25 | Brede doeluitkering | StandVastgesteldeBegroting(1) | Stand 1eSuppletoireBegroting(2) | Stand 2eSuppletoireBegroting(3) | MutatiesSlotwet(4) | Realisatie 2019(5)=(1) t/m (4) |
---|---|---|---|---|---|---|
Verplichtingen | 898.544 | 898.466 | 946.517 | 6.222 | 952.739 | |
Waarvan garantieverplichtingen | ||||||
Uitgaven | 899.965 | 932.721 | 955.609 | 1 | 955.610 | |
25.01 Brede doeluitkering | 899.965 | 932.721 | 955.609 | 1 | 955.610 | |
Ontvangsten | 0 |
Verplichtingen
Middels een brief aan de Staten-Generaal (Kamerstukken II, 2019–2020, 35350-XII, nr. 85) is een overschrijding op het verplichtingenbudget van € 6,3 miljoen aangekondigd. Als gevolg van/ten behoeve van de BDU-systematiek op de begroting Hoofdstuk XII worden de verplichtingen voorafgaand aan het jaar van betaling aangegaan. De beschikking voor het jaar 2020 wordt eind 2019 afgegeven aan de twee vervoersregio’s. Bij het opstellen van de 2e suppletoire begroting 2019 waren nog niet alle afspraken en de omvang van het kaseffect in 2020 bekend. Om de bijdrage aan BDU regio’s voor de programma’s Slimme en Duurzame Mobiliteit (€ 4,9 miljoen), Regionale bereikbaarheid CID/Binckhorst (€ 0,9 miljoen in het kader van programma Mobiliteit en Verstedelijking) en het Regiopakket Beter Benutten (€ 0,5 miljoen) te kunnen verstrekken in 2020, is in 2019 het verplichtingenbudget opgehoogd met € 6,2 miljoen. De dekking is voorzien op het Infrastructuurfonds vanuit respectievelijk artikel 20 Verkenningen, Reserveringen en Investeringsruimte en artikel 12 Hoofdwegennet. Bij Slotwet bedraagt de uiteindelijke verplichtingenoverschrijding op dit artikel € 6,2 miljoen.