Introductie
Rijkswaterstaat is de uitvoeringsorganisatie van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Rijkswaterstaat beheert en ontwikkelt de rijkswegen, -vaarwegen en -wateren en zet in op een duurzame leefomgeving.
Samen met anderen werkt Rijkswaterstaat aan een land dat beschermd is tegen overstromingen. Waar voldoende groen is en voldoende en schoon water. En waar je vlot en veilig van A naar B kunt. Samenwerken aan een veilig, leefbaar en bereikbaar Nederland. Dat is Rijkswaterstaat.
Het Ministerie van IenM kent een scheiding tussen beleid, toezicht en uitvoering. RWS fungeert hierbij als uitvoeringsorganisatie van het ministerie. Het formuleren van beleid is belegd bij de beleids-directoraten-generaal. Dit betekent dat de doelstellingen van het agentschap afhankelijk zijn van de (veelal lange termijn) beleidsdoelstellingen en kaders die door IenM worden aangegeven. Deze beleidsdoelen zijn geformuleerd in de beleidsartikelen van de beleidsbegroting Hoofdstuk XII.
Producten en diensten
RWS treedt op als manager van het gebruik van een aantal hoofdinfrastructuurnetwerken (hoofdwegennet, hoofdvaarwegennet, hoofdwatersystemen), als beheerder van die netwerken, als realisator van uitbreidingen van deze netwerken en als adviseur voor het ten aanzien hiervan te voeren beleid. RWS voert deze taken uit vanuit een netwerkbenadering. Belangrijkste producten zijn:
-
• Verkeersmanagement: het inzetten van instrumenten en hulpmiddelen om vraag en aanbod op elk moment zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen en om het verkeersaanbod zo goed mogelijk af te wikkelen. Het betreft vooral bediening van objecten als bruggen en sluizen, verstrekken van route-informatie en incidentmanagement.
-
• Watermanagement: reguleren van de hoeveelheden water in het hoofdwatersysteem en van de kwaliteit daarvan, door het hanteren van de te onderscheiden categorieën «vasthouden/bergen/afvoeren» en «schoonhouden/scheiden/zuiveren».
-
• Beheer, onderhoud en vervanging: instandhouding van objecten en areaal op een vooruitstrevende, toekomstgerichte manier, gericht op het ook in technische zin steeds verder ontwikkelen van het netwerk of systeem.
-
• Aanleg: dit betreft investeringen om de functionaliteit van het netwerk te vergroten. Nieuwe verbindingen of verbreding van bestaande. Sleutelwoord: capaciteitsvergroting.
-
• Beleidsondersteuning en -advisering: het uitvoeren van studies of het leveren van bijdragen daaraan, adviezen met betrekking tot beleidsnota’s en de uitvoerbaarheid van beleid.
Leveren van kennis en expertise: ten behoeve van beleidsondersteuning en -advisering, milieu en leefomgeving, grote (aanleg)projecten en aansturing projecten en uitvoeringsorganisaties, het verstrekken van subsidies en basisinformatie.
Totaal | Realisatie 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Baten | |||||||
Omzet IenM | 2.182.386 | 2.185.074 | 2.250.830 | 2.063.930 | 2.018.173 | 1.987.786 | 1.950.895 |
Omzet nutv werkzaamheden | 276.318 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Omzet overige departementen | 43.041 | 28.833 | 24.925 | 24.925 | 24.925 | 24.925 | 24.925 |
Omzet derden | 167.632 | 143.963 | 147.313 | 151.638 | 154.163 | 154.163 | 154.163 |
Rentebaten | 600 | 800 | 800 | 800 | 800 | 800 | 800 |
Bijzondere baten | 3.503 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 | 3.000 |
Vrijval voorziening | 3.087 | ||||||
Totaal baten | 2.400.249 | 2.637.988 | 2.426.868 | 2.244.293 | 2.201.061 | 2.170.674 | 2.133.783 |
Lasten | |||||||
Apparaatskosten | 1.046.047 | 996.232 | 973.786 | 928.363 | 913.819 | 900.689 | 897.568 |
– Personele kosten | 773.169 | 744.905 | 714.543 | 685.846 | 681.071 | 671.745 | 669.025 |
* waarvan eigen personeel | 684.794 | 687.405 | 663.760 | 637.704 | 633.306 | 625.328 | 623.916 |
* waarvan externe inhuur | 88.375 | 56.000 | 49.283 | 46.642 | 46.265 | 44.917 | 43.609 |
* waarvan overige p-kosten | 1.500 | 1.500 | 1.500 | 1.500 | 1.500 | 1.500 | |
– Materiele kosten | 272.878 | 251.327 | 259.243 | 242.517 | 232.749 | 228.944 | 228.543 |
* waarvan apparaat ICT | 34.181 | 45.000 | 45.000 | 45.000 | 45.000 | 45.000 | 45.000 |
* waarvan bijdrage aan SSO's | 65.510 | 56.000 | 56.000 | 56.000 | 56.000 | 56.000 | 56.000 |
* waarvan overige M-kosten | 173.187 | 150.327 | 158.243 | 141.517 | 131.749 | 127.944 | 127.543 |
Onderhoud | 1.293.107 | 1.584.033 | 1.395.359 | 1.258.207 | 1.229.519 | 1.212.262 | 1.178.491 |
Rentelasten | 5.597 | 8.748 | 8.748 | 8.748 | 8.748 | 8.748 | 8.749 |
Afschrijvingskosten | 36.168 | 39.975 | 39.975 | 39.975 | 39.975 | 39.975 | 39.975 |
– materieel | 35.424 | 38.500 | 38.500 | 38.500 | 38.500 | 38.500 | 38.500 |
waarvan apparaat ICT | 5.334 | 6.000 | 6.000 | 6.000 | 6.000 | 6.000 | 6.000 |
– immaterieel | 744 | 1.475 | 1.475 | 1.475 | 1.475 | 1.475 | 1.475 |
Dotaties | 17.456 | ||||||
Bijzondere lasten | 13.499 | ||||||
Totaal lasten | 2.411.874 | 2.628.988 | 2.417.868 | 2.235.293 | 2.192.061 | 2.161.674 | 2.124.783 |
Saldo | – 11.625 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 9.000 |
Dotatie aan reserve Rijksrederij | 9.153 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 9.000 | 9.000 |
te verdelen resultaat | – 20.778 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Baten
Omzet IenM
De omzet IenM betreft de omzet uit hoofde van activiteiten (en de daarmee samenhangende producten) die RWS verricht voor IenM. De omzet IenM is onder andere een vergoeding voor:
-
• het beheer en onderhoud van de infrastructuur en waterkwaliteit;
-
• de apparaatskosten (personeel en materieel) van RWS die verband houden met de aanleg, verkeers- & watermanagement en onderhoud van infrastructuur;
-
• de capaciteit die RWS levert in het kader van zijn kennis- en adviestaken en de activiteiten in het kader van RWS Directie Leefomgeving.
In de begroting 2014 is in de jaren 2016 en verder de taakstelling op het apparaat uit het regeerakkoord Rutte II verwerkt op zowel de omzet IenM als op de apparaatskosten. Deze taakstelling bedraagt voor RWS € 18 miljoen in 2016.
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | Structureel | |
---|---|---|---|---|---|
Totale taakstelling RWS | 0 | – 18.289 | – 37.972 | – 53.100 | – 53.100 |
Toelichting
De invulling van de taakstelling vindt plaats langs een aantal lijnen. RWS realiseert de taakstelling door 60% efficiencymaatregelen en 40% taakversobering. De efficiency zal worden gerealiseerd door doorzetting van maatregelen gericht op het functioneren als eenheid en efficiënt werken. De taakversobering wordt met name voorzien door uniformering en standaardisering. Daarnaast worden besparingen beoogd door extra inzet van eigen personeel (groei eigen personeel) voor werken voor derden en het omzetten van niet-kerntaken naar kerntaken (verlaging inhuur).
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Deltafonds artikel | 399.489 | 455.758 | 390.648 | 401.303 | 391.910 | 383.501 |
Artikel 1 Investeren in waterveiligheid | 4.567 | 1.104 | – | – | – | – |
Artikel 2 Investeren in zoetwatervoorziening | 1.228 | – | – | – | – | – |
Artikel 3 Beheer, Onderhoud en Vervanging | 144.148 | 169.073 | 120.381 | 127.519 | 120.803 | 94.105 |
Artikel 5 Netwerkgebonden kosten en overige uitgaven | 245.797 | 284.139 | 269.989 | 273.017 | 270.340 | 268.507 |
Artikel 7 Waterkwaliteit | 3.749 | 1.442 | 278 | 767 | 767 | 20.889 |
Infrastructuurfonds | 1.705.212 | 1.728.062 | 1.623.840 | 1.570.302 | 1.549.972 | 1.521.161 |
Artikel 12 Hoofdwegennet | 933.232 | 1.104.906 | 1.030.231 | 1.005.118 | 995.695 | 967.896 |
Artikel 15 Hoofdvaarwegennet | 556.206 | 623.156 | 593.608 | 565.183 | 554.277 | 553.266 |
Artikel 18 overige uitgaven | 215.774 | – | – | – | – | – |
Hoofdstuk XII | 80.372 | 67.010 | 49.442 | 46.568 | 45.904 | 46.233 |
Artikel 11 Integraal waterbeleid | 17.419 | 17.144 | 16.451 | 15.459 | 16.063 | 16.392 |
Artikel 12 Waterkwaliteit | – | – | – | – | – | – |
Artikel 13 Ruimtelijke ontwikkeling | 19.859 | 15.214 | 9.163 | 9.221 | 9.105 | 9.105 |
Artikel 14 Wegen en verkeersveiligheid | 3.691 | 2.958 | 2.958 | 2.958 | 2.958 | 2.958 |
Artikel 15 OV-keten | 792 | 998 | 998 | 998 | 998 | 998 |
Artikel 17 Luchtvaart | 11.926 | 8.979 | 48 | 48 | 48 | 48 |
Artikel 18 Scheepvaart en Havens | 1.270 | 1.408 | 1.408 | 1.408 | 1.408 | 1.408 |
Artikel 19 Klimaat | 5.876 | 4.532 | 4.076 | 3.461 | 3.179 | 3.179 |
Artikel 20 Lucht en geluid | 2.453 | 2.127 | 1.964 | 1.847 | 1.646 | 1.646 |
Artikel 21 Duurzaamheid | 9.866 | 7.261 | 6.581 | 6.472 | 6.444 | 6.444 |
Artikel 22 Omgevingsbeleid en milieurisico’s | 6.613 | 5.780 | 5.186 | 4.087 | 3.446 | 3.446 |
Artikel 97 Algemeen departement | 607 | 609 | 609 | 609 | 609 | 609 |
Totaal | 2.185.074 | 2.250.830 | 2.063.930 | 2.018.173 | 1.987.786 | 1.950.895 |
Van totale omzet IenM | ||||||
* apparaats- en afschrijvingskosten en rentelasten | 1.005.167 | 980.171 | 931.723 | 914.654 | 901.524 | 898.404 |
* programma | 1.179.907 | 1.270.659 | 1.132.207 | 1.103.519 | 1.086.262 | 1.052.491 |
Nog uit te voeren werkzaamheden
Dit betreffen middelen die RWS in 2014 van het moederdepartement heeft ontvangen en bestemd waren voor werkzaamheden die gepland waren in 2014, maar waarvan de uitvoering doorloopt in 2015 (€ 276 miljoen).
Omzet overige departementen
De omzet overige departementen heeft betrekking op van andere ministeries ontvangen vergoedingen voor het gebruik van vaartuigen van de Rijksrederij.
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Ministerie van Defensie | 16.798 | 12.891 | 12.891 | 12.891 | 12.891 | 12.891 |
Ministerie van Financiën | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 |
Ministerie van Economische zaken | 7.035 | 7.034 | 7.034 | 7.034 | 7.034 | 7.034 |
Totaal | 28.833 | 24.925 | 24.925 | 24.925 | 24.925 | 24.925 |
Omzet derden
De omzet derden heeft betrekking op vergoedingen van onder meer provincies, gemeenten en de Europese Unie in het kader van het beheer en onderhoud van de infrastructuur en de kennis- en adviesfunctie. Daarnaast bevat deze post de verwachte opbrengsten uit schaderijdingen en schadevaringen ter dekking van de kosten van reparatiewerkzaamheden, opbrengsten uit vergunningverlening, beheeropbrengsten op het areaal, opbrengsten voor de Nationale Bewegwijzeringsdienst en adviezen vanuit RWS Directie Leefomgeving aan onder meer gemeenten.
2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | |
---|---|---|---|---|---|---|
Schaderijdingen/schadevaringen | 24.500 | 24.500 | 24.500 | 24.500 | 24.500 | 24.500 |
Vergunningen WVO | 19.000 | 19.000 | 19.000 | 19.000 | 19.000 | 19.000 |
Vergoeding provincies etc. | 43.075 | 43.075 | 43.075 | 43.075 | 43.075 | 43.075 |
Nationale Bewegwijzeringsdienst | 15.700 | 15.750 | 16.275 | 16.300 | 16.300 | 16.300 |
Beheeropbrengsten areaal | 32.400 | 33.200 | 34.500 | 34.500 | 34.500 | 34.500 |
Overig | 9.288 | 11.788 | 14.288 | 16.788 | 16.788 | 16.788 |
Totaal | 143.963 | 147.313 | 151.638 | 154.163 | 154.163 | 154.163 |
Bijzondere baten
De geraamde bijzondere baten betreffen voornamelijk verwachte boekwinst op de verkoop van vaste activa.
Lasten
Personele kosten
2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Aantal FTE | 8.430 | 8.544 | 8.643 | 8.379 | 8.249 | 8.184 | 8.164 |
Eigen Personeelskosten (x € 1.000) | 684.794 | 687.405 | 663.760 | 637.704 | 633.306 | 625.328 | 623.916 |
Inhuur (x € 1.000) | 88.375 | 56.000 | 49.283 | 46.642 | 46.265 | 44.917 | 43.609 |
Een aantal ontwikkelingen zorgt bij RWS in de komende jaren voor een toename van het aantal ambtelijke fte. De belangrijkste worden hieronder toegelicht.
-
• Kasschuif apparaat: In de ontwerpbegroting 2014 heeft het kabinet besloten om op de fondsen te werken met een overprogrammering. Dit instrument heeft als doel om zorg te dragen dat vertragingen bij projecten niet onmiddellijk tot onderbesteding leidt op de fondsen. In de praktijk betekent dit dat Rijkswaterstaat eerder capaciteit voor projecten inzet dan er oorspronkelijk begroot was. Doordat de voorbereidende werkzaamheden voor deze projecten niet in een later stadium opnieuw hoeven te worden uitgevoerd is een kasschuif verwerkt van de apparaatsbudgetten vanuit de periode na 2020 naar voren. Het effect op de organisatieomvang bedraagt 250 fte in 2016 aflopend naar 0 fte in 2020.
-
• Verwerking omzetting niet kerntaken:Uit analyse van Rijkswaterstaat is gebleken dat een beperkte bijstelling nodig is in de verdeling van taken die nu door de markt worden uitgevoerd en taken die door RWS met eigen personeel worden uitgevoerd. De complexiteit van aanleg- en onderhoudsprojecten neemt steeds verder toe. Dit komt onder meer door een meer integrale gebiedsontwikkeling, toename van de ICT-toepassingen in de infrastructuur en een groeiende renovatieopgave. De vraag naar specifieke kennis en ervaring op deze terreinen neemt de komende jaren verder toe. Zonder ingrijpen leidt dit tot een groeiende behoefte aan relatief dure inhuurcontracten en een te grote afhankelijkheid van de markt. Om haar rol als deskundig opdrachtgever richting de bouwbedrijven te kunnen blijven spelen, en bovenstaande ontwikkelingen het hoofd te bieden, wil RWS meer deskundig eigen personeel in dienst nemen. Het gaat dan om extra capaciteit ten behoeve van techniek, inkoop, projectbeheersing en inspecties ten behoeve van instandhoudingsadviezen van RWS objecten. Het effect op de omvang in 2016 hiervan is 40 fte.
-
• Overdracht van taken binnen rijksoverheid: In 2015/16 komen taken over van Dienst Landelijk Gebied naar Rijkswaterstaat. Het effect op de organisatieomvang in 2016 bedraagt crica 35 fte.
-
• Extra inzet werken derden: Een van de besparingsmaatregelen Rutte 2 betreft het extra inzetten van capaciteit voor werken van derden. Effect bedraagt circa 25 fte in 2016.
Eigen personeel
De kracht van Rijkswaterstaat ligt in de zakelijke en professionele wijze waarop het zijn kerntaken uitvoert. Om daarop te kunnen sturen is gedefinieerd welke taken RWS met eigen mensen uitvoert (de kerntaken) en welke taken aan de markt worden overgelaten (de niet-kern taken).
De bovengenoemde kosten van externe inhuur betreffen de inzet van derden op de kerntaken van RWS. Daarnaast vindt er inzet van derden plaats op taken die RWS van de markt betrekt en derhalve niet tot de apparaatskosten behoren. Omwille van de aansluiting op de Rijksbrede rapportages is ervoor gekozen om de daarmee samenhangende kosten ook hier afzonderlijk inzichtelijk te maken.
Inhuur apparaat (kerntaken)
RWS streeft ernaar om de inhuur van externen op kerntaken zoveel mogelijk te beperken vanuit het basisprincipe dat Rijkswaterstaat op kerntaken eigen mensen inzet, ter vermindering van de kwetsbaarheid en het verkleinen van de afhankelijkheid van externen. Inhuur op kerntaken vindt in beginsel alleen plaats als er sprake is van piekbelasting in de directe productie of in geval van onderbezetting, ziekte of vervanging. Inhuur op kerntaken kan ook een keuze zijn als vanuit de arbeidsmarkt hele specifieke kennis/specialisme niet kan worden aangetrokken.
Bij inhuur op kerntaken wordt eerst nagegaan of de vacature binnen de eigen RWS organisatie kan worden ingevuld (met eigen medewerkers of vanuit de mobiliteitspool). Door deze maatregelen zal de inhuur op kerntaken de komende jaren gaan dalen.
2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Inhuur kerntaken (x € 1.000) | 88.375 | 56.000 | 49.283 | 46.642 | 46.265 | 44.917 | 43.609 |
Inhuur programma (niet-kerntaken)
Gelet op de productieopgave van RWS blijft de inhuur op taken die bij de markt zijn gelegd (de Niet Kerntaken) in 2016 op ongeveer hetzelfde niveau als voorgaande jaren. Voor het betrekken van externe capaciteit op niet-kerntaken geldt dat deze zoveel mogelijk op basis van op productafspraken gebaseerde contracten zal worden gedaan, tenzij dat om inhoudelijke of aansturingsredenen niet doelmatig is.
Daarnaast is besloten om met ingang vanaf 2016 geleidelijk 100 fte aan niet-kerntaken, waarvoor veelal werd ingehuurd, om te zetten naar eigen personeel om de kennis binnen RWS verder te borgen en de afhankelijkheid van de markt te laten afnemen. Hierdoor zal de inhuur op niet-kerntaken de komende jaren geleidelijk gaan dalen. De inhuur op niet-kerntaken in het primaire proces wordt met name onder de posten onderhoud en aanleg op het Infrastructuurfonds en het Deltafonds verantwoord.
2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Inhuur niet-kerntaken (x € 1.000) | 131.013 | 155.000 | 127.380 | 108.608 | 91.835 | 71.835 | 61.835 |
Materiële kosten
De materiële kosten omvatten onder andere ICT, huisvesting, bureaukosten en communicatie.
Onderhoud
De kosten beheer en onderhoud hebben betrekking op de kosten die in rekening worden gebracht door derden (met name aannemers en ingenieursbureaus). Deze voeren werkzaamheden uit die direct bijdragen aan het beheer en de instandhouding van de infrastructuur. Tevens vindt er een bijdrage van circa € 2 miljoen in 2016 aan het KNMI plaats.
realisatie 2014* | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1. | Rekening-courant RHB 1 januari 2012+ stand depositorekening | 394.129 | 481.795 | 195.365 | 219.040 | 248.415 | 270.690 | 280.765 |
2. | Totaal operationele kasstroom | 114.853 | – 258.570 | 48.975 | 48.975 | 48.975 | 48.975 | 48.975 |
3a. | Totaal investeringen (-/-) | – 33.162 | – 55.860 | – 33.600 | – 29.400 | – 60.900 | – 60.900 | – 60.900 |
3b. | Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 13.552 | – | – | – | – | – | – |
3. | Totaal investeringskasstroom | – 19.610 | – 55.860 | – 33.600 | – 29.400 | – 60.900 | – 60.900 | – 60.900 |
4a. | Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | – | – | – | – | – | – | – |
4b. | Eenmalige storting door het moederdepartement (+) | 8.700 | 7.300 | 7.300 | 15.800 | 14.200 | 6.000 | 8.600 |
4c. | Aflossingen op leningen (-/-) | – 31.779 | – 32.500 | – 31.000 | – 34.000 | – 38.000 | – 42.000 | – 42.000 |
4d. | Beroep op leenfaciliteit (+) | 15.500 | 53.200 | 32.000 | 28.000 | 58.000 | 58.000 | 58.000 |
4. | Totaal financieringskasstroom | – 7.579 | 28.000 | 8.300 | 9.800 | 34.200 | 22.000 | 24.600 |
5. | Rekening-courant RHB 31 december 2012 + stand depositorekening) (=1+2+3+4) | 481.793 | 195.365 | 219.040 | 248.415 | 270.690 | 280.765 | 293.440 |
(maximale roodstand € 0,5 miljoen) |
Toelichting
Operationele kasstroom
Hieronder vallen de inkomsten en uitgaven uit de reguliere bedrijfsvoering. Meerjarig wordt gestreefd naar een stabiel saldo van baten en lasten.
Investeringskasstroom
Hieronder vallen de verkopen van activa en de nieuwe investeringen. De investeringen hebben betrekking op het in stand houden van de activa van RWS. Deels betreft het investeringen in activasoorten, zoals voertuigen, waarbij de omvang van de jaarlijkse investeringen op een constant niveau ligt.
Financieringskasstroom
Hieronder vallen alle geldstromen die gerelateerd zijn aan de financiering van het agentschap. RWS doet een beroep op de leenfaciliteit bij het Ministerie van Financiën ter financiering van haar investeringen als agentschap. Daarnaast is in de begroting van het agentschap rekening gehouden met aflossing op deze leenfaciliteit. De storting door moederdepartement betreft de aflossing van de langlopende vordering die RWS heeft op het moederdepartement. De eenmalige uitkering aan het moederdepartement betreft het, op basis van de Regeling agentschappen, uitkeren van het surplus aan eigen vermogen aan de eigenaar. Voor nadere informatie wordt verwezen naar de Voorjaarsnota 2014.
Omschrijving | 2014 realisatie | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Apparaatskosten per eenheid areaal | |||||||
Hoofdwegennet | 25.460 | 24.502 | 26.088 | 24.865 | 24.453 | 23.744 | 23.452 |
Hoofdvaarwegennet | 25.240 | 24.637 | 25.377 | 25.028 | 24.812 | 24.580 | 24.518 |
Hoofdwatersystemen | 1.060 | 1.061 | 1.106 | 1.081 | 1.066 | 1.054 | 1.048 |
% Apparaatskosten tov omzet | |||||||
% Apparaatskosten tov omzet | 21% | 22% | 23% | 21% | 20% | 19% | 18% |
Tarieven per FTE | |||||||
Kosten per FTE | 125.440 | 123.354 | 119.343 | 117.683 | 117.774 | 117.105 | 117.010 |
Omzet BLD per product | |||||||
Hoofdwatersystemen | 393.322 | 399.489 | 455.758 | 390.648 | 401.303 | 391.910 | 383.501 |
Hoofdwegen | 974.671 | 933.232 | 1.104.906 | 1.030.231 | 1.005.118 | 995.695 | 967.896 |
Hoofdvaarwegen | 560.165 | 556.206 | 623.156 | 593.608 | 565.183 | 554.277 | 553.266 |
Overig | 254.228 | 296.146 | 67.010 | 49.442 | 46.568 | 45.904 | 46.233 |
TOTAAL | 2.182.386 | 2.185.074 | 2.250.830 | 2.063.930 | 2.018.173 | 1.987.786 | 1.950.895 |
Bezetting | |||||||
FTE formatie | 8.672 | 8.544 | 8.643 | 8.379 | 8.249 | 8.184 | 8.164 |
% overhead | – | 13% | 13% | 13% | 13% | 13% | 13% |
Exploitatiesaldo | |||||||
Exploitatiesaldo | – 0,5% | 0% | 0% | 0% | 0% | 0% | 0% |
Gebruikerstevredenheid | |||||||
publieksgerichtheid | 41% | 70% | 70% | 70% | 70% | 70% | 70% |
gebruikerstevredenheid HWS | * | 70% | 70% | 70% | 70% | 70% | 70% |
gebruikerstevredenheid HWN | 81% | 80% | 80% | 80% | 80% | 80% | 80% |
gebruikerstevredenheid HVWN | 72% | 75% | 75% | 75% | 75% | 75% | 75% |
Ontwikkeling pinwaarde | |||||||
Hoofdwatersystemen | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 |
Hoofdwegen | 100 | 100 | 98 | 98 | 98 | 98 | 98 |
Hoofdvaarwegen | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 |
Toelichting
Apparaatskosten per eenheid areaal
Deze indicator geeft informatie over hoe de kosten die het apparaat van RWS maakt voor verkeersmanagement en beheer en onderhoud zich ontwikkelen ten opzichte van het areaal. Een dalende trend van de kosten per eenheid areaal geeft een indicatie van een toename in de efficiëntie van de organisatie op het gebied van Beheer en Onderhoud en Verkeersmanagement.
Percentage Apparaatskosten tov omzet
Deze indicator geeft de verhouding weer tussen de kosten van het apparaat en de totale omzet (incl. GVKA-gelden) van RWS. Het hogere percentage in 2016 wordt verklaard door een tijdelijke dip in de omzet in 2016.
Kosten per fte
Deze indicator geeft de ontwikkeling weer van de kosten (loonkosten en materiële kosten) per formatieve ambtelijke fte. Wanneer deze kosten dalen kan dit een indicatie van een toename in doelmatigheid van de organisatie zijn.
Omzet per productgroep
In de tabel is de Omzet IenM uitgesplitst naar de verschillende netwerken.
Organisatiegrootte in fte
Deze voorgeschreven indicator geeft aan hoe de ambtelijke formatie van RWS zich ontwikkelt.
Percentage overhead
Deze indicator geeft aan welk deel van het ambtelijke personeel (in fte) binnen RWS zich bezig houdt met de bedrijfsvoering. Bedrijfsvoering bevat alle processen die ondersteunend zijn aan de organisatie. Het streven is daarbij voortdurend een optimale kwalitatieve en kwantitatieve omvang van de bedrijfsvoering.
Exploitatiesaldo (% van de omzet)
Deze voorgeschreven indicator toont de ontwikkeling van het exploitatiesaldo als percentage van de omzet.
Gebruikerstevredenheid
Publieksgerichtheid: geeft aan hoe tevreden onze gebruikers en partners over RWS zijn als publieke dienstverlenende organisatie. Dan gaat het over zaken als «luisteren; verwachtingenmanagement; aanspreekbaarheid; houding en gedrag en de wijze waarop wij communiceren».
Gebruikerstevredenheid (per netwerk): geeft aan hoe tevreden onze gebruikers over de kwaliteit van de drie netwerken zijn. Denk daarbij aan veiligheid, doorstroming; kwaliteit infrastructuur en tijdige en betrouwbare informatievoorziening (gekoppeld aan de netwerken).
Ontwikkeling PIN-waarden
De ontwikkeling van de PIN-waarden (prestatieindicator-waarden) geeft een beeld hoe de ontwikkeling is in de toestand van het door RWS beheerde areaal. Het weergegeven cijfer betreft een index ten opzichte van het jaar 2015. De bijlage instandhouding op de begroting van het Infrastructuurfonds en het Deltafonds biedt inzicht in instandhouding en de gehanteerde PIN-waarden.