Het kabinet heeft de ambitie en de plicht om de zorg voor nu en voor toekomstige generaties, kwalitatief goed, toegankelijk en ook betaalbaar te houden. Daarover zijn stevige afspraken vastgelegd in het regeerakkoord. De door dit kabinet getroffen maatregelen om de collectieve zorguitgaven te beheersen en de groei af te vlakken, werpen inmiddels nadrukkelijk hun vruchten af. Het jaar 2014 was opnieuw een belangrijk jaar op weg naar financieel houdbare zorg. Het kabinet heeft in de ontwerpbegroting 2015 gemeld dat de zorguitgaven van 2014 op 2015 naar verwachting ongeveer gelijk blijven.
Voor het jaar 2014 is – ten opzichte van de stand ontwerpbegroting 2014 – sprake van een zeer forse onderschrijding van de zorguitgaven van circa € 2 miljard. Deze onderschrijding is met name ontstaan door lager dan geraamde zorguitgaven. De bij jaarverslag gemelde onderschrijding bedraagt circa € 1,1 miljard. Het betreft hier per saldo meevallende zorguitgaven in de curatieve en langdurige zorg van circa € 0,8 miljard. Daarnaast is sprake van overige mutaties met een meer technisch karakter (€ 0,3 miljard). De ruimte in de curatieve zorg wordt deels verklaard door een forse incidentele onderschrijding bij de grensoverschrijdende zorg (€ 264 miljoen) en een structurele onderschrijding op het genees- en hulpmiddelenkader als gevolg van lagere volumegroei, een daling van de prijzen en succesvol gevoerd preferentiebeleid (€ 271 miljoen). In het beeld zijn nog niet de cijfers over 2014 met betrekking tot de instellingen voor de medisch-specialistische zorg en de GGZ opgenomen. Deze cijfers zijn op dit moment nog te onzeker om conclusies aan te verbinden. Ook in de langdurige zorg is sprake van een per saldo meevallend beeld. Dit komt met name door forse ruimte in de productiecijfers bij de zorg in natura (€ 218 miljoen). Hiertegenover staat een kleinere overschrijding bij de persoonsgebonden budgetten (€ 23 miljoen).
Verschillende structuurversterkende maatregelen in de zorg hebben aan de uitgavenbeheersing van de afgelopen periode bijgedragen. Zo laat de ontwikkeling van de geneesmiddelenuitgaven een gunstige trend zien en leveren de in 2011 en 2013 gesloten hoofdlijnenakkoorden met de curatieve sector een flinke bijdrage aan een beheerste ontwikkeling van de zorguitgaven. Het kabinet ziet dat alle betrokken partijen hun verantwoordelijkheid tonen om de zorguitgaven op een beheersbaar groeipad te brengen. Zo pakken zorgverzekeraars hun rol als inkoper (goede zorg tegen een scherpe prijs) steeds beter en gerichter op. Dat de zorgakkoorden werken, blijkt ook uit onderstaande tabel waarin het voorlopige resultaat van de zorgakkoorden die met de verschillende sectoren zijn afgesproken, staat weergegeven.
Figuur 1: Actueel beeld financiële resultaten zorgakkoorden
Een negatief percentage betekent dat de totale uitgaven in de betreffende sector onder de in de akkoorden afgesproken plafonds liggen. Voor de medisch-specialistische zorg geldt dat in 2012 en 2013 sprake was van een overschrijding die mede het gevolg is van incidentele transitiekosten samenhangend met de invoering van de nieuwe budgetsystematiek. De overschrijding exclusief deze transitiebedragen ligt dan ook aanzienlijk lager (0,4% in 2012 en 1,3% in 2013).
Ook de komende periode heeft het de prioriteit om de zorg toegankelijk en betaalbaar te houden en tegelijkertijd de kwaliteit te verbeteren. Met de ingezette hervormingen van het zorgstelsel heeft het kabinet hiervoor de basis gelegd. Daarmee is een begin gemaakt met de daadwerkelijke omslag naar betere en betaalbare zorg.
Art. | Naam artikel | 2008 | 2009 | 2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 | Geheel artikel? |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1 | Volksgezondheid | Nee | |||||||
Gezondheidsbescherming | |||||||||
Ziektepreventie | |||||||||
Gezondheidsbevordering | |||||||||
Ethiek | |||||||||
2 | Curatieve Zorg | Nee | |||||||
Kwaliteit en veiligheid | |||||||||
Toegankelijkheid en betaalbaarheid | |||||||||
Bevordering werking van het stelsel | |||||||||
3 | Langdurige zorg en ondersteuning | Nee | |||||||
Stimuleren participatie en zelfredzaamheid van mensen met beperkingen | |||||||||
Zorgdragen voor langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten | |||||||||
4 | Zorgbreed beleid | Nee | |||||||
Positie cliënt | |||||||||
Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt | |||||||||
Kwaliteit, transparantie en kennisontwikkeling | |||||||||
Inrichten uitvoeringsactiviteiten | |||||||||
Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland | |||||||||
5 | Jeugd | Ja | |||||||
6 | Sport en bewegen | Ja | |||||||
7 | Oorlogsgetroffenen en Herinnering WO II | – | |||||||
8 | Tegemoetkoming specifieke kosten | – |
1. De beleidsdoorlichting voor artikel 5.1 stond gepland voor verzending in 2014. De vertraging is in grote mate te wijten aan de invoering van de Jeugdwet, waaraan destijds de noodzakelijke prioriteit werd gegeven en een groot beroep deed op de capaciteit van het apparaat. De doorlichting is begin 2015 aan de Tweede Kamer verzonden (TK 32 772, nr. 3).
2. De meest recente meerjarenplanning beleidsdoorlichtingen vindt men hier.
3. In de bijlage afgerond evaluatie- en overig onderzoek worden overige onderzoeken naar doeltreffendheid en doelmatigheid van beleid, evenals ander beleidsonderzoek vermeld.
Overzicht van Risicoregelingen
Art. | Omschrijving | Uitstaande garanties 2013 1 | Verlenen 2014 | Vervallen 2014 | Uitstaande garanties 2014 | Garantieplafond | Totaal plafond | Totaal stand begrotingsreserve | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2 | Voorzieningen tbv De Hoogstraat | begrotingswet | 10.425 | 0 | 397 | 10.028 | 10.028 | ||
2 | Voorzieningen tbv ziekenhuizen | 1958 | 412.875 | 25.709 | 69.284 | 369.300 | 369.300 | ||
3 | Voorzieningen tbv verpleeghuizen | financiering | 25.288 | 0 | 3.060 | 22.228 | 22.228 | ||
3 | Voorzieningen tbv psychiatrische instellingen | 1958 | 33.592 | 0 | 2.984 | 30.608 | 30.608 | ||
3 | Voorzieningen tbv zwakzinnigen inrichtingen | 1958 | 17.659 | 0 | 5.943 | 11.716 | 11.716 | ||
3 | Voorzieningen tbv overige instellingen | 1958 | 1.204 | 0 | 171 | 1.033 | 1.033 | ||
3 | Voorzieningen tbv instellingen gehandicapten | 1958 | 28.923 | 1.361 | 3.498 | 26.785 | 26.785 | ||
3 | Voorzieningen tbv zwakzinnigeninrichtingen | rijksregeling | 9.327 | 0 | 1.372 | 7.955 | 7.955 | ||
3 | Voorzieningen tbv instellingen gehandicapten | rijksregeling | 117.319 | 1.225 | 21.956 | 96.588 | 96.588 | ||
2 | Voorzieningen tbv ziekenhuizen | rijksregeling | 598 | 0 | 48 | 551 | 551 | ||
3 | Niet sedentaire personen | 1.226 | 0 | 127 | 1.099 | 1.099 | |||
Totaal | 658.436 | 28.295 | 108.840 | 577.891 | – | 577.891 |
De stand in het jaarverslag 2013 is gebaseerd op de nominaal verstrekte garanties. In bovenstaande tabel wordt uitgegaan van de feitelijke risico’s. In verband met de doorlichting van de leningsgegevens door het Waarborgfonds voor de Zorgsector en correcties op voorgaande jaren zijn er mutaties (€ 13,7 miljoen) verwerkt waardoor de stand van de feitelijke risico’s 2013 is aangepast.
Toelichting
De verstrekte garanties uit de tabel komen voort uit drie aparte regelingen: de Garantieregeling inrichtingen voor gezondheidszorg 1958, de Rijksregeling Dagverblijven voor gehandicapten inzake erkenning, subsidiëring, verlening van garanties en toezicht uit 1971 en de Rijksregeling Gezinsvervangende Tehuizen voor gehandicapten, ook uit 1971. De betreffende regelingen dateren uit een tijd dat de overheid een expliciete verantwoordelijkheid had voor bouw en spreiding van intramurale zorgvoorzieningen.
De Rijksgarantieregelingen zijn gesloten voor nieuwe gevallen waardoor het financiële risico van VWS door reguliere en vervroegde aflossing van de uitstaande leningen geleidelijk wordt afgebouwd. De laatste rijksgegarandeerde lening loopt af in 2043. Het monitoren van de instellingen aan wie een rijksgarantie verstrekt is, alsmede van de leningen (bijv. renteherziening), wordt sinds 2004 in mandaat uitgevoerd door het Waarborgfonds voor de Zorgsector (WFZ) namens de Minister van VWS (Besluit van 17 december 2003, Stcrt. 2004, nr. 7, blz. 11).
In 2014 is de Stichting Zorggroep failliet verklaard. Deze stichting beschikte over garanties voor een aantal leningen op grond van bovenstaande garantieregelingen. Het Rijk is gehouden aan het overnemen van de rente en aflossing over de resterende looptijd van deze leningen. Afhankelijk van de precieze voorwaarden waaronder aflossing zal geschieden, worden de totale kosten daarvan geschat op circa € 2,5 miljoen (TK 32 299, nr. 39). Het faillissement heeft voor het Rijk in 2014 geen financiële gevolgen gehad.
Artikel | Omschrijving | Uitgaven 2013 | Ontvangsten 2013 | Saldo 2013 | Uitgaven 2014 | Ontvangsten 2014 | Saldo 2014 | Mutatie volume begrotingsreserve 2014 en 2013 |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
3 | Voorzieningen t.b.v. instellingen gehandicapten | 12.720 | 1.723 | 10.998 | – | – | – | – 10.998 |
TOTAAL | 12.720 | 1.723 | 10.998 | 0 | 0 | 0 | – 10.998 |
Toelichting
In verband met het faillissement van de stichting Zonnehuizen heeft VWS in 2013 betaald voor de afwikkeling van de financiële verplichtingen. In 2014 is er geen sprake geweest van uitgaven of ontvangsten. Het faillissement van de Stichting Zorggroep Pasana heeft geen financiële effecten gehad in 2014.
Artikel | Omschrijving | Uitstaande garanties 2013 | Verlenen 2014 | Vervallen 2014 | Uitstaande garanties 2014 | Garantieplafond | Totaal plafond | Totaal stand begrotingsreserve |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2 | GO Cure | 30.101 | – | 1.853 | 28.248 | 28.248 | 28.248 | – |
TOTAAL | 30.101 | – | 1.853 | 28.248 | 28.248 | 28.248 | – |
Toelichting
Garantie Ondernemingsfinanciering Cure
De tijdelijke regeling Garantie Ondernemingsfinanciering Curatieve Zorg (GO Cure) is in het kader van de kredietcrisis ingesteld om de bouw in de gezondheidszorg te stimuleren. Ziekenhuizen, categorale instellingen, geestelijke gezondheidszorg en zelfstandige behandelcentra hebben tot en met 2012 gebruik kunnen maken van de regeling. Bij de GO Cure heeft de overheid garanties verstrekt voor 50% van een nieuwe banklening vanaf € 1,5 tot € 50 miljoen, met een maximale looptijd van 8 jaar. De verstrekte garanties lopen af in 2020. De Go cure maakt deel uit van de bredere Garantieregeling Ondernemingsfinanciering (GO) die wordt uitgevoerd door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), onderdeel van het Ministerie van Economische Zaken. De cijfermatige gegevens van de GO Cure zijn daarom eveneens opgenomen onder de GO in de begroting van het Ministerie van Economische Zaken.
Omschrijving | 2013 | 2014 |
---|---|---|
Achterborgstelling | 8.922,0 | 8.571,4 |
Bufferkapitaal | 235,5 | 246,8 |
Obligo | 267,7 | 257,1 |
Stand begrotingsreserve | 9.425,2 | 9.075,3 |
Toelichting
Het Ministerie van VWS is achterborg voor het Waarborgfonds voor de Zorgsector (WFZ). Het totaalbedrag aan uitstaande verplichtingen is, volgens informatie van het WFZ, € 8.571,4 miljoen. Dit bedrag is de uitstaande restschuld per 2014. VWS staat daadwerkelijk borg, indien het risicovermogen van het WFZ en de obligoverplichting van 3% van het restant geborgde leningen van de deelnemers tezamen niet voldoende is om het WFZ aan zijn verplichtingen jegens geldgevers te laten voldoen. Via renteloze leningen van VWS aan het WFZ wordt in die situatie invulling gegeven aan het borg staan.
Artikel | Omschrijving | Uitstaande lening | Looptijd lening | Totaal stand begrotingsreserve 2013 | Mutatie volume begrotingsreserve 2014 en 2013 |
---|---|---|---|---|---|
2 | IJsselmeerziekenhuis | 5.000 | 3 jaar | ||
Totaal | 5.000 |