Base description which applies to whole site

9.2 Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg (CIBG)

Tabel 26 Staat van baten en lasten van het baten-lastenagentschap CIBG over 2022 (bijdragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)

Realisatie (2)

Verschil (3) = (2) - (1)

Realisatie 2021 (4)

Baten

    

Omzet

85.251

100.150

14.899

97.195

waarvan omzet moederdepartement

41.339

47.196

5.857

46.968

waarvan omzet overige departementen

4.915

6.046

1.131

6.479

waarvan omzet derden

38.997

46.908

7.911

43.748

Rentebaten

180

180

Vrijval voorzieningen

Bijzondere baten

14.669

11.764

‒ 2.905

16.959

Totaal baten

99.920

112.094

12.174

114.154

     

Lasten

    

Apparaatskosten

96.449

107.305

10.854

105.298

– Personele kosten

37.066

48.787

11.721

43.730

waarvan eigen personeel

30.580

27.759

‒ 2.821

24.469

waarvan externe inhuur

5.168

19.329

14.161

17.769

waarvan overige personele kosten

1.318

1.699

381

1.492

– Materiële kosten

59.383

58.518

‒ 865

61.568

waarvan apparaat ICT

9.321

10.863

1.542

6.794

waarvan bijdrage aan SSO’s

8.017

7.072

‒ 945

12.648

waarvan overige materiële kosten

42.045

40.583

‒ 1.462

42.126

Rentelasten

1

‒ 1

1

Afschrijvingskosten

3.470

3.482

12

3.322

- Materieel

waarvan apparaat ICT

waarvan overige materiele afsch.kn.

- Immaterieel

3.470

3.482

12

3.322

Overige lasten

1302

1.302

308

waarvan dotaties voorzieningen

waarvan bijzondere lasten

1302

1.302

308

Totaal lasten

99.920

112.089

12.169

108.929

Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening

5

5

5.225

Agentschapsdeel Vpb-lasten

442

442

886

Saldo van baten en lasten

‒ 437

‒ 437

4339

Resultaatbestemming WaU

1.992

1.992

Resultaat na resultaatbestemming WaU

1.555

1.555

Toelichting bij de staat van baten en lasten

Algemeen

Het saldo van baten en lasten over 2022 bedraagt € 0,4 miljoen negatief. Naar aanleiding van het programma Werk aan Uitvoering (WaU) zijn in 2022 middelen ontvangen voor optimalisatie van klantprocessen van in totaal € 2,0 miljoen. Deze middelen worden beschouwd als tegemoetkoming in de bedrijfsvoeringskosten en mogen daarom niet als omzet worden verantwoord. Zij zijn verwerkt als directe vermogensstorting. Vanuit het oogpunt van transparantie is in de staat van baten en lasten de post ‘Resultaatbestemming WaU’ opgenomen. Hierdoor wordt inzichtelijk dat het resultaat na resultaatbestemming WaU € 1,6 miljoen positief is. Hiervan heeft € 1,1 miljoen betrekking op medicinale cannabis. De vraag bleek hoger dan verwacht.

De realisatie van de baten en lasten is in lijn met de realisatie vorig jaar, maar beduidend hoger dan de vastgestelde begroting. Dit wordt met name veroorzaakt door Corona-gerelateerde activiteiten (Landelijk Consortium Hulpmiddelen en de CoronaMelder-app) en aanvullende opdrachten.

Omzet moederdepartement

De gerealiseerde omzet van het moederdepartement is in lijn met de realisatie vorig jaar, maar aanzienlijk hoger dan de begroting. De grootste verschillen doen zich voor bij de directies Informatiebeleid CIO en GMT. De overschrijding bij Informatiebeleid is het gevolg van de dienstverlening rondom de CoronaMelder-app die niet was begroot en een aanvullende opdracht op het gebied van Migratie ZorgTSP. Bij GMT zorgen hogere kosten voor LCH en het Project Modernisering GVS voor een overschrijding van het begrote bedrag.

Tabel 27 Omzet moederdepartement (bijdragen x € 1.000)

Omschrijving

(1) Vastgestelde begroting

(2) Realisatie

(3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting

(4) Realisatie 2021

Macro-economische vraagstukken en arbeidsmarkt (MEVA)

1.612

1.718

106

1.654

Informatiebeleid CIO

4.731

8.954

4.223

6.655

Eenheid Secretariaten Tuchtcolleges en Toetsingscommissies (ESTT)

0

434

Geneesmiddelen en Medische Technologie (GMT)

20.302

21.421

1.119

21.222

Publieke Gezondheid (PG)

2.247

2.315

68

2.517

Patiënt en Zorgordening (PZo)

7.649

7.391

‒ 258

7.254

Directie Jeugd (DJ)

1.720

1.653

‒ 67

1.674

Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ)

2.032

2.281

249

2.066

Directie Maatschappelijke Ondersteuning (DMO)

600

634

34

594

Langdurige Zorg (LZ)

446

526

80

426

Voeding, Gezondheidsbescherming en Preventie (VGP)

0

2

2

102

Programma-directie COVID-19

0

301

301

1.361

Dienst Testen

0

0

1.004

Overig

0

0

5

Omzet VWS

41.339

47.196

5.857

46.968

Omzet overige departementen

De gerealiseerde omzet van overige departementen is € 1,1 miljoen hoger dan de begroting. Dit wordt met name veroorzaakt door de beëindiging van de dienstverlening rondom het Lerarenportfolio (OCW) en de hiermee samenhangende vergoeding voor frictiekosten. De dalingen bij BZK en ICTU ten opzichte van vorig jaar worden veroorzaakt door respectievelijk de overdracht van de dienstverlening van RIN aan P-Direkt en het vervallen van de projectorganisatie voor NCPeH.

Tabel 28 Omzet overige departementen (bijdragen x € 1.000)

Omschrijving

(1) Vastgestelde begroting

(2) Realisatie

(3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting

(4) Realisatie 2021

Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)

3.150

3.905

755

3.188

Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)

1.765

1.840

75

1.806

Ministerie van Binnenlandse Zaken (BZK)

0

267

267

635

ICTU (ICT-Uitvoeringsorganisatie)

0

34

34

850

Omzet overige departementen

4.915

6.046

1.131

6.479

Omzet derden

De gerealiseerde omzet van derden over 2022 is met € 46,9 miljoen beduidend hoger dan begroot (€ 39,0 miljoen) vanwege een hogere vraag naar medicinale cannabis en hogere productiecijfers voor de producten BIG, UZI en medische hulpmiddelen. De gerealiseerde omzet is licht hoger dan de realisatie vorig jaar: toenames bij BIG (€ 2,5 miljoen) en UZI (€ 5,7 miljoen) heffen de daling bij BMC (€ 5,5 miljoen) meer dan op.

Tabel 29 Omzet derden (bijdragen x € 1.000)

Product

(1) Vastgestelde begroting

(2) Realisatie

(3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting

(4) Realisatie 2021

BIG-(her)registratie

4.494

5.487

993

2.945

Vakbekwaamheid

365

407

42

384

UZI-register

12.322

14.430

2.108

8.686

Vergunningen en ontheffingen

1.633

1.779

146

1.858

Medische hulpmiddelen

235

2.020

1.785

1.578

Opiaten

749

975

226

1.050

BMC

19.199

21.719

2.520

27.247

Wtza

0

91

91

0

Omzet derden

38.997

46.908

7.911

43.748

Rentebaten

Het CIBG maakt gebruikt van schatkistbankieren en heeft liquide middelen als gevolg hiervan bij het ministerie van Financiën ondergebracht. Vanwege positieve saldi is over 2022 sprake van renteopbrengsten van € 0,2 miljoen.

Bijzondere baten

Bijzondere baten betreffen bijdragen van het moederdepartement ter ondersteuning van omzet derden, waarbij sprake is van niet kostendekkende en gemaximeerde tarieven. De realisatie over 2022 is lager dan zowel de begroting als de realisatie vorig jaar. Dit wordt veroorzaakt door hogere productiecijfers dan verwacht voor BIG, UZI en medische hulpmiddelen die leiden tot hogere opbrengsten derden en lagere benodigde bijdragen van het moederdepartement.

Tabel 30 Bijzondere baten (bijdragen x € 1.000)

Product

Opdrachtgever

(1) Vastgestelde begroting

(2) Realisatie

(3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting

(4) Realisatie 2021

BIG-(her)registratie

MEVA

7.367

6.294

‒ 1.073

8.372

Vakbekwaamheid

MEVA

4.369

4.529

160

3.820

UZI-register

I-CIO

1.390

179

‒ 1.211

4.042

Medische hulpmiddelen

GMT

1.348

619

‒ 729

553

Opiaten

GMT

61

61

0

30

Opiumontheffing

VGP

134

82

‒ 52

35

Vergunningen en ontheffingen

GMT

0

0

0

49

Wet Geneesmiddelenprijzen

GMT

0

0

0

55

Overig

BZK

0

0

0

3

Bijzondere baten

 

14.669

11.764

‒ 2.905

16.959

Personele kosten

De gerealiseerde kosten van eigen personeel zijn lager dan begroot vanwege een relatief lage bezetting: het is lastig om geschikt ICT-personeel te vinden en daarnaast worden vacatures terughoudend ingevuld. Ten opzichte van vorig jaar is er sprake van een toename van de kosten van eigen personeel vanwege een hogere bezetting en loonsverhoging vanwege de Cao Rijk.

De realisatie van externe inhuur is met € 19,3 miljoen in lijn met de realisatie vorig jaar, maar aanzienlijk hoger dan de begroting. Deze stijging is met name het gevolg van het Landelijk Consortium Hulpmiddelen en de nieuwbouw van applicaties.

Materiële kosten

De gerealiseerde materiële kosten bedragen € 58,5 miljoen en zijn in lijn met de begroting en de realisatie van vorig jaar.

Afschrijvingskosten

ICT-systemen worden standaard afgeschreven in vijf jaar vanaf het moment van ingebruikname middels dechargeverlening van een project. De afschrijvingskosten zijn in lijn met de begroting en de realisatie van vorig jaar.

Bijzondere lasten

De bijzondere lasten ad € 1,3 miljoen hebben betrekking op de afwaardering van immateriële vaste activa.

Rentelasten

Rente is verschuldigd over de leningen die uitstaan bij het ministerie van Financiën. Vanwege de lage rentestand zijn de rentelasten nihil.

Agentschapsdeel Vpb-lasten

Dit zijn de kosten van de vennootschapsbelasting vanwege het positieve resultaat over 2022 op de verkoop van medicinale cannabis.

Tabel 31 Balans van het baten-lastenagentschap CIBG per 31 december 2022 (bedragen x € 1.000)
 

Balans 2022

Balans 2021

Activa

  

Vaste activa

8.092

10.465

Materiële vaste activa

0

0

waarvan grond en gebouwen

0

0

waarvan installaties en inventarissen

0

0

waarvan projecten in uitvoering

0

0

waarvan overige materiële vaste activa

0

0

Immateriële vaste activa

8.092

10.465

Vlottende activa

87.784

69.290

Voorraden en onderhanden projecten

7.811

5.052

Debiteuren

8.131

9.635

Overige vorderingen en overlopende activa

15.568

2.045

Liquide middelen

56.274

52.558

Totaal activa:

95.876

79.755

   

Passiva

  

Eigen Vermogen

6.171

8.289

Exploitatiereserve

4.616

3.950

Onverdeeld resultaat

‒ 437

4.339

Directe vermogensstorting

1.992

Voorzieningen

 

0

Langlopende schulden

1.760

3.521

Leningen bij het Ministerie van Financiën

1.760

3.521

Kortlopende schulden

87.945

67.945

Crediteuren

21.348

16.521

Belastingen en premies sociale lasten

216

Kortlopend deel leningen bij het Ministerie van Financiën

1.760

1.945

Overige schulden en overlopende passiva

64.837

49.263

Totaal passiva

95.876

79.755

Toelichting op de balans per 31 december 2022

Immateriële vaste activa

De boekwaarde bedroeg eind 2021 € 10,5 miljoen. In 2022 is er voor € 2,4 miljoen geïnvesteerd in de nieuwbouw van informatiesystemen en bedroegen de afschrijvingen € 3,5 miljoen. Daarnaast was er sprake van afwaarderingen voor € 1,3 miljoen. Per saldo resulteren deze mutaties in een daling van de boekwaarde per 31 december 2022 met € 2,4 miljoen tot € 8,1 miljoen.

Voorraden en onderhanden projecten

De voorraden betreffen de aangekochte cannabis (Bedrocan, Bediol, Bedica, Bedrolite en Bedrobinol) voor de levering (verkoop) aan apothekers en buitenlandse afnemers.

Debiteuren

Het debiteurensaldo van € 8,1 miljoen bestaat voor € 0,1 miljoen uit vorderingen op het moederdepartement, voor € 0,1 miljoen uit vorderingen op overige departementen en voor € 7,9 miljoen uit vorderingen op derden, waarvan € 3,9 miljoen betrekking heeft op LCH en 3,1 miljoen op UZI-passen.

Overige vorderingen en overlopende activa

Het saldo van € 15,6 miljoen aan overige vorderingen en overlopende activa bestaat voor € 12,3 miljoen uit nog te ontvangen BTW (LCH en medicinale cannabis), voor € 2,0 miljoen uit vorderingen in verband met af te rekenen voorschotten 2022 (€ 1,0 miljoen moederdepartement en € 1,0 miljoen overige departementen), voor € 0,6 miljoen uit vooruitbetaalde bedragen aan derden, voor € 0,5 miljoen uit nog te factureren bedragen aan derden en voor € 0,2 miljoen uit nog te ontvangen vennootschapsbelasting.

Liquide middelen

Het CIBG maakt gebruikt van schatkistbankieren en heeft liquide middelen als gevolg hiervan bij het Ministerie van Financiën ondergebracht. Eind 2022 was er sprake van een positief saldo van € 56,3 miljoen. Dit saldo aan liquide middelen is relatief hoog en is nodig in verband met de betaling van de kortlopende schulden.

Eigen vermogen

Eind 2021 bedroeg het eigen vermogen € 8,3 miljoen. Hiervan is in 2022 € 3,7 miljoen via afroming terugbetaald aan de eigenaar, waardoor de genormaliseerde omvang van het eigen vermogen per 31 december 2021 € 4,6 miljoen bedroeg, gelijk aan het maximum.

Het onverdeelde positieve resultaat over 2022 bedraagt € 0,4 miljoen negatief. Daarnaast zijn naar aanleiding van het programma Werk aan Uitvoering (WaU) in 2022 middelen ontvangen van in totaal € 2,0 miljoen die naar hun aard zijn verwerkt als directe vermogensstorting. Per saldo is hierdoor sprake van een vermogensmutatie in 2022 van € 1,6 miljoen, waardoor het eigen vermogen eind 2022 € 6,2 miljoen bedraagt.

Dit saldo is € 1,5 miljoen hoger dan het maximum eigen vermogen dat per 31 december 2022 € 4,7 miljoen bedraagt. Conform de Regeling agentschappen wordt bij de eerste suppletoire begrotingswet minimaal dit surplus afgeroomd door de eigenaar.

Voorzieningen

Het CIBG neemt, onder verwijzing naar artikel 27 van de Regeling agentschappen, geen voorziening op voor bezwaar & beroep en ambtsjubilea. De kosten hiervoor worden genomen in het jaar dat ze voorkomen.

Langlopende schulden

Eind 2021 bedroeg het saldo van de langlopende schulden € 3,5 miljoen. In 2022 zijn er geen nieuwe leningen aangegaan bij het ministerie van Financiën. Er is in 2022 € 1,7 miljoen overgeheveld naar het kortlopende deel van de leningen (af te lossen in 2023), zodat de boekwaarde van de langlopende schulden per 31 december 2022 € 1,8 miljoen bedraagt. De boekwaarde van de vaste activa is per 31 december 2022 hoger dan de boekwaarde van de schulden.

Crediteuren

Het saldo crediteuren bedraagt eind 2022 € 21,3 miljoen, dit betreft facturen over 2022 die begin 2023 worden betaald. Dit saldo heeft voor € 0,1 miljoen betrekking op overige departementen en voor € 21,2 miljoen op derden, waarvan € 16,1 miljoen betrekking heeft op LCH.

Belastingen en premies sociale lasten

Deze post heeft betrekking op de nog betalen vennootschapsbelasting. Vanwege betaalde voorschotten is over 2022 sprake van een vordering van € 0,2 miljoen die is opgenomen onder de post ‘Overige vorderingen en overlopende activa’. 

Kortlopend deel leningen ministerie van Financiën

Eind 2021 bedroeg het saldo € 1,9 miljoen en dit is in 2022 afgelost. Het saldo per 31 december 2022 ad € 1,7 miljoen is in 2022 overgeheveld vanuit de langlopende schulden en dient in 2023 te worden afgelost.

Overige schulden en overlopende passiva

Het saldo van deze post bedraagt € 64,8 miljoen en bestaat uit nog te betalen bedragen voor € 46,8 miljoen en vooruitontvangen bedragen voor € 18,0 miljoen.

De nog te betalen bedragen ad € 47,1 miljoen zijn opgebouwd uit de volgende componenten:

  • Af te rekenen voorschotten moederdepartement : € 21 miljoen (hiervan heeft € 12,7 miljoen betrekking op LCH);

  • Af te rekenen voorschotten overige departementen : € 0,2 miljoen;

  • Nog te betalen kosten aan moederdepartement : € 4,7 miljoen;

  • Nog te betalen kosten aan overige departementen : € 6,5 miljoen;

  • Nog te betalen kosten aan derden : € 11,6 miljoen;

  • Reservering personele kosten : € 2,8 miljoen.

De vooruitontvangen bedragen ad € 18,4 miljoen bestaan uit overlopende projectgelden (€ 3,9 miljoen, vooruitontvangen BIG-gelden (€ 7,2 miljoen), vooruitontvangen LCH-gelden (€ 5,9 miljoen), en vooruitontvangen BMC-gelden (€ 1,0 miljoen).

Tabel 32 Kasstroomoverzicht van het baten-lastenagentschap CIBG over 2022 (bedragen x € 1.000)
 

(1) Vastgestelde begroting1

(2) Realisatie

(3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting

Rekening-courant RHB 1 januari 2021 + stand depositorekeningen

18.256

52.558

34.302

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

99.920

97.315

‒ 2.605

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

96.450

88.864

‒ 7.586

Totaal operationele kasstroom

3.470

8.451

4.981

Totaal investeringen (-/-)

10.000

2.411

‒ 7.589

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

1.302

1.302

Totaal investeringskasstroom

‒ 10.000

‒ 1.109

8.891

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

3.673

3.673

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

1.992

1.992

Aflossingen op leningen (-/-)

3.462

1.945

‒ 1.517

Beroep op leenfaciliteit (+)

10.000

‒ 10.000

Totaal financieringskasstroom

6.538

‒ 3.626

‒ 10.164

Rekening-courant RHB 31 december 2021 + stand depositorekeningen  (=1+2+3+4), de maximale roodstand is 0,5 miljoen €.

18.264

56.274

38.010

1

Stand inclusief amendementen, moties en NvW

Toelichting kasstroomoverzicht

Het saldo aan liquide middelen is in 2022 met € 3,7 miljoen gestegen tot € 56,3 miljoen positief. Tegenover een positieve operationele kasstroom van € 8,4 miljoen stonden een investerings- en financieringskasstroom met een negatieve gezamenlijke waarde van € 4,7 miljoen.

De belangrijkste reden voor de positieve operationele kasstroom van € 8,4 miljoen is de toename van de post ‘Overige schulden en overlopende passiva’.

De investeringen zijn gerelateerd aan de ontwikkeling van immateriële vaste activa. De realisatie was met € 2,4 miljoen aanzienlijk lager dan het begrote bedrag van € 10,0 miljoen vanwege vertraging in de ontwikkeling van generieke componenten die randvoorwaardelijk zijn voor de meeste investeringen. Daarnaast was sprake van afwaarderingen van immateriële vaste activa voor € 1,3 miljoen.

De eenmalige uitkering aan het moederdepartement ad € 3,7 miljoen heeft betrekking op de afroming door de eigenaar van het surplus boven het maximum eigen vermogen. De eenmalige storting door het moederdepartement houdt verband met in 2022 ontvangen middelen naar aanleiding van het programma Werk aan Uitvoering (WaU). Er was in 2022 sprake van reguliere aflossingen van € 1,9 miljoen. Aangezien de investeringen aanzienlijk lager waren dan begroot en deze gefinancierd konden worden met eigen middelen, is geen gebruik gemaakt van de leenfaciliteit van het ministerie van Financien.

Er is een verschil van € 38,0 miljoen tussen het begrote en uiteindelijk gerealiseerde saldo aan liquide middelen per 31 december 2022. Dit wordt voor € 34,3 miljoen verklaard door een verschil tussen het begrote en daadwerkelijke beginsaldo aan liquide middelen.

Tabel 33 Overzicht doelmatigheidsindicatoren van het baten-lastenagentschap CIBG per 31 december 2022

Omschrijving generiek deel

Realisatie

Vastgestelde begroting

 

2019

2020

2021

2022

2022

Generiek

     

1. Kostprijzen per product (groep)

     

- Beschikking BIG (her)registratie

139

165

190

163

174

- Vakbekwaamheidverklaring

4.698

5.381

5.035

4.023

5.519

- Vergunning en ontheffingen

2.205

2.563

2.183

2.484

1.306

- UZI-pas/certificaat

262

293

326

370

383

- Wilsbeschikking donorregister

4

7

10

10

13

      

2. Omzet per productgroep

     

(x € 1.000)

     

- BIG-register + herregistratie

5.629

5.269

11.317

11.779

11.904

- Vakbekwaamheid

3.652

4.229

4.204

4.936

4.691

- Farmatec

1.807

1.832

2.524

2.497

2.390

- UZI-register

15.389

5.785

12.727

14.609

13.713

- Donorregister

4.309

3.743

4.438

3.452

5.396

      

3. Aantal fte totaal (exclusief externe inhuur)

274

288

306

343

350

      

4. Saldo baten en lasten (% van de baten)

7%

3%

4%

0%

0%

      

Specifiek

     

1. Productievolume

     

- Beschikking BIG (her)registratie

41.040

25.278

18.506

100.090

51.160

- Vakbekwaamheidverklaringen

776

786

835

1.227

850

- Vergunningen en ontheffingen

964

909

1.016

1.037

1.830

- UZI-passen en certificaten

55.001

21.800

30.873

51.410

44.500

- Wilsbeschikkingen donorregister

963.899

500.000

400.000

318.487

400.000

      

2. Aantal klachten / bezwaar en beroep

     
      

- Vakbekwaamheidverklaringen

3

1

1

2

10

- Wilsbeschikkingen donorregister

1

30

4

15

Toelichting op realisatie 2022

Kostprijzen, omzet en volumes

De kostprijzen zijn gebaseerd op de werkelijk gerealiseerde kosten en werkelijke outputvolumes. De kostprijzen voor BIG en UZI zijn berekend op basis van voortschrijdende gemiddeldes van respectievelijk vijf en drie jaar (de termijn van een BIG-(her)registratie is vijf jaar en een UZI pas is drie jaar geldig).

Klachten en bezwaar en beroep

Als norm voor de klachten en bezwaren wordt gehanteerd de afspraak die met de opdrachtgever is vastgelegd. Het aantal klachten was zeer laag.

Licence