A Algemene doelstelling
Het waarborgen van de rechtszekerheid, deugdelijkheid van bestuur en de mensenrechten in Aruba, Curaçao en Sint Maarten.
B Rol en verantwoordelijkheid
Elk land in het Koninkrijk heeft de zorg voor de verwezenlijking van de fundamentele menselijke rechten en vrijheden, de rechtszekerheid en de deugdelijkheid van bestuur. Het waarborgen hiervan is een aangelegenheid van het Koninkrijk. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor deze waarborgfunctie van het Koninkrijk. Vanuit deze verantwoordelijkheid worden de ontwikkelingen met betrekking tot het functioneren van het openbaar bestuur en de verwezenlijking van de mensenrechten en de rechtszekerheid in de landen Aruba, Curaçao en Sint Maarten gevolgd. Het feit dat het Koninkrijk de bevoegdheid heeft in het kader van de waarborgfunctie op te treden, sterkt de instituties van de landen in hun taak om de beginselen van de democratische rechtsstaat te realiseren. De Koninkrijksregering kan maatregelen nemen als er sprake is van ernstige inbreuk op fundamentele rechten en vrijheden in een land of in een situatie waarin rechtszekerheid of deugdelijk bestuur niet langer gewaarborgd zijn en de interne controlemechanismen feitelijk disfunctioneren. Van geval tot geval zal dan moeten worden bezien of ingrijpen in de zin van artikel 43, 50 of 51 Statuut noodzakelijk is en welke maatregel dan het meest passend is.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties draagt geen directe verantwoordelijkheid voor de instituties op Aruba, Curaçao en Sint Maarten. De instrumenten uit artikel 1 versterken deze instituties. Dit betekent dat het Ministerie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op afstand staat van de daadwerkelijke uitvoering van het beleid en beperkte mogelijkheden heeft om het beleid te sturen.
C Beleidsconclusies
Ook in 2013 is gezocht naar een aanvaardbare balans tussen de mate van autonomie en de verantwoordelijkheid van het Koninkrijk. Door de bijdrage van Nederland aan onder meer de Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch gebied, het Recherche Samenwerkingsteam en de rechterlijke macht en het openbaar ministerie slaagde het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties er in deze effectieve maatregelen in stand te houden en gaf het ministerie invulling aan internationale verplichtingen op het terrein van de bestrijding van georganiseerde criminaliteit. De gouverneur op Sint Maarten is in opdracht van de Raad van Ministers van het Koninkrijk een onderzoek gestart naar de integriteit van het bestuur in dat land.
D Tabel Budgettaire gevolgen van beleid
Realisatie | Oorspronkelijk Vastgestelde begroting | Verschil | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
(x € 1.000) | 2009 | 2010 | 2011 | 2012 | 2013 | 2013 | 2013 | |
Verplichtingen | 51.071 | 57.227 | 66.730 | 51.896 | 75.317 | 63.607 | 11.710 | |
Uitgaven: | 50.890 | 55.957 | 57.888 | 57.818 | 63.859 | 63.607 | 252 | |
1.1 | Rechterlijke macht/samenwerkingsmiddelen kustwacht | 50.890 | 55.957 | 57.888 | 57.818 | 63.859 | 63.607 | 252 |
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken | 17.100 | 17.118 | 57.818 | 63.859 | 63.607 | 252 | ||
Kustwacht en grensbewaking | 40.974 | 43.650 | 42.281 | 1.369 | ||||
Recherchecapaciteit | 13.745 | 17.277 | 16.968 | 309 | ||||
Rechterlijke macht | 3.099 | 2.932 | 4.358 | – 1.426 | ||||
Ontvangsten | 2.557 | 10.025 | 2.460 | 4.497 | 5.295 | 4.857 | 438 |
E Toelichting op de financiële instrumenten
1.1 Rechterlijke macht en samenwerkingsmiddelen kustwacht
Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken
Kustwacht en grensbewaking
Bijdragen aan het functioneren van de Kustwacht voor het Koninkrijk der Nederlanden in het Caribisch gebied
De Kustwacht heeft ook in 2013 een belangrijke bijdrage geleverd aan de maritieme rechtshandhaving, waarbij drugsbestrijding, mensenhandel en mensensmokkel en illegale immigratie prioriteiten waren. Daarmee was de Kustwacht voor het Caribische deel van het Koninkrijk een onmisbare schakel in de rechtshandhavingketen. Daarnaast heeft de Kustwacht een bijdrage geleverd aan de veiligheid op het water door het uitvoeren van zoek- en reddingsoperaties (Search and Rescue) en haar toezichthoudende taken uitgevoerd, waaronder visserij- en milieu-inspecties. In Caribisch Nederland lag het accent op de bescherming van het mariene milieu, waaronder de Sababank en koraalriffen, en het optreden tegen illegale (speer)visserij.
Het verschil tussen oorspronkelijke begroting en realisatie is grotendeels ontstaan door een hogere inzet voor de luchtverkenning door de Kustwacht. De hierbij behorende capaciteit zowel in personeel als materieel heeft mede geleid tot deze overschrijding.
Door de inzet van eigen personeel en geavanceerd varend en vliegend materieel hebben de vier landen van het Koninkrijk via dit unieke samenwerkingsverband in 2013 wederom goede resultaten geboekt. De Minister van Defensie informeert de Tweede Kamer daarover in een uitgebreid Jaarverslag van de Kustwacht (Kamerstuk II, 2012–2013, 33 400 X, nr. 78).
Deelname aan Gemeenschappelijke Grenscontrole Teams op Curaçao en Sint Maarten
Sinds 2008 levert de Koninklijke Marechaussee (KMar) vanuit een flexibel inzetbare pool met 43 fte ondersteuning op Curaçao en Sint Maarten. Deze inzet geschiedt op basis van een protocol dat ondersteuning mogelijk maakt bij grenscontroles en drugscontroles aan de grenzen en de bestrijding van migratie-, drugs-, en geweldscriminaliteit. Het huidige protocol loopt tot medio 2015. De inzet van het personeel binnen de lokale politiekorpsen vindt plaats onder het gezag van de Minister van Justitie ter plaatse en onder de hiërarchische leiding van de lokale brigadecommandant van de KMar. In 2013 is het Ministerie van BZK een meerjarige verplichting aangegaan (t/m 2015) voor het financieren van de inzet van KMar. Dit verklaart grotendeels het verschil tussen de realisatie van de verplichtingen en de oorspronkelijke begroting op het artikelniveau.
Eind 2012 is een evaluatie uitgevoerd naar de inzet van de KMar vanuit de flexibele pool. De Tweede Kamer is in 2013 geïnformeerd over de uitkomsten van deze evaluatie (Kamerstuk II, 2012–2013, 30 176, nr. 31).
Recherchecapaciteit
Het recherchesamenwerkingsteam (RST) is een in het Caribisch deel van het Koninkrijk functionerend rechercheteam, waaraan Nederland 73 rechercheurs levert. De hoofdtaak van het RST is de bestrijding van zware, georganiseerde en grensoverschrijdende criminaliteit. Dit kwam onder andere tot uitdrukking in verschillende onderzoeken naar onder meer internationale verdovende middelenhandel en een witwasonderzoek. Daarnaast handelt het RST ook rechtshulpverzoeken af. In 2013 ging het om diverse rechtshulpverzoeken vanuit verschillende landen. Het RST levert tevens ondersteuning aan de recherchediensten van de landelijke politiekorpsen. Zo heeft het RST op Curaçao in 2013 veel capaciteit ingezet in het onderzoek «Magnus» naar de moord op politicus Helmin Wiels.
Rechterlijke macht
Nederland stelt op verzoek rechters en officieren van justitie ter beschikking aan Aruba, Curaçao en Sint Maarten om op die manier te komen tot een volledige bezetting van het Gemeenschappelijk Hof en het Openbaar Ministerie (OM). In 2013 zijn gemiddeld 39 uitgezonden rechters en officieren van justitie werkzaam geweest. Het OM in Nederland stelt de betreffende rechterlijke ambtenaren ter beschikking. Vanuit het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt de «Voorzieningenstelsel Buitenlandtoelagen Rechterlijke Ambtenaren (VBRA)» bekostigd. De onderschrijding van het oorspronkelijke budget is o.a. het gevolg van het vertraagd van start gaan van het project Duradero dat bedoeld is voor onderzoeken naar bijzondere transacties.
Ontvangsten
De ontvangsten hebben voornamelijk betrekking op de Kustwachtbijdragen. De Kustwacht wordt door middel van drie geldstromen gefinancierd. De Luchtverkenning inclusief integrale exploitatie van Steunpunt Hato wordt volledig gefinancierd uit de begroting Koninkrijksrelaties. De inzet van Defensiemiddelen (vaardagen van het stationsschip en vlieguren van de boordhelikopter) wordt gefinancierd door het Ministerie van Defensie. De personele en materiële exploitatie-uitgaven en de investeringsuitgaven worden door alle deelnemende landen gezamenlijk gefinancierd op basis van een door de Rijksministerraad vastgestelde verdeelsleutel. Het Ministerie van BZK verzorgt de initiële bijdrage (zie hierboven onder Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken). Vervolgens betalen de landen hun deel achteraf aan Nederland (Aruba: 11%, Curaçao: 16%, en Sint Maarten: 4%) op basis van de werkelijke realisatie en geactualiseerde wisselkoers.