Vastgestelde begroting (1) | Realisatie (2) | Verschil (3) = (2) - (1) | Realisatie 2021 (4) | |
---|---|---|---|---|
Baten | ||||
Omzet | 85.251 | 100.150 | 14.899 | 97.195 |
waarvan omzet moederdepartement | 41.339 | 47.196 | 5.857 | 46.968 |
waarvan omzet overige departementen | 4.915 | 6.046 | 1.131 | 6.479 |
waarvan omzet derden | 38.997 | 46.908 | 7.911 | 43.748 |
Rentebaten | ‒ | 180 | 180 | ‒ |
Vrijval voorzieningen | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ |
Bijzondere baten | 14.669 | 11.764 | ‒ 2.905 | 16.959 |
Totaal baten | 99.920 | 112.094 | 12.174 | 114.154 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | 96.449 | 107.305 | 10.854 | 105.298 |
– Personele kosten | 37.066 | 48.787 | 11.721 | 43.730 |
waarvan eigen personeel | 30.580 | 27.759 | ‒ 2.821 | 24.469 |
waarvan externe inhuur | 5.168 | 19.329 | 14.161 | 17.769 |
waarvan overige personele kosten | 1.318 | 1.699 | 381 | 1.492 |
– Materiële kosten | 59.383 | 58.518 | ‒ 865 | 61.568 |
waarvan apparaat ICT | 9.321 | 10.863 | 1.542 | 6.794 |
waarvan bijdrage aan SSO’s | 8.017 | 7.072 | ‒ 945 | 12.648 |
waarvan overige materiële kosten | 42.045 | 40.583 | ‒ 1.462 | 42.126 |
Rentelasten | 1 | ‒ | ‒ 1 | 1 |
Afschrijvingskosten | 3.470 | 3.482 | 12 | 3.322 |
- Materieel | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ |
waarvan apparaat ICT | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ |
waarvan overige materiele afsch.kn. | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ |
- Immaterieel | 3.470 | 3.482 | 12 | 3.322 |
Overige lasten | ‒ | 1302 | 1.302 | 308 |
waarvan dotaties voorzieningen | ‒ | ‒ | ‒ | ‒ |
waarvan bijzondere lasten | ‒ | 1302 | 1.302 | 308 |
Totaal lasten | 99.920 | 112.089 | 12.169 | 108.929 |
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening | ‒ | 5 | 5 | 5.225 |
Agentschapsdeel Vpb-lasten | ‒ | 442 | 442 | 886 |
Saldo van baten en lasten | ‒ | ‒ 437 | ‒ 437 | 4339 |
Resultaatbestemming WaU | ‒ | 1.992 | 1.992 | ‒ |
Resultaat na resultaatbestemming WaU | ‒ | 1.555 | 1.555 | ‒ |
Toelichting bij de staat van baten en lasten
Algemeen
Het saldo van baten en lasten over 2022 bedraagt € 0,4 miljoen negatief. Naar aanleiding van het programma Werk aan Uitvoering (WaU) zijn in 2022 middelen ontvangen voor optimalisatie van klantprocessen van in totaal € 2,0 miljoen. Deze middelen worden beschouwd als tegemoetkoming in de bedrijfsvoeringskosten en mogen daarom niet als omzet worden verantwoord. Zij zijn verwerkt als directe vermogensstorting. Vanuit het oogpunt van transparantie is in de staat van baten en lasten de post ‘Resultaatbestemming WaU’ opgenomen. Hierdoor wordt inzichtelijk dat het resultaat na resultaatbestemming WaU € 1,6 miljoen positief is. Hiervan heeft € 1,1 miljoen betrekking op medicinale cannabis. De vraag bleek hoger dan verwacht.
De realisatie van de baten en lasten is in lijn met de realisatie vorig jaar, maar beduidend hoger dan de vastgestelde begroting. Dit wordt met name veroorzaakt door Corona-gerelateerde activiteiten (Landelijk Consortium Hulpmiddelen en de CoronaMelder-app) en aanvullende opdrachten.
Omzet moederdepartement
De gerealiseerde omzet van het moederdepartement is in lijn met de realisatie vorig jaar, maar aanzienlijk hoger dan de begroting. De grootste verschillen doen zich voor bij de directies Informatiebeleid CIO en GMT. De overschrijding bij Informatiebeleid is het gevolg van de dienstverlening rondom de CoronaMelder-app die niet was begroot en een aanvullende opdracht op het gebied van Migratie ZorgTSP. Bij GMT zorgen hogere kosten voor LCH en het Project Modernisering GVS voor een overschrijding van het begrote bedrag.
Omschrijving | (1) Vastgestelde begroting | (2) Realisatie | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | (4) Realisatie 2021 |
---|---|---|---|---|
Macro-economische vraagstukken en arbeidsmarkt (MEVA) | 1.612 | 1.718 | 106 | 1.654 |
Informatiebeleid CIO | 4.731 | 8.954 | 4.223 | 6.655 |
Eenheid Secretariaten Tuchtcolleges en Toetsingscommissies (ESTT) | 0 | ‒ | ‒ | 434 |
Geneesmiddelen en Medische Technologie (GMT) | 20.302 | 21.421 | 1.119 | 21.222 |
Publieke Gezondheid (PG) | 2.247 | 2.315 | 68 | 2.517 |
Patiënt en Zorgordening (PZo) | 7.649 | 7.391 | ‒ 258 | 7.254 |
Directie Jeugd (DJ) | 1.720 | 1.653 | ‒ 67 | 1.674 |
Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) | 2.032 | 2.281 | 249 | 2.066 |
Directie Maatschappelijke Ondersteuning (DMO) | 600 | 634 | 34 | 594 |
Langdurige Zorg (LZ) | 446 | 526 | 80 | 426 |
Voeding, Gezondheidsbescherming en Preventie (VGP) | 0 | 2 | 2 | 102 |
Programma-directie COVID-19 | 0 | 301 | 301 | 1.361 |
Dienst Testen | 0 | 0 | ‒ | 1.004 |
Overig | 0 | 0 | ‒ | 5 |
Omzet VWS | 41.339 | 47.196 | 5.857 | 46.968 |
Omzet overige departementen
De gerealiseerde omzet van overige departementen is € 1,1 miljoen hoger dan de begroting. Dit wordt met name veroorzaakt door de beëindiging van de dienstverlening rondom het Lerarenportfolio (OCW) en de hiermee samenhangende vergoeding voor frictiekosten. De dalingen bij BZK en ICTU ten opzichte van vorig jaar worden veroorzaakt door respectievelijk de overdracht van de dienstverlening van RIN aan P-Direkt en het vervallen van de projectorganisatie voor NCPeH.
Omschrijving | (1) Vastgestelde begroting | (2) Realisatie | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | (4) Realisatie 2021 |
---|---|---|---|---|
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) | 3.150 | 3.905 | 755 | 3.188 |
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) | 1.765 | 1.840 | 75 | 1.806 |
Ministerie van Binnenlandse Zaken (BZK) | 0 | 267 | 267 | 635 |
ICTU (ICT-Uitvoeringsorganisatie) | 0 | 34 | 34 | 850 |
Omzet overige departementen | 4.915 | 6.046 | 1.131 | 6.479 |
Omzet derden
De gerealiseerde omzet van derden over 2022 is met € 46,9 miljoen beduidend hoger dan begroot (€ 39,0 miljoen) vanwege een hogere vraag naar medicinale cannabis en hogere productiecijfers voor de producten BIG, UZI en medische hulpmiddelen. De gerealiseerde omzet is licht hoger dan de realisatie vorig jaar: toenames bij BIG (€ 2,5 miljoen) en UZI (€ 5,7 miljoen) heffen de daling bij BMC (€ 5,5 miljoen) meer dan op.
Product | (1) Vastgestelde begroting | (2) Realisatie | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | (4) Realisatie 2021 |
---|---|---|---|---|
BIG-(her)registratie | 4.494 | 5.487 | 993 | 2.945 |
Vakbekwaamheid | 365 | 407 | 42 | 384 |
UZI-register | 12.322 | 14.430 | 2.108 | 8.686 |
Vergunningen en ontheffingen | 1.633 | 1.779 | 146 | 1.858 |
Medische hulpmiddelen | 235 | 2.020 | 1.785 | 1.578 |
Opiaten | 749 | 975 | 226 | 1.050 |
BMC | 19.199 | 21.719 | 2.520 | 27.247 |
Wtza | 0 | 91 | 91 | 0 |
Omzet derden | 38.997 | 46.908 | 7.911 | 43.748 |
Rentebaten
Het CIBG maakt gebruikt van schatkistbankieren en heeft liquide middelen als gevolg hiervan bij het ministerie van Financiën ondergebracht. Vanwege positieve saldi is over 2022 sprake van renteopbrengsten van € 0,2 miljoen.
Bijzondere baten
Bijzondere baten betreffen bijdragen van het moederdepartement ter ondersteuning van omzet derden, waarbij sprake is van niet kostendekkende en gemaximeerde tarieven. De realisatie over 2022 is lager dan zowel de begroting als de realisatie vorig jaar. Dit wordt veroorzaakt door hogere productiecijfers dan verwacht voor BIG, UZI en medische hulpmiddelen die leiden tot hogere opbrengsten derden en lagere benodigde bijdragen van het moederdepartement.
Product | Opdrachtgever | (1) Vastgestelde begroting | (2) Realisatie | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | (4) Realisatie 2021 |
---|---|---|---|---|---|
BIG-(her)registratie | MEVA | 7.367 | 6.294 | ‒ 1.073 | 8.372 |
Vakbekwaamheid | MEVA | 4.369 | 4.529 | 160 | 3.820 |
UZI-register | I-CIO | 1.390 | 179 | ‒ 1.211 | 4.042 |
Medische hulpmiddelen | GMT | 1.348 | 619 | ‒ 729 | 553 |
Opiaten | GMT | 61 | 61 | 0 | 30 |
Opiumontheffing | VGP | 134 | 82 | ‒ 52 | 35 |
Vergunningen en ontheffingen | GMT | 0 | 0 | 0 | 49 |
Wet Geneesmiddelenprijzen | GMT | 0 | 0 | 0 | 55 |
Overig | BZK | 0 | 0 | 0 | 3 |
Bijzondere baten | 14.669 | 11.764 | ‒ 2.905 | 16.959 |
Personele kosten
De gerealiseerde kosten van eigen personeel zijn lager dan begroot vanwege een relatief lage bezetting: het is lastig om geschikt ICT-personeel te vinden en daarnaast worden vacatures terughoudend ingevuld. Ten opzichte van vorig jaar is er sprake van een toename van de kosten van eigen personeel vanwege een hogere bezetting en loonsverhoging vanwege de Cao Rijk.
De realisatie van externe inhuur is met € 19,3 miljoen in lijn met de realisatie vorig jaar, maar aanzienlijk hoger dan de begroting. Deze stijging is met name het gevolg van het Landelijk Consortium Hulpmiddelen en de nieuwbouw van applicaties.
Materiële kosten
De gerealiseerde materiële kosten bedragen € 58,5 miljoen en zijn in lijn met de begroting en de realisatie van vorig jaar.
Afschrijvingskosten
ICT-systemen worden standaard afgeschreven in vijf jaar vanaf het moment van ingebruikname middels dechargeverlening van een project. De afschrijvingskosten zijn in lijn met de begroting en de realisatie van vorig jaar.
Bijzondere lasten
De bijzondere lasten ad € 1,3 miljoen hebben betrekking op de afwaardering van immateriële vaste activa.
Rentelasten
Rente is verschuldigd over de leningen die uitstaan bij het ministerie van Financiën. Vanwege de lage rentestand zijn de rentelasten nihil.
Agentschapsdeel Vpb-lasten
Dit zijn de kosten van de vennootschapsbelasting vanwege het positieve resultaat over 2022 op de verkoop van medicinale cannabis.
Balans 2022 | Balans 2021 | |
---|---|---|
Activa | ||
Vaste activa | 8.092 | 10.465 |
Materiële vaste activa | 0 | 0 |
waarvan grond en gebouwen | 0 | 0 |
waarvan installaties en inventarissen | 0 | 0 |
waarvan projecten in uitvoering | 0 | 0 |
waarvan overige materiële vaste activa | 0 | 0 |
Immateriële vaste activa | 8.092 | 10.465 |
Vlottende activa | 87.784 | 69.290 |
Voorraden en onderhanden projecten | 7.811 | 5.052 |
Debiteuren | 8.131 | 9.635 |
Overige vorderingen en overlopende activa | 15.568 | 2.045 |
Liquide middelen | 56.274 | 52.558 |
Totaal activa: | 95.876 | 79.755 |
Passiva | ||
Eigen Vermogen | 6.171 | 8.289 |
Exploitatiereserve | 4.616 | 3.950 |
Onverdeeld resultaat | ‒ 437 | 4.339 |
Directe vermogensstorting | 1.992 | ‒ |
Voorzieningen | 0 | |
Langlopende schulden | 1.760 | 3.521 |
Leningen bij het Ministerie van Financiën | 1.760 | 3.521 |
Kortlopende schulden | 87.945 | 67.945 |
Crediteuren | 21.348 | 16.521 |
Belastingen en premies sociale lasten | ‒ | 216 |
Kortlopend deel leningen bij het Ministerie van Financiën | 1.760 | 1.945 |
Overige schulden en overlopende passiva | 64.837 | 49.263 |
Totaal passiva | 95.876 | 79.755 |
Toelichting op de balans per 31 december 2022
Immateriële vaste activa
De boekwaarde bedroeg eind 2021 € 10,5 miljoen. In 2022 is er voor € 2,4 miljoen geïnvesteerd in de nieuwbouw van informatiesystemen en bedroegen de afschrijvingen € 3,5 miljoen. Daarnaast was er sprake van afwaarderingen voor € 1,3 miljoen. Per saldo resulteren deze mutaties in een daling van de boekwaarde per 31 december 2022 met € 2,4 miljoen tot € 8,1 miljoen.
Voorraden en onderhanden projecten
De voorraden betreffen de aangekochte cannabis (Bedrocan, Bediol, Bedica, Bedrolite en Bedrobinol) voor de levering (verkoop) aan apothekers en buitenlandse afnemers.
Debiteuren
Het debiteurensaldo van € 8,1 miljoen bestaat voor € 0,1 miljoen uit vorderingen op het moederdepartement, voor € 0,1 miljoen uit vorderingen op overige departementen en voor € 7,9 miljoen uit vorderingen op derden, waarvan € 3,9 miljoen betrekking heeft op LCH en 3,1 miljoen op UZI-passen.
Overige vorderingen en overlopende activa
Het saldo van € 15,6 miljoen aan overige vorderingen en overlopende activa bestaat voor € 12,3 miljoen uit nog te ontvangen BTW (LCH en medicinale cannabis), voor € 2,0 miljoen uit vorderingen in verband met af te rekenen voorschotten 2022 (€ 1,0 miljoen moederdepartement en € 1,0 miljoen overige departementen), voor € 0,6 miljoen uit vooruitbetaalde bedragen aan derden, voor € 0,5 miljoen uit nog te factureren bedragen aan derden en voor € 0,2 miljoen uit nog te ontvangen vennootschapsbelasting.
Liquide middelen
Het CIBG maakt gebruikt van schatkistbankieren en heeft liquide middelen als gevolg hiervan bij het Ministerie van Financiën ondergebracht. Eind 2022 was er sprake van een positief saldo van € 56,3 miljoen. Dit saldo aan liquide middelen is relatief hoog en is nodig in verband met de betaling van de kortlopende schulden.
Eigen vermogen
Eind 2021 bedroeg het eigen vermogen € 8,3 miljoen. Hiervan is in 2022 € 3,7 miljoen via afroming terugbetaald aan de eigenaar, waardoor de genormaliseerde omvang van het eigen vermogen per 31 december 2021 € 4,6 miljoen bedroeg, gelijk aan het maximum.
Het onverdeelde positieve resultaat over 2022 bedraagt € 0,4 miljoen negatief. Daarnaast zijn naar aanleiding van het programma Werk aan Uitvoering (WaU) in 2022 middelen ontvangen van in totaal € 2,0 miljoen die naar hun aard zijn verwerkt als directe vermogensstorting. Per saldo is hierdoor sprake van een vermogensmutatie in 2022 van € 1,6 miljoen, waardoor het eigen vermogen eind 2022 € 6,2 miljoen bedraagt.
Dit saldo is € 1,5 miljoen hoger dan het maximum eigen vermogen dat per 31 december 2022 € 4,7 miljoen bedraagt. Conform de Regeling agentschappen wordt bij de eerste suppletoire begrotingswet minimaal dit surplus afgeroomd door de eigenaar.
Voorzieningen
Het CIBG neemt, onder verwijzing naar artikel 27 van de Regeling agentschappen, geen voorziening op voor bezwaar & beroep en ambtsjubilea. De kosten hiervoor worden genomen in het jaar dat ze voorkomen.
Langlopende schulden
Eind 2021 bedroeg het saldo van de langlopende schulden € 3,5 miljoen. In 2022 zijn er geen nieuwe leningen aangegaan bij het ministerie van Financiën. Er is in 2022 € 1,7 miljoen overgeheveld naar het kortlopende deel van de leningen (af te lossen in 2023), zodat de boekwaarde van de langlopende schulden per 31 december 2022 € 1,8 miljoen bedraagt. De boekwaarde van de vaste activa is per 31 december 2022 hoger dan de boekwaarde van de schulden.
Crediteuren
Het saldo crediteuren bedraagt eind 2022 € 21,3 miljoen, dit betreft facturen over 2022 die begin 2023 worden betaald. Dit saldo heeft voor € 0,1 miljoen betrekking op overige departementen en voor € 21,2 miljoen op derden, waarvan € 16,1 miljoen betrekking heeft op LCH.
Belastingen en premies sociale lasten
Deze post heeft betrekking op de nog betalen vennootschapsbelasting. Vanwege betaalde voorschotten is over 2022 sprake van een vordering van € 0,2 miljoen die is opgenomen onder de post ‘Overige vorderingen en overlopende activa’.
Kortlopend deel leningen ministerie van Financiën
Eind 2021 bedroeg het saldo € 1,9 miljoen en dit is in 2022 afgelost. Het saldo per 31 december 2022 ad € 1,7 miljoen is in 2022 overgeheveld vanuit de langlopende schulden en dient in 2023 te worden afgelost.
Overige schulden en overlopende passiva
Het saldo van deze post bedraagt € 64,8 miljoen en bestaat uit nog te betalen bedragen voor € 46,8 miljoen en vooruitontvangen bedragen voor € 18,0 miljoen.
De nog te betalen bedragen ad € 47,1 miljoen zijn opgebouwd uit de volgende componenten:
• Af te rekenen voorschotten moederdepartement : € 21 miljoen (hiervan heeft € 12,7 miljoen betrekking op LCH);
• Af te rekenen voorschotten overige departementen : € 0,2 miljoen;
• Nog te betalen kosten aan moederdepartement : € 4,7 miljoen;
• Nog te betalen kosten aan overige departementen : € 6,5 miljoen;
• Nog te betalen kosten aan derden : € 11,6 miljoen;
• Reservering personele kosten : € 2,8 miljoen.
De vooruitontvangen bedragen ad € 18,4 miljoen bestaan uit overlopende projectgelden (€ 3,9 miljoen, vooruitontvangen BIG-gelden (€ 7,2 miljoen), vooruitontvangen LCH-gelden (€ 5,9 miljoen), en vooruitontvangen BMC-gelden (€ 1,0 miljoen).
(1) Vastgestelde begroting1 | (2) Realisatie | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | |
---|---|---|---|
Rekening-courant RHB 1 januari 2021 + stand depositorekeningen | 18.256 | 52.558 | 34.302 |
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) | 99.920 | 97.315 | ‒ 2.605 |
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) | 96.450 | 88.864 | ‒ 7.586 |
Totaal operationele kasstroom | 3.470 | 8.451 | 4.981 |
Totaal investeringen (-/-) | 10.000 | 2.411 | ‒ 7.589 |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | ‒ | 1.302 | 1.302 |
Totaal investeringskasstroom | ‒ 10.000 | ‒ 1.109 | 8.891 |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | ‒ | 3.673 | 3.673 |
Eenmalige storting door het moederdepartement (+) | ‒ | 1.992 | 1.992 |
Aflossingen op leningen (-/-) | 3.462 | 1.945 | ‒ 1.517 |
Beroep op leenfaciliteit (+) | 10.000 | ‒ | ‒ 10.000 |
Totaal financieringskasstroom | 6.538 | ‒ 3.626 | ‒ 10.164 |
Rekening-courant RHB 31 december 2021 + stand depositorekeningen (=1+2+3+4), de maximale roodstand is 0,5 miljoen €. | 18.264 | 56.274 | 38.010 |
Toelichting kasstroomoverzicht
Het saldo aan liquide middelen is in 2022 met € 3,7 miljoen gestegen tot € 56,3 miljoen positief. Tegenover een positieve operationele kasstroom van € 8,4 miljoen stonden een investerings- en financieringskasstroom met een negatieve gezamenlijke waarde van € 4,7 miljoen.
De belangrijkste reden voor de positieve operationele kasstroom van € 8,4 miljoen is de toename van de post ‘Overige schulden en overlopende passiva’.
De investeringen zijn gerelateerd aan de ontwikkeling van immateriële vaste activa. De realisatie was met € 2,4 miljoen aanzienlijk lager dan het begrote bedrag van € 10,0 miljoen vanwege vertraging in de ontwikkeling van generieke componenten die randvoorwaardelijk zijn voor de meeste investeringen. Daarnaast was sprake van afwaarderingen van immateriële vaste activa voor € 1,3 miljoen.
De eenmalige uitkering aan het moederdepartement ad € 3,7 miljoen heeft betrekking op de afroming door de eigenaar van het surplus boven het maximum eigen vermogen. De eenmalige storting door het moederdepartement houdt verband met in 2022 ontvangen middelen naar aanleiding van het programma Werk aan Uitvoering (WaU). Er was in 2022 sprake van reguliere aflossingen van € 1,9 miljoen. Aangezien de investeringen aanzienlijk lager waren dan begroot en deze gefinancierd konden worden met eigen middelen, is geen gebruik gemaakt van de leenfaciliteit van het ministerie van Financien.
Er is een verschil van € 38,0 miljoen tussen het begrote en uiteindelijk gerealiseerde saldo aan liquide middelen per 31 december 2022. Dit wordt voor € 34,3 miljoen verklaard door een verschil tussen het begrote en daadwerkelijke beginsaldo aan liquide middelen.
Omschrijving generiek deel | Realisatie | Vastgestelde begroting | |||
---|---|---|---|---|---|
2019 | 2020 | 2021 | 2022 | 2022 | |
Generiek | |||||
1. Kostprijzen per product (groep) | |||||
- Beschikking BIG (her)registratie | 139 | 165 | 190 | 163 | 174 |
- Vakbekwaamheidverklaring | 4.698 | 5.381 | 5.035 | 4.023 | 5.519 |
- Vergunning en ontheffingen | 2.205 | 2.563 | 2.183 | 2.484 | 1.306 |
- UZI-pas/certificaat | 262 | 293 | 326 | 370 | 383 |
- Wilsbeschikking donorregister | 4 | 7 | 10 | 10 | 13 |
2. Omzet per productgroep | |||||
(x € 1.000) | |||||
- BIG-register + herregistratie | 5.629 | 5.269 | 11.317 | 11.779 | 11.904 |
- Vakbekwaamheid | 3.652 | 4.229 | 4.204 | 4.936 | 4.691 |
- Farmatec | 1.807 | 1.832 | 2.524 | 2.497 | 2.390 |
- UZI-register | 15.389 | 5.785 | 12.727 | 14.609 | 13.713 |
- Donorregister | 4.309 | 3.743 | 4.438 | 3.452 | 5.396 |
3. Aantal fte totaal (exclusief externe inhuur) | 274 | 288 | 306 | 343 | 350 |
4. Saldo baten en lasten (% van de baten) | 7% | 3% | 4% | 0% | 0% |
Specifiek | |||||
1. Productievolume | |||||
- Beschikking BIG (her)registratie | 41.040 | 25.278 | 18.506 | 100.090 | 51.160 |
- Vakbekwaamheidverklaringen | 776 | 786 | 835 | 1.227 | 850 |
- Vergunningen en ontheffingen | 964 | 909 | 1.016 | 1.037 | 1.830 |
- UZI-passen en certificaten | 55.001 | 21.800 | 30.873 | 51.410 | 44.500 |
- Wilsbeschikkingen donorregister | 963.899 | 500.000 | 400.000 | 318.487 | 400.000 |
2. Aantal klachten / bezwaar en beroep | |||||
- Vakbekwaamheidverklaringen | 3 | 1 | 1 | 2 | 10 |
- Wilsbeschikkingen donorregister | 1 | 30 | 4 | ‒ | 15 |
Toelichting op realisatie 2022
Kostprijzen, omzet en volumes
De kostprijzen zijn gebaseerd op de werkelijk gerealiseerde kosten en werkelijke outputvolumes. De kostprijzen voor BIG en UZI zijn berekend op basis van voortschrijdende gemiddeldes van respectievelijk vijf en drie jaar (de termijn van een BIG-(her)registratie is vijf jaar en een UZI pas is drie jaar geldig).
Klachten en bezwaar en beroep
Als norm voor de klachten en bezwaren wordt gehanteerd de afspraak die met de opdrachtgever is vastgelegd. Het aantal klachten was zeer laag.