Verplichtingen
De verplichtingen bij dit artikel zijn per saldo € 34,8 miljoen hoger dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd.
Als gevolg van de hogere dollarkoers dan ten tijde van de tweede suppletoire werd geraamd zijn de verplichtingen € 73,3 miljoen hoger uitgevallen. Dit heb ik voor € 75 miljoen aangekondigd in mijn brief «Beleidsmatige mutaties na Najaarsnota» van 19 december, nummer 36 200-K, nr. 6.
Voor de instandhouding van het materieel zijn per saldo € 31,6 miljoen minder verplichtingen aangegaan dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd verwacht. Voor de instandhouding van diverse maritieme (wapen-) systemen is de Koninklijke Marine € 58,5 miljoen minder verplichtingen aangegaan, waaronder het meerjarige onderhoudscontract voor € 22,0 miljoen van KWCARIB voor de walradar. Ook voor kleding en uitrusting is € 21,8 miljoen minder verplicht.
Een onderhoudscontract voor Future Ground Based Air Defence System van € 15,9 miljoen is eerder aangegaan dan verwacht, namelijk 2022. Voor munitie voor opleiding en training is € 40,6 miljoen meer aangegaan, voor onderhoud aan diverse zeesystemen zijn de verplichtingen € 12,4 miljoen hoger uitgevallen dan geraamd.
Voor de verwerving is per saldo € 24,2 miljoen meer verplicht dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Voor de verwerving van wielvoertuigen is € 58,4 miljoen meer verplicht dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd verwacht. Voor MILSATCOM is € 11,6 miljoen minder verplicht. Voor het project Defensie Beveiliging- en Bewakingssysteem is € 75,4 miljoen meer verplicht, voor verwerving van transportmateriaal en medische apparatuur is € 37,3 miljoen minder verplicht. Voor € 18.1 miljoen aan investeringen voor de Kustwacht NL en Kustwacht CARIB is niet tot verplichting gekomen. Voor systemen voor de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst is € 36,6 miljoen minder verplicht dan geraamd.
Voor technologieontwikkeling is € 19,9 miljoen en voor kortcyclische innovatie is € 8,8 miljoen minder verplicht dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd.
Uitgaven
De uitgaven bij dit artikel zijn per saldo € 76,5 miljoen hoger dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd.
Als gevolg van de hogere dollarkoers dan ten tijde van de tweede suppletoire werd geraamd zijn de uitgaven € 73,3 miljoen hoger uitgevallen. Dit heb ik voor € 75 miljoen aangekondigd in mijn brief «Beleidsmatige mutaties na Najaarsnota» van 19 december, nummer 36 200-K, nr. 6.
Voor de verwerving van materieel is € 8,5 miljoen meer uitgegeven dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Voor het project Defensiebrede Vervanging Wielvoertuigen (DVOW) is € 69,9 miljoen meer uitgegeven. Voor voorraadverhoging van munitie is € 22,3 miljoen meer uitgegeven. Voor het project MILSATCOM is € 10,6 miljoen minder uitgegeven, voor de modernisering van het navigatiesysteem € 5,2 miljoen minder. Investeringen in de Defensie Gezondheidsorganisatie zijn wegens langer durende Europese aanbesteding voor € 9,8 miljoen doorgeschoven naar 2023, evenals € 8,2 miljoen uitgaven voor het project Defensie Bewakings- en Beveiligingssysteem. Daarnaast komen de uitgaven voor dienstauto's vanwege een nieuwe aanbesteding en oplopende levertijden voor € 3,2 miljoen later dan begroot.
Het overige verschil betreft diverse kleinere afwijkingen.
Ontvangsten
De ontvangsten bij dit artikel zijn per saldo € 10,8 miljoen hoger dan ten tijde van de tweede suppletoire begroting werd geraamd. Dat is het gevolg van een onverwachte verkoop van 155 mm.-muntie aan Duitsland teneinde dit aan Oekraine te schenken. Dit heb ik voor € 13 miljoen aangekondigd in mijn brief «Beleidsmatige mutaties na Najaarsnota» van 19 december, nummer 36 200-K, nr. 6.
Het overige verschil betreft diverse kleinere afwijkingen.