert die goed bruikbaar is in begrotingsverband.
2014 | 2015 | 2016 | 20171 | 20182 | |||
---|---|---|---|---|---|---|---|
1. | Totaal aantal ingeschreven leerlingen3 Nader te verdelen in: | 956.600 | 966.200 | 970.100 | 961.100 | 974.900 | |
• | Vmbo (incl. lwoo) | 414.800 | 416.200 | 392.600 | 377.900 | 394.800 | |
• | Havo | 252.700 | 256.200 | 259.000 | 261.400 | 258.900 | |
• | Vwo | 254.000 | 258.500 | 282.700 | 285.800 | 285.300 | |
• | Pro | 28.900 | 29.400 | 29.400 | 29.100 | 29.200 | |
• | Vavo | 6.200 | 6.100 | 6.400 | 6.800 | 6.700 | |
2. | Uitgaven per leerling (x €)4 | 7.690 | 7.978 | 8.198 | 8.362 | 8.722 | |
3. | Totaal aantal scholen | 643 | 641 | 640 | 644 | 649 | |
4. | Gemiddeld aantal leerlingen per school | 1.465 | 1.488 | 1.516 | 1.492 | 1.502 |
Op de teldatum. Ten behoeve van de nadere verdeling in de diverse schoolsoorten zijn de leerlingen uit de brugklassen toebedeeld. Vanwege een wijziging in deze toedeling is er vanaf 2016 een verschil te zien in de leerlingenaantallen in de verschillende schoolsoorten ten opzichte van de jaren ervoor.
Bron: DUO
C. Beleidsconclusies
In het onderdeel beleidsprioriteiten zijn de belangrijkste beleidsconclusies over 2018 opgenomen. In 2018 is verder gewerkt aan de invoering van maatwerk in de afwijking onderwijstijd passend onderwijs. Daarmee is het per 1 augustus 2018 mogelijk om leerlingen, die een tijdelijke zorgbehoefte hebben en niet volledig naar onderwijs kunnen, de mogelijkheid te bieden minder onderwijs te laten volgen, onder verantwoordelijkheid van de scholen. Het uitgangspunt is wel om deze leerlingen toe te laten groeien naar het volgen van de volledige onderwijstijd. Met deze maatregel wordt meer verantwoordelijkheid van schoolbesturen verwacht voor leerlingen met een tijdelijke zorgbehoefte en, daarmee, minder thuiszitters ofwel minder langdurig geoorloofd verzuimd. Het aantal keren dat een leerling drie of meer maanden thuis zat (waarbij niet gemeten werd of sprake was van een passend aanbod) was in 2018 overigens opgelopen ten opzichte van het jaar ervoor tot 4.479 in primair en voortgezet onderwijs.
D. Budgettaire gevolgen van beleid
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2018 | 2018 | |||
Verplichtingen | 7.486.937 | 8.024.207 | 7.942.036 | 8.326.918 | 8.814.741 | 8.350.551 | 464.190 | ||
Waarvan garantieverplichtingen | 39.139 | 21.057 | 39.487 | 45.105 | 50.192 | 50.192 | |||
Waarvan overige verplichtingen | 7.447.798 | 8.003.150 | 7.902.549 | 8.281.813 | 8.764.549 | 8.350.551 | 413.998 | ||
Uitgaven | 7.315.883 | 7.662.616 | 7.951.000 | 8.143.906 | 8.707.896 | 8.460.939 | 246.957 | ||
Bekostiging | 7.157.951 | 7.503.239 | 7.800.337 | 7.992.965 | 8.527.776 | 8.315.829 | 211.947 | ||
• | Hoofdbekostiging | 6.855.763 | 7.165.499 | 7.359.766 | 7.545.671 | 8.050.064 | 7.816.749 | 233.315 | |
– | Bekostiging Voortgezet Onderwijs lumpsum | 6.276.935 | 6.557.349 | 6.723.308 | 6.890.750 | 7.336.257 | 7.172.972 | 163.285 | |
– | Bekostiging lichte ondersteuning lwoo/pro | 566.334 | 592.409 | 621.677 | 639.339 | 698.845 | 628.137 | 70.708 | |
– | Bekostiging Caribisch Nederland | 12.494 | 15.741 | 14.781 | 15.582 | 14.962 | 15.640 | – 678 | |
• | Prestatiebox | 149.854 | 176.884 | 200.850 | 259.356 | 290.268 | 304.881 | – 14.613 | |
– | Regeling prestatiebox Voortgezet Onderwijs | 149.854 | 176.884 | 200.850 | 259.356 | 290.268 | 304.881 | – 14.613 | |
• | Aanvullende bekostiging | 152.334 | 160.856 | 239.721 | 187.938 | 187.444 | 194.199 | – 6.755 | |
– | Regeling aanvullende bekostiging maatschappelijke stage in het vo | 48.425 | |||||||
– | Tijdelijke regeling subsidiëring experimenten leergang vmbo-mbo2 | 18.600 | |||||||
– | Regeling IGVO (Internationaal Georiënteerd Voortgezet Onderwijs) | 3.505 | 3.120 | 3.515 | 3.906 | 4.700 | 3.940 | 760 | |
– | Regeling leerplusarrangement eerste opvang nieuwkomers | 80.382 | 96.578 | 161.929 | 109.922 | 104.768 | 111.325 | – 6.557 | |
– | Regeling visueel gehandicapten | 1.300 | |||||||
– | Regeling bekostiging kenniscentra voor leerwerktrajecten vmbo | 122 | 0 | 250 | – 250 | ||||
– | Regeling functiemix VO Randstadregio's | 61.158 | 61.197 | 61.214 | 61.400 | 61.584 | – 184 | ||
– | Resultaatafhankelijke bekostiging vroegtijdig schoolverlaters voor VO-scholen | 13.080 | 12.896 | 16.576 | 17.100 | – 524 | |||
Subsidies | 51.025 | 57.773 | 51.513 | 54.473 | 63.815 | 54.995 | 8.820 | ||
– | Stichting Kennisnet (basissubsidie) PO, VO, MBO | 17.500 | 12.000 | 12.300 | 12.280 | 12.260 | 12.240 | 20 | |
– | ICT-projecten (incl. Transparantie) | 1.390 | 700 | 3.293 | 6.172 | 4.749 | 5.000 | – 251 | |
– | Onderwijs Bewijs | 1.468 | 942 | 656 | 0 | ||||
– | Regionale verwijzingscommissies VO | 6.867 | 7.103 | ||||||
– | Pilots zomerscholen | 4.501 | 8.750 | 8.276 | 7.972 | 7.972 | |||
– | Overige projecten | 23.800 | 32.527 | 26.514 | 27.745 | 38.834 | 37.755 | 1.079 | |
Opdrachten | 2.513 | 2.360 | 3.730 | 4.981 | 3.861 | 5.054 | – 1.193 | ||
– | In- en uitbesteding | 2.513 | 2.360 | 3.730 | 4.981 | 3.861 | 5.054 | – 1.193 | |
Bijdrage aan agentschappen | 37.072 | 31.192 | 30.311 | 32.310 | 54.546 | 31.752 | 22.794 | ||
– | Dienst Uitvoering Onderwijs | 37.072 | 31.192 | 30.311 | 32.310 | 54.546 | 31.752 | 22.794 | |
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | 67.126 | 67.961 | 64.768 | 58.969 | 57.775 | 53.202 | 4.573 | ||
– | ZBO: College voor Toetsen en Examens | 10.785 | 11.052 | 11.733 | 12.718 | 12.728 | 5.400 | 7.328 | |
– | SLOA: onderwijs ondersteunende instellingen PO/VO/MBO (incl. examens) | 56.341 | 56.909 | 53.035 | 46.251 | 45.047 | 47.802 | – 2.755 | |
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties | 196 | 91 | 157 | 208 | 123 | 107 | 16 | ||
– | GRAZ (ECML) en PISA | 196 | 91 | 157 | 208 | 123 | 107 | 16 | |
Garantie-uitgaven | 0 | 0 | 184 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
– | Garantie-uitgaven | 184 | 0 | ||||||
Ontvangsten | 8.588 | 8.795 | 7.936 | 9.173 | 10.287 | 7.391 | 2.896 |
E. Toelichting op de financiële instrumenten
De realisatie van de uitgaven in 2018 is € 247,0 miljoen hoger dan oorspronkelijk begroot. De realisatie van de ontvangsten is € 2,9 miljoen hoger dan oorspronkelijk begroot.
De ophoging van de garantieverplichtingen ter grootte van € 50,2 miljoen is het gevolg van leningen/rekening-courantkredieten aan onderwijsinstellingen. Deze leningen worden door middel van schatkistbankieren verstrekt. Het Ministerie van OCW staat voor deze leningen garant. Deze verplichtingen worden niet geraamd.
Bekostiging
Bekostiging Voortgezet Onderwijs lumpsum
Schoolbesturen in het voortgezet onderwijs ontvangen bekostiging van het Rijk via de lumpsum. De realisatie op de bekostiging Voortgezet Onderwijs lumpsum is € 163,3 miljoen hoger dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn de doorverdeling van het budget voor lichte ondersteuning van het groen onderwijs voor € 62,4 miljoen, toekennen van de loon- en prijsbijstelling voor 2018 van € 188,3 miljoen en de extra middelen voor vmbo techniek van € 34 miljoen. Dit was niet opgenomen in de oorspronkelijk vastgestelde begroting.
Bekostiging lichte ondersteuning lwoo/pro
Vanaf 1 januari 2016 is de bekostiging voor de lichte ondersteuning voor het leerwegondersteunend en praktijkonderwijs (lwoo/pro) geïntegreerd in het kader van passend onderwijs. Deze bekostiging is opgesplitst in een deel basisbekostiging en een deel ondersteuningsbekostiging lwoo/pro. De realisatie is € 70,7 miljoen hoger dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting. De belangrijkste oorzaken hiervan zijn de doorverdeling van het budget voor lichte ondersteuning van het groen onderwijs voor € 62,4 miljoen en het toekennen van de loon- en prijsbijstelling voor een bedrag van € 15,4 miljoen.
Bekostiging Caribisch Nederland
Het Rijk verstrekt bekostiging ten behoeve van scholen in Caribisch Nederland. Het betreft schoolbesturen op de eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba. De realisatie op de bekostiging van Caribisch Nederland is € 0,7 miljoen lager dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting. De goedkopere dollar is de belangrijkste oorzaak (€ 0,9 miljoen).
Prestatiebox
Regeling Prestatiebox Voortgezet Onderwijs
Voor het realiseren van de afspraken in het sectorakkoord met de VO-raad ontvangen schoolbesturen extra middelen via de prestatiebox. De realisatie op de regeling Prestatiebox Voortgezet Onderwijs is € 14,6 miljoen lager dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de overboeking van € 9 miljoen voor de uitvoering van de zomerscholen.
Aanvullende bekostiging
Regeling IGVO (Internationaal Georiënteerd Voortgezet Onderwijs)
De realisatie op de Regeling IGVO is € 0,8 miljoen hoger dan oorspronkelijk vastgestelde begroting.
Regeling leerplusarrangement en eerste opvang nieuwkomers
De realisatie op de Regeling leerplusarrangement en eerste opvang nieuwkomers is € 6,6 miljoen lager dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting. De bekostiging van nieuwkomers eerste categorie (nieuwkomer op 1 oktober 2016 nog niet in Nederland) is opgedeeld in een regulier deel en in een aanvullend deel. Het budget voor het reguliere deel van de bekostiging van nieuwkomers eerste categorie staat, samen met het aanvullende deel, op de begroting onder aanvullende bekostiging. Het budget voor het reguliere deel is overgeboekt naar de hoofdbekostiging in 2018. Deze overboeking zorgt ervoor dat de realisatie op de eerste opvang nieuwkomers lager uitvalt (€ 9,7 miljoen).
Regeling functiemix VO Randstadregio’s
In het Aktieplan LeerKracht van Nederland zijn afspraken gemaakt over de versterking van de functiemix in de zogenoemde Randstadregio’s. De realisatie op de Regeling functiemix Vo Randstadregio’s is € 0,2 miljoen lager dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting.
Resultaat afhankelijke bekostiging vroegtijdig schoolverlaters (vsv) VO
Voor het aanpakken van schooluitval ontvangen schoolbesturen resultaatafhankelijke bekostiging. De realisatie op de regeling Resultaatafhankelijke bekostiging vroegtijdig schoolverlaters (vsv) VO is € 0,5 miljoen lager dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting.
Subsidies
Om de realisatie van verschillende beleidsdoelstellingen te bewerkstelligen worden subsidies verstrekt. De grootste hiervan zijn de subsidies voor Stichting Kennisnet, voor de pilots zomerscholen en de doorstroomregelingen po-vo en vmbo-havo/mbo. Stichting Kennisnet ondersteunt onderwijsinstellingen in het primair-, voortgezet- en middelbaar beroepsonderwijs bij het benutten van ICT. De pilots zomerscholen hebben als doel om het zittenblijven tegen te gaan door middel van scholing in de mei- en zomervakanties. De regelingen doorstroom po-vo en doorstroom vmbo-havo/mbo hebben het doel om de overgang van het po naar het vo enerzijds, en de overgang van het vmbo naar de havo of het mbo anderzijds te verbeteren. De realisatie op de subsidies is € 8,8 miljoen hoger dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting.
Opdrachten
Door middel van opdrachten worden beleidsgerichte activiteiten en onderzoeken uitgevoerd. Onder deze post vallen middelen voor diverse beleidsgerichte activiteiten en onderzoeken zoals de ondersteuning voor zeer zwakke scholen en onderzoeken naar regelluwe scholen en hoogbegaafden. De realisatie ligt € 1,2 miljoen lager dan de oorspronkelijk vastgestelde begroting.
Bijdrage aan agentschappen
Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO)
De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) is de uitvoeringsorganisatie van het Ministerie van OCW en levert producten en diensten op het terrein van de bekostiging van instellingen, financiering van studenten en informatievoorziening. Het betreft hier het aandeel in de uitvoeringskosten van DUO voor dit begrotingsartikel.
De gerealiseerde uitgaven liggen € 22,8 miljoen hoger dan in de oorspronkelijke begroting opgenomen. Dit verschil betreft onder meer de toegepaste loon- en prijsbijstelling 2018 (€ 0,7 miljoen hoger) én een verhoging van € 14,5 miljoen in het kader van de (op totaalniveau budgetneutrale) herverdeling basisbetaling DUO over de begrotingsartikelen van het Ministerie van OCW. Deze middelen zijn herverdeeld naar aanleiding van de resultaten van een onderzoek door een extern onderzoeksbureau. Het overige verschil wordt verklaard door overboekingen voor diverse projecten van DUO, zoals doorontwikkelen BRON.
Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s
ZBO: College voor Toetsen en Examens
Het College voor Toetsen en Examens (CvTE) zorgt voor uitvoerende werkzaamheden met betrekking tot de centrale examens in het reguliere voortgezet onderwijs, het middelbaar beroepsonderwijs, de volwasseneneducatie, de staatsexamens voor het voortgezet onderwijs en Nederlands als tweede taal (NT2). De realisatie op de bijdrage aan het CvTE is € 7,3 miljoen hoger dan de oorspronkelijke begroting.
SLOA: onderwijs ondersteunende instellingen primair-, voortgezet- en beroepsonderwijs en volwasseneneducatie
Op 1 januari 2014 is de wet SLOA 2013 (Stb. 2013, 438) in werking getreden. De wet biedt de wettelijke grondslag voor subsidiëring van de wettelijke taken van Stichting Cito en SLO. De realisatie op de bijdrage aan Stichting Cito en SLO is € 2,8 miljoen lager dan de oorspronkelijke begroting.
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties
Het European Centre for Modern Languages (ECML) ontvangt een bijdrage voor onderzoek naar talenonderwijs. De Organisation for Economic Co-operation and Development (OECD) ontvangt een bijdrage ten behoeve van PISA. De realisatie op de bijdragen aan (inter)nationale organisaties is € 0,02 miljoen hoger dan de oorspronkelijke begroting.
Ontvangsten
In 2018 is € 2,9 miljoen meer ontvangen dan begroot. De ontvangsten bestaan voornamelijk uit terugvorderingen van bekostiging bij schoolbesturen en terugbetaling van onterecht betaalde subsidies.