A Algemene doelstelling
Het waarborgen van de rechtszekerheid, deugdelijkheid van bestuur en de mensenrechten in Aruba, Curaçao en Sint Maarten.
B Rol en verantwoordelijkheid
Elk land in het Koninkrijk heeft de zorg voor de verwezenlijking van de fundamentele menselijke rechten en vrijheden, de rechtszekerheid en de deugdelijkheid van bestuur. Het waarborgen hiervan is een aangelegenheid van het Koninkrijk. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is op grond van de verantwoordelijkheid voor het Statuut, aanspreekbaar op de waarborgtaak van het Koninkrijk. Vanuit deze verantwoordelijkheid worden de ontwikkelingen met betrekking tot het functioneren van het openbaar bestuur en de verwezenlijking van de mensenrechten en de rechtszekerheid in de landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten gevolgd. Het feit dat het Koninkrijk de bevoegdheid heeft in het kader van de waarborgfunctie op te treden, sterkt de instituties van de landen in hun taak om de beginselen van de democratische rechtsstaat te realiseren. De Koninkrijksregering kan maatregelen nemen, als er sprake is van ernstige inbreuk op fundamentele rechten en vrijheden in een land of in een situatie waarin rechtszekerheid of deugdelijk bestuur niet langer gewaarborgd zijn en de interne controlemechanismen feitelijk disfunctioneren. Van geval tot geval zal dan moeten worden bezien of ingrijpen in de zin van artikel 43, 50 of 51 Statuut, noodzakelijk is en welke maatregel dan het meest passend is.
C Beleidsconclusies
Evaluatie justitiële rijkswetten en rijkswet Financieel Toezicht 2015
De opdracht voor de evaluatie van de vier rijkswetten op het terrein van Veiligheid en Justitie (Openbaar Ministerie, Gemeenschappelijk Hof, Politie en Raad voor de Rechtshandhaving) is in de zomer van 2014 goedgekeurd door de vier Ministers van Justitie van de landen en door de Rijksministerraad. Voor de evaluatie is een evaluatiecommissie ingesteld (Staatscourant, 2014, 24569). De Evaluatiecommissie justitiële rijkswetten neemt ook de werking van deze rijkswetten voor Caribisch Nederland mee. Het eindrapport wordt naar verwachting uiterlijk 10 oktober 2015 opgeleverd.
Ten aanzien van de evaluatie van de Rijkswet financieel toezicht zijn in 2014 geen voorbereidingen getroffen. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties stelt, in overeenstemming met de Rijksministerraad, uiterlijk zes maanden voorafgaande aan een beslissing over het in stand houden (van een deel) van de verplichtingen op grond van de Rijkswet financieel toezicht, een evaluatiecommissie in (dus uiterlijk 10 april 2015). Begin 2015 worden hiervoor voorbereidingen getroffen na overleg met de landen.
Het op dit artikel voorgenomen beleid is in grote lijnen uitgevoerd. De belangrijkste afwijkingen in de gerealiseerde uitgaven ten opzichte van de in de oorspronkelijke begroting opgenomen bedragen worden hieronder toegelicht.
D Tabel budgettaire gevolgen van beleid
Beleidsartikel 1 Waarborgfunctie
2010 | 2011 | 2012 | 2013 | Realisatie 2014 | Oorspronkelijk vastgestelde begroting 2014 | Verschil 2014 | ||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen: | 57.227 | 66.730 | 51.896 | 75.317 | 118.121 | 61.821 | 56.300 | |
Uitgaven: | 55.957 | 57.888 | 57.818 | 63.859 | 61.867 | 61.821 | 46 | |
1.1 | Rechterlijke macht/samenwerkingsmiddelen kustwacht | 55.957 | 57.888 | 57.818 | 63.859 | 61.867 | 61.821 | 46 |
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken | 0 | 0 | 57.818 | 63.859 | 61.867 | 61.821 | 46 | |
Grensbewaking | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.100 | 0 | 6.100 | |
Kustwacht | 0 | 0 | 0 | 0 | 35.380 | 0 | 35.380 | |
Kustwacht en grensbewaking | 0 | 0 | 40.974 | 43.650 | 0 | 41.500 | -41.500 | |
Recherchecapaciteit | 0 | 0 | 13.745 | 17.277 | 17.226 | 15.968 | 1.258 | |
Rechterlijke macht | 0 | 0 | 3.099 | 2.932 | 3.161 | 4.353 | -1.192 | |
Ontvangsten: | 10.025 | 2.460 | 4.497 | 5.295 | 6.186 | 4.857 | 1.329 |
Bij Voorjaarsnota 2014 is de regeling Kustwacht en grensbewaking gesplitst in twee aparte regelingen te weten Grensbewaking en Kustwacht.
E Toelichting op de financiële instrumenten
1.1. Rechterlijke macht/samenwerkingsmiddelen Kustwacht
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken
Grensbewaking
Sinds 2008 levert een flexibele pool van 43 fte van de Koninklijke Marechaussee (KMar) een bijdrage aan de bestrijding van de geweldscriminaliteit, het grens- en vreemdelingentoezicht, de bestrijding van mensensmokkel en -handel, en de bestrijding van drugssmokkel via de luchthavens. De medewerkers van de KMar functioneren daarbij onder aansturing van de lokale diensthoofden en vallen onder het lokale gezag (Ministers van Justitie). De kosten van de flexibele pool komen ten laste van deze begroting.
In 2014 is een nieuw protocol over de inzet van de flexpool met de KMar getekend met een looptijd tot eind 2019. Met de ondertekening van dit protocol wordt de inzet per 1 juli 2015 uitgebreid naar Aruba. Hiermee wordt de inzet van de flexibel inzetbare pool KMar ten behoeve van ondersteuning in de rechtshandhaving mogelijk in het gehele Caribische deel van het Koninkrijk.
Kustwacht
De Kustwacht heeft ook in 2014 een belangrijke bijdrage geleverd aan de maritieme rechtshandhaving, waarbij drugsbestrijding, mensenhandel en mensensmokkel en illegale immigratie prioriteiten waren. Daarmee was de Kustwacht voor het Caribische deel van het Koninkrijk een onmisbare schakel in de rechtshandhavingketen. Daarnaast heeft de Kustwacht een bijdrage geleverd aan de veiligheid op het water door het uitvoeren van zoek- en reddingsoperaties (Search and Rescue) en haar toezichthoudende taken uitgevoerd, waaronder visserij- en milieu-inspecties. In Caribisch Nederland lag het accent op de bescherming van het mariene milieu, waaronder de Sababank en koraalriffen, en het optreden tegen illegale (speer)visserij. De uitgaven van de Kustwacht voor het Caribische deel komen ten laste van deze begroting.
Over de vervanging van de interceptorvaartuigen is in de Kustwachtcommissie overeenstemming bereikt. Het aanbestedingstraject voor twaalf nieuwe interceptorvaartuigen wordt verder uitgewerkt. Dit leidt tot een stijging van de uitgaven in 2016 en 2017.
Recherchecapaciteit
Zoals vastgelegd in de Rijkswet politie en het Protocol Recherche Samenwerkingsteam heeft het Recherche Samenwerkingsteam (RST) als taak de bestrijding van zware, georganiseerde en grensoverschrijdende criminaliteit. Daarnaast verricht het RST de afhandeling van internationale rechtshulpverzoeken op dit gebied. Het RST heeft vestigingen op Aruba, Bonaire, Curaçao en Sint Maarten, waar men werkt onder gezag van de lokale Openbaar Ministeries. De kosten daarvan komen ten laste van deze begroting. De overbesteding is het gevolg van extra capaciteit die is ingezet voor projecten en meer dan gebruikelijke doorstroom van personeel.
Prioriteiten voor 2014 waren de aanpak van witwassen, mensenhandel, wapensmokkel, internationale drugshandel en bendevorming. Gemiddeld waren er bij het RST ongeveer 70 uit Nederland uitgezonden medewerkers werkzaam, die uitgezonden worden voor een periode van 3 tot 5 jaar. Dit aantal is aangevuld met 36 medewerkers uit de lokale korpsen en 15 overige lokaal geworven medewerkers. De betrokken Ministers van (Veiligheid en) Justitie van de landen en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties stellen gezamenlijk de jaarstukken van het RST vast in het Justitieel vierpartijenoverleg.
Rechterlijke macht
Nederland stelt op verzoek rechters en officieren van justitie ter beschikking aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten om op die manier te komen tot een volledige bezetting van het Gemeenschappelijk Hof en het Openbaar Ministerie (OM). In 2014 zijn gemiddeld 39 uitgezonden rechters en officieren van justitie werkzaam geweest. Het OM in Nederland stelt de betreffende rechterlijke ambtenaren ter beschikking. Vanuit het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt het «Voorzieningenstelsel Buitenlandtoelagen Rechterlijke Ambtenaren (VBRA)» bekostigd. In 2014 is gezamenlijk met Curaçao een start gemaakt met het project Duradero.
De onderbesteding op deze regeling heeft te maken met de overgang van het VBRA naar het Voorzieningenstelsel Uitzendingen Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en met het niet geheel uitputten van het budget voor Duradero.
Ontvangsten
De ontvangsten hebben voornamelijk betrekking op de Kustwachtbijdragen die iets hoger zijn uitgevallen dan aanvankelijk verwacht. De Kustwacht wordt door middel van drie geldstromen gefinancierd. De Luchtverkenning inclusief integrale exploitatie van Steunpunt Hato wordt volledig gefinancierd uit de begroting Koninkrijksrelaties. De inzet van Defensiemiddelen (vaardagen van het stationsschip en vlieguren van de boordhelikopter) wordt gefinancierd door het Ministerie van Defensie. De personele en materiële exploitatie-uitgaven en de investeringsuitgaven worden door alle deelnemende landen gezamenlijk gefinancierd op basis van een door de Rijksministerraad vastgestelde verdeelsleutel. Het Ministerie van BZK verzorgt de initiële bijdrage (zie hierboven onder Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken). Vervolgens betalen de landen hun deel achteraf aan Nederland (Aruba: 11%, Curaçao: 16%, en Sint Maarten: 4%) op basis van de werkelijke realisatie en geactualiseerde wisselkoers.