Verplichtingen
De lagere verplichtingen van € 13,6 miljard kunnen als volgt worden verklaard. Voor de rijksbijdrage Wlz en de rijksbijdrage BIKK is bij de 2e suppletoire wet 2021 het verplichtingenbudget verhoogd om de totale verplichting reeds voor 2022 aan te gaan. De verplichtingenruimte voor de uitvoering 2022 was ook beschikbaar in 2022. Per abuis is de verlaging van het verplichtingenbudget in 2022, voor de uitvoering in 2022, niet bij de 1e suppletoire wet 2022 meegenomen. Dit wordt nu bij Slotwet gecorrigeerd.
In de Veegbrief 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 36200 XVI, nr. 192) is reeds gemeld, dat ook de verplichtingenruimte is verhoogd met € 114,8 miljoen om verplichtingen aan te kunnen gaan betreffende het CIZ in 2023. Daarnaast is de verplichtingenruimte ook verhoogd met € 28 miljoen door een technische correctie waarbij de verplichtingenruimte gelijk wordt getrokken met het kasbudget 2022 op het instrument subsidies.
Uitgaven
1. Participatie en zelfredzaamheid van mensen met beperkingen
Storting/onttrekking begrotingsreserve
Hier treedt onderuitputting op van € 28 miljoen voornamelijk door een overboeking van realisaties van instrument Begrotingsreserve naar subsidies van € 16 miljoen (Kamerstukken II 2021/22, 36200 XVI, nr. 192) en € 32 miljoen.