Jaarverantwoording van het baten-lastenagentschap DICTU per 31 december 2017
Omschrijving | (1) Vastgestelde begroting 2017 | (2) Realisatie 2017 | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | (4) Realisatie 2016 |
---|---|---|---|---|
Baten | ||||
Omzet moederdepartement | 189.000 | 239.781 | 50.781 | 221.689 |
Omzet overige departementen | 40.000 | 42.300 | 2.300 | 31.264 |
Omzet derden | 1.000 | 1.262 | 262 | 891 |
Rentebaten | ||||
Vrijval voorzieningen | ||||
Bijzondere baten | ||||
Totaal baten | 230.000 | 283.343 | 53.343 | 253.844 |
Lasten | ||||
Apparaatskosten | 211.900 | 258.790 | 46.890 | 235.923 |
– Personele kosten | 124.000 | 151.611 | 27.611 | 144.404 |
Waarvan eigen personeel | 60.000 | 54.442 | – 5.558 | 46.221 |
Waarvan inhuur externen | 4.000 | 96.880 | 92.880 | 4.584 |
Waarvan overige personele kosten | 60.000 | 289 | – 59.711 | 93.599 |
– Materiële kosten | 87.900 | 107.179 | 19.279 | 91.519 |
Waarvan apparaat ICT | 37.500 | 40.285 | 2.785 | 36.080 |
Waarvan bijdrage aan SSO's | 15.100 | 12.237 | – 2.863 | 15.578 |
Waarvan overige materiële kosten | 35.300 | 54.657 | 19.357 | 39.861 |
Rentelasten | 200 | 53 | – 147 | 99 |
Afschrijvingskosten | 16.900 | 18.521 | 1.621 | 15.458 |
– Materieel | 8.000 | 7.073 | – 927 | 6.581 |
Waarvan apparaat ICT | 8.000 | 7.073 | – 927 | 6.581 |
– Immaterieel | 8.900 | 11.448 | 2.548 | 8.877 |
Overige lasten | 1.000 | 1.569 | 569 | 1.231 |
– Dotaties voorzieningen | 1.000 | 1.569 | 569 | 1.231 |
– Bijzondere lasten | ||||
Totaal lasten | 230.000 | 278.933 | 48.933 | 252.711 |
Saldo van baten en lasten | 0 | 4.410 | 4.410 | 1.133 |
Het positieve resultaat van DICTU bedraagt € 4,4 mln. Dit komt met name doordat de huisvestingskosten in de realisatie lager zijn dan in zowel de begroting van 2017 als de realisatie van 2016. In bovenstaande tabel is dit zichtbaar in de materiële kosten op de regel «Waarvan bijdrage aan SSO’s».
Toelichting op de baten
De omzet is € 53,3 mln hoger dan begroot. Bij 1e Suppletoire begroting 2017 was al aangegeven dat de omzet naar verwachting zou stijgen met € 16,7 mln en bij 2e Suppletoire begroting is aangegeven dat de omzet naar verwachting verder zou stijgen met nog eens € 17,9 mln naar een omzet van € 264,6 mln. In het laatste kwartaal is € 18,7 mln meer omzet gemaakt dan verwacht.
De omzetstijging komt nagenoeg geheel voor rekening van het moederdepartement (€ 50,8 mln) en betreft vooral een toename van de producten infrabeheer en overige opbrengsten en in mindere mate indirect en applicatiebeheer.
Omzet moederdepartement
De verdeling per productgroep wordt in onderstaande tabel weergegeven (bedragen x € 1.000).
Vastgestelde begroting 2017 | Realisatie 2017 | Verschil realisatie en vastgestelde begroting | Realisatie 2016 | |
---|---|---|---|---|
Applicatiebeheer | 25.000 | 29.729 | 4.729 | 27.398 |
Ontwikkelopdrachten | 48.500 | 43.199 | – 5.301 | 50.721 |
Infrabeheer | 39.000 | 53.491 | 14.491 | 44.144 |
Werkplekservices | 33.000 | 34.825 | 1.825 | 34.479 |
Overige omzet | 3.000 | 30.766 | 27.766 | 19.648 |
Generieke eBS | 7.500 | 6.912 | – 588 | 6.611 |
Indirect | 33.000 | 40.859 | 7.859 | 38.688 |
Totaal | 189.000 | 239.781 | 50.781 | 221.689 |
De omzet op applicatiebeheer valt hoger uit dan begroot door een hoger aantal te beheren applicatieservices voor het moederdepartement. De hogere gerealiseerde omzet op infrabeheer komt door vertraging, doordat de migratie van de Klassieke infrastructuur naar de Cloudinfrastructuur langer duurt dan verwacht. Als gevolg hiervan moet langer gebruik worden gemaakt van de (duurdere) klassieke infrastructuur. De oorzaak van de hogere omzet op het product overige omzet is een vertraagde oplevering van de Cloudwerkplek en hiermee samenhangende kosten en extra licentiekosten. De stijging van de omzet op het product indirect volgt de hogere omzet.
Bedragen x € 1.000 | Vastgestelde begroting 2017 | Realisatie 2017 | Verschil realisatie en vastgestelde begroting | Realisatie 2016 |
---|---|---|---|---|
Applicatiebeheer | 1.500 | 3.977 | 2.477 | 1.550 |
Ontwikkelopdrachten | 12.200 | 2.183 | – 10.017 | 2.445 |
Infrabeheer | 10.500 | 11.056 | 556 | 10.048 |
Werkplekservices | 2.000 | 123 | – 1.877 | 329 |
Overige omzet | 6.300 | 17.562 | 11.262 | 5.722 |
Generieke eBS | 500 | – 500 | ||
Indirect | 7.000 | 7.399 | 399 | 5.455 |
Omzet BOD’s | 5.715 | |||
Totaal | 40.000 | 42.300 | 2.300 | 31.264 |
In 2017 is het grootste deel van het ontwikkelwerk voor overige departementen in beheer genomen, waardoor er een herallocatie over de verschillende producten heeft plaatsgevonden.
De omzetstijging overige departementen wordt met name veroorzaakt door de ontwikkeling van een Zaakgericht Werken systeem voor de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Het Zaakgericht Werken systeem werd ook ontwikkeld voor de Raad voor Strafrechttoepassing en Jeugdbescherming van het Ministerie van Veiligheid en Justitie. Tenslotte is een zgn. Standaard Platform ontwikkeld voor het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.
Toelichting op de lasten
Personele kosten zijn in 2017 per saldo gestegen met € 27,6 mln. De lagere realisatie van kosten voor eigen personeel wordt veroorzaakt doordat het vervullen van interne vacatures voor bepaalde specialistische ICT-functies in de praktijk lastiger blijkt dan vooraf ingeschat. Er is een verschuiving zichtbaar in de posten externe inhuur en overige personele kosten inhuur conform een aanpassing van de richtlijn externe inhuur in de Rijksbegrotingsvoorschriften 2018. Hierbij wordt inhuur voor onderhoud en beheer van ICT-systemen verantwoord onder externe inhuur en niet meer onder overige personele kosten.
De overige materiële kosten zijn toegenomen als gevolg van hogere licentiekosten en aanschaf van ICT-infrastructuur.
Overige lasten
Rentelasten
De rentelasten zijn lager dan begroot door de lage rente op leningen in voorgaande jaren. Er zijn geen leningen meer waar meer dan 1% over betaald hoeft te worden. In op 2016 en 2017 afgesloten leningen is de rente 0%.
Dotaties voorzieningen
Onder de post dotaties voorzieningen worden de dotaties aan een tweetal voorzieningen verantwoord:
-
• De voorziening incompliancy issues oplossen bevat een zestal posten ter waarde van € 1,1 mln.
-
• De debiteurenvoorziening ter waarde van € 0,5 mln.
Balans 2017 | Balans 2016 | |
---|---|---|
Activa | ||
Immateriële vaste activa | 51.324 | 59.329 |
Materiële vaste activa | 28.655 | 25.457 |
– Grond en gebouwen | ||
– Installaties en inventarissen | 23.608 | 20.708 |
– Overige materiële vaste activa | 5.047 | 4.749 |
Vlottende activa | 62.595 | 50.025 |
– Voorraden en onderhanden projecten | ||
– Debiteuren | 28.335 | 22.490 |
– Overige vorderingen en overlopende activa | 15.066 | 20.564 |
– Liquide middelen | 19.194 | 6.971 |
Totaal activa | 142.574 | 134.811 |
Passiva | ||
Eigen Vermogen | 5.802 | 1.392 |
– Exploitatiereserve | 1.392 | 259 |
– Onverdeeld resultaat | 4.410 | 1.133 |
Voorzieningen | 1.514 | 783 |
Langlopende schulden | 60.260 | 54.600 |
– Leningen bij het Ministerie van Financiën | 60.260 | 54.600 |
Kortlopende schulden | 74.998 | 78.036 |
– Crediteuren | 7.711 | 16.734 |
– Overige verplichtingen en overlopende passiva | 67.287 | 61.302 |
Totaal passiva | 142.574 | 134.811 |
Realisatie 2017 | Realisatie 2016 | |
---|---|---|
Debiteuren | 30.247 | 24.002 |
Voorziening debiteuren | – 1.058 | – 976 |
Nog te verwerken ontvangsten | – 854 | – 536 |
Totaal | 28.335 | 22.490 |
De debiteurenpositie komt uit op ruim 1 maand omzet. De post debiteuren houdt onder meer verband met het feit dat een deel van de omzet maandelijks achteraf wordt gefactureerd en de facturen vervolgens een betaaltermijn hebben van 30 dagen. De post debiteuren is gestegen als gevolg van een hogere omzet, waardoor het maandelijks te factureren bedrag stijgt.
Realisatie 2017 | Realisatie 2016 | |
---|---|---|
Moederdepartement | 23.101 | 16.711 |
Overige departementen | 6.964 | 7.175 |
Derden | 182 | 116 |
Totaal | 30.247 | 24.002 |
Realisatie 2017 | Realisatie 2016 | |
---|---|---|
Moederdepartement | 4.669 | 6.841 |
Overige departementen | 78 | 1.481 |
Derden | 10.319 | 12.242 |
Totaal | 15.066 | 20.564 |
Onder de balanspost Overige vorderingen en overlopende activa worden de nog te factureren omzet en de vooruitbetaalde kosten verantwoord. De vooruitbetaalde kosten, vallend binnen de classificatie Derden, betreft vooral meerjarige contracten met software leveranciers.
Boek waarde | Dotaties | Onttrek kingen | Vrijval | Boek waarde | |
---|---|---|---|---|---|
1/1/2017 | 31/12/2017 | ||||
Reorganisatievoorziening | 583 | – 150 | 433 | ||
Voorziening incompliancy issues oplossen | 200 | 1.081 | – 200 | 1.081 |
De voorziening incompliancy issues oplossen betreft een zestal juridische disputen met diverse leveranciers over onder andere licentiegebruik. Op basis van een inschatting van de omvang van de disputen is een dotatie gedaan van € 1,1 mln. Voor de afwikkeling van een geschil uit 2016 is € 0,2 mln onttrokken uit de voorziening.
Ontwikkeling eigen vermogen
2015 | 2016 | 2017 | |
---|---|---|---|
1 Eigen Vermogen per 1/1 | – 910 | 259 | 1.392 |
2 Saldo Baten en Lasten | 259 | 1.133 | 4.410 |
3 Directe mutaties in het Eigen Vermogen | 910 | ||
– 3a Uitkering aan moederdepartement | |||
– 3b Bijdrage door moederdepartement ter versterking Eigen Vermogen | 910 | ||
– 3c Overige Mutaties | |||
4 Eigen vermogen per 31/12 | 259 | 1.392 | 5.802 |
Omzet | 240.223 | 253.844 | 283.343 |
Vermogensplafond (5%) | 10.071 | 11.559 | 12.957 |
De omvang van het Eigen Vermogen blijft ruim binnen de kaders die de Regeling Agentschappen hieraan stelt, zijnde maximaal 5% van de gemiddelde omzet over de afgelopen drie jaar.
Realisatie 2017 | Realisatie 2016 | |
---|---|---|
Moederdepartement | 24 | |
Overige departementen | 293 | 1.040 |
Derden | 7.394 | 15.694 |
Totaal | 7.711 | 16.734 |
Realisatie 2017 | Realisatie 2016 | |
---|---|---|
Moederdepartement | 15.625 | 17.451 |
Overige departementen | 24.641 | 23.075 |
Derden | 27.021 | 20.776 |
Totaal | 67.287 | 61.302 |
Omschrijving | (1) Vastgestelde begroting 2017 | (2) Realisatie 2017 | (3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting | |
---|---|---|---|---|
1 | Rekening-courant RHB 1 januari + stand depositorekeningen | 0 | 6.971 | 6.971 |
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) | 17.900 | 282.997 | 265.097 | |
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) | – 1.000 | – 258.908 | – 257.908 | |
2 | Totaal operationele kasstroom | 16.900 | 24.089 | 7.189 |
Totaal investeringen (-/-) | – 25.000 | – 19.413 | 5.587 | |
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) | 137 | 137 | ||
3 | Totaal investeringskasstroom | – 25.000 | – 19.276 | 5.724 |
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) | ||||
Eenmalige storting door moederdepartement (+) | ||||
Aflossingen op leningen (-/-) | – 16.900 | – 19.540 | – 2.640 | |
Beroep op leenfaciliteit (+) | 25.000 | 26.950 | 1.950 | |
4 | Totaal financieringskasstroom | 8.100 | 7.410 | – 690 |
5 | Rekening-courant RHB 31 december + stand depositorekeningen | 0 | 19.194 | 19.194 |
Toelichting op kasstromen
De liquiditeitspositie van DICTU is per eind 2017 met € 12,2 mln verbeterd ten opzichte van eind 2016. Dit is het resultaat van de volgende kasstromen:
Operationele kasstroom
Het verschil bij de operationele kasstroom wordt veroorzaakt door een gewijzigde benaderingswijze, om deze te conformeren met de Rijksbegrotingsvoorschriften. Bij de vastgestelde begroting is uitgegaan van saldi, terwijl bij de realisatie de feitelijke ontvangsten en uitgaven zijn opgenomen. De operationele kasstroom is hoger dan begroot doordat het aandeel van de kosten die niet leiden tot uitgaven hoger is dan voorzien (zoals afschrijvingen en dotaties aan voorzieningen). Daarnaast is de operationele kasstroom hoger dan begroot als gevolg van het positieve resultaat.
Investeringskasstroom
Het investeringsniveau is lager dan begroot. Dit leidt tot een verbetering van de investeringskastroom met € 5,7 mln.
Financieringskasstroom
De financieringskasstroom valt positief uit aangezien het beroep dat in 2017 op de leenfaciliteit is gedaan hoger is dan de gedane aflossingen op de lopende leningen.
Omschrijving | Realisatie 2014 | Realisatie 2015 | Realisatie 2016 | Realisatie 2017 | Vastgestelde begroting 2017 |
---|---|---|---|---|---|
1. Kostprijzen per product (groep) | |||||
a. Basistarief werkplek (gemiddeld per stuk x €) | 2.540 | 2.520 | 2.520 | 2.531 | 2.531 |
b. Aantal Werkplekken | 12.332 | 12.937 | 13.178 | 11.552 | 11.500 |
c. Infrastructuur (x € 1.000) | 35.717 | 48.634 | 56.141 | 50.342 | 48.550 |
d. Productieve uren | 1.468.476 (89%) | 1.832.350 (89%) | 1.932.714 (90%) | 2.015.246 (88%) | 1.788.300 (88%) |
2. Tarieven/uur1 | |||||
a. Senior medew. (ontwikkeling) | 86 | 90 | 92 | 96 | 96 |
b. Medior medew. (bouw) | 77 | 70 | 72 | 76 | 76 |
c. Junior medew. (test en beheer) | 77 | 60 | 62 | 65 | 65 |
3. gem. bezetting FTE-totaal (excl. externe inhuur) | 429 | 503 | 562 | 643 | 710 |
4. Saldo baten en lasten | – 0,5% | 0,1% | 0,4% | 1,6% | 0% |
Toelichting op de prestatie-indicatoren
Ad 1d: Als gevolg van een hogere bezetting zijn er meer productieve uren in absolute zin gerealiseerd dan begroot.
Ad 3: De gemiddelde ambtelijke bezetting valt lager uit dan begroot. Dit komt doordat de target van het aantal te verambtelijken fte’s in 2017 ten behoeve van het behoud en versterking van eigen kennis niet volledig is gehaald. Het aantrekken van specifieke ICT-kennis uit de markt blijkt in de praktijk lastiger dan voorzien.