Base description which applies to whole site

Mobiliteitsfonds

MOBILITEITSFONDS

In miljoenen euro

2024

2025

2026

2027

2028

2029

Totaal uitgaven

10.190

9.429

10.634

10.605

10.318

10.686

Totaal ontvangsten

10.190

9.429

10.634

10.605

10.318

10.686

        

11

Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte

      
 

Uitgaven

63

235

458

822

988

1.541

 

Ontvangsten

0

  

0

 

48

        

12

Hoofdwegennet

      
 

Uitgaven

3.898

3.941

4.476

4.199

4.276

3.946

 

Ontvangsten

105

124

119

122

112

207

        

13

Spoorwegen

      
 

Uitgaven

3.287

2.732

3.109

3.122

2.544

2.865

 

Ontvangsten

238

303

148

150

153

155

        

14

Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's

      
 

Uitgaven

993

598

252

123

174

201

 

Ontvangsten

0

     
        

15

Hoofdvaarwegennet

      
 

Uitgaven

1.397

1.406

1.609

1.564

1.525

1.454

 

Ontvangsten

40

13

3

1

8

0

        

17

Megaprojecten Verkeer en Vervoer

      
 

Uitgaven

548

517

730

776

811

679

 

Ontvangsten

61

71

82

67

87

67

        

18

Overige uitgaven en ontvangsten

      
 

Uitgaven

3

0

0

0

0

 
 

Ontvangsten

427

     
        

19

Ontvangsten

      
 

Uitgaven

      
 

Ontvangsten

9.319

8.918

10.282

10.264

9.958

10.208

MOBILITEITSFONDS

In miljoenen euro

2030

2031

2032

2033

2034

2035

2036

2037

2038

Totaal uitgaven

10.595

9.080

9.015

8.929

8.780

8.810

8.756

8.690

8.647

Totaal ontvangsten

10.595

9.080

9.015

8.929

8.780

8.810

8.756

8.690

8.647

           

11

Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte

         
 

Uitgaven

1.416

993

748

1.774

2.153

1.836

1.845

1.853

2.829

 

Ontvangsten

         
           

12

Hoofdwegennet

         
 

Uitgaven

3.806

3.571

3.520

3.011

2.539

3.102

2.881

2.958

2.373

 

Ontvangsten

163

161

172

72

50

50

10

83

83

           

13

Spoorwegen

         
 

Uitgaven

3.077

2.539

2.523

2.433

2.514

2.253

2.346

2.493

2.185

 

Ontvangsten

163

166

168

170

166

184

167

167

167

           

14

Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's

         
 

Uitgaven

299

303

321

102

72

52

77

  
 

Ontvangsten

         
           

15

Hoofdvaarwegennet

         
 

Uitgaven

1.261

1.319

1.527

1.163

1.112

1.151

1.192

1.141

922

 

Ontvangsten

1

0

0

0

0

0

0

0

0

           

17

Megaprojecten Verkeer en Vervoer

         
 

Uitgaven

735

355

375

447

390

416

415

244

338

 

Ontvangsten

73

81

38

56

     
           

18

Overige uitgaven en ontvangsten

         
 

Uitgaven

         
 

Ontvangsten

         
           

19

Ontvangsten

         
 

Uitgaven

         
 

Ontvangsten

10.195

8.673

8.636

8.630

8.563

8.576

8.578

8.439

8.397

Algemeen

De begroting van het Mobiliteitsfonds groeit van circa 10,2 miljard euro in 2024 naar circa 10,7 miljard euro in 2029. Deze stijging is onder andere te verklaren door investeringen van 7,5 miljard euro (cumulatief) voor ontsluiting woningbouw en 1,5 miljard euro (structureel) voor instandhouding. Vanaf 2031 daalt de begroting van circa 9,1 miljard euro naar circa 8,6 miljard euro in 2038. Dit komt onder andere vanwege het aflopen van budgetten voor de ontsluiting van woningbouw. Daarnaast staan de middelen voor de ontsluiting woningbouwlocaties uit het hoofdlijnenakkoord (cumulatief circa 2,5 miljard euro) en voor de Lelylijn (circa 3,4 miljard euro cumulatief) op de Aanvullende Post.

Toelichting per artikel

Artikel 11. Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte

Dit artikel bevat alle (plan)flexibele budgetten die zijn gereserveerd voor het verbeteren van bereikbaarheid en risico's bij lopende projecten. Specifiek gaat het om budgetten voor verkenningen en reserveringen. Het budget stijgt van circa 63 miljoen euro in 2024 naar ruim 1,5 miljard euro in 2029. De oplopende lijn is te verklaren door het feit dat toekomstige budgetten bedoeld zijn voor nog te plannen projecten. Zodra projecten concreet zijn gepland, wordt het budget overgeheveld naar artikel 12 van het Mobiliteitsfonds. Verschillende nieuwe projecten zoals de A50 Bankhoef Paalgraven, A15 Papendrecht - Gorinchem en OV Verbinding NoordZuidlijn zijn niet concreet gepland. Het beschikbare budget in de investeringsruimte is volledig voor risicoreserveringen en tegenvallers gereserveerd.

Artikel 12. Hoofdwegennet

De fluctuaties over de jaren hangen samen met de planning van de uitgaven van diverse aanlegprojecten (zowel realisatie als verkenningen en planuitwerkingen). De reeks loopt vanaf 2029 af omdat een deel van de beschikbare middelen voor het Hoofdwegennet zich in de verkenningsfase bevinden en daarom op artikel 11 staan. Daarnaast staat een deel van de middelen voor de instandhouding van het hoofdwegennet nog op artikel 11. De piek in 2026 komt vanwege de verwachte uitgaven aan de ViA15.

Artikel 13. Spoorwegen

Bij deze begroting zijn de resterende middelen op de Aanvullende Post voor de instandhouding van het spoornetwerk voor de periode 2031 ‒ 2035 overgeboekt naar de begroting (artikel 13) van IenW. De fluctuaties over de jaren hangen samen met de planning van de uitgaven van diverse aanlegprojecten (zowel realisatie als verkenningen en planuitwerking). De reeks loopt vanaf 2031 onder andere af omdat een deel van de beschikbare middelen voor nieuwe aanleg zich in de verkenningsfase bevinden en daarom op artikel 11 staan zoals het project de Oude Lijn (circa 1,2 miljard euro). Daarnaast staat op de Aanvullende Post circa 3,4 miljard euro bestemd voor de Lelylijn.

Artikel 14. Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's

De uitgaven op dit artikel hangen samen met projecten die regionale overheden aanleggen. Na 2024 daalt het budget om vanaf 2028 weer te stijgen. De daling vanaf 2024 hangt samen met de aflopende incidentele budgetten voor woningbouw op korte termijn voor bovenplanse infrastructuur. De incidentele middelen voor de mobiliteitspakketten kennen een langere looptijd en zorgen voor meer uitgaven vanaf 2028 en een piek in de periode 2030 ‒ 2032. Na 2032 loopt ook dit budget af. Beide budgetten hebben tot doel nieuwe woningbouwlocaties te ontsluiten en bereikbaar te maken.

Artikel 15. Hoofdvaarwegennet

De uitgaven stijgen tussen 2024 en 2026 om vervolgens vanaf 2027 licht af te nemen, in 2032 te pieken en vanaf 2033 af te nemen. Er is een piek in 2026 en 2032 vanwege de reservering voor de maatregelen scheepvaartveiligheid als gevolg van Wind op Zee. De afname van middelen vanaf 2033 wordt verklaard omdat de middelen voor de instandhouding van het vaarwegennet gereserveerd staan op artikel 11 van de begroting van het Mobiliteitsfonds.

Artikel 17. Megaprojecten verkeer en vervoer

Onder dit artikel vallen de projecten Project Mainportontwikkeling Rotterdam, European Rail Traffic Management System (ERTMS), Zuidasdok en het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS). De hogere uitgaven van 730 miljoen euro in 2026, 776 miljoen euro in 2027 en 811 miljoen euro in 2028 hangen voornamelijk samen met de aanleg van ERTMS. Daarnaast stijgen op dit artikel de uitgaven jaarlijks aan het project Zuidasdok en aan de planning, studies, en aanleg van het programma Hoogfrequent Spoor (PHS).

Artikel 18. Overige uitgaven en ontvangsten

De incidentele uitgaven in 2025 hangen samen met de afroming van het surplus aan eigen vermogen van Rijkswaterstaat.

Artikel 19. Ontvangsten

Dit artikel bestaat uit de voeding van het Mobiliteitsfonds vanuit de begroting van IenW (hoofdstuk XII).

Licence