Base description which applies to whole site

3.4 Artikel 14 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's

Op dit artikel worden de producten op het gebied van regionale/lokale infrastructuur, de impulsen inzake de Regionale Mobiliteitsfondsen en het Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn (RSP-ZZL) toegelicht. De producten van dit artikel zijn gerelateerd aan de beleidsdoelstellingen en beleidsinstrumenten zoals beschreven in de begroting Hoofdstuk XII bij beleidsartikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor.

Tabel 36 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 14 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

Verplichtingen

1.050.282

1.419.215

174.089

60.730

72.731

143.345

169.700

Uitgaven

563.297

993.214

597.904

251.821

122.884

173.784

200.598

14.01 Regionale infrastructuur

0

5.506

80.970

125.147

95.809

158.991

171.014

14.01.02 Planning en studies prg reg/lok

0

5.498

72.391

60.729

72.730

143.345

169.700

14.01.03 Aanleg reg/lok

0

8

8.579

64.418

23.079

15.646

1.314

14.03 Bereikbaarheidsprogramma's

563.297

987.708

516.934

126.674

27.075

14.793

29.584

14.03.01 Concrete bereikbaarheidsprojecten

0

5

     

14.03.02 Regionaal Mobiliteitsprojecten

0

1

     

14.03.03 Ruimtelijke economisch programma

0

1

     

14.03.04 Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur

563.297

613.944

217.915

69.030

   

14.03.05 Mobiliteitspakketten

0

373.757

299.019

57.644

27.075

14.793

29.584

Ontvangsten

0

42

0

0

0

0

0

14.09 Ontvangsten

0

42

0

0

0

0

0

Budgetflexibiliteit

Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2025 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2025. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.

Tabel 37 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 14
  

2025

Juridisch verplicht

 

88%

Bestuurlijk gebonden

 

12%

Beleidsmatig gereserveerd

  

Nog niet ingevuld/vrij te besteden

  

14.01 Regionale infrastructuur

Motivering

Binnen dit artikel zijn de budgetten opgenomen voor de aanlegprojecten, waarvoor een aparte projectsubsidie wordt of is verleend. Om in aanmerking te komen voor een aparte projectsubsidie moeten de kosten van de meest kosteneffectieve oplossing hoger zijn dan € 225 miljoen indien dat project geheel of gedeeltelijk wordt gerealiseerd binnen één of meer van de samenwerkingsgebieden, waarin de Metropoolregio Amsterdam, Metropoolregio Rotterdam Den Haag is gelegen, of € 112,5 miljoen, indien dat project geheel in een ander gebied wordt gerealiseerd. Het project moet passen binnen de beleidsdoelstellingen voor regionale bereikbaarheid, zoals verwoord in de begroting Hoofdstuk XII beleidsartikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor, de Lange Termijn Spooragenda (LTSa) en het Toekomstbeeld OV.

Producten

Algemeen

Regionale lokale projecten worden uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van de decentrale overheid. IenW levert een bijdrage aan de aanleg kosten van die projecten. Dit betekent ook dat de uitvoeringsperiode van een project niet gelijk hoeft te lopen met de periode waarin de rijksbijdrage beschikbaar komt in het MIRT.

Planning en studies

Voor regionale/lokale infrastructuurprojecten wordt geen apart planning- en studieprogramma opgenomen in het MIRT. In de begroting zijn dan ook geen middelen voor dit product opgenomen. De planningen en studies worden onder verantwoordelijkheid van de decentrale overheid uitgevoerd en pas na toetsing en besluitvorming door IenW al dan niet opgenomen in het planning- en studieprogramma.

Tabel 38 Projectoverzicht behorende bij 14.01.02: Planning en studies Regionaal/lokaal (bedragen x € 1 miljoen)
 

Budget

Planning

 

Projectomschrijving

huidig

vorig

PB of TB

Indienststelling

 

Overige projecten en reserveringen

     

Rotterdam HOV

691

671

   

Randstadrail/Metronet Rotterdam

275

267

   

Stedelijk OV Den Haag

337

327

   
      

Projecten in voorbereiding

20

19

   

Overige projecten in voorbereiding

62

61

   

Gesignaleerde risico's

     

Totaal planning en studies

     

Planuitwerkingskosten op MF 11

33

32

   

Begroting (MF 14.01.02)

1.418

1.377

   

Legenda

PB = Projectbesluit

TB = Tracébesluit

Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen

De budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van loon- en prijsbijstelling 2024.

14.01.03 Aanlegprogramma Regionaal/lokaal

Hieronder vallen de uitgaven (subsidies) voor de realisatie van grote regionale/lokale infrastructuurprojecten die door regionale overheden worden aangelegd.

Tabel 39 Projectoverzicht behorende bij 14.01.03: Aanlegprogramma Regionaal/lokaal (bedragen x € 1 miljoen)
  

Projectbudget

Kasbudget

Indienststelling

Projectomschrijving

 

huidig

vorig

t/m 2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

later

huidig

vorig

Projecten Zuidwest-Nederland

             

HOV-NET Zuid-Holland Noord (vh Rijn-Gouwelijn)

 

183

180

70

 

9

64

23

16

1

 

divers

divers

Afrondingen

             

Totaal Aanleg

             

Begroting (MF 14.01.03)

 

183

180

70

 

9

64

23

16

1

   

Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen

14.03 Bereikbaarheidsprogramma's

Motivering

Binnen dit artikel zijn de budgetten opgenomen voor de bereikbaarheidsprogramma’s. In het verleden werd op artikel 14.03 het Regionaal Mobiliteitsfonds (RMf) RSP voor Noord Nederland begroot en verantwoord. Vanaf ontwerpbegroting 2024 worden binnen dit artikel de budgetten voor bovenplanse infrastructuur en de mobiliteitspakketten begroot en verantwoord. Deze budgetten hebben tot doel nieuwe woningbouwlocaties te ontsluiten en bereikbaar te maken.

Producten

14.03.04 Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur

Hieronder vallen de middelen die tot doel hebben om gemeenten in staat te stellen bovenplanse infrastructurele voorzieningen te realiseren zodat op locaties in heel Nederland op korte termijn woningbouw kan plaatsvinden. Hierover zijn afspraken gemaakt in het BO Leefomgeving van 2022 (kamerstuk 35925-A-76) en BO MIRT van 2022 (kamerstuk 36200-A-9).

In totaal is er € 1.472 miljoen beschikbaar gesteld voor deze afspraken. Door middel van de regeling ‘specifieke uitkering woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur’ worden de middelen uitgekeerd aan gemeenten.

Tabel 40 Projectoverzicht behorende bij 14.03.04 Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur
  

Projectbudget

Kasbudget

Indienststelling

Toelichting

Projectomschrijving

 

huidig

vorig

t/m 2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

later

huidig

vorig

 

Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur

 

1.472

1.445

563

614

218

77

      

1

Begroting (MF 14.03)

 

1.464

1.445

563

614

218

69

       

Belangrijkste budgettaire aanpassingen

  • 1. Het vorig projectbudget bij de eerste suppletoire begroting 2024 (i.e. stand vorig van 1523 naar 1445) is hier gecorrigeerd omdat bij VJN een BTW-afdracht naar BCF voor de woningbouwmiddelen kortetermijn heeft plaatsgevonden. Het huidig projectbudget is bijgesteld ivm de prijsindexatie op de Woningbouwmiddelen KT. Het budget vanaf 2026 is met 10% gekort vanwege de taakstelling uit het Hoofdlijnenakkoord.

14.03.05 Mobiliteitspakketten

Tabel 41 Projectoverzicht behorende bij 14.03.05 Mobiliteitspakketten
  

Projectbudget

Kasbudget

Indienststelling

Projectomschrijving

 

huidig

vorig

t/m 2023

2024

2025

2026

2027

2028

2029

later

huidig

vorig

Mobiliteitspakketten

 

1.134

1.114

0

374

299

58

27

15

30

332

  

Begroting (MF 14.03)

             

Belangrijkste budgettaire aanpassingen

  • 1. Het vorig projectbudget bij VJN2024 (i.e. stand vorig van € 1130 miljoen naar € 1114 miljoen) is hier gecorrigeerd omdat bij VJN een overboeking (€ 16 miljoen) heeft plaatsgevonden van programma mobiliteitspakketten naar kleine projecten personenvervoer inzake een subsidieaanvraag voor project verbetermaatregelen station Almere Centrum en - Buiten (ProRail). Het huidig projectbudget is bijgesteld ivm de prijsindexatie op de Mobiliteitspakketten. Het budget vanaf 2026 is met 10% gekort vanwege de taakstelling uit het Hoofdlijnenakkoord.

Licence