Base description which applies to whole site

3.2 Artikel 3. Voortgezet onderwijs

Het voortgezet onderwijs zorgt dat leerlingen in deze fase van de doorlopende leerlijn hun talenten maximaal kunnen ontplooien en vervolgonderwijs kunnen volgen dat het beste past bij hun talenten. Het bereidt hen voor op volwaardige deelname aan de samenleving en een bij hun talenten passende (toekomstige) positie op de arbeidsmarkt.

De Minister is verantwoordelijk voor een stelsel van voortgezet onderwijs dat zodanig functioneert, dat het onderwijs aansluit bij de talenten en de ambities van individuele leerlingen en bij de behoeftes van de maatschappij.

Financieren

De Minister is verantwoordelijk voor de financiering van het voortgezet onderwijs door lumpsumbekostiging van de onderwijsinstellingen. Hierdoor wordt de toegankelijkheid van het onderwijs gewaarborgd.

Stimuleren

De Minister stimuleert specifieke beleidsonderwerpen door het verstrekken van (aanvullende) bekostiging, subsidies en de inzet van andere instrumenten zoals overleg, voorlichting, (prestatie)afspraken en wet- en regelgeving.

Regisseren

De Minister vult zijn verantwoordelijkheid voor de onderwijskwaliteit van het onderwijs in via een regisserende rol. De normeisen van kwaliteit zijn vastgelegd in wet- en regelgeving; de Inspectie van het Onderwijs houdt toezicht op de naleving.

Kengetallen
Tabel 20 Leerlingen voortgezet onderwijs1
  

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

1

Totaal aantal ingeschreven leerlingen (aantallen x 1.000). Nader te verdelen in:

941,6

952,1

948,1

940,0

931,1

919,8

913,0

 

vmbo/ havo/ vwo leerjaar 1-2

387,4

395,0

388,4

376,6

372,0

369,0

367,1

 

vmbo leerjaar 3-4

187,5

193,4

195,8

197,6

194,3

188,6

186,0

 

havo/vwo leerjaar 3

91,4

92,3

93,4

94,1

91,5

90,2

90,8

 

havo/vwo vanaf leerjaar 4

241,2

236,2

235,1

236,5

238,4

237,4

234,5

 

pro alle jaren

29,1

29,1

29,2

29,2

28,9

28,7

28,6

 

vavo vo

5,0

6,0

6,1

6,0

6,0

6,0

6,0

2

Totaal aantal scholen

641

641

641

641

641

641

641

3

Gemiddeld aantal leerlingen per school

1.469

1.485

1.479

1.466

1.453

1.435

1.424

1

Bron: Referentieraming 2023

Tabel 21 Uitgaven per leerling (bedragen x € 1. 000)
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Voortgezet onderwijs1

11,5

12,4

12,1

12,3

12,3

12,3

12,3

Bekostiging2

11,0

11,4

11,1

11,1

11,1

11,2

11,2

Exclusief ondersteuningsmiddelen3

10,2

10,6

10,2

10,2

10,3

10,3

10,3

1

De totale uitgaven uit tabel budgettaire gevolgen van beleid, exclusief de bijdragen aan agentschappen en ZBO’s/RWT’s, gedeeld door het aantal leerlingen in hetzelfde jaar, zoals opgenomen in tabel leerlingaantallen.

2

De bekostiging uit tabel budgettaire gevolgen van beleid, gedeeld door het aantal leerlingen in hetzelfde jaar, zoals opgenomen in tabel leerlingenaantallen.

3

De bekostiging uit tabel budgettaire gevolgen van beleid, minus de ondersteuningsmiddelen opgenomen in tabel ondersteuningsmiddelen, gedeeld door het aantal leerlingen in hetzelfde jaar, zoals opgenomen in tabel leerlingaantallen.

De belangrijkste beleidswijzigingen op het terrein van voortgezet onderwijs (vo) worden beschreven bij het onderdeel beleidsprioriteiten.

Tabel 22 Budgettaire gevolgen van beleid art. 3 (bedragen x € 1.000)
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Verplichtingen

11.033.861

11.865.636

11.290.093

11.429.005

11.408.869

11.327.760

10.680.666

        

Uitgaven

10.858.519

11.737.614

11.459.272

11.494.444

11.409.170

11.335.436

11.228.585

        

Bekostiging

10.361.148

10.868.276

10.512.339

10.414.877

10.354.394

10.314.435

10.217.482

Bekostiging vo-instellingen

9.215.501

10.097.559

10.364.349

10.266.890

10.211.169

10.171.210

10.074.257

Aanvullende regelingen

       

Resultaatafhankelijke bekostiging vsv aan vo-instellingen

9.013

8.557

0

0

0

0

0

Bekostiging Caribisch Nederland

24.775

24.128

23.804

23.801

23.801

23.801

23.801

Aanvullende regeling strategisch personeelsbeleid, begeleiding starters en thuiszitters

489.717

119.646

119.646

119.646

119.424

119.424

119.424

Aanvullende regelingen leerlingendaling

4.513

4.540

4.540

4.540

0

0

0

Aanvullende bekostiging Nationaal Programma Onderwijs

617.629

613.846

0

0

0

0

0

Subsidies (regelingen)

291.407

640.471

744.532

867.131

841.569

811.167

800.565

Stichting Kennisnet (basissubsidie) po, vo, mbo

24.161

36.786

25.076

17.940

17.940

17.940

17.940

Subsidieregeling structureel voorkomen onnodig zittenblijven

2.551

5.577

5.637

5.767

5.982

5.982

5.982

Praktijkgerichte programma's

8.071

10.241

10.501

10.501

10.501

10.500

41

Inhaal- en ondersteuningsprogramma's

94

0

0

0

0

0

0

Regeling Heterogene brugklassen

68.618

21.250

0

55.500

55.500

55.500

55.500

Basisvaardigheden

113.598

176.214

254.366

250.162

242.371

243.518

244.065

Maatschappelijke diensttijd

0

186.149

121.177

220.200

182.755

182.754

181.753

School en omgeving

13.269

49.709

111.510

141.931

156.884

168.877

168.877

NGF Ontwikkelkracht

0

12.689

19.972

22.381

13.921

0

0

Schoolmaaltijden

0

39.000

64.740

0

0

0

0

Brugfunctionaris

0

0

11.538

11.538

11.538

11.538

11.538

Overige subsidies

61.045

102.856

120.015

131.211

144.177

114.558

114.869

Opdrachten

9.892

45.637

80.477

91.717

89.242

85.925

86.361

Opdrachten

8.409

28.925

63.925

71.117

69.372

66.054

65.989

Zelftesten

1.483

2.643

0

0

0

0

0

MDT opdrachten

0

14.069

16.552

20.600

19.870

19.871

20.372

Bijdrage aan agentschappen

69.674

74.565

70.009

68.934

72.230

72.169

72.437

Dienst Uitvoering Onderwijs

69.674

74.565

70.009

68.934

72.230

72.169

72.437

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

56.661

63.930

51.567

51.437

51.387

51.392

51.392

College voor Toetsen en Examens

12.569

16.952

4.957

4.827

4.777

4.782

4.782

SLOA: onderwijs ondersteunende instellingen

44.092

46.978

46.610

46.610

46.610

46.610

46.610

Bijdrage aan medeoverheden

69.505

44.387

0

0

0

0

0

Nationaal Programma Onderwijs

60.038

35.019

0

0

0

0

0

Spuk huisvesting noodlocaties vo

9.467

9.368

0

0

0

0

0

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

232

348

348

348

348

348

348

GRAZ (ECML) en PISA

232

348

348

348

348

348

348

Ontvangsten

8.407

7.391

7.391

7.391

7.391

7.391

7.391

Uitsplitsing verplichtingen
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Verplichtingen

11.033.861

11.865.636

11.290.093

11.429.005

11.408.869

11.327.760

10.680.666

waarvan garantieverplichtingen

1.884

‒ 5.658

0

0

0

0

0

waarvan overige verplichtingen

11.031.977

11.871.294

11.290.093

11.429.005

11.408.869

11.327.760

10.680.666

De garantieverplichtingen hebben betrekking op leningen/rekening-courantkredieten aan onderwijsinstellingen. Deze leningen worden door middel van schatkistbankieren verstrekt. Het Ministerie van OCW staat voor deze leningen garant. Deze verplichtingen worden niet geraamd.

Budgetflexibiliteit
Tabel 23 Geschatte budgetflexibiliteit
 

2024

juridisch verplicht

98,2%

bestuurlijk gebonden

1,8%

beleidsmatig gereserveerd

0,0%

nog niet ingevuld/vrij te besteden

0,0%

Van het totale budget voor artikel 3 is voor 2024 98,0 procent juridisch verplicht.

Bekostiging

Het beschikbare budget voor 2024 is 100 procent juridisch verplicht. De verplichtingen hebben betrekking op de betalingen aan schoolbesturen en samenwerkingsverbanden. Hieraan ten grondslag liggen de Wet op het voortgezet onderwijs, onderliggende besluiten en uitvoeringsregelingen. Het moment van juridisch verplichten vindt plaats voorafgaand aan het kalenderjaar waarop de bekostiging betrekking heeft.

Subsidies

Van het beschikbare budget is in 2024 82,5 procent juridisch verplicht. Dit deel betreft de subsidies die voorafgaand aan het jaar worden beschikt. Ervaringsgegevens laten zien dat in de loop van het jaar het resterende deel van het budget ook juridisch wordt verplicht. Voor nadere toelichting wordt verwezen naar de subsidiebijlage.

Opdrachten

Van het beschikbare budget in 2024 is 26,0 procent juridisch verplicht. Ervaringsgegevens laten zien dat in de loop van het jaar het resterende deel van het budget ook juridisch wordt verplicht, bijvoorbeeld voor de ondersteuning van onvoldoende en (zeer) zwakke scholen.

Bijdrage aan agentschappen

Het budget voor 2024 is 100 procent juridisch verplicht. Op basis van managementafspraken tussen het bestuursdepartement en de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) zijn afspraken vastgelegd voor het komende jaar.

Bijdrage aan ZBO's en RWT's

Het budget voor 2024 is 100 procent juridisch verplicht. Dit betreft de bijdrage aan het College voor Toetsen en Examens en de onderwijs ondersteunende instellingen (SLOA). Op basis van overeenkomsten worden de middelen voorafgaand aan het jaar waarop de bijdragen betrekking hebben verplicht.

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

Het beschikbare budget in 2024 is 100 procent juridisch verplicht. Dit betreft de bijdragen aan de genoemde internationale organisaties.

Bekostiging

Bekostiging vo-instellingen

Vanaf 1 januari 2022 is de nieuwe vereenvoudigde bekostiging in het voortgezet onderwijs van kracht. Schoolbesturen in het vo ontvangen van het Rijk een lumpsumbekostiging voor de reguliere uitgaven. Schoolbesturen ontvangen bekostiging om (onderwijs)personeel aan te stellen en overige arbeidsvoorwaarden te vervullen en te voorzien in de kosten van de materiële instandhouding van scholen. De basisbekostiging is gebaseerd op het aantal vestigingen en het aantal leerlingen. Naast de basisbekostiging zijn er drie aanvullende regelingen. Er zijn extra bijdragen voor leerlingen in de gemengde leerweg van het voortgezet middelbaar beroepsonderwijs (vmbo), voor vestigingen met een breed onderwijsaanbod en voor geïsoleerde vestigingen. Daarnaast wordt in de bekostiging rekening gehouden met bepaalde groepen leerlingen (leerplus, eerste opvang nieuwkomers en Internationaal Georiënteerd Voortgezet Onderwijs (IGVO)) en de regeling functiemix VO Randstadregio’s vanwege Randstedelijke problematiek. Met het leerplusarrangement is € 167,8 miljoen gemoeid, in dit bedrag is de intensivering van € 105 miljoen uit het Regeerakkoord verwerkt. Daarnaast is voor regeling functiemix VO Randstad-regio’s € 77,2 miljoen beschikbaar en is voor IGVO € 9,4 miljoen beschikbaar. Voor de regeling sterk techniekonderwijs is in 2024 € 97,0 miljoen beschikbaar. Voor de aanpak van werkdruk is in kalenderjaar 2024 circa € 317,1 miljoen beschikbaar. Dit is op basis van de origineel beschikbaar gestelde reeks van circa € 300,0 miljoen inclusief de toegekende loon- en prijsbijstelling voor 2024. Vanaf 1 januari 2016 is de bekostiging van de lichte ondersteuning aan samenwerkingsverbanden geïntegreerd in het kader van passend onderwijs. Deze bekostiging bestaat uit twee delen: een budget voor leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) en praktijkonderwijs (pro) en een budget voor regionale ondersteuning. De ondersteuningsbekostiging wordt verrekend met het budget voor lwoo en pro van het samenwerkingsverband. In de volgende tabel zijn de ondersteuningsmiddelen opgenomen die naast de basisbekostiging hiervoor beschikbaar zijn.

Tabel 24 Ondersteuningsmiddelen (bedragen x € 1 miljoen)
  

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Lichte ondersteuning lwoo/pro

 

699,1

699,1

699,1

699,1

699,1

699,1

Regionale ondersteuning

 

104,5

104,5

104,5

104,5

104,5

104,5

Totale ondersteuningsmiddelen art. 3

 

803,6

803,6

803,6

803,6

803,6

803,6

Bekostiging Caribisch Nederland

Het Rijk verstrekt sinds 10 oktober 2010 bekostiging aan schoolbesturen in Caribisch Nederland. Het betreft de schoolbesturen op de eilanden Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

Strategisch personeelsbeleid, begeleiding starters en thuiszitters

Er zijn middelen beschikbaar voor het verbeteren van strategisch personeelsbeleid, de begeleiding van startende leraren en schoolleiders, en het aanpakken van verzuim.

Aanvullende regeling leerlingendaling

Scholen ontvangen middelen om een meerjarig plan voor het toekomstbestendig maken van het onderwijsaanbod in de regio uit te voeren.

Subsidies

Voor het stimuleren en realiseren van diverse beleidsdoelstellingen worden subsidies verstrekt (zie voor het totaaloverzicht de bijlage subsidies).

Verbetering basisvaardigheden

Te veel leerlingen verlaten het funderend onderwijs zonder goede beheersing van de basisvaardigheden, zoals taal, rekenen, digitale geletterdheid en burgerschap. Met het Masterplan Basisvaardigheden worden scholen bij de ontwikkeling van deze vaardigheden ondersteund. Vooruitlopend op het ontwikkelen van een structureel instrument is er een subsidieregeling beschikbaar met een looptijd van twee jaar. Voor 2024 is hiervoor circa € 254,4 miljoen beschikbaar.

Maatschappelijke diensttijd

Met de subsidie voor Maatschappelijke Diensttijd (MDT) worden maatschappelijke organisaties ondersteund om projecten te realiseren die bijdragen aan de persoonlijke ontwikkeling van jongeren. Zij kunnen trajecten van maximaal zes maanden volgen waarbij zij zich vanuit hun talenten en interesses kunnen inzetten voor een ander. Voor MDT is totaal ruim € 202,7 miljoen per jaar beschikbaar. Dit bedrag is verdeeld over subsidies (circa € 184,4 miljoen per jaar) en opdrachten (circa € 18,3 miljoen per jaar). Het totaal beschikbare subsidiebudget van MDT fluctueert per jaar. Dit wordt veroorzaakt doordat – in aansluiting op het betaalritme – de subsidieplafonds per jaar verschillen. Om tot het benodigde subsidiebudget per jaar te komen dat past bij het tot doel gestelde aantal te realiseren trajecten en bijbehorende betaalritme, is een kasschuif verwerkt. Dit leidt in 2024 tot een daling van het subsidiebudget van circa € 38,2 miljoen en in 2025 tot een stijging van € 38,2 miljoen. Daarnaast is € 25 miljoen van het beschikbare subsidiebudget in 2024 ingezet voor het verlengen van het programma schoolmaaltijden in 2024. In totaal is in 2024 € 121,2 miljoen beschikbaar voor de diverse subsidieregelingen MDT.

School en Omgeving

Elke leerling verdient het om zijn talenten en vaardigheden in de volle breedte te ontwikkelen. Om voor zoveel mogelijk leerlingen een zo kwalitatief goed mogelijk programma van activiteiten rond de school te bieden is er een subsidieregeling, waarbij scholen middelen ontvangen. Hiernaast loopt het programma School en Omgeving ook mee in de specifieke uitkering (spuk) Kansrijke Wijk aan gemeenten. Het deel van de middelen dat wordt uitgeven via Kansrijke Wijk wordt overgeboekt naar het Ministerie van BZK, die de spuk uitvoert. De middelen voor het programma School en Omgeving staan verdeeld over artikel 1 (primair onderwijs) en artikel 3 (voortgezet onderwijs). Voor artikel 1 is € 174,4 miljoen en voor artikel 3 € 111,5 miljoen beschikbaar. Voor beide artikelen is in 2024 in totaal € 285,9 miljoen beschikbaar.

Schoolmaaltijden

Net als in 2023 worden er in 2024 maaltijden verstrekt op scholen in het primair en voortgezet onderwijs, zodat meer leerlingen zonder honger les kunnen volgen. Hiervoor ontvangt OCW middelen van de ministeries van SZW (€ 52,5 miljoen) en VWS (€ 10,0 miljoen). In totaal is € 166,0 mln beschikbaar, dat naar rato van leerlingenaantallen is verdeeld over de sectoren. Op artikel 3 voor het voortgezet onderwijs is € 64,7 miljoen beschikbaar.

Brugfunctionaris

Voor het versterken van de verbinding tussen school, kind en gezin en de ondersteuningsstructuur op school zijn middelen beschikbaar gesteld. De middelen staan verdeeld over artikel 1 (primair onderwijs) en artikel 3 (voortgezet onderwijs). In 2024 bedraagt dit respectievelijk € 40,3 miljoen en € 11,5 miljoen. In totaal is voor dit doel € 51,8 miljoen beschikbaar gesteld in 2024.

Overige subsidies

Grote subsidies zijn verder de pilots voor de praktijkgerichte programma’s, voor stichting Kennisnet en in het kader van kansengelijkheid. Stichting Kennisnet ondersteunt onderwijsinstellingen bij het benutten van ICT (€ 25,1 miljoen), in dit bedrag zijn ook de groeifondsmiddelen verwerkt (€ 7,1 miljoen). De subsidie voor kansengelijkheid wordt onder andere gebruikt voor het bevorderen van doorstroom van po naar vo en vmbo-havo en vmbo-mbo (€ 28,0 miljoen). Er wordt een nieuwe regeling ontwikkeld voor doorstroomprogramma’s po-vo die vanaf 2024 in werking treedt. Op basis van de evaluatie wordt bepaald of er een nieuwe regeling wordt ontwikkeld voor doorstroomprogramma’s vmbo-havo en vmbo-mbo. Daarnaast is een budget beschikbaar voor subsidies techniekhavo (€ 8,1 miljoen) om praktijkgerichte programma’s op de havo te stimuleren.

Opdrachten

Dit betreft de middelen voor diverse beleidsgerichte activiteiten en onderzoeken. De belangrijkste hiervan is een opdracht voor het ondersteuningsprogramma voor onvoldoende en (zeer) zwakke scholen en regionale begeleiding sterk techniekonderwijs in het vmbo.

Bijdrage aan agentschappen

Dienst Uitvoering Onderwijs

De Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) is de uitvoeringsorganisatie van het Ministerie van OCW en levert producten en diensten op het terrein van bekostiging van instellingen, financiering van studenten en informatievoorziening. Het betreft het aandeel in de uitvoeringskosten van DUO voor artikel 3 (voortgezet onderwijs).

Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s

College voor Toetsen en Examens

Het College voor Toetsen en Examens (CvTE) zorgt voor uitvoerende werkzaamheden met betrekking tot de centrale examens in het reguliere vo, het mbo en de volwasseneneducatie. Daarnaast zorgt het CvTE voor de staatsexamens voor het vo en voor Nederlands als tweede taal (NT2). Dit geldt ook voor Caribisch Nederland. Het CvTE is verantwoordelijk voor de invoering van de digitale examens. Daarnaast is het CvTE regievoerder over de examenketen en heeft zij een regierol voor de centrale eindtoets po. In die hoedanigheid heeft zij de taak om namens de overheid de kwaliteit van al deze toetsen en examens te waarborgen en te zorgen voor een vlekkeloze (digitale) afname. De bijdragen van artikel 1 (primair onderwijs) en artikel 4 (beroepsonderwijs en volwasseneducatie) voor het CvTE worden zoals gebruikelijk bij Voorjaarsnota naar artikel 3 (voortgezet onderwijs) overgeboekt.

SLOA: Onderwijsondersteunende instellingen primair-, voortgezet- en beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

Op 1 januari 2014 is de wet Subsidiëring Landelijke Onderwijsondersteunde Activiteiten 2013 (SLOA) in werking getreden. De wet biedt de wettelijke grondslag voor subsidiëring van de wettelijke taken van stichting Cito en SLO. De hoogte van de individuele instellingssubsidies voor Cito en SLO voor toets- en examenontwikkeling en normering alsmede leerplanontwikkeling zijn pas begin november 2023 bekend.

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

Dit betreft bijdragen aan de internationale organisaties European Centre for Modern Languages (ECML) en Organisation for Economic Co-operation and Development (OECD) ten behoeve van het Programme for International Student Assessment (PISA).

Het ECML geldt in Europa en daarbuiten als hét expertisecentrum voor het talenonderwijs. Door deelname hieraan blijft Nederland op de hoogte van de belangrijkste ontwikkelingen op dit terrein.

De bijdrage aan OECD is een voorwaarde voor deelname aan het PISA-project, waardoor één keer in de drie jaar kan worden gemeten hoe de prestaties van 15-jarigen zich ontwikkelen op het gebied van wiskunde, lezen en "science".

Official Development Assistence (ODA) toerekening

Onderstaande tabel is opgenomen naar aanleiding van een toezegging van de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (Kamerstukken II 2015/16, 34300, nr. 58).

Tabel 25 ODA-toerekening Begroting primair en voortgezet onderwijs in het kader van onderwijskosten voor asielzoekers uit DAC-landen (bedragen x € 1.000)
 

2024

Bijdrage primair onderwijs

28.994

Bijdrage voortgezet onderwijs

9.339

Totaal

38.333

Licence