Budgettaire gevolgen van beleid
Vastgestelde begroting (incl. ISB 1 t/m 3, NvW) (1) | Stand 1e suppletoire begroting (incl. ISB 4) (2) | Mutaties 2e suppletoire begroting (3) | Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3) | ||
---|---|---|---|---|---|
Mutaties Miljoenennota | Overige mutaties 2esuppletoire begroting | ||||
Verplichtingen | 747.934 | 1.103.215 | ‒ 435.942 | 1.002.889 | 1.670.162 |
Uitgaven | 747.934 | 1.103.215 | 14.160 | 14.684 | 1.132.059 |
(1) Apparaatsuitgaven | 167.600 | 203.652 | 20.399 | 2.917 | 226.968 |
Personele uitgaven | 164.640 | 199.236 | 16.956 | ‒ 4.173 | 212.019 |
Eigen personeel | 93.402 | 97.618 | 6.905 | ‒ 1.890 | 102.633 |
Inhuur externen | 71.238 | 101.618 | 8.351 | ‒ 2.283 | 107.686 |
Overig personeel | 0 | 0 | 1.700 | 0 | 1.700 |
Materiële uitgaven | 2.960 | 4.416 | 3.443 | 7.090 | 14.949 |
ICT | 0 | 211 | 1.200 | 0 | 1.411 |
Bijdrage aan SSO's | 0 | 0 | 0 | 1.168 | 1.168 |
Overige materiële uitgaven | 2.960 | 4.205 | 2.243 | 5.922 | 12.370 |
(2) Programma-uitgaven | 580.334 | 899.563 | ‒ 6.239 | 11.767 | 905.091 |
waarvan juridisch verplicht | 100% | 100% | |||
Bijdrage aan ZBO's/RWT's | 100 | 100 | 2 | 0 | 102 |
Bijdrage overige ZBO's/RWT's | 100 | 100 | 2 | 0 | 102 |
Opdrachten | 25 | 10.625 | 601 | ‒ 5.900 | 5.326 |
ICT opdrachten | 25 | 25 | 501 | 0 | 526 |
Overige opdrachten | 0 | 10.600 | 100 | ‒ 5.900 | 4.800 |
Bijdrage aan medeoverheden | 0 | 1.695 | 158 | 11.767 | 13.620 |
Bijdrage aan medeoverheden | 0 | 1.695 | 158 | 11.767 | 13.620 |
(Schade)vergoeding | 580.209 | 887.143 | ‒ 7.000 | 5.900 | 886.043 |
Compensatie toeslagengedupeerden | 580.209 | 761.943 | ‒ 7.000 | 57.900 | 812.843 |
Kwijtschelden private schulden | 0 | 125.200 | 0 | ‒ 52.000 | 73.200 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget wordt bijgesteld met € 566,9 mln. Dit heeft voor een groot deel verband met de reserveringen die in de Miljoenennota 2022 zijn opgenomen op de Aanvullende Post van de Rijksbegroting voor de actualisatie van ramingen en de financiering van aanvullende herstelregelingen.
– Er worden meer aanmeldingen voor compensatie en herstel verwacht dan initieel geraamd. Op de Aanvullende Post is hiervoor bij de Miljoenennota 2022 additioneel budget gereserveerd. De verplichting van € 178,6 mln. die voortkomt uit deze autonome groei wordt in 2021 aangegaan. Van deze verplichting komt € 96 mln. van de Aanvullende Post. Daarnaast wordt er in 2021 voor € 82,6 mln. verplichtingen aangegaan waarvoor reeds budget stond gereserveerd in 2022. Dit deel betreft een saldoneutrale bijstelling en het budget in 2022 wordt hiervoor gecorrigeerd.
– In de Kamerbrief over de nieuwe herstelregelingen5 wordt voorgesteld om kinderen van gedupeerden een financiële steun in de rug te geven. De steun in de rug varieert, afhankelijk van de leeftijd van het kind, van € 2.000 tot € 10.000. Op dit moment is de inschatting dat 95.000 kinderen binnen de doelgroep vallen. Voor de kindregeling wordt in 2021 € 630 mln. aan verplichtingenbudget gereserveerd. € 200 mln. wordt overgeheveld vanuit artikel 10 (Nog onverdeeld), en de resterende € 430 mln. vanaf de Aanvullende Post.
– Gedupeerde ex-partners krijgen bij de voorgestelde regeling o.a. € 10.000 forfaitair. Vooruitlopend op definitieve besluitvorming voorzien van een uitvoeringstoets wordt voor ca. 9.800 ex-partners € 98 mln. aan verplichtingenruimte gereserveerd. Uitsluitend bij de forfaitaire regeling wordt een verplichting aangegaan op een eerder moment dan dat de kasuitgaven plaatsvinden. Daarom wordt alleen dit gedeelte van de voorgestelde regeling meegenomen bij deze begrotingswijziging. Bij de Ontwerpbegroting is maximaal € 590 mln. op de Aanvullende Post gereserveerd voor ex-partners. Omdat het een schatting betreft gebaseerd op beperkte informatie kan de uiteindelijke regeling tot minder uitgaven leiden dan initieel geraamd. Additionele verplichtingenruimte wordt gereserveerd wanneer verdere verplichtingen aangegaan worden.
– Gedupeerden van andere toeslagen dan de kinderopvangtoeslag worden in de voorgestelde regeling ook gecompenseerd. Vooruitlopend op definitieve besluitvorming voorzien van een uitvoeringstoets wordt € 23,3 mln. aan verplichtingenruimte gereserveerd voor Opzet/Grove Schuld-gedupeerden in 2021. Bij de Voorjaarsnota is reeds cumulatief € 67 mln. vrijgemaakt voor andere toeslagen en bij de Ontwerpbegroting is additioneel € 90 mln. gereserveerd op de Aanvullende Post. Omdat het een schatting betreft gebaseerd op beperkte informatie kan de uiteindelijke regeling tot minder uitgaven dan geraamd leiden. Additionele verplichtingenruimte wordt gereserveerd wanneer verdere verplichtingen aangegaan worden.
– Gedupeerden kunnen via hun gemeente ondersteuning krijgen. Gemeenten worden hiervoor door Toeslagen gecompenseerd. Hiervoor wordt op korte termijn een tweede specifieke uitkering gepubliceerd, waarvan de verplichting aangegaan wordt in 2021 (ca. € 48 mln.).
– Gedupeerden kunnen gebruik maken van gesubsidieerde rechtsbijstand6. Het ministerie van Justitie en Veiligheid voert deze subsidieregeling uit. Voorzien wordt dat deze regeling op korte termijn wordt uitgebreid. In de eerste incidentele suppletoire begroting 2021 inzake herstel toeslagen7 was reeds budget gereserveerd voor € 19 mln. in 2022. Vooruitlopend op deze uitbreiding wordt nu additioneel € 11,5 mln. verplichtingenruimte gereserveerd. Indien deze uitbreiding nog in 2021 wordt gepubliceerd, zullen de additionele verplichtingen worden aangegaan in datzelfde jaar.
– In 2020 was er een overschrijding van het verplichtingenbudget van € 457,1 mln. vanwege de in 2020 aangegane verplichting voor de Catshuisregeling. Het budget was reeds beschikbaar gesteld in 2021, waardoor deze nu gecorrigeerd dient te worden (€ 457 mln.).
– De overige verplichtingen bijstellingen houden verband met onderstaande uitgaven.
Uitgaven
Personele uitgaven
In totaal worden de personele uitgaven met € 12,8 mln. naar boven bijgesteld. Hier heeft verschillende oorzaken. Als eerste heeft de ontvlechting van de Belastingdienst in drie afzonderlijke Directeuren-Generaal gevolgen gehad voor de daarvoor benodigde aansturing, kaderstelling en ondersteuning. Dit heeft personele consequenties bij zowel de te ontvlechten onderdelen en de bijbehorende ondersteunende functies binnen de Belastingdienst als het kerndepartement. In 2021 komt er budget over van de Belastingdienst en vanaf artikel 10 (Nog onverdeeld) ten behoeve van het verder inrichten van DG Toeslagen (€ 6,9 mln.). Ook wordt er eenmalig € 4 mln. beschikbaar gesteld voor DG Toeslagen, omdat er incidenteel extra ondersteuning nodig is vanwege de vertraagde werving van eigen personeel. Daarnaast is er in 2021 er onderuitputting bij DG Toeslagen. Hierdoor valt € 6,4 mln. vrij. Het resterende verschil bestaat uit kleinere herschikkingen en verrekeningen.
Materiële uitgaven
De materiële uitgaven worden met € 10,5 mln. omhoog bijgesteld. Dit komt onder andere door bovengenoemde ontvlechting van de Belastingdienst in drie afzonderlijke Directeuren-Generaal. In 2021 komt er budget over van van de Belastingdienst en vanaf artikel 10 (Nog onverdeeld) ten behoeve van het verder inrichten van DG Toeslagen (€ 2,3 mln.). Verder is er een herschikking tussen personele uitgaven en materiële uitgaven ten behoeve van opdrachten die door externe partijen worden uitgevoerd. Dit resulteert in € 5,9 mln. hogere materiële uitgaven. Het resterende verschil bestaat uit kleinere herschikkingen en verrekeningen.
Opdrachten
De kwijtschelding van private schulden start in 2021 later dan initieel verwacht, waardoor er in 2021 budget overblijft voor de opdrachten aan Sociale Banken Nederland (SBN). Anderzijds is er bij de compensatieregeling extra budget benodigd om compensatiebetalingen in 2021 te realiseren. Hierdoor worden middelen herschikt van Opdrachten naar Compensatie toeslagengedupeerden.
Bijdrage aan medeoverheden
Gedupeerden kunnen via hun gemeente ondersteuning krijgen. Gemeenten worden hiervoor door Toeslagen gecompenseerd8. Hiervoor wordt op korte termijn een tweede specifieke uitkering gepubliceerd ter waarde van ca. € 48 mln. Hiervan zal € 12 mln. in 2021 als voorschot worden overgemaakt naar de betrokken gemeenten. Van deze € 12 mln. wordt ca. € 0,2 mln. via het btw-compensatiefonds beschikbaar gesteld.
(Schade)vergoeding
Het budget voor (schade)vergoeding wordt omlaag bijgesteld met € 1,1 mln. Dit komt omdat de kwijtschelding van private schulden in 2021 later start dan initieel verwacht. Deze onderuitputting wordt herschikt van Opdrachten naar Compensatie toeslagengedupeerden (€ 5,9 mln.). Om diezelfde reden wordt er ook € 52 mln. herschikt van Kwijtschelden private schulden naar Compensatie toeslagengedupeerden. Daarnaast is in de eerste suppletoire begroting 2021 budget beschikbaar gesteld voor de verbreding van de compensatie van toeslagengedupeerden van de kinderopvangtoeslag (KOT) naar gedupeerden van ook andere toeslagen (niet-KOT). Het beleid zal pas in 2022 starten en daarom wordt het programmabudget van € 7 mln. doorgeschoven van 2021 naar 2022.